ONTWIKKELINGEN OP HET WESTDUITSE PLATTELAND 781 II. Tien meter braakland vormen een belangrijke grens E1 UIT DE INHOUD ''EN tien meter brede, braakliggende strook loopt dwars door een groot gedeelte van Duitsland. J Het is de landbouwkundige uitvoering van het ijzeren gordijn, dat oost en west scheidt. Slechts waar een rivier of andere waterscheiding ontbreekt, wordt deze strook aangevuld door prikkeldraad versperringen. Voor het oog is het slechts een scheiding van politieke betekenis. Doch wie wat verder doordringt in deze zaak, bemerkt de menselijke tragiek die achter deze 10 meter brede strook schuil Op het eerste gezicht is er weinig verschil te zien tussen de wijze waarop aan deze en gene zijde van die grens wordt gewerkt. Ook aan de oostzijde werken veel vrouwen op het land en sjokken de trekkoeien voor de boerenwagen. Alleen een paar politiemannen in het grauwe uniform van hun communistische gebieders, herinneren er aan, dat het hier ook gaat om een scheiding des geestes. Een scheiding tussen het westen dat de Europese gedachte aanhangt, en het oosten dat zich voor ons verbergt achter nevelen, die hangen over dit deel van Oost-Europa en Azië tot aan Peking. Dank zij een lezing die we op een Westduitse volkshogeschool bij konden wonen, zijn deze nevelen wat voor ons opgetrokken. De inleider had tot voor kort in Oost-Duitsland gewoond en kon dus uit eigen ervaring spreken. Overigens kunnen vele Duitsers dat in meerdere of mindere mate, omdat het opvallend is hoeveel Duitsers uit de oostzone men, vooral in leidinggevende functies, in West- Duitsland aantreft. Families zijn gescheiden en vrienden hebben alle contact verloren sedert die 10 meter strook van braak land de scheiding tussen twee werelden is geworden. Keurig aangeharkt laat die strook iedere voetstap achter. Wie het desondanks waagt deze grens te overschrijden, mag blij zijn als hij de volgende hindernis van prikkeldraadversperring of rivier levend, doch zonder bezittingen, weet te nemen. HET BEGON MET TERREUR Doch laten we de inleider op de Volkshogeschool eerst eens vertellen over de veranderingen die zich na 1945 hebben voorgedaan. De eerste weken na de oorlog werden gekenmerkt door terreur, omdat de Russen in de veronderstelling verkeerden dat er direct een derde wereldoorlog zou uitbreken. Daar om werd de bevolking ontzag ingeboezemd en de industrie werd afgebroken en weggevoerd. Deze stappen worden nu betreurd, omdat ze de om schakeling van de bevolking des te moeilijker heb ben gemaakt. Die omschakeling bestond uit een verandering van de economie, doch ook uit een ideologische omvorming van de mensen. De grens tussen Oost en West trekt als een braakliggende strook dwars door Duitsland. uit komen. Deze klasse van kleine boeren was een goed middel om tot verder gaande hervormingen te komen. Dat de machthebbers het daar ook bewust naar gemaakt hebben, bewijst de verder gaande ontwikkeling wel. Ook de landbouw kreeg in 1948 te maken met normen, de z.g. afleveringsnormen. In de oorlog hebben we het systeem gekend, dat geleverd moest worden naar de taxatie van het gewas. In Oost- Duitsland moet geteeld worden naargelang van de opgelegde afleveringsnorm. Dat dit niet altijd mo gelijk is, begrijpt men als men hoort hoe ook de normen steeds hoger werden opgeschroefd en hoe vooral op de bedrijven boven de 20 ha de hoogste levering per ha werd gelegd. Wie niet genoeg teelde, moest maar bij gaan kopen in de vrije win kels. Een ei, dat bij inlevering 7 ct. waard was, kostte in een dergelijke winkel echter f 2,Er was al vrij spoedig sprake van hongersnood op het platteland. Ondanks het gebrek aan arbeids krachten kon niet geëxtensiveerd worden, vanwege de afleverings normen en niet gemechaniseerd wegens het gebrek aan trekkers en machines. Vooral de grotere bedrijven werden op deze wijze wel gedwongen een gedeelte van hun land af te staan. De volgende stap werd gezet door het vormen van de machine- en trekkerstations, waarin de weinige aanwezige trekkers en machines werden ondergebracht. Wat een macht heeft de beheerder van een dergelijk station, als de individuele boer niet over trek kracht beschikt, behoudens zijn eigen melkkoeien. EN EINDIGDE BIJ DE Het eerste voltrok zich al vrij spoedig, doordat de industrie tot gemeenschappelijk bezit werd ver klaard voor zover men meer dan 20 arbeiders in dienst had. de Oostduitse arbeiders kregen aan vankelijk meer voedsel en kleding dan hun col lega's in West-Duitsland. In 1948 werd echter het systeem van het progressieve loon naar prestatie ingevoerd, waardoor de arbeiders aanvankelijk veel konden verdienen. Doch door de steeds weder kerende verhoging van de normen, werden ze op gezweept tot prestaties die hen tot slaven van het werk maakten. De onlusten die de laatste jaren zijn uitgebroken, berusten vaak op protesten van de arbeiders, wanneer door de regering ingestelde com missies de normen opnieuw verhoogden en daardoor in feite het loon weer verlaagden. Een bódemhervorming werd ingevoerd, door de grond tot gemeenschappelijk eigendom te verklaren, voor zover deze behoorde tot bedrijven van groter dan 100 ha. Als men weet dat de grote bedrijven vóór 1945 in hoofdzaak in het oosten voorkwamen, valt het te begrijpen hoe ingrijpend deze maatregel, waarvan alleen het bezit van de kerk werd vrij gesteld, wel was. DE GROND WORDT OPNIEUW VERDEELD Die vrijkomende grond werd verdeeld onder kleine boeren, arbeiders en jongeren die op de boer derij waren opgegroeid. Zo ontstond een geheel nieuwe stand van ongeveer 500.000 kleine boerèn, allen met een oppervlakte van 5 a 7 ha. De nieuwe boerenstand werd door het communistisch regiem ingesteld als een toekomstige bron van ontevreden heid en revolutie, omdat men wel wist dat op deze oppervlakte land geen volwaardig bestaan te vin den zou zijn. De revolutie in boerenkringen moest van binnen PRODUKTIEGEMEENSCHAPPEN Weer iets verder komt men bij de dorpsgemeen schappen, die in 1949 werden opgericht om de oogst gemeenschappelijk te verwerken. Spoedig daarop volgden de produktiegemeenschappen (L. D. G waarbij alles bewerkt en geoogst moest worden door dit gemeenschappelijke lichaam. Aan het einde van het jaar komen de belanghebbende boeren vol verwachting bij elkaar om de pot te verdelen. In 1953 was het nog zo, dat 80% van de in komsten van de gemeenschap werden verdeeld naar gelang van het aandeel dat een ieder in de grond had, terwijl de' resterende 20 werd verdeeld naar het aandeel dat ieder gezin heeft gehad in het werk. De grote boeren kregen toen dus nog redelijk naar bedrijfsgrootte uitbetaald. In 1955 was het systeem echter reeds zover ver anderd, dat 80 van de inkomsten werden ver deeld naar gelang van de geleverde arbeid en slechts 20 werd verdeeld aan de hand van de grond die werd ingebracht. Toen had het helemaal geen zin meer om grote boer te zijn. Momenteel is ongeveer V:( van het land in het bezit van deze produktie gemeenschappen. De kleinere bedrijven vallen er in de regel nog buiten. GEESTELIJKE OMSCHAKELING Het systeem is sedert 1945 dus heel wat keren veranderd. Toch is er één ding hetzelfde gebleven. Men wil de mensen in een geheel andere richting vormen. Met de oudere garde lukt dat niet zo best. Daarom heeft men deze categorie in feite afgeschre ven en zich geheel op de jeugd geworpen, die met alle mogelijke middleen voor het systeem gewonnen wordt. De jeugdige industriearbeider krijgt de ge legenheid motor te rijden en te zweefvliegen, al zal hij het voertuig of toestel nooit het zijne kunnen noemen. Hij krijgt de gelegenheid te studeren en zo goede posities op te bouwen. De burgemeester van een belangrijke stad als Leipzig is nog maar 23 jaar oud, terwijl de gemiddelde leeftijd van de bewoners van Stalinstadt een industriestad die uit de grond werd gestampt slechts 27 jaar is. De leraren van de oude tijd zijn alle vervangen en de schoolbesturen bestaan uit jonge mensen, die gemiddeld 29 jaar oud zijn. Men moet daarom wel sterk in de schoenen staan om aan dergelijke ver leidingen weerstand te bieden. De beheerder van een coöperatie, die ons ver telde hoe hij was aangewezen als cementarbeider, had het niet moeilijk toen hij de beslissing tussen oost en west moest nemen. Maar voor de jeugdige Duitser, die met goede arbeidsvoorwaarden en vrij stelling van dienstplicht naar het oosten wordt ge lokt of er wordt vastgehouden, ligt deze zaak wel heel anders. Wie zal deze jeugd het tegengif geven, nadat ze jarenlang op straat bewerkt is door aan plakbiljetten en schallende luidsprekers Het is een uitdaging aan het westen, die het westen in feite niet aan kan. FEESTDAG MET PROBLEMEN Er wordt druk gesproken over de hereniging van oost en west en men krijgt wel eens de indruk dat dit de grootste feestdag zal worden die voor Oost en West-Duitsland maar mogelijk is. De Duitsers die wat verder kijken dan hun neus lang is, weten echter wel anders. Straks zullen er twee soorten van eigenaren zijn van de grond. Naast de 500.000 nieuwe boeren op de kleine bedrijven zullen zich weer 20.000 eigenaren van verdeelde grote bedrijven aanmelden. Hun be wijsstukken zijn verdwenen, maar hun rechten zul len ze niet op willen geven. Wie weet een oplossing voor dit vraagstuk, dat het leven en bestaan van honderdduizenden raakt Vele van de gevluchte boeren uit het oosten hebben in West-Duitsland een bedrijf gekregen, dank zij het feit dat de vluchtelingenpartij een strategische positie in het politieke leven wist in te nemen en daardoor veel wist te bereiken. Zo doende is het vraagstuk van de vluchtelingen sterk in de gevoelssfeer terechtgekomen. Anders zou men niet de vluchtelingen die in de industrie gaan wer ken, toch nog een stukje -grond geven van 5-12Vz are. In deze geest moet men ook de uitspraak bezien van de minister van landbouw van Hessen, die er tijdens een toespraak op wees dat de bodem niet alleen een bron van arbeid en voedsel is, maar ook van de vrijheid. Want eerst hij die deze vrijheid moet missen, weet haar ten volle naar waarde te schatten. B. „En toen zij het gezien hadden Notulen van de Algemene Vergadering der Z. L. M. Openingsrede van de Voorzitter der Z. L. M. Ir. M. A. Geuze Vakopleiding voor landarbeid De Vlasteelt, nationaal en internationaal Jaaroverzicht Discussieforum gehouden op de Algemene Ver gadering der Z. L. M. Zuid-Beveland het werkterrein der C. Z. A. V. Ontwikkelingen op het Westduitse platte land II Onder de Tuinbouwlantaarn Bram uit de Slikhoek De Boerenjeugd De Veehouderij in Zweden Zitdagen van het Boekhoudbureau der Z. L. M. Zitdagen Z. V. V. Z. V. B. Adviesbureau voor oorlogs- en rampschade Landbouw- risico Het werk van de Z. L. M. in 195(5 De loonadministratie en de invoering van de Algemene Ouderdomswet (A. O. W.) Radio Paard en Paardensport Let op de Uitbreidingsplannen Kort verslag van de vergadering van de Gew. Raad van het Landbouwschap Uit de Kringen en Afdelingen Marktberichten ,f Verzekeringszaken ADVERTENTIETARIEF: Per mm 18 cent; minimum per advertentie 2,70. Incasso kosten 0,20. Regelabonnementen tegen speciaal tarief. Redactie: Secretariaat der Z. L. M. Tel. K. 1100—2345.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1956 | | pagina 13