Van voorbeelddorp tot streekverbeteringsplan.
ALLERHANDE.
625
Staring C. B.
Wintertarwe
ZATERDAG 13 OKTOBER 1956
Nu de landbouwvoorliehtingsdienst zich in
de vorm van streekverbeteringsplannen gaat toe
leggen op het invoeren van een nieuwe methode
van voorlichting, is het wellicht goed eens even stil
te staan bij de proeven die werden genomen, om
na te gaan wat er met deze nieuwe methode be
reikt kan worden.
We hebben hierbij het oog op de resultaten die
gedurende de afgelopen drie jaar bereikt zijn in
de voorbeeld-dorpen Kerkhoven en Rottevalle.
In 1953 werden twee gehuchten, nl. Kerkhoven
bij Oisterwijk en Rottevalle bij Drachten, uitge
zocht als streek, waar men een proef wilde nemen
met het harmonisch verbeteren van alle punten
waarin de bedrijfsvoering of de huishouding was
achtergebleven.
Tot vóór drie jaar waren deze gehuchten vol
slagen onbekend, waar toestanden heersten zowel
op het gebied van de bedrijfsvoering als van de
huisvesting, die deze bewoningscentra bestempel
den als achtergebleven gebieden.
Nu, na drie jaar, is er echter in deze voorbeeld
dorpen veel veranderd en dank zij deze proef
neming mogen zij zich verheugen in de belang
stelling van de gehele Nederlandse landbouw. Ge
zien het bereikte resultaat, mogen zij dan ook
trots zijn op hetgeen gemeenschappelijk tot stand
gebracht werd.
Respectievelijk 30 en 26 boeren en boerinnen
uit Rottevalle en Kerkhoven sloten zich als deel
nemer aan.
Elke deelnemer had naast het recht op steun
bij de verbeteringen die aangeboden werden in de
vorm van subsidies uit tegenwaardegelden van de
Marshall-hulp en gelden van het Ministerie van
Landbouw, de verplichting boven het bedrag wat
aan subsidies werd ontvangen, minimaal de helft
van dit bedrag te investeren.
In het eerste jaar kwam f 286.000,vrij uit
de zgn. tegenwaarderekening van de Marshall
hulp, waarvan 2/a werd besteed aan uitkeringen
aan de deelnemende boeren en Vs aan de bestrij
ding van algemene onkosten.
In het tweede en derde jaar werd voor beide
dorpen een bedrag van f 70.000,uit de begroting
van het Ministerie van Landbouw ter beschikking
gesteld. Sinds 1 mei 1956, toen de financiële steun
werd beëindigd, moet op eigen kracht het werk
voortgezet worden.
Gedurende deze drie jaren konden opmerke
lijke resultaten bereikt worden, wat uit het onder
staande moge blijken.
In Kerkhoven
In Kerkhoven vindt men het gemengde bedrijfs-
type met 7-15 ha familiebedrijven, welke praktisch
zonder vreemde arbeidskrachten worden gedreven
en met een bouwplan, bestaande uit 45 pCt. bouw
land en 55 pCt. grasland. De opzet in dit voor
beeld-dorp was, aan die onderdelen van het be
drijf en van het huishouden die verbetering be
hoefden, bijzondere aandacht te besteden. De resul
taten bleven niet uit. Momenteel worden er meer
koeien, varkens en kippen gehouden, de melkop-
brengst per ha is met 15 pCt. gestegen, verbete
ringen in het bouwplan, woningverbeteringen en
verbetering van de hygiënische toestanden konden
worden bereikt.
Vóórdat Kerkhoven voorbeeld-dorp werd, was
de gemiddelde melkproduktie per koe 3500 kg melk
met een vetgehalte van 3,35 pCt. In het laatste
seizoen bedroeg de produktie 3915 kg met een ge
halte van 3,67 pCt. vet.
Het arbeidsinkomen per arbeidskracht nam toe
van f5100,— in 1953-'54 tot f5200,— in 1954-'55 en
tot f 6500,in 1955-'56. Het netto-inkomen van het
gemiddelde der deelnemende boerderijen bedroeg
het eerste jaar f 8700,nam het tweede jaar toe
'tot f 9300,en bereikte in het derde jaar zelfs
f 10.500,—.
Het arbeidsinkomen per bedrijf in Kerkhoven
ligt thans f 1000,boven de normale L.E.I.-bedrij-
ven van 7-15 ha in Midden-Brabant.
Naast de blijvende voordelen die uit bedrijfs-
verbeteringen voortvloeien blijkt o.a., dat de vraag
naar voorlichting blijft aanhouden, dat de boeren
zelfs meer activiteit blijven ontplooien (werktui
gen-coöperaties en potercombinatie) en dat de
(Advertentie)
C.B.-rassen zijn oogstzekere rassen
1 1
een ras, dat vertrouwen
IC geniet.
Verkrijgbaar bij de
plaatselijke landbouwvereniglngen.
animo voor het volgen van cursussen groot is.
Bovendien heeft Kerkhoven invloed op de omge
ving, waarvan de waarde niet direct meetbaar is,
In Rottevalle
In Rottevalle werd, in tegenstelling met Kerk
hoven, niet het gehele bedrijf onder de loep ge
nomen, maar op elk bedrijf één onderdeel in prima
staat gebracht. Op drie bedrijven werden de totale
omstandigheden in aanmerking genomen. Boven
het vereiste minimum werd door de deelnemers in
Rottevalle nog f60.°00,extra geïnvesteerd. Op
de grondverbeterings- en stalverbeteringsbedrijven
werden goede resultaten geboekt.
De varkenshouderij en -fokkerij en kippenhou-
derij konden zich uitbreiden. In de huishouding
werd door aanle., van waterleiding en elektriciteit
veel verbeterd. Veel aandacht werd besteed aan
de looplijnen voor de huishouding. Op een bepaald
bedrijf moest voor de gezinswas vóór de verbete
ring 1800 m worden gelopen, nadien 260 m.
Op een ander bedrijf wijzigde het gezinsinko
men uit varkens zich van f 3262,in het eerste
maar wat na verloop van jaren' wel tot uitdrukking
zal komen.
jaar, tot f7258,in het derde jaar, waarbij welis
waar langer moest worden gewerkt, maar waar
tegenover deze extra werkuren f 3,50 per uur op
brachten. De inkomsten uit de varkenshouderij
stegen gemiddeld van f 4300,tot f 6600,
Door stimulering van de varkens- en pluimvee
stapel werden op de gezinsbedrijven tot 15 ha
goede resultaten bereikt, zonder dat moeilijkheden
werden ondervonden. Daartegenover liep men op
de bedrijven met betaalde arbeidskrachten direct
vast door de stijgende lonen.
Ook de invloed van Rottevalle op de omgeving
is moeilijk in cijfers te waarderen; niettemin mag
worden aangenomen dat mede tengevolge van het
rondleiden van plm. 10.000 excursisten zeker een
stimulans van deze verbeteringen zal uitgaan.
Naast deze geslaagde proeven is men reeds
spoedig overgegaan tot het stichten van:
In „Persbericht," een uitgave van het Hoofd-
Produktschap van Akkerbouwprodukten, lazen wij
een bericht, dat overgenomen was uit het blad
„Groothandel in Levensmiddelen," over de groene
erwten.
Zoals men weet, is er in ons eigen land door
het slechte weer grote schade geleden aan de
groene-erwtenoogst. In verschillende landen van
West-Europa is het van hetzelfde laken een pak.
De oogst is kleiner dan normaal en de kwaliteit
minder. Dit geldt vooral voor Engeland. Uit Frans-
Marokko werd eveneens gemeld, dat de groene-
erwtenoogst slecht was.
In Zweden is de oogst er goed afgekomen. Deze
was daar zelfs aanzienlijk groter dan in 1955. Dit
jaar werden er namelijk 640.000 zakken (45 kg)
geoogst tegen 240.000 in 1955. In de jaren 1950'54
bedroeg de oogst gemiddeld eveneens 640.000 zak
ken.
Op de Westduitse peulvruchtenmarkten heeft
zich een sterke prijsstijging voltrokken. Nederland
se erwten, exportkwaliteit, die in het begin van
het jaar nog tegen 40,5042,verkrijgbaar
waren, zijn met meer dan 100 in prijs gestegen.
De hoogste stand werd bereikt bij 91, waarna de
laatste dagen de prijzen terugliepen tot 83 tot
85.
Zowel in Argentinië als in Chili is er een groot
aanbod in peulvruchten, die door de regen geleden
hebben, terwijl standaard-kwaliteiten buitengewoon
schaars en hoog in prijs zijn.
West-Duitsland vindt dit jaar een compensatie
voor de vermindering van de Nederlandse leveran
ties in Amerika. In Alaska-erwten is er een ruim
aanbod. Ofschoon de prijs is opgelopen van 58,90
tot 68,40 per 100 kg, zijn zij nog steeds goedkoper
dan het Nederlandse produkt. Er wordt echter
geen garantie gegeven, dat de Amerikaanse erw
ten niet door kevers zijn aangetast. Hierdoor geven
vele peulvruchten-firma's de voorkeur aan de Ne
derlandse en Belgische erwten. Gele erwten wor
den van Denemarken en Zweden betrokken. De
verwerkende industrie koopt Algerijnse erwten.
De aankopen van consumptie-erwten vertoonden
de eerste zes maanden van dit jaar een stijging.
De handel in peulvruchten is de laatste weken in
West-Duitsland veel levendiger geworden. De vraag
is aanzienlijk toegenomen, mede als gevolg van
de hoge prijzen van groenten en conserven, waar
door vele huisvrouwen overstappen op erwten en
linzen. Men rekent ook voor de komende maan
den op een vlotte afname, temeer daar in de win
termaanden het verbruik pleegt toe te nemen.
Wat bonen aangaat heerst er nog grote onzeker
heid omtrent de omvang van de leveranties door
de landen achter het IJzeren Gordijn. Niemand kan
voorspellen of en in welke mate Bulgarije, Tsjecho-
Slowakije, Roemenië en Polen als leveranciers
zullen optreden. In Iran is de oogst afgelopen, er
worden nog slechts onbetekenende partijen aange-
Rationalisatiekernen
waarbij men, uiteraard met zeer beperkte sub
sidies, probeert een aantal dicht bij elkaar gelegen
bedrijven in enkele jaren op een hoger niveau te
brengen. Op deze bedrijven wordt speciaal aan
dacht besteed aan technische verbeteringen. Even
als in de voorbeeld-dorpen is bij deze rationalisatie
kernen ervan uitgegaan, dat men door samenwerking
en gedachtenuitwisseling meer kan bereiken dan
alleen.
Gezien de goede ervaringen in de voorbeeld
dorpen en in de rationalisatiekernen, heeft men
het zelfde principe van deze methode van land
bouwvoorlichting nu toegepast in de:
Streekverbeteringsplannen,
waarvan er momenteel al verschillende onder
handen zijn.
Bij deze streekverbeteringsplannen wordt ge
poogd in aansluiting op een herverkaveling of
ruilverkaveling, in nauwe onderlinge samenwerking
en met medewerking van deskundigen, zowel van
het georganiseerde bedrijfsleven als van de land
bouwvoorliehtingsdienst, in korte tijd een verbete
ringsplan tot stand te brengen.
Naast de technische knelpunten, wordt vooral
aandacht besteed aan de huishoudelijke voorlichting
als onderdeel van dit gehele agrarische verbete
ringsplan.
Ook in onze provincie is intussen in de ge
meente Eede een dergelijk streekverbeteringsplan
op gang gekomen. In de toekomst zullen hieraan
nog enkele andere toegevoegd worden.
Met het oog op de elders behaalde resultaten
menen wij, dat het goed is dat aan deze methode
de volle aandacht besteed wordt en dat, mits de
wil tot samenwerking aanwezig is, de betrokkenen
in de streek waar men op deze manier intensief
werkt, veel profijt kunnen hebben van de aan
gebrachte verbeteringen, waardoor het peil van de
gehele streek omhoog gaat.
v. I.
boden. De Italiaanse bonen zijn min of meer een
luxe-artikel. Over het algemeen worden consump
tiebonen minder gevraagd dan enkele jaren ge
leden.
Het rooien van de aardappelen is in België in
volle gang. Het aanbod wordt dringender, terwijl
de vraag vrij beperkt blijft. Er worden nog geen
voorraden opgeslagen ten gevolge van de vrees
voor zieke aardappelen. Brussel noteerde 115125
francs (ƒ8,74ƒ9,50) volgens herkomst en kwali
teit, voor Bintje geleverd te Charleroi.
De Franse autoriteiten hebben het voorlopige
resultaat gepubliceerd van de pootaardappelkeu-
ring van dit jaar.
Het goedgekeurde pootaardappelareaal is in
Frankrijk in vergelijking met het vorige jaar met
ruim 5000 ha of 18 achteruitgegaan. Het ras
Bintje, dat 53 van het totale goedgekeurde
areaal beslaat, ging met 28 achteruit.
Deze vermindering van de Franse pootaardappel-
produktie werpt nu reeds haar schaduwen op de
markt. Tot zaken is men nog niet gekomen. De
vermeerderaars tonen geen haast om hun produkt
van de hand te deen. Maar vraag is er ook niet
veel. Men wil afwachten hoe de prijzen worden.
Hieryan valt echter niets te zeggen.
Men verwacht in Frankrijk dit jaar een vrij
groot overschot van consumptie-aardappelen. Voor
afzet van het onverkoopbaar restant, dat de alge
meen secretaris van de Franse aardappeltelersbond
schat op 600.000 ton, zullen wel maatregelen ge
nomen worden, waarvan genoemd worden bevor
dering van de export door premie, bevordering van
stomen en inkuilen en het omhoog brengen tot 45
mm van de minimumafmeting voor de afzet van
consumptie-aardappelen.
In het eigen land is er thans overeenstemming
tussen het Produktschap voor aardappelen en het
Landbouwschap over de garantieregeling voor de
consumptie-aardappelen.
Aan de Minister zal worden voorgesteld, dat
iedere bezitter van aardappelen, teler zowel als
handelaar, zonder enige andere beperking, dan dat
hij minstens 5 ton moet aanbieden, moet kunnen
contracteren.
De gelegenheid tot aanbieding dient ten minste
opengesteld te worden van 15 oktober tot 15 novem
ber en van 1 maart tot 1 april.
Zij moet zo nodig en afhankelijk van de markt
situatie verlengd worden.
De afzet door het A. V. A. dient zodanig te zijn,
dat de normale markt niet opnieuw belast wordt.
De betaling dient binnen enkele weken na af
name te geschieden. Op partijen, die in het najaar
zijn gecontracteerd en niet voor 1. januari afge
nomen, wordt in januari een voorschot betaald
van ƒ4,per 100 kg.
De Hoofdafdeling Akkerbouw van het Land
bouwschap zal aandringen op inventarisatie door
het Produktschap van de binnenlandse oogst per
15 oktober a.s.