f officie.: o,».,. verzicRt Q ZATERDAG 6 OCTOBER 1956. D Zitdagen Boekhoud- bureau Gras- en Klaverzaden Gebrs De Joiigh - Goes No. 2346. Frankering bij abonnement: Terneuzen 44e Jaargan# ZEEUWS LANDBOUWBLAD waarin opgenomen DE BOERENJEUGD ZEF.UWSE LANDBOUW MAATSCHAPPI f en de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND AGELIJKS kan men in de dagbla den lezen over de Regeringscrisis of de formatiecrisis. De meeste dag bladen hangen een 'bepaalde politieke richting aan en verslagen en beschou wingen worden meestentijds dan ook geschreven uit een zekere gezichts hoek. Wanneer men van dit alles op de hoogte wil blijven en deze beschou wingen doorleest, verbaast men zich wel eens over het feit, dat de inhoud in de nu bijna vier maanden durende crisis wisselt al naar gelang geest verwanten van de schrijver dezer overzichten wel van plan zijn de een of andere formatiepoging te steunen, niet van plan zijn dit te doen of op de wip zitten. Staatslieden en dus de re dacteuren van deze dagbladen zijn het vandaag gloeiend met elkander oneens en vinden elkander dan plotseling morgen weer in roerende eensgezind, heid, waarbij dan weer anderen de zondebokken worden genoemd. Enkele neutrale dagbladen zetten elke dag met een soort grimmige volharding het aantal dagen, dat deze formatieziekte duurt,- groot opgezet op de voorpagina als een soort aan klacht tegen dit politieke steekspel. Hoe dit alles zij, vast staat, dat deze week .alle records gebroken zijn en nu ook deze aardigheid eraf is, zullen steeds meer mensen hun schouders gaan ophalen voor een strijd, die nie- mands sympathie meer kan opwek ken. Wanneer men naast de dagbla den, die uiteindelijk de belangrijkste nieuwsbezorgers zijn, ook nog vakbla den leest, constateert men een, steeds groter wordende bezorgdheid. Het bedrijfsleven immers heeft er wei degelijk groot belang bij, welke regering gevormd wordt en welk be- leid deze gaat voeren. Vooral het be leid in de sociaal-economische en in de financiële sector is beslissend voor de vele honderdduizenden onderne mers, die ons land telt in landbouw, middenstand, handel en industrie. Ondernemers, die, of zij nu groot of klein zijn, de welvaart van land en volk zullen bepalen in de vóór ons liggende regeringsperiode. Hierbij al of niet krachtig gesteund door een Overheid, die de voorwaarden om die welvaart te scheppen kan bevorderen. Ondernemers ook, die het werk ver schaffen aan die vele honderd-duizen den werknemers, welker welvaart eveneens afhangt van de gang van zaken in ons land. UT OP U SAECK jy W*. WISSENKERKE: Woensdag 10 okt. in hotel „De Kroon". OOSTBURG: Woensdag 10 okt. in café „De Windt". TERNEUZEN: Woensdag 10 okt. in hotel „Des Pays-Bas". ZIERIKZEE: Donderdag 11 okt. in hotel „Huis van Nassau". MIDDELBURG: Donderdag 11 okt. in café „De Eendracht". Het is voor hen, die in het bedrijfs leven werkzaam zijn, langzamerhand wel duidelijk geworden, dat de tegen stellingen die er tussen de verschil lende politieke partijen en tussen de leidende figuren dezer partijen in de achter ons liggende jaren zijn ont staan, veel dieper liggen dan het al of niet verwerven van een of meer dere ministersposten. Voor de grote massa mag het mis schien lijken of het juist om deze min der belangrijke 'zaken gaat en over betrekkelijk ondergeschikte program mapunten, maar anderen weten wel beter. Want hoe belangrijk op zich- zelve misschien ook een kwestie als het al of niet ontslaan van de huwen de ambtenares ook mag zijn, hoe zeer men ook geporteerd kan zijn voor het aantal ministers en staatssecretaris sen, dat men hoopt te verwerven, in wezen liggen de tegenstellingen veel dieper. Men is elkander beu geraakt in de verlopen jaren. Men heeft elkander te veel en te scherp bestreden, boven gronds en ondergronds en juist, door dat de welvaart in Nederland is terug gekeerd, heeft men tijd gekregen op datgene te gaan letten, wat scheidt in plaats van wat bindt. De geweldige moeilijkheden, waar voor ons land na 1945 stond vereisten eensgezinde aanpak. De schijnbaar grotere rust van 1956 doet de onder linge strijd hoog oplaaien. Wie de geschiedenis kent van het grote Romeinse Rijk, die weet, dat de Romeinen eensgezind waren tot de grote vijand, Carthago, verwoest was. Toen ging een zucht van verlichting op en verwachtte men vrede, rust en welvaart. Deze kwam, maar daarmede ook de onderlinge twist en later de burgeroorlog, de verslapping en ten slotte de ondergang. Onze grootste bezorgdheid gaat nu uit naar twee dingen. Tweespalt blijft. In de eerste plaats vragen wij ons af hoe straks een regering, een minis teriële ploeg dus eendrachtig het landsbelang kan dienen. Een regering moet er komen, hoe dan ook. Zij zal moeten bestaan uit ministers van twee, drie, vier of vijf partijen. Hoe kunnen (leze heren hun onder- linge twisten, hun rivaliteiten, hun principiële verschillen vergeten en ver geven? Hoe kunnen zij beslissingen nemen op economisch en financieel terrein, waarbij immers die principes een rol spelen? Als men nu al geen oplossingen weet, geen compromissen kan vinden, hoe wil men dat d,an straks, als het gaat over vragen als prijsbeleid, loonbeleid, fiscaal beleid, landbouwbeleid, werkgelegenheid, in dustrialisatie, Benelux, Europese sa menwerking, Nieuw-Guinea enz. enz. En als men tenslotte uit arren moe de toch bij elkaar om de regerings tafel gaat zitten en de grote vragen die zich op al de genoemde gebieden voordoen, tracht te ontwijken, wat moet er dan terecht komen van de welvaart in ons kleine land, die zo af hankelijk is van al de gebeurtenissen in een wereld, die al even verdeeld is als het eigen volk. Want juist ook in de ons omringende wereld is er van de eensgezindheid, die er in en na d° tweede wereldoorlog was door geza menlijke nood, niets meer over en De Zeeuwse kampioen A. VAN DIJKE ontvangt de Z. L. M.-beker üit handen van de heer De Groene Foto De Muynck spitsen zich de tegenstellingen toe, waarbij oude bondgenoten zich niet ontzien elkander zoveel mogelijk dwars te zitten. Moeilijke tijd voor de boeg. Hier zijn wij vanzelve aangeland bij het tweede punt van onze bezorgdheid. Wij schreven hierboven, dat de schijn bare rust van 1956 de onderlinge strijd hoog deed oplaaien. Het is een schijnbare rust, geen werkelijke rust. Want enorme proble men branden vlak onder de opper vlakte van deze rust. Nog afgezien van de internationale problemen, die er bij tientallen zijn op te noemen, kent ons eigen land er vele. Wij zien een volkomen overspan nen arbeidsmarkt met een loonbeleid, dat een aanfluiting is van het woord beleid. Plechtig afgesloten en offici eel goedgekeurde collectieve arbeids overeenkomsten worden allerwege door beide partijen met voeten getre den. Het heeft totaal alle zin verlo ren schuldigen onder werkgevers of werknemers te zoeken, want dat maakt alleen maar, dat men de ware oorzaak uit het oog verliest en ver houdingen bederft. Wij zien een steeds stijgende loon- beweging, die tot regelrechte inflatie voert. De Overheid keurt 6 loons verhogingen goed aan de lopende band, geeft zelve het voorbeeld, maar geeft slechts toestemming om 3 door te berekenen. Zelve gaat zij ta rieven van P. T. T., van radioluister geld enz. rustig fors verhogen. De consumptie, het verbruik van het Nederlandse volk neemt tengevol ge van de geldstroom toe, zodat onze betalingsbalans met het buitenland steeds ongunstiger wordt. Reeds spreekt de Overheid over consumptie- beperking, doch zelve geeft zij bij het indienen van haar eigen begroting geen enkel blijk de tekenen des tijds te verstaan. Van de zo noodzakelijke bezuinigingen is geen sprake. Vraagstukken als loonsverhoging met alle gevolgen van dien wegens de komende oudendags voorziening en de huurverhoging, dienen zich al spoedig aan. Het landbouwbeleid is vastgelopen en steeds sterker worden de stemmen uit landbouwkringen, die aandringen op een totale herziening. Dit zijn zo maar enkele vuren, die vlak onder de oppervlakte van de schijnbare rust van 1956 branden. Vu ren, die slechts getemperd of gedoofd kunnen worden-door een krachtig be leid van een eensgezinde, goed op elkaar ingespeelde ministeriële ploeg. Wie het verenigingsleven kent, weet, dat het een vereniging slechts goed gaat, wanneer een eensgezind en goed met elkaar opschietend be stuur onder krachtige leiding de touwtjes in handen heeft. Verenigin gen, waar deze noodzakelijke onder linge band ontbreekt en. waar onder linge rivaliteit en afgunst overheer sen, gaan slecht, presteren weinig of niets en zijn soms ten dode opgeschre ven. Ditzelfde geldt evenzeer voor een landsbestuur. Men behoeft maar naar een groot land als Frankrijk te kij ken, dat rijkdommen genoeg in zich bergt, zowel natuurlijke als geestelij ke, maar dat door onderlinge twisten verscheurt en zonder krachtige en gezaghebbende leiding afgezakt is tot een mogendheid van mindere rang. Landbouwsector belanghebbende. Men kan zich afvragen, of men in een vakblad als een landbouwblad zoveel aandacht aan deze meer alge mene vraagstukken moet besteden. Wij zijn van mening van wel. Het is onzes inziens typerend, dat de laatste weken juist in andere vakbladen, zo als „De Onderneming", het officieel orgaan van het Centraal Sociaal Werkgevers-Verbond (industrieel) en in de andere landbouwbladen, aan de formatieziekte veel aandacht wordt besteed. Aandacht, die evenals in on ze eigen beschouwing de geschilpun ten zelve onaangeroerd laten, maar de schijnwerper richten op het onrust- (Advertentie). Voor Uw benodigde INLANDSE EN IMPORT naar Import - Export POSTBUS 35 „Zaait „VICTORIA" zaden-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1956 | | pagina 1