enken Tuinbouwlantaam DE ZWARTE BESSENTEELT 135 Korte ZATERDAG 2 MAART 19 5 7 ONDER de Dat deze teelt de laatste jaren in een stijgende belangstelling is komen te staan is zeer verheugend. De teelt, zoals die vroeger werd beoefend, maakt over het algemeen wel een opmerkelijk groot ver- schil met de huidige cultuurmethode. Aangezien ■de teelt van zwarte bessen nogal met grote en juiste cultuurzorgen gepaard gaat, willen wij deze week in onze rubriek „Onder de tuinbouwlantaam" u enkele belangrijke wenken geven, die voor een rendabele teelt van groot belang zijn. Het blijkt telkens weer, dat er nog velen zijn, die zwarte bes sen telen, zonder daarvoor de nodige kennis te be zitten of wel de nodige aandacht aan deze teelt besteden. En juist een goede bemesting, snoei, selectie, enz. zijn nodig om tot een goed resultaat te komen. Algemeen hoort men bij deze verschil lende klachten over slechte rassen, geringe op brengsten, ziekten in de struiken enz. Op al deze klachten bestaat meestal maar één antwoord: maak uw bestaande aanplant in orde, ruim alles op wat versleten en ziek is en behandel e.t. nieuwe aan. plantingen zoals het behoort, enu zult te vreden zijn over de opbrengst. Zwarte bessen groei en op bijna alle gronden. Men treft goede aanplan tingen aan op kleigronden, maar ook op de lichte zandgronden. De groei op goede zandgronden is veel sterker dan op de zware gronden. WELKE RASSEN Een uitgebreide rassenkeuze staat ons ter be schikking. De keuze is de laatste jaren echter wel wat gewijzigd bij vroeger vergeleken. „Oude" ras sen worden steeds meer en meer aangetast door virus, „nieuwe" nemen hun plaats in, worden ziek en worden daarom weer door nieuwere en „hope lijk" betere rassen vervangen. U zult daarom wel begrijpen dat de keuze der rassen zéér belangrijk is. Daarom wil ik u enkele rassen noemen met hun eigenschappen. Goliath. Deze groeit krachtig, is zeer vrucht baar, geeft een grote harde bes, die dus voor export geschikt is. Door de korte trossen is deze bes moei lijk te plukken. Dit ras heeft veel last van rondkop, degenereert gemakkelijk, zodat strenge selectie nodig is. Roodknop. Dit ras komt in vele eigenschappen overeen met Goliath, doch.heeft een langere tros en een wat zachtere bes. Baldwin is een wat nieuwere variëteit. Hiervan bestaat een goede selectie n.l. Baldwin Hilltop. Deze heeft e«en matig lange tros, maar een taaie vrucht- steel, waardoor ze moeilijk te plukken is. De struik is betrekkelijk laag, maar breed uitgroeiend. Dit ras is zeer vruchtbaar. De pluk valt wel tien dagen later dan bij Goliath. Daar de schil stevig is, kan men bij regenachtig weer de bessen nog wel enkele dagen laten hangen, wat bij vele andere rassen on mogelijk is. Dit ras kan veel dichter worden ge plant dan andere rassen, n.l. op IV2 meter tussen de rijen en 1 meter in de rij. Silvergieter. Deze is zeer vruchtbaar en heeft een mooie tros. De bessen zijn groot en vast en goed te plukken. Dit ras voelt zich het beste thuis op zware gronden, indien het klimaat althans ge schikt is. Op de lichtere gronden valt zij over het algemeen tegen. Davison's Eight groeit in hot voorjaar meestal slecht en geeft een matige opbrengst. Zou onvat baar zijn voor rondknop, doch het is gebleken, dat dit niet juist is. Voldoet op lichtere gronden be hoorlijk, maar heeft verschillende bezwaren, als gevoeligheid voor Californische pap, ongelijk rijpen der bessen en moeilijk te plukken. Genoemd ras heeft na enige jaren van opgang, zijn positie ver loren en wordt weinig meer aangeplant. Wellington XXX rijpt vrij ongelijk en heeft een vrij tere bes, maar de opbrengst is zeer goed. De horizontale groei veroorzaakt wel moeilijkheden bij het plukken en geeft soms veel besmeurde vruch ten. Dit laatste euvel is bij een geschikte snoei wel enigszins op te heffen. Alle bovengenoemde ras sen zijn van oudere datum. Enkele nieuwe beproevenswaardige rassen zijn: Westwick Choice, Westwick Triumph en Cots- wold Cross. De eerstgenoemde kan men vergelijken met de Baldwin. Dit ras geeft dezelfde soort struik met dezelfde grote vruchtbaarheid. Bloeit vrij vroeg, rijpt laat en enigszins ongelijkmatig. Is wei nig vatbaar voor naehtvorstschade, wat zeer be langrijk is. De Westwick Triumph vormt grote, rijkdragende struiken. De trossen zijn vrij lang met flinke goed kleurende, iets onregelmatig rijpende bessen, waardoor de pluk wel enigszins wordt be moeilijkt. Het laatstgenoemde ras is een Engelse aanwinst, die thans in ons land wel enige opgang maakt. HET PLANTEN EN DE GRONDBEWERKING Alvorens tot planten over te gaan, is het nood. zakelijk een diepe grondbewerking toe te passen, om e.t. aanwezige vaste lagen te verbreken. Deze diepe grondbewerking is vooral nodig, omdat een zwarte bes een massa wortels vormt, die zeer dun zijn. In een vaste bodem gaan deze wortels weinig verder dan het plantgat en blijven daarom zeer oppervlakkig. Een diepe grondbewerking voor het planten is bovendien gewenst om voor een goede waterafvoer en watervoorziening te zorgen. Een zwarte bes kan slecht tegen „natte voeten." en is de grond dan ook lang te nat, dan wordt het blad geel en valt af. In droge perioden en deze komen veelal voor ten tijde van de vruchtzetting, is een diepe beworteling in een goed losgemaakte en vruchthoudende bo dem van zeer veel belang. Het te planten materiaal dient vanzelfsprekend van goed geselecteerd gewas afkomstig en daarom N. A. K. B gekeurd te zijn. Bij de aankoop van zwarte bessenstruiken wachte men zich vooral voor een „koopje". Vaak komt men dan bedrogen uit. Immers, een slechte, viruszieke struik is altijd te duur en bij een goede teelt speelt de aankoopprijs van plantgoed een zeer onder geschikte rol. Hier geldt vooral: „Het beste is nog maar juist goed genoeg". Men plant de struiken op de blijvende plaats op -een afstand van 2 bij 2 of 2 bij 2V2 meter. Men plaatst in de lengterichting van het te beplanten perceel een lijn en legt hierlangs een plantlat met op de gewenste afstand merktekens. Rechts van deze tekens plant men dan een struik. Het planten op bovengenoemde wijze gaat vlug, maar is niet de beste manier. Beter is het om, evenals bij het planten van fruitbomen, een plant gat te maken en hier midden in de bessenstruik te plaatsen. Deze manier is wel wat bewerkelijker, doch heeft het grote voordeel, dat de wortels naar alle kanten goed verdeeld liggen en vooral met losse grond in aanraking komen. Dit is met de eerstgenoemde methode van planten niet het geval, omdat de struik dan steeds tegen een vaste kant gedrukt wordt met als gevolg, krom gedrukte wor tels. Als men na enkele jaren een struik rooit, welke op die manier is geplant, dan is het veelal nog goed te zien, dat tijdens het planten dé wortels naar één zijde zijn gedrukt. Vóór het planten is het met het oog op het goed aanslaan wel nuttig de langste wortels wat in te snoeien en de e.t. gebroken of beschadigde wortels te verwijderen. Hiervoor gebruikt men bij voorkeur een goed scherp mes. Men lette er tevens op, dat de wortels van de te planten struiken niet te kort afgestoken zijn. Na het planten worden de struiken ingesnoeid. De lengte der te behouden takken wordt bepaald door het ras en, de stevigheid van de twijgen, maar meestal is dit 25 a 30 cm. De zwarte bessen verdragen ook op wat oudere leeftijd het verplanten zeer goed, mits men dit maar met de nodige zorg uitvoert. DE BEMESTING. Deze is voor zwarte bessen niet gauw te zwaar. Als regel is het nodig, vooral op lichte gronden, alvorens te planten een flinke hoeveelheid stalmest door de grond te werken. Ook is een goede kalk- toestand van de bodem gewenst. De lichtere, humushoudende gronden mogen iets zuur zijn, pH 6. Hoeveel stikstof fosforzuur en kali men moet toedienen is niet volgens een zeker recept op te geven, maar wordt door omstandig heden, als natuurlijke rijkdom aan voedingszouten, al of niet beoefenen van een tussencultuur, plant af stand, enz. beïnvloed. Een goede basis vormt het analyserapport van het grondonderzoek. Als gemiddelde gift is per ha aan te bevelen 400 a 500 kg kalkammonsalpeter en in de zomer zonodig een overbemesting van 200 kg kalksalpeter of chilisalpeter. Voorts 800 kg super en 800 a 1000 kg patentkali of in plaats van patent kali 500 700 kg 40 kalizout, mits op tijd toege diend. Wil men een stalmestbemesting vóór het planten, dan 75.000 kg per ha geven. Aangezien de bes zeer ondiep wortelt, is er veel humus nodig en is om de drie jaren een flinke stalmestbemesting van 50.000 kg aan te bevelen. Zanderige gronden krijgen veel kali, kleiachtige gronden vaak matig, ai naar het analyserapport van het grondonderzoek en de ervaring op eigen grond leren. De kunstmest dient vroeg te worden gegeven, aangezien de zwarte bes al vroeg in het voorjaar uitloopt. U ziet, dat de teelt van zwarte bessen van vele factoren afhankelijk is om goede resultaten te kun nen bereiken. Enkele factoren noemden wij u reeds. Er zijn er echter nog meerdere, zoals beschutting, snoei en dan niet te vergeten de ziektebestrijding. Hierover willen wij het in de rubriek van de volgende week hebben- Op vele bedrijven zijn gedurende of na de lichte vorstperioden vele grofgeploegd liggende percelen gelijkgereden. Door de vele regen zijn deze nu weer dichtgeslagen. Ze zullen minder snel opdrogen. Er dient nu bij de eerste bewerking op gelet te worden, dat de grond niet alleen bovenop, maar ook onderin voldoende droog is. Op die percelen dus niet te vroeg beginnen. V Luzerne wordt wel de dokter voor de grond ge noemd. Inderdaad is dit vooral voor een goede structuur van de grond een best gewas. Deze structuurverbetering wordt reeds in één jaar ver kregen. Bovendien wordt gemiddeld het eerste jaar de hoogste opbrengst bereikt. Bij normale zaadprijzen zal dus het beste resultaat worden verkregen door het gewas maar één jaar te laten liggen. Over het algemeen moet er van uitgegaan wor den dat dat luzernehooi of meel voor de verkoop bestemd zal worden. Er moet naar gestreefd wor den om het hooi dat voor de wintervoeding van het vee nodig is van het weiland te winnen. Een grote oppervlakte voedergewassen die geheel voor de eigen veestapel worden aangewend zal als regel aanleiding geven tot minder goede resul taten van de rundveehouderij. Nog wordt op verschillende bedrijven te weinig aandacht besteed aan de ontwatering van het gras land. Het mag toch niet voorkomen, dat op deze tijd grote gedeelten grasland veranderd zijn in plas sen. Zorg voor dainage is wel gewenst. En hele on diepe greppels, in het najaar aangebracht, kunnen reeds veel verbeteren. V Afgelopen najaar is een vrij grote oppervlakte aan betrekkelijk nieuwe tarwerassen uitgezaaid, In de rassenlijst is sinds enkele jaren een staatje opgenomen met aanwijzingen voor de gewenste stikstof-hoeveelheden. Om nu de juiste hoeveel heid N te geven, is het gewenst dit staatje als leidraad te nemen. Zij, die thans, nu er nog volop de gelegenheid voor is, over willen gaan tot het standariseren van de rijenafstand van hun zaaimachine, kunnen hier voor een schema aanvragen bij de assistenten van de Landbouwvoorlichting. Staan uw bakjes met zetpoters reeds in het licht? Zo niet, zorg dan nu hiervoor, dit bevordert het afscheiden van de kiemen. De kans op afbreken der kiemen wordt dan tijdens het poten veel klei ner. Indien in uw wintertarwe veel onkruid voorkomt, kunt U dit al vroeg bestrijden met DNC. De on kruidplantjes moeten dan 46 blaadjes hebben. U dient ze te bestrijden wanneer de plantjes nog in het kiemplantstadium verkeren; nadien zijn ze moeilijker te bestrijden. Hebt U voor uw bedrijf al eens uitgerekend of U het bietendunnen met eigen personeel aankunt? Een bietendunmachine kan een arbeidsbesparing geven tot 20 Zit hierin misschien een mogelijk heid om de top die anders door losse arbeidskrach ten wordt opgevangen zo mogelijk door een bieten dunmachine te laten doen? De 2e helft van februari is zeer geschikt voor het strooien van N. op wintergranen, koolzaad en karwei. Dit moet steeds gebeuren voor de groei opnieuw begint op een volkomen droog gewas. De fosfaat- en kalimeststoffen mogen steeds ge mengd worden, behalve slakkenmeel. Kalksalpe ter en kalkammonsalpeter kunt u mengen met de superfosfaat, indien dit onmiddellijk voor het strooien gebeurt. Ook Uw zaai- en pootgoed heeft veel te lijden gehad van de slechte weersomstandigheden vorie jaar. Ontsmetten kort voor het zaaien is zeer wenst. Pas daarna Uw zaaizaad behandelen tegen vogelschade. Pootgoed uit kuil of koelhuis moet U laten af harden en/of vóórkiemen. Om slechte opkomst van sterk gesproten of gebroeide aardappelen te voorkomen moet men deze na afspruiten en plaatsing in kiembakken op een vorstvrije doch niet te warme plaats laten voorkiemen en niet te vroeg uitpoten. Is Uw bouwplan klaar, ga dan eens na in welke maanden arbeidstoppen ontstaan. Kunnen deze niet opgevangen worden door Uw personeel, tref dan reeds nu andere maatregelen. Praat met Uw loonwerker of bekijk de mogelijkheid van akkoord- werk. Zijn deze mogelijkheden niet aanwezig, vei* ander dan Uw bouwplan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 11