ver zie Ut Zitdagen- Boekhoud- bureau No. 2388 Frankering bij abonnement: Terneuzen ZATERDAG 3 AUGUSTUS 1957 45e Jaargang* ZEEUWS LANDBOUWBLAD waarin opgenomen DE BOERENJEUGD Officieel Orgaan van de ZEEUWSE LANDBOUW MAATSCHAPPIJ de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND Zaterdag jongstleden kwam het Dagelijks Be stuur voor een korte vergadering bijeen. Benoeming Adjunct-Secretaris-Redacteurs. Als voornaamste punt van behandeling vermeld de de agenda de benoeming van een opvolger voor de op 1 september van het vorige jaar vertrokken Ir. Bos. Uit verschillende sollicitaties benoemde het Be stuur, behoudens goedkeuring van het Hoofd bestuur, de heer N. Sickenga uit Arnhem. De heer Sickenga volgde o.a. de Middelbare Landbouw school te Groningen was werkzaam op verschillen- lende landbouwbedrijven, bij de redactie van het officieel orgaan van de Koninklijke Nederlandse Zuivelbond en bij het Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek te Oosterbeek. Voorts volgt de nieuwbenoemde de journalistencursus te Amsterdam, zodat de redactie van het Zeeuws Landbouwblad een welkome aanvulling aan hem hoopt te krijgen. De heer Sickenga zal 1 oktober in dienst treden. Verdroging rond de Braakman. Verslag werd uitgebracht van de bespreking met excursie, die de Rijkslandbouwconsulent voor Zeeuws-Vlaanderen, de heer Ir. Haenen, voor ver tegenwoordigers van de drie standsorganisaties had georganiseerd naar die polders rond de Braak man, waar zich ernstige verdrogingsverschijnselen voordoen, hoogstwaarschijnlijk als gevolg van de indijking. Reeds enige jaren geleden heeft de toenmalige adjunct-secretaris van de Z. L. M., Ir. Bos, de aan dacht van de Commissie Waterbeheersing en Ont- zilting op deze verdrogingsverschijnselen geves tigd. De actie, die vooral ook door het Bestuur van de Kring West Zeeuws-Vlaanderen van de Z. L. M. is gevoerd, heeft ertoe geleid, dat door Gedeputeer de Staten van Zeeland een commissie werd inge steld, die moet nagaan of en in hoeverre door tech nische voorzieningen verbetering in de thans aan wezige toestand is aan te brengen. Het rapport van deze commissie wordt nog dit jaar verwacht. In middels echter wordt reeds enkele jaren door ver schillende boeren in de betreffende polders ernsti ge schade aan praktisch alle gewassen geleden. Het zal zeker geen gemakkelijke taak zijn uit te zoeken of deze schade vergoed kan worden en door wie. Teneinde dit uit te zoeken, heeft de Z. L. M. zich thans, in overleg met de twee andere stands organisaties, gewend tot. het Landbouwschap met het verzoek pogingen in het werk te stellen een zekere schaderegeling te doen ontstaan. Hierbij kan misschien de na de droogmaking van de Noord-Oostpolder ontstane situatie tot voorbeeld dienen. Brouwgerst-Commissie. Naast enkele kleinere aangelegenheden besprak het Bestuur het in de vorige vergadering genomen besluit een kleine commisie in te stellen, die de HULST: Maandag 5 aug. in hotel „De Graan- beurs". KOUDEKERKE: Woensdag 7 aug. in hotel „Nieuw Walcheren" van 9.00 tot 1.30 uur. OOSTBURG: Woensdag 7 aug. in café „De Windt". ZIERIKZEE: Donderdag 8 aug. in hotel „Huis van Nassau". MIDDELBURG: Donderdag 8 aug. in café „De Eendracht". ST. PHILIPSLAND: Zaterdag 10 aug. in hotel „De Druiventros". THOLENZaterdag 10 aug. in hotel „Hof van Hol land". afzetmogelijkheden voor de brouwgerst moet be studeren. De brouwgerst is voor het Zuid-Westen van ons land, en zeker voor Zeeland, een belang rijk produkt. Zoals andere delen van ons land hun specialiteiten hebben, zo kan men zeggen, dat Zee land zijn brouwgerst heeft. Besloten werd de Commissie-G. M. F. Bom, die indertijd over het vraagstuk van de sanering en splitsing van 'bedrijven heeft gerapporteerd, te ver zoeken ook dit probleem te bezien. In de plaats van de heer W. Koster zal de heer A. Haak zitting nemen, terwijl de commissie zal worden uitgebreid met de heer H. C. de Kater uit Wissekerke. Tevens zal met de coöperatieve aankoopverenigingen over leg worden gepleegd. Socialisatie van de grond. Nog steeds is men in ons land in de pers en voor de radio niet uitgepraat over de uitlatingen van het Eerste Kamerlid van de Partij van de Arbeid, Prof. Schermerhorn, en daarna van Minister Mans- holt over de socialisatie van de grond. Uitlatingen, die zij deden bij de behandeling van de begroting van landbouw in de Eerste Kamer. Zoals men zich zal herinneren, schreven wij onmiddellijk na deze behandeling, dat wij geschrokken waren van de woorden van de Minister. Immers hij gaf uitdruk kelijk zijn persoonlijke mening en verklaarde niet namens de regering te spreken. Men kan zich met recht afvragen, waarom deze persoonlijke uiting op een plaats, waar dit niet nodig was. Prof. Schermerhorn sprak namens zijn partij en dat is natuurlijk wat anders. Het is bekend, dat de socia listische partijen in binnen- en buitenland voor standers zijn van socialisatie van de belangrijkste productiemiddelen. De strijd bijvoorbeeld, zo iezen wij in een artikel in „Elseviers Weekblak" van 27 juli, of in de omvangrijke kapitaalbehoeften, welke de modernste techniek (atoomtechniek en automa tisering) zal veroorzaken, door de staat of door particulieren zal worden voorzien met als uit eindelijke consequentie of in de toekomst het bezit bij de Overheid of in particuliere handen zal be rusten staat de laatste weken, zowel in Duits land als in Engeland, in het centrum der belang stelling. Het is bekend, dat de socialisten het staats bezit voorstaan, terwijl anderen hier niets voor gevoelen. Nu kunnen wij alles, wat hierover wordt gezegd en geschreven, in deze kolommen voorbij gaan, daar het veelal politieke kwesties zijn. Het gaat hierbij bovendien over het industriële produk- tie-apparaat. Maar de uitlating van Minister Mansholt sloeg op de grond, die bij de landbouw in gebruik is. En socialisatie van de grond is, naar wij menen te weten, slechts in communistisch geregeerde landen toegepast. Zelfs deze komen hiervan terug, getuige het beleid, dat de nieuwe Russische leider Chroets- jow denkt te gaan voeren. Want het succes van een dergelijk systeem is nihil. Vandaar, dat wij nog steeds niets van 's Ministers ontboezeming begrij pen, of deze moest als een soort verzuchting zijn geuit, dat het wel gemakkelijk zou zijn in verhand met de verkavelings- en saneringsplannen, die de Regering heeft. Boer pas op je kippen. Onder deze titel schreef de Voorzitter van de Rooms-Katholieke Boeren- en Tuindersbond, de heer Mertens, een hoofdartikel in het weekblad „De Linie" van 6 juli j.l. Het was te voorzien, zo betoogt deze boerenvoorman, dat het „privé" stand punt van Minister Mansholt in brede kring niet alleen verwondering zou wekken, maar tevens het vertrouwen in het beleid van deze bewindsman zou schokken. Immers in de uitspraak van de mi nister ligt opgesloten, dat hij er ook naar zal stre ven te bereiken, wat hij als een ideaal ziet. Natuur lijk wordt bij de huidige kabinetssamenstelling niet gedacht aan een socialisatie op korte termijn door middel bijvoorbeeld van onteigeningen op grote schaal. Minister Mansholt is reëel genoeg om dit te beseffen. „Maar", zo schrijft de heer Mertens, „het gevaar bestaat wel, dat door het treffen van diverse maatregelen het particuliere bezit van grond zo sterk wordt bemoeilijkt of belemmerd, dat socialisatie op lange termijn en zonder dat het in de gaten loopt, het gevolg zal zijn. Een bewinds man, en zeker een bekwaam bewindsman, legt on getwijfeld een stempel op de politiek, die op een bepaald terrein gevoerd wordt. Hierbij wordt hij uiteraard gesteund door zijn departement, dat zeker na een lange bewindsperiode van een minister be paaldelijk dezelfde instelling zal gaan krijgen als de bewindsman zelf. Het parlement kan wel de scherpe kant van deze politiek afslijpen, maar zal niet kunnen voorkomen, dat bij de gevoerde politiek een bepaalde doelstel ling wordt nagestreefd. Ook beschikt de minister over de nodige middelen om de publieke opinie in zijn richting te beïnvloeden, terwijl de Minister van Landbouw bovendien de beschikking heeft over een uitgebreid voorlichtingsapparaat, dat voort durend een nauw contact heeft met de individuele bedrijfsgenoten. Socialisatie kan bijvoorbeeld on opvallend bevorderd worden door het voeren van een te schriel prijsbeleid voor landbouwprodukten, via regelingen in pachtwet of door middel van te stellen vestigingseisen. Zo ergens, dan geldt hier: boer pas op je kippen". Het zal zo'n vaart niet lopen, maar bezin ning in eigen kring is nodig. Tot zover dit artikel van de heer Mertens, dat wij aanhaalden om onze lezers aan te tonen, dat men ook in andere kring geschrokken is van de uitlating van Minister Mansholt. En bovendien, omdat wij in het betoog van de Voorzitter van de K. N. B. T. B. veel waars aantreffen en dit artikel de gevaren reëeler schetst, dan de aanvallen in be paalde artikelen tegen Prof. Schermerhorn, omdat deze laatste immers sprak voor zijn eigen partij, welks standpunt bekend geacht mag worden, ter wijl de minister als bewindsman invloed op het te voeren beleid uitoefent. Nu zijn wij van mening, dat het met de sociali satie van de grond wel geen grote vaart zal lopen. Al is de meerderheid van ons volk, die een derge lijk beleid afwijst, niet zo erg groot meer men bekijke de samenstelling van onze volksvertegen woordiging maar eens toch zou een dergelijke maatregel op tal van practische moeilijkheden stui ten. Het zou een totale ommekeer teweeg brengen in de gehele structuur niet alleen van onze land bouw maar ook van ons vaderland. En nu mag Minister Mansholt wel menen, dat het een zegen voor velen zou zijn, maar wij denken, dat hij de gevolgen ook niet overziet. Niettemin zijn wij wel van mening, dat de ge organiseerde boerenstand zich in de naaste toe komst over de ook door de heer Mertens opgewor pen vragen ernstig zal dienen te beraden. Bezin ning in eigen kring is hard nodig, want het is een onmiskenbaar feit, dat Minister Mansholt, die thans twaalf jaren de scepter zwaait over het departement van Landbouw, de beschikking heeft over een groot en machtig ambtenaren- en voor lichtingsapparaat. In de sterk uitgebreide cultuur technische dienst beschikt hij tevens over een ap paraat, dat de structuur van de Vaderlandse land bouw grondig kan wijzigen. Het blijkt hoe langer hoe meer, dat de boeren zelve, georganiseerd als zij zijn in vrije organisa ties, het tempo van dit machtige en steeds machti ger wordende overheidsapparaat nauwelijks kun nen volgen, laat staan dit voorblijven. De middelen hiertoe, vooral de financiële, ontbreken. Men mag stellen, dat het best uitgeruste appa raat van de georganiseerde landbouw, namelijk het Landbouwschap, doet wat het kan om de ontwik keling bij te houden. Wie dit apparaat van nabij aan het werk ziet, kan niet anders dan grote be wondering hebben voor de verschillende afdelin gen, die op het gebied van de prijspolitiek, van da technischvraagstukken, van grond- en pachtbe- leid, van Deltaplan, van de belastingen enz. enz., doen wat zij kunnen om overal het standpunt van de landbouw zelve te formuleren en uit te dragen. Maar een handicap blijft onzes inziens juist de Publiekrechtelijke status, waardoor dit lichaam niet bij de boerenstand leeft en voorts de opbouw op zes organisaties, waardoor te veel met comproni- missen gewerkt moet worden, de politiek, boven dien achter de schermen een rol speelt, de besluit vaardigheid geremd wordt, en het strijdelement op de achtergrond komt. Toch is liet Landbouwschap het onder de huidige omstandigheden meest bereikbare. Vandaar dat de boerenstand de waarde ervan dient te erkennen. Daarnaast blijft bezinnig op de grote vraagstukken van deze tijd in de eigen vrije organisatie hard nodig. S.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 1