Proef met liet mesten van roodbonte vaarzen gehouden gedurende de stalpefiode 1956—'57 op liel Proefbedrijf „De Scheldemonden" te Bruinisse C. DEN ENGELSEN. DOEL Secretaris Veevoederbureau voor Zeeland Totale kosten (zonder verzorgingskos- ten voor 471 uur) f9118,28 Opbrengst: Opbrengst bij verkoop f 9373.70 Waarde mest: produktie 45 ton a f 10,f 450, Af: kosten strooisel 2340 kg a 4 ctf 93,60 356,40 Totaalf 9730,10 Deze proef werd opgezet om meer inzicht te ver werven in de diverse kostenfactoren die bij het mesten van rundvee op stal een rol spelen. Omdat vele mesters de voorkeur geven aan M.R.Y.-vee, werden voor deze proef op 17 okt. '56 op de vee markt te s-Hertogenbosch 9 roodbonte vaarzen aangekocht. Met het oog op de mening van de praktijk dat de beste dieren, ondanks de hogere prijs bij aankoop, de beste resultaten geven, werd er voor zorg gedragen dat enkele beste typische exemplaren werden aangekocht. Daarnaast werden met opzet iets minder soortige en minder typische vaarzen gekocht. De aankoopsprijs bedroeg gemid deld per dier 745,50, maar liep uiteen van 660,- tot f 840,- bij een levend gewicht variërende vón 364 tot 458 kg (gemiddeld 404 kg). De aankoopsprijs per kg levend gewicht bedroeg gemiddeld 1,85 en va rieerde van de goedkoopste tot de duurste van f 1,66—1,96. De dieren werden individueel gevoederd. Tot half december bestond het rantsoen uit volop vers suikerbietenloof. De opname varieerde van 3848 kg (gem. 42 kg). Daarnaast werden per dier per dag 4 kg aardappelen, 2 kg luzernehooi en 2 kg gerstestro gevoederd. Op 16 dec. werd het verse bietenloof door ingekuild bietenloof vervangen. De opname varieerde van 2849 kg per dier per dag (gem. 38 kg). Hierbij werd tot 26 febr. gevoederd 5 a 6 kg aardappelen, 5. a 6 kg voederbieten, 2 kg luzernehooi en 2 kg stro. Krachtvoer was tot dan toe nog niet verstrekt. Vanaf 26 febr. werd geen luzernehooi meer gevoederd (omdat het op was). De dieren namen toen iets meer, n.l. ca 3 kg, stro op. Voorts kregen 7 van de 8 toen nog aanwezige dieren gemalen crwtenpiksel. Gedurende 9 dagen 1 kg, daarna tot aflevering 2 kg per dier per dag. Stalnummer 8, die wat dor was, kreeg de dubbele portie krachtvoer, dus resp. 2 en 4 kg erwtenmeel. Stalnummer^ 5, die te vet dreigde te worden, kreeg geen krachtvoer. Stalnr. 1 DE KOSTEN EN FINANCIEEL RESULTAAT Kosten. 1. Aankoopprijs (9 M.R.Y.-vaarzen) f6710, 2. Aankoopkosten (commissie, vracht en marktkosten) f 273,46 3. Voederkosten: 22.400 kg vers bieten loof a f8,/ton; 33.500 kg ingekuild bietenloof a f 13,/ton; 7.100 kg voer- aardappelen a f3,/100 kg; 4.600 kg voederbieten a f20,/ton; 2.200 kg lu- cernehooi a f 120,—/ton; 3.100 kg gerste stro a f 40,/ton en 472 kg erwten- piksel (gemalen) a f 30,50/100 kg f 1452,20 Verzekering f 80,40 5. Rente geïnvesteerd kapitaal (half jaar 4 procent van f8100,f 162, 6. Dierenarts f 16,50 7. Afleveringskosten (commissie, vracht en marktkosten) f 348,72 8. Slachtveeverzekering f 75,-- Opbrengst-kosten, zonder arbeid dus, 611,82. Deze opbrengst kan worden beschouwd als een ver goeding voor 471 uur arbeid. Zou deze arbeid op de volle kosten met inbegrip van sociale lasten worden berekend, dan is een bedrag van 1,70 per uur niet te hoog. De verzorgingskosten zouden dan op 793,90 neerkomen en zou deze mesterij dus een nadelig saldo hebben opgeleverd van 181,88. Bij verkoop bracht dit vee een goede prijs op. Bij in totaal 4626 kg (gem. 514 kg per dier) levend gewicht, nl. f2,03 per kg levend gewicht. Bij afzet No. 2. Al wat oudere vaars van geschikt type, iets dor. Groeide slecht en begon na 70 dagen slecht te eten. Is vroegtijdig opgeruimd (14-l-'57). Kostte 815,en bracht slechts 771,90 op. Dit dier, dat duur was bij de aankoop, was de oorzaak dat het resultaat van deze mestproef enigszins negatief is als de verzorgingskosten worden medeberekend. No. 3. Goed vlees-type. Duur bij aankoop, zowel als bij afzet. Kostte 815,en bracht op 1147, Daar de groei slechts matig was, kon dit dier niet bijdragen tot het maken van winst. No. 4. Bijzonder vlezige, reeds wat oudere vaars; iets droog maar prima voor de slager. Was geen gulle eter en vertoonde een slechte gewichtstoe name. Dit dure dier, dat bij aankoop 790,kostte, gaf wegens onvoldoende gewichtstoename een be langrijk verlies, niettegenstaande de verkoopsprijs zeer goed was, nl. 1050, No. 5. Een jonge, bij aankoop reeds zware vaars van een weinig courant, te grof, type, die geenszins aan de eisen van de slager voldeed. Was bij aankoop veruit het goedkoopst per kg. Totaal 700,Het bleek een beste eter, die het hardst groeide. Daar deze vaars te vet dreigde te worden, werd geen krachtvoer verstrekt. Niettegenstaande deze minder soortige goedkope vaars slechts een matige prijs op bracht 1075,gaf ze na stalnummer 1 het beste resultaat. No. 6. Was eveneens een iets grof type met een wat zware voorhand, doch beter bevleesd dan no. 5. Dit dier groeide best. Niet te hoog in prijs, noch bij inkoop als bij verkoop, wist deze vaars het toch tot winst te brengen. Kostte 710,en bracht 1075, op. No. 7. Was een nog jonge vaars van goed vlees type. De groei was middelmatig, maar wist dank zij de niet te hoge prijs bij inkoop tot de winst bij te dragen. Aankoop 690,verkoop 1030, No. 8. Een dier van voldoende type, maar iets minder courant. Hoewel deze vaars goed wilde eten, bleef ze wat dor. Er werd daarom de dubbele portie krachtvoer aan gegeven. De gewichtstoename was vrij goed, maar kostte te veel voeder en had een wat lagere slachtwaarde. Hier werd verlies op geleden. Stalnr. 9 (geslacht) Stalnr. 5 werd dus 18 cent per kg levend gewicht meer ont vangen dan de kg-prijs bij aankoop. De 9 dieren stonden gemiddeld 156 dagen* op stal en hadden in totaal 1401 voederdagen. De gewichtsvermeerdering bedroeg 46263638 988 kg. Dit betekent een ge middelde gewichtstoename van 705 gram per dier per dag. Dit is bij een weinig intensief rantsoen als bij deze proef werd verstrekt een bevredigend re sultaat. Per kg koud geslacht gewicht was de op brengst bij verkoop gemiddeld 3,51. Over enkele kosten-factoren kan men van me ning verschillen. Zo werd de waarde der gebruikte voedermiddelen en stro berekend op de prijzen die geacht kunnen worden ter plaatse te gelden. Buiten Schouwen-Duiveland zouden verschillende voeder middelen zeker tegen een hogere prijs berekend moeten worden. Bij duurder voeder is het mesten dus niet bijzonder lucratief. Een rente van 4% van het geïnvesteerde kapitaal is te weinig als dit bedrag geleend zou moeten wor den; zou een dergelijk bedrag bij niet-mesten tijde lijk belegd moeten worden dan had het geen 4% rente opgebracht. DE RESULTATEN VAN DE AFZONDERLIJKE DIEREN In de volgende tabel zijn van de 9 mestdieren afzonderlijk enkele gegevens samengevat: a b e d e S g h i j 1 2,— 172 458 595 797 1,83 3,72 f 105,67 261 2 2,10 88 415 438 261 1,96 3.10 f 248,06 3 2,— 172 432 537 610 1,89 3,70 f 18,37 224 4 2,9 165 405 487 497 1,95 3,66 f 73,38 232 5 1,11 158 422 564 899 1,66 3,34 f 68,67 231 6 1,10 158 386 526 886 1,84 3,52 f 43,59 233 7 1,9 158 385 497 709 1,79 3,53 f 24,16 23ó 8 1,9 165 366 500 812 1,80 3,40 f 61,40 202 9 1,8 165 364 482 715 1,90 3,50 f 24,53 222 In de kolommen is vermeld onder astalnummer b: leeftijd bij aankoop; c: aantal dagen gemest; d: kg levend gewicht bij aankoop; e: kg levend ge wicht bij verkoop; f: groei in grammen per dag, g: aankoopsprijs per kg levend gewicht in gld.; h: opbrengst per kg geslacht gewicht in gld.; i: netto winst of verlies berekend als boven met inbegrip van de verzorgingskosten a 1,70 per uur; j: aantal toegekende punten bij be oordeling op slachtkwaliteit (maximaal te behalen punten 300) bij beoordeling op 19 maart '57. Korte beschrijving van de afzonderlijke dieren. No. 1. Soortige vaars van gewenst vlees-type. Vertoonde een goede groei, beste eter. Was het duurst bij aankoop 840,bracht het meeste op (ƒ- 1303,gaf het .beste resultaat, ruim 105,-- winst. Aankoop 660,verkoop 941,80. De slachtrijp heid kon even beter. No. 9. Was de jongste vaars van een courant vlees-type. Groei middelmatig. Aankoopsprijs aan de hoge kant. Kon niet helemaal de kosten goed maken. Aankoop 690,verkoop 980,Dit dier was nog niet geheel slachtrijp bij aflevering. Binnenkort verschijnt tesamen met het ver slag van een mestproef gehouden te Colijnsplaat een meer uitvoerig en gedetailleerd verslag. Samenvattend kunnen als belangrijkste conclu sies worden vastgesteld dat: le. het mesten van vee op stal niet zo veel op brengt als de hoge vleesprijzen doen vermoeden; 2e. In een koppel mestdieren is het een normaal verschijnsel dat enkele het bijzonder goed doen (stalnr. 1, 5 en 6), maar ook dat er doorgaans- een paar bij zijn die geld kosten (stalnr. 2 en in mindere mate 4 en 8). Men mag de resultaten van de mesterij niet be oordelen naar de enkele uitblinkers. Verschil in netto resultaat ruim 350,is meer dan 2,per dag. 3e. De beide duurste vaarzen (no. 2 en 4) waren zeker goed van type, maar bij aankoop was de ont wikkeling niet beter dan die van de ongeveer 2-jarige vaarzen. Het bleken slechte groeiers te zijn. Dit resultaat maant tot een kritische aankoop. 4e. Het bleek bij deze proef, dat soortige dieren die bij aankoop duur betaald worden, ondanks een goede prijs bij afzet, niet altijd het beste resultaat geven. Met een minder courant en dus goedkoper dier, mits kerngezond en op de juiste wijze gemest en tijdig afgeleverd, is het ook mogelijk een goed resultaat te behalen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 17