Uitgifte van gronden in de Braakmanpolder VERZEKERINGSFQNOS Onkruidbestrijding met chemische middelen in wintertarwe 130 ...maar de boer vindt zijn houvast Sophialaan 2 Leeuwarden Kalkstikstof DNC DENKT OM DE AARDAPPELMOEHEID IN DE HERVERKAVELIN GSGEBIEDEN ZEEUWS LANDBOUWBLAD In een bespreking die op 14 februari j.l. werd gehouden, werd door de Rentmeester der Domeinen te Breda, inzake de uitgifte van de gronden in de Braakmanpolder, aan de vertegenwoordigers van de landbouworganisaties het onderstaande mede gedeeld. I. Nadat de Braakman in juli 1952 door de Rijkswaterstaat van de Wester-Schelde was afge sloten, werden door deze dienst alle in de polder noodzakelijke civieltechnische voorzieningen (kana len, wegen, kunsl/erken, e.d.) getroffen, terwijl de Dienst der Domeinen, ressorterend onder het Minis terie van Financiën, de overige werken, strekkend tot het tot de definitieve bestemming doen geraken van de polder, ter hand nam. II. Zo werd door de Dienst der Domeinen ter stond na de afsluiting een aanvang gemaakt met de ontginning van het drooggevallen gebied, dat doorsneden werd door talloze grotere en kleinere kreken. Deze kreken werden, waar dit kon, dicht geschoven met oeverwalzand, zo mogelijk afgedekt met goede slootgrond. In de grotere kreken werd vaak zand gespoten als onderlaag voor de sloot grond. Het dichtschuiven der kreken geschiedde met een bulldozer; het aanvoeren van de sloot grond hoofdzakelijk met smalspoor. Ook het graven van de kavelsloten en de verdere afwerking van het terrein werd bijna geheel mechanisch uitge voerd. Deze cultuurtechnische werkzaamheden, nood zakelijk ter voltooiing van de eerste aanleg van de polder, zijn thans geheel beëindigd. III. In het najaar van 1953 was de ontginning reeds zover gevorderd, dat de gehele polder met landbouwgewassen kon worden ingezaaid. IV. Het gebied van de polder, dat een totale oppervlakte heeft van ca. 1400 La, zal overwegend worden bestemd voor de uitoefening van het agra risch bedrijf. Alhoewel de bestemming van de gronden in het zuidoostelijke gedeelte van de polder, in uitwerking en detaillering, mede in verband me'; een ter plaatse zeer waarschijnlijk te stichten zoetwaterbekken ten behoeve van de drinkwatervoorziening van Zeeuwsch-Vlaanderen, nog moet worden vastge steld en het bestemmingsplan dei halve nog ver schillende onzekerheden heeft, laat het zich thans niettemin aanzien, dat in de I" aakmanpolder ca. 24 landbouwbedrijven met een gezamenlijke opper vlakte van ca. 778 ha zullen worden gesticht. Vermoedelijk zal ca. 110 ha als los land worden uitgegeven in het kader van een na te streven sanering van te kleine bedrijven in de naaste om geving van de polder, alsook ten dienste van een eventuele, in onderzoek zijnde, sanering van het grondgebruik in de aanliggende Dijckmeester- polder. Een oppervlakte van ca. 22 ha wordt geschikt geacht voor de stichting van een viertal fruitteelt- bedrijven. Voorts zullen de bos- en recreatieterreinen uit eindelijk vermoedelijk ca. 185 ha in beslag nemen. (Advertentie) temidden van een woelige en onxekere wereld bij het In samenhang met deze terreinen zal de grote kreek, \»elke met een oppervlakte van ca. 140 ha uit stekend geschikt is voor de beoefening van de watersport, in de naaste toekomst wellicht e ;n be langrijke recreatieve functie vervullen. Behoudens mogelijke wijzigingen laten de diverse bestemmingen van de Braakmanpolder- gronden zich als volgt samenvatten: Landbouwgronden ca. 24 landbouwbedrijven ca. 778 ha los land ca. 110 ha ca. 4 fruitteeltbedrijven ca. 22 ha ca. 910 ha Niet-landbouwgronden bos- en recreatieterreinen ca. 185 ha grote kreek ca. 140 ha waterbekken, eventueel natuurreservaat (excl. bos), wegen, overig water, on land ca. 165 ha ca. 490 ha Totaal ca. 1400 ha V. In het najaar van 1954 werden in het zuid westelijk gedeelte van de polder de eerste zes land bouwbedrijven in pacht uitgegeven. Per roven- oogst 1955 werden 4 in het noordelijk deel gelegen landbouwbedrijven verpacht. Van deze 10 bedrij ven met een gezamenlijke oppervlakte van ca. 291 ha, werden er 9 toegewezen aan door de Her verkavelingscommissie Zeeland daartoe voorge dragen boeren uit de herverkavelingsgebieden, ter wijl 1 boerderij werd toegewezen aan een uit de polder Kruiningen afkomstige landbouwer. Deze boeren dienden daarbij afstand te doen van hun gebruiksrechten op de voorheen door hen geëxploi teerde gronden, zulks om daarmede een vergroting van de in hun vroegere woongebieden te kleine landbouwbedrijven te kunnen realiseren. Aldus kon een bijdrage worden geleverd aan de sanering van het grondgebruik in de Zeeuwse rampgebieden. VI. Voorzover de landbouwgronden in de Braak manpolder nog niet zijn uitgegeven, worden ze van Staatswege geëxploiteerd. De thans nog in eigen beheer geëxploiteerde oppervlakte bedraagt ca. 720 ha. 0 VII. Van de nog niet verpachte landbouw bedrijven zullen er wellicht 7, met een gezamenlijke grootte van ca. 233 ha, per rovenoogst 1957 worden uitgegeven. Deze bedrijven zijn gelegen in het noordelijke gedeelte van de polder, behoudens één in het zuidwestelijke deel. VIII. De overige landbouwbedrijven in de Braak manpolder, derhalve waarschijnlijk 7 stuks met een gezamenlijke oppervlakte van ca. 254 ha, zul len vermoedelijk in het najaar van 1958 of 1959 worden uitgegeven. Met uitzondering van één be drijf, liggende in het zuidwestelijke gedeelte van de polder, zijn deze bedrijven alle gelegen in het gebied ten oosten van het Isabellakanaal. IX. Van de thans nog uit te geven bedrijven zal er waarschijnlijk één worden toegewezen aan de onlangs opgerichte Stichting Demonstratiebe- drijf Zeeuwsch-Vlaanderen. Bij de uitgifte van de overige bedrijven der halve ca. 13 stuks die zullen worden toegewezen aan gegadigden uit Zeeuwsch-Vlaanderen, kan zowel worden gedacht aan een uitgifte ter compen satie van "geleden grondverlies tengevolge van ont eigening e.d. als aan een vrije uitgifte, geheel of gedeeltelijk onder beding van afstand van gebruiks rechten op grond, zulks ten behoeve van sanerings doeleinden. X. Ten aanzien van de toedeling n de land bouwbedrijven in de Braakmanpolder naar gezindte kan worden gesteld, dat de Zeeuwse verhoudingen tussen de gezindten van de mannelijke bedrijfs- hoofden in de landbouw, evenwel met een correctie in de richting van de Zeeuwsch-Vlaamse verhou dingen, maatstafgevend zullen zijn. Dienovereen komstig zal er naar worden gestreefd, dat de landbouwbedrijven in deze polder waarbij het waarschijnlijk aan de Stichting Demonstratiebedrijf Zeeuwsch-Vlaanderen toe te wijzen bedrijf uiter aard buiten beschouwing blijft uiteindelijk voor ca. 60 door protestantse en voor ca. 40 door Rooms-Katholieke boeren zullen worden bezet. Waar van de tot dusverre uitgegeven bedrijven 9 aan protestantse boeren en 1 aan een Rooms- Katholieke boer werden toegewezen in verband met de zeer overwegend protestantse bevolkings samenstelling van de rampgebieden was zulks uiteraard te verwachten zullen van de thans nog uit te geven bedrijven 8 a 9 aan Rooms-Katholieke en 4 a 5 aan protestantse gegadigden worden toe gewezen. Ingeval in de Braakmanpolder, in afwijking van het gestelde sub IV, niet 24 doch 25 landbouwbe drijven mochten worden gesticht, zouden van de alsdan aan Zeeuwsch-Vlaamse gegadigden toe te wijzen bedrijven 9 aan Rooms-Katholieke en 5 aan protestantse gegadigden kunnen worden uit gegeven. Op verscheidene percelen wintertarwe komt thans heel wat onkruid voor, zodat bestrijding ge wenst kan zijn. Vooral muur treedt plaatselijk in ernstige mate op. De chemische bestrijding kunnen we met twee middelen uitvoeren, nl. met kalkstik- stof en DNC. Dit is een oud middel, dat de laatste jaren weer meer ingang begint te vinden door het gebruik van de kunstmeststrooiers. Het is een middel, dat speciaal voor de bestrijding van muur geschikt is, onder meer ook in graszaad. Om schade aan het gewas te voorkomen, dient men kalkstikstof te strooien op een goed ontwikkeld, gezond gewas, r- beste onkruiddodende werking verkrijgt men indien het aangewend wordt op een dauwnat of beijzeld gewas en er een dag volgt met droog, zonnig weer. Verder moet de kalkstikstof vrij zijn van kluitjes en regelmatig over het gewas worden verdeeld. B'j gebruik van kalkstikstof dient rekening te worden gehouden met de stikstofwerking. Bij tijdige aanwending van plm. 250 kg per ha kan meestal de stikstofbewerking gelijk gesteld worden met die van plm. 175 kg kalkammonsalpeter. Een nadeel van de kalkstikstof is, dat ze thans nogal duur is, nl. f 32,per 100 kg. Bij gebruik van 250 kg kalkstikstof per ha, be taald men x f 32,f 80,Schat men de waarde van de stikstof in vergelijking met die van andere stikstofmeststoffen op f 30,dan bedragen de kosten aan middel voor de onkruidbestrijding plm. f 50,per ha. De resultaten van een bespuiting met DNC lopen vaak uiteen en zijn sterk afhankelijk van weers omstandigheden, onkruidbezetting en zwaarte van de grond. Bij het gebruik van DNC in het voorjaar moet op de volgende punten gelet worden: 1. De tarwe moet er gezond voor staan. 2. Daar de onkruiden meestal tamelijk groot en goed afgehard zijn, moet meer DNC gebruikt worden dan bij een decemberbespuiting. 3. De te gebruiken hoeveelheid DNC hangt af van de soort DNC welke gebruikt wordt en van de zwaarte van de grond. Op zware grond dient de hoeveelheid groter te zijn dan op de lichte gronden. Onderstaande hoeveelheden worden geadviseerd: DNC-poeders 80%: 6—10 kg/ha, 800 liter water/ha. Vernevelbare DNC-poeders: 8—13 kg/ha, 200 400 liter water/ha. 4. De beste resultaten verkrijgt men bij zacht weer, tamelijk .hoge luchtvochtigheid en zuid westelijke wind. Spuiten op een dauwnat gewas of na nachtvorst geeft meer kans op beschadi ging van het gewas. Men kan dan beter iets minder DNC gebruiken. 5. De kosten van een DNC-bespuiting zijn onge veer even hoog als die van kalkstikstif, wanneer men van de prijs van kalkstikstof de waarde als stikstofmeststof aftrekt. De Specialisten Plantenziekten, R. C. C. DE BRUYCKERE, Axel, P. VERHAGE, Goes. De Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap deelt hierbij mede, dat de telers van aardappelen in Schouwen-Duiveland en Tho- len en St. Philipsland, in verband met eventuele moeilijkheden wegens de herverkaveling, inzage kunnen krijgen van de kaarten waarop staat aan gegeven op welke percelen in 1954, 1955 en 1956 aardappelen werden verbouwd. Deze kaarten liggen ter inzage bij de betreffen de P.BJI.'s, de heren P. C. Hanse te Zierikzee en C. G. Hage te St. Maartensdijk.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 6