c&rbeidówet en landbouwarbeid ZATERDAG 6 APRIL 1957 Zitdagen- Boekhoud- bureau Stopzetting subsidiëring consumptieaardappelen Gras- en Klaverzaden Gebrs De Jongh - Goes No. 2371 Frankering bij abonnement: Terneuzen 45e Jaargang- ZEEUWS LANDBOUWBLAD waarin opgenomen DE BOERENJEUGD Officieel Orgaan van de ZEEUWSE LANDBOUW MAATSCHAPPIJ de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND De op 4 juni 1956 in werking getreden wijziging en aanvulling der Arbeidswet heeft enkele belang rijke praktische gevolgen ten aanzien van de ar- jeil in de landbouw en wel voor wat betreft de kinderarbeid, de nevenwerkzaamheden, het aan wezig hebben van arbeidskaarten en bepaalde ver boden van het Arbeidsbesluit 1920. 1. Het vrijwel absolute verbod van kinderarbeid (d.i. arbeid door een jongen beneden 14 jaar of nog leerplichtig en door een meisje beneden 15 jaar), dat de Arbeidswet reeds kende, geldt nu ook voor de landbouw, behalve a. voor lichte landbouwarbeid, verricht door bij het hoofd of de bestuurder der onderneming inwo nende bloed- en aanverwanten van 12 jaar en ouder tot de 3e graad ingesloten, voor zover deze arbeid niet langer duurt dan 5 uren per dag en niet wordt verricht gedurende de school tijd, behoudens vergunning ingevolge art. 13 der Leerplichtwet. b. voor lichte landbouwarbeid, verricht tussen 6 uur v.m. en 8 uur n.m. door leerlingen ener door de Minister van O., K. en W. erkende lagere land- of tuinbouwschool. N.B. Het melken van rundvee, voor zover dit ge schiedt vóór 12 uur des middags is voor de onder a bedoelde jeugdige bloed- en aanver wanten echter niet toegestaan. Opm.: Van het verbod van kinderarbeid in de land bouw is geen ontheffing mogelijk. 2. Het verbod tot het verrichten van neven- arbeid. Dit verbod heeft tot gevolg dat een arbei der, die meer dan 12 uur per week arbeid verricht in een inrichting waarop de Arbeidswet van toepas sing is (bakkersgezellen ook als zij minder dan 12 uur per week in de bakkerij werken), daarnaast geen arbeid mag verrichten anders dan ten aanzien van zijn arbeid in die inrichting is bepaald. Voorbeeld: a. een arbeider, die een volledige werkweek van 48 uren in een fabriek maakt, mag daarnaast geen arbeid meer verrichten in de landbouw; TERNEUZEN: Woensdag 10 april in hotel „Des Pays Bas". OOSTBURG: Woensdag 10 april in café „De Windt". ZIERIKZEEDonderdag 11 april in hotel „Huis van Nassau". KORTGENE: Donderdag 11 april in hotel „De Korenbeurs". MIDDELBURG: Donderdag 11 april in café „De Eendracht". ST. PHLLIPSLAND: Zaterdag 13 april in hotel „De Druiventros". THOLEN: Zaterdag 13 april in hotel „Hof van Holland". b. een arbeider, die b.v. slechts 36 uren per week in een fabriek werkt, mag daarnaast nog hoog stens 12 uren per week in de landbouw werken en dan nog alleen op tijden waarop hij ook in de fabriek zou mogen werken. Van dit verbod kan het Districtshoofd der Ar beidsinspectie (adres: Wilhelminastr. 35, Breda), ontheffing verlenen. Verzoeken daartoe moeten schriftelijk worden ingediend onder opgave van: a. naam, ieeftijd en adres van de arbeider; b. naam, adres en aard van het bedrijf van de hoof d werkgever c. aard van de werkzaamheden welke men de ar beider wil laten verrichten; d. volledige werktijdregeling; e. de termijn waarvoor de vergunning gevraagd ..wordt; f. het motief. 3. Het hoofd of de bestuurder van een onder neming van Landbouw moet zorgen dat hij voor elke jeugdige persoon een persoon beneden 18 jaar) of gehuwde vrouw, die in zijn onderneming arbeid verricht, een arbeidskaart in zijn bezit heeft. Opmerkingen: a. voor jongens beneden 14 jaar of nog leerplich tig en voor meisjes beneden 15 jaar wordt geen arbeidskaart afgegeven b. voor de door inwonende bloed- en aanverwan ten van 12 jaar en ouder verrichte lichte land bouwarbeid (toegestaan zoals onder 1 ver meld), is geen arbeidskaart nodig. Deze arbeidskaart dient door de jeugdige werk nemer op de Gemeente-secretarie te worden aange vraagd. 4. Krachtens de Arbeidswet is in het Arbeids besluit 1920 bepaald, dat bepaalde soorten van ar beid of arbeid onder bepaalde omstandigheden door jeugdige personen of vrouwen niet mogen worden verricht of slechts mogen worden verricht onder bepaalde voorwaarden, op grond van gevaar voor de gezondheid, de zedelijkheid of het leven. Voor de landbouw is voorlopig slechts van be lang hoofdstuk I van het Arbeidsbesluit (algemene verbodsbepalingen) en de hoofdstukken VI en VII .(algemene bepalingen en slotbepalingen). De hoofdstukken II, III, IV en V handelen n.l. over arbeid in fabrieken of werkplaatsen, in win kels en apotheken, in kantoren en in het kunst- en amusementsbedrijf. Opmerking: Er is een aanvulling van het Ar beidsbesluit in voorbereiding met bepalingen die speciaal zijn afgestemd op arbeid in de landbouw. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regelen worden gesteld ten aanzien van arbeids- en rusttijden van arbeiders die landbouwarbeid ver richten. De bedoeling is echter, dat het Landbouwschap en het Bosschap deze materie regelen bij verorde ning. Zolang nooh een algemene maatregel van be stuur, noch een verordening tot stand gekomen is, gelden dus op grond van de Arbeidswet nog geen arbeids- en rusttijden-regelingen in de landbouw, In de C.A.O. zijn wel bepaalde maximum-werktijden vastgesteld. ARBEIDSINSPECTIE BREDA. Februari 1957. Noot Redactie: In verband met het per 4 juni 1956 van toepassing verklaren van de gewijzigde Arbeidswet op de Landbouw hebben wij ons in verbinding gesteld met de Arbeidsinspectie te Breda, die ons over de belangrijkste punten voor de Landbouw de bovenstaande gegevens deed toe komen. Wij willen onze werkgevers er op wijzen dat verwacht mag worden, dat de controle op nale ving van bovenstaande bepalingen intensiever zal zijn dan het vorig jaar, daar het inwerkingtreden in 1956 pas half in het jaar plaats vond. Degenen die bij hun werkzaamheden (b.v. het plukken van kleinfruit) gebruik maken van jeugdige arbeiders, of arbeiders die reeds in een fabriek werkzaam zijn, zouden wij willen adviseren van bovenstaan de goede nota te nemen. Het Produktschap voor aardappelen maakt be kend, dat, tenzij de maximaal te subsidiëren hoe veelheid van in totaal 100.000 ton reeds eerder is bereikt, de subsidieregeling voor industriële ver werking en voor export met ingang van 11 april a.s". wordt gestaakt; d.w.z. dat de industrie uiterlijk tót en met 10 april consumptieaardappelen binnen deze bepaling kunnen aankopen en exporttrans acties uiterlijk 10 april moeten worden aangemeld. De levering van deze gesubsidieerde aardappelen aan de fabriek en de feitelijke export zal na deze datum kunnen plaats vinden. Het tijdstip van levering dient te worden geregeld met de fabrieken, resp. met de handelaren. (Advertentie). Voor Uw benodigde INLANDSE EN IMPORT naar Import - Export POSTBUS 35 „Zaait „VICTORIA" zaden"

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 1