127
/ff (8Velstag
Ook
via
Bald.
Carl:
Uw zaaizaad
de coöperatie
er zomergerst
sberg zomergerst
Proctor zomergerst
UITVOER VAN
LAND- EN TUINBOUWPRODUKTEN
IN 1956
STICHTING C. L. O.-CONTROLE
Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap.
ZATERDAG 2 MAART 195 7
(Advertentie.)
van de vergadering van de Tuinbouwcommissie der Z. L. M.,
gehouden op dinsdag 26 februari 1957
OPENING.
In zijn openingswoord richt de Voorzitter, de
heer P. J. J. Dekker, een speciaal woord tot het
nieuwe lid van de kommissie, de heer M. P. C. van
Nieuwenhuyze.
KONTRAKTTEELT.
Uitvoerige mededelingen worden gedaan over
het verloop van de diskussies in het Bestuur van
het Produktschap voor Groenten en Fruit aan
gaande de nieuwe regeling voor de kontraktteelt
in 1957. Van de zijde der Standsorganisatie is ver
dedigd, dat de kontraktteelt binnen het areaal
teeltvergunningen A. geplaatst moest worden.
Daartegenover stond het standpunt van de kon-
servenindustrie, die in dezen volledige vrijheid
eiste.
Mede onder invloed van een schrijven van de
Direkteur Generaal van de Voedselvoorziening,
is de regeling voor 1957 zo geworden, dat per aan
geslotene A. hoogstens 2 H.A. kontraktteelt bui
ten de blijvende vergunning geteeld mag worden.
De vergadering komt tot de konklusie, dat deze
kwestie onbevredigend is geregeld.
BORGSTELLINGSFONDS.
Mededelingen worden gedaan over de investe
ringen in de laatste jaren met garantie van het
Borgstellingsfonds, hetgeen neerkomt op een ge
middelde investering in de tuinbouw van
ƒ8.000.000— per jaar. Deze investeringen zijn in
hoofdzaak gepleegd in de provincies Zuid- en
Noord-Holland, in het bijzonder ten bate van de
glaskultures.
In Zeeland is er weinig gebruik van gemaakt,
hetgeen toch wel een gelukkige omstandigheid
kan worden genoemd.
Verder heeft de Minister op de Landbouw
begroting een bedrag van 2.000.000.uitgetrok
ken; bestemd om als krediet voor sanering van
kleine vollegronds groenteteeltbedrijven dienst te
doen tegen een rente van 2%. Omtrent de wijze
van kredietverstrekking moeten nog richtlijnen
worden vastgesteld.
SUBSIDIES.
De hoofdafdeling. Tuinbouw van het Landbouw
schap heeft een voorstel ingediend bij 't Bestuur
voor subsidiëring van verschillende instellingen,
die zich bezighouden met tuinbouwkundig onder
zoek. Tot heden deed het Centraal Bureau voor
Tuinbouwveilingen dit, maar zal voortaan ge
schieden door het Landbouwschap.
Een en ander brengt met zich mee, dat sommi
ge instellingen een belangrijk hogere subsidie
zullen kunnen ontvangen. De subsidie voor het
Proefstation te Wilhelminadorp is bv. meer dan
verdubbeld.
AFZET OOGST 1956.
De afzet van groenten in 1956 mag zeer bevre
digend worden genoemd. Uitzonderingen daarge
laten is dit erg meegevallen. Geheel anders ligt
de situatie in de fruitsektor.
Op dit moment zijn er nog grote voorraden
fruit en over het algemeen van zeer matige kwali
teit.
Juist de matige kwaliteit is voor onze export
positie een geweldige handicap. Het is Italië, dat
zich als konkurrent op de Duitse, Franse en En
gelse markt geducht laat voelen. Zij spuien de
voorraden tegen elke prijs.
De mogelijkheid wordt niet uitgesloten geacht,
dat er in de export-situatie nog enige verbetering
zal intreden, zodra in Italië de grote voorraden
zijn geruimd.
In dit verband wordt er nog op gewezen, dat bij
de nieuwe aanplantingen in Zeeland een behoor:
lijke plaats is ingeruimd voor de zomerrassen.
Eén en ander wordt zeer juist geacht, omdat in
de afgelopen 10 jaren praktisch uitsluitend win-
terrassen zijn aangeplant.
Verder wordt nog medegedeeld, dat de afzet
een punt van voortdurende studie uitmaakt. Zeer
binnenkort zal hierover een belangrijk rapport
verschijnen. Bovendien zal het instellen van een
gemeenschappelijke markt de nodige konsequen
ties met zich brengen, welke thans nog niet te
overzien zijn.
TUINBOUWONDERWIJS.
De vergadering neemt kennis van de reorgani
satieplannen op het terrein van het land- en
tuinbouwonderwijs. De lagere land- en tuinbouw
scholen zullen zodanig moeten worden geoutil
leerd, dat leerlingen na het 6e leerjaar aan de
lagere school er kunnen worden opgevangen.
Bovendien zal aan de scholen hand- en vakvaar-
digheidsonderwijs gegeven moeten worden.
Besloten wordt op korte termijn na te gaan
welke mogelijkheden er in dezen liggen voor de
Tuinbouwschool der Z.L.M. te Kapelle.
UITGIFTE TUINBOUWBEDRIJVEN.
Er bestaan plannen om binnen afzienbare tijd
over te gaan tot uitgifte van fruitteeltbedrijven
in de Braakman- en Quarespolder.
Een gedeelte van deze bedrijven zal waarschijn
lijk beschikbaar gesteld worden voor sanerings-
gevallen uit de herverkavelingsgebieden.
Door de vergadering wordt de uitgifte van deze
bedrijven toegejuicht. Een zeer urgent punt in
dezen wordt evenwel de financieringsregeling
geacht. Een regeling, waarbij de gebouwen vol
ledig gefinancierd moeten worden door de toe
komstige erfpachter zou de vergadering zeer
onbillijk vinden. De ervaringen in de N. O. P. heb
ben wel geleerd, dat de financiële konsequenties
in die gevallen zeer ernstig zijn. Redelijk wordt
het geacht, dat het Rijk de gebouwen voor haar
rekening neemt en via een annuiteïtensysteem de
rente en aflossing regelt.
TUINBOUW AFZET VERORDENING.
Kennisgenomen wordt van de besprekingen,
welke hebben plaatsgevonden om te komen tot
een nieuwe tuinbouwafzetverordening. In het
Bestuur van het Produktschap voor Groenten en
Fruit is er verschil van mening aangaande enkele
punten. Het blijkt dat één en ander aanleiding
zal kunnen zijn tot het opheffen van de publiek
rechtelijke veilplicht.
De vergadering geeft als haar mening te ken
nen, dat het veilingsysteem voor de reële prijs
vorming voor onze tuinbouwprodukten onmis
baar is en dat het handhaven van de publiek
rechtelijke veilplicht zeer belangrijk is, omdat
daarop de afzetregeling met Duitsland en Bel
gië/Luxemburg zijn gebaseerd.
SOCIALE VRAAGSTUKKEN.
Aangaande de besprekingen over de nieuwe
kollektieve arbeidsovereenkomst voor de tuinbouw
kontraktjaar 1957/1958 kunnen weinig mededelin
gen worden gedaan. In de bestedingsnota van de
Regering is thans 3% loonsverhoging plus 2%
vakantietoeslag toegezegd.
Afgewacht moet worden wat er verder nog uit
de bus komt. Wel geeft de vergadering als haar
mening te kennen, dat in het tuinbouwkontrakt
geen herzieningen mogen worden aangebracht,
welke afwijken van het landbouwkontrakt in Zee
land en omgekeerd.
Het is voor Zeeland van het grootste belang,
dat beide kontrakten steeds op elkaar worden
afgestemd.
Na nog een aantal punten behandeld te heb
ben, welke ter sprake komen in de algemene ver
gadering van de afdeling Tuinbouw van het
K.N.L.C. op 28 februari 1957 sluit de Voorzitter de
vergadering onder dank voor de zeer geanimeer
de besprekingen.
de L.
Benoeming voorzitter en plv. voorzitter.
Voor de tweede zittingsduur, lopende van 1
februari 1957 tot en met 31 december 1958, werd
door de Raad tot voorzitter benoemd de heer
W. Koster te Axel en tot plv. voorzitter de heer
M. D. den Hollander te Goes.
Garantieprijzen landbouwprodukten.
Besloten werd een schrijven te richten aan het
Bestuur van het Landbouwschap inzake het in de
toekomst te voeren beleid met betrekking tot de
garantieprijzen voor bepaalde produkten.
Het prijsverloop der consumptieaardappelen
werd zeer teleurstellend geacht, en het nemen van
nadere maatregelen is noodzakelijk.
Standaardisatie en pasteurisatie consnmptiemelk
in Zeeland.
De Raad stelde zich op het standpunt, dat, bij
volledige afschaffing van alle subsidies op con-
sumptiemelk, er geen bezwaren bestaan tegen in
voering van verplichte standaardisatie en pasteu
risatie van de consumptiemelk, mits er voor de
zelfslijtende veehouders een zodanige regeling
kan worden getroffen, dat deze groep blijft inge
schakeld bij de aflevering aan de consument.
Castratie van vrouwelijke varkens.
Besloten werd een schrijven te richten aan de
Hoofdafdeling Veehouderij van het Landbouw
schap, met het verzoek te willen bevorderen dat
ook aan erkende castreurs toestemming zal wor
den verleend tot het castreren van vrouwelijke
varkens.
Ingevolge de nieuwe Wet op de Uitoefening van
de Diergeneeskunst is zulks sinds 1 december
Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek
bedroeg de waarde van de uitvoer van land- en
tuinbouwprodukten in het 4e kwartaal 1956 1.067,3
miljoen gulden tegen 1.086,4 miljoen gulden in het
overeenkomstige kwartaal van 1955 (-2 Tegen
over een geringere uitvoer van de akkerbouw- en
veehouderijprodukten resp. 360,3 (v.j. 369,7) mil
joen gulden en 541,8 (v.j. 553,9) miljoen gulden
staat een hogere uitvoer van de tuinbouwproduk
ten 165,2 (162,8) miljoen gulden. Het aandeel van
de landbouw in de totale uitvoerwaarde daalde van
38 tot 37 vergeleken met het overeenkomstige
kwartaal in 1955.
4e kwartaal
Jaar
1955
1956
1955
1956
Akkerbouw
369,7
360,3
1.237,7
1.350,3
Veehouderij
553,9
541,8
1.848,4
1.865,0
Tuinbouw
162,8
165,2
618,1
687,1
Totaal
1.086,4
1.067,3
3.704,2
3.902,4
In 1956 bedroeg de totale uitvoer van land- en
tuinbouwprodukten 3.902,4 miljoen gulden tegen
3.704,2 miljoen gulden in 1955 (+5%).
Hiervau werd aan akkerbouwprodukten voor een
Hiervan werd aan akkerbouwprodukten voor een
gevoerd aan veehouderijprcdukten voor 1.865,0
(1.848,4) miljoen gulden en aan tuinbouwprodukten
voor 687,1 (618,1) miljoen gulden.
Het aandeel van de landbouw in de totale Neder
landse uitvoerwaarde bleef onveranderd n.l. 36
In het kalenderjaar 1956 werden gefabriceerd
1.281.453.338 kg C.L.O.-mengvoeders (exclusief de
z.g. boerenmengsels).
1956 slechts toegestaan indien zulks geschiedt
door een dierenarts.
Bestrijding aardappelmoeheid.
In de loop van 1957 zullen ook van alle partiku-
liere tuinen waarin aardappelen worden geteeld
schetsen worden gemaakt, opdat contróle op een
juiste vruchtwisseling kan plaats hebben.
Arbeidsvoorziening.
Gezien de moeilijkheden op het terrein van de
arbeidsvoorziening in de landbouw zal een
enquete worden ingesteld naar de behoefte aan
vaste arbeiders en seizoenarbeiders, waarna, in
nauwe samenwerking met de landarbeidersorgani
saties, zal worden getracht zoveel mogelijk land
arbeiders voor een langere periode op de bedrij
ven te plaatsen, en de werkgelegenheid in de
landbouw zo hoog mogelijk op te vberen.
Aanvullende C. A. O. voor de landbouw.
De Raad besloot akkoord te gaan met een tus
sentijdse loonsverhoging, op basis van de door
het Landbouwschap bij de Regering ingediende
voorstellen.
Behoudens goedkeuring door het College van
Rijksbemiddelaars zullen de lonen met ingang
van 4 maart a.s. bedragen
Voor vaste arbeiders van 23 jaar en ouder 1.28
per uur.
Voor losse arbeiders van 23 jaar en ouder 1.25
per uur.
Voor paardenknechts van 23 jaar en ouder
ƒ75.12 per week.
In deze lonen zijn de premies voor de wacht
geld- en werkloosheidsverzekering en de algemeno
oudersdomswet verdisconteerd.
KORT VERSLAG van de op 27 februari gehouden vergadering