Le itcü ORGAAN VAN DE LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND WAT DENKT U VAN ONS? Gesprekken met ouderen. ZATERDAG 14 APRIL 1956 233 Redactie: A. C. Breure, C. J. van Damme, M. de Jager, T. Lievense, M. Murre, Z. Poppe en M. Sanders Redactie-adres: Voor artikelen Groote Markt 28, Goes. Voor verslagen Goessestraatweg 4, Kapelle Welke richting moeten wij uit met de L.J.G.-Excursie? Het doel van een excursie is in de eerste plaats er wat wijzer van te wor den. De excursie moet dan ook zó op gesteld zijn, dat we er wat van leren en dat is lang niet altijd zo Hoe komt dat? Omdat niet iedere tocht, die we maken, geschikt is als excursie. De grootste fout is wel een lange tocht om veel van het landschap te zien, met als hoofdschotel één of meer toeristencentra. Als we terugkomen van zo'n tocht zijn we doodmoe. We hebben veel gezien, maar wat en wAar, dat weten we niet Als we zo'n tocht organiseren, moe ten we er zorg voor dragen, dat zij niet te lang wordt en dat we dus die din gen, die we willen zien, ook goed kun nen bekijken. Denk er om: niet te veel op één dag Door de ongunstige ligging van onze provincie zullen we dus spoedig over moeten gaan tot een twee- of meer daagse reis. Maar dat kost geiu. Meestal kunnen we dergelijke toch ten dan ook beter met een kleine groep ondernemen, b.v. met eigen auto of met de fiets. Het kan dan goedkoper en omdat we langzamer kunnen reizen, leren we de streek beter kennen. Een eerste eis is dan natuurlijk, dat we de taal goed machtig zijn. Ook moe ten we de te maken tocht van te voren goed bestuderen. Ligt er dan voor de L. J. G. geen ex cursie-terrein braak? Ja, als er maar deelnemers zijn naar tentoonstellingen, fabrieken en dergelijke. Maar als zulke excursies nu georganiseerd worden, waar blijven dan de deelnemers? N. T. V. VIERING 10 JARIG BESTAAN STREEK WALCHEREN. Zaterdag 21 april viert de Streek Wal cheren het 10-jarig bestaan. Z. P. M.'sters en L. J. G.'ers, en ieder die meeleeft, komen daarom op die dag om 7.30 uur n.m. in de Bogardzaal te Middelburg om te luisteren naar het programma, dat door deze jubilerende Streek gebodep wordt. Na het openingswoord door de Streek- voorzitter hoopt het L. J. G.-orkest uit Groede de stemming er in te brengen. We hopen op deze avond vele gebeur tenissen te doen herleven door middel van Declamatie en Zang, in de vorm van een revue. „Het leven van een jonge boer op Tholen" is de titel van een mooie film, die we óók op deze avond hopen te ver tonen. Maakt U zaterdagavond 21 april dus vrij om naar deze L. J. G.-avond te komen. HET BESTUUR. VERGADERING WERELDPLOEGORGANISATIE. Deze week werd in Rotterdam een vergadering van de wereldploegorgani- satie gehouden, waarbij in Zevenbergen proeven op een perceel grasland wer den genomen met verschillende ploe gen en ristertypen. In Rotterdam waren bestuursleden uit Canada, Finland, Zweden, Noor wegen, Denemarken, Nederland, Duits land, België, Frankrijk, Groot-Brittan- nië en Noord-Ierland aanwezig. De vergadering werd voor de eerste keer in Nederland gehouden. TVJ ANNEER men tegenwoordig een muntstuk in zo'n modern muziekapparaat gooit en men kiest dan een liedse, zullen er ongetwijfeld lieden zijn die he«. romantische vers: „Ik ga met jou hand in hand, samen door 't lenteland" tot hun favorieten hebben uitverkoren. Nu zou men natuurlijk uit deze inleiding kunnen opmaken, dat ook schrijver dezes deze welklinkende melodie tot zijn lijflied heeft verheven. Maar dan moet ge toch heus van me aannemen, dat ik deze aanhef louter en alleen gebezigd heb als begin van een artikeltje over de lente. Is het niet altijd zo geweest, dat vele grote componisten, schrijvers en dich ters juist dit onderwerp kozen voor hun lied, verhaal of vers? Voor de on vergetelijke Koning der Wals, Johan Strauss, was de lente een onuitputte lijke bron van inspiratie. Beleefde hij niet in het Wienerwald zijn beroemde Frühlingsstimmungen En zo zijn er voorbeelden te over van mensen die het voorjaar en de lente bezongen in allerlei toonaarden. Geens zins is het mijn bedoeling mij te scha ren onder deze „groten" om een zwaarwichtige lenteverhandeling te houden, maar waarom zou ook in ons blad niet eens een stukje verschijnen dat de lente als onderwerp heeft. Betekent de lente eigenlijk niet een nieuw begin en misschien is het pret tig in een onbezorgd stukje hierbij eens even stil te staan. Bij talloos velen gaat het leven voor bij, zonder dat men er verder bij stil staat. Men accepteert het leven zoals men dat toevallig in de schoot gewor pen krijgt en men heeft vaak alleen maar oog voor de persoonlijke belan gen en de materiële welvaart. De wonderen der natuur beschouwt men als iets vanzelfsprekends en de wisseling der jaargetijden gaat onge merkt voorbij. Voorjaar en zomer be tekenen veelal alleen maar zaaien en oogsten. Men moet immers met zijn tijd mee en alle indrukken worden automatisch verwerkt. Men wil alles in vaste banen leiden, volgens van te voren precies opgestelde schema's en men verwacht dat in deze eeuw der mechanisatie het raderwerk precies functionneert en alles in elkaar past. En mocht er soms eens iets mis gaan, dan haalt men verwijtend de werk- brauwcn op, herziet het schema en de stagnatie behoort weer tot het ver leden. Er zijn commissies en sub-com missies, er zijn vergaderingen en bij eenkomsten, er zijn P.B.O.'s en Be- drijfsschappen en mede door al deze in stellingen heeft de menselijke samen leving een graad van perfectie bereikt die men honderd jaar geleden niet mogelijk achtte. En inderdaad, er werd in ons landje iets groots verricht. Maar wanneer we nu ons uitgangs punt teruggaan en ons afvragen of wü nu werkelijk gelukkig zijn, wat moet dan daarop het antwoord luiden? Zeker, in onze hedendaagse samen leving zijn er ook bepaalde factoren, waarbij een menselijk schepsel zich ge lukkig kan voelen, maar of men het leven zo intens beleeft, zoals dat vroe ger het geval was? Aangezien ik ook een mens van deze dynamische tijd ben, moet ik het antwoord hierop schuldig blijven. Maar, daar wil ik eigenlijk heen, hoe- velen zijn nog in staat de wonderen te zien en te waarderen, die de natuur in zo ruime mate biedt? Wie staat tegen woordig nog stil bij de wisseling der jaargetijden? Wie vindt nog eens een ogenblikje rust temidden van het wui vende graan of aan de zee, bij het mo notonie geklots der golven? Uitzonde ringen daargelaten, schijnt men daar tegenwoordig geen tijd meer voor te hebben. En is juist deze natuur, waar de mens nog niets aan heeft kunnen veranderen, niet het symbool van onze nietigheid? Ieder jaar opnieuw voltrekt zich een nieuw wonder en moeten juist wij, men sen van het platteland, niet uitermate dankbaar en gelukkig zijn, omdat wij dit alles kunnen meemaken? En van de jaargetijden spreekt de lente het meest tot ons. Na de donkere wintermaanden komt een nieuw jaar getijde. De lente Haar schuchtere zonnestralen verwarmen Moeder Aarde en zachtjes ontwaakt de natuur. Plotseling wordt alles anders; een som tijds onbegrepen levensblijheid maakt zich van mens en dier meester. En waarom dit alles? Ik weet het niet; maar het antwoord is: omdat het lente is En is het dan niet mooi alle beslom meringen eens te vergeten en zich vol ledig over te geven aan alle prachtige dingen, die in dit seizoen te genieten zijn? Is het dan niet mooi om te be merken, dat bij de vallende avondsche mer de natuur blijft leven? Zachtjes komt de maan boven de kim en de nachtvogels spoeden zich met geruis loze wiekslag naar hun doel. Dan wordt het stil en alleen ondefi nieerbare geluiden verstoren de nog in tense stilte. Ergens in de verte hoort men het slaan van een kerkklok en de silhouetten van enige bomen buigen zich in de zachte wind naar elkaar toe als voor een vertrouwelijk gesprek. En wanneer dan in deze onvergetelijke voorjaarsavond een stel jonge mensen passeert, denk ik plotseling weer aan dat liedje: „Ik wil met jou hand in hand, samen door 't lenteland Mijn enige bedoeling van dit preten tieloos artikeltje is geweest iets over de lente te schrijven en daarbij heb ik gevolg gegeven aan enkele plotselinge opwellingen. Het enige, dat me nog rest, is U een prettige en oplettende tocht toe te wensen door het lenteland, ons Zeeuwse land 1 WEST ZEEUWS-VLAANDEREN. „Is U van mening, dat de jongeren organisaties en de plattelandsjongeren in 't bijzonder, goed werk verrichten?" Dit was de vraag, die ik stelde aan me vrouw M. van CruijningenErasmus, de voorzitster van de vereniging „Ce res," een plattelandshuisvrouwen-ver- eniging in West Zeeuws-Vlaanderen, die ook op andere gebieden een beken de figuur is. In het kader van de artikelenserie in dit nummer was ik haar gaan bezoeken om haar mening te horen over de L. J. G. Haar antwoord op mijn eerste vraag, was kort maar krachtig: „Ja Méér leiding bij toneelspelen. Ze was van meriing, dat de jongeren in het algemeen .-n de plattelandsjonge ren in het bijzonder, zich hebben te pre pareren op hun taak in de toekomst en dat een vereniging, als de L. J. G., daar toe een uitstekende gelegenheid biedt. Ze vond echter wèl, dat bij de uitvoe ringen, waarbij de landbouwjongeren zich het nadrukkeljjkst manifesteren, eens meer de mening van een oudere gevraagd moest worden. Niet zozeer in het kiezen van de toneelstukken. Naar haar mening is het peil van de gekozen stukken goed, maar by het instuderen zou de leiding van een des kundig persoon, vooral op het gebied van de uitspraak, wel enige verbetering brengen. Ze begreep ook wel, dat dit financieel een bezwaar kan zijn, maar er zijn toch altijd mensen, die belange loos een vereniging als de L. J. G. van dienst willen zijn. Overigens vond zij, dat het bij enkele raadgevingen moest blijven, omdat het geheel anders gauw iets „schools" gaat krijgen. Mevrouw Van Cruijningen vond, in aanmerking genomen dat de vereni ging eigenlijk een overbrugging is tus sen de jeugd en de volwassenheid, en het feit dat de leden over het alge meen betrekkelijk kort blijven, dat de L. J. G. vrij veel presteert. Aanmoedigen van de uitwisseling noodzakelijk. Vooral het streven naar uitwisseling is nog aan te moedigen. „Meer uitwisseling, ook met het bui tenland", merkte zij op, „geeft kennis van de levenswijze en de gebruiken in andere streken en landen, cn dat kan in het latere leven waardevol zijn, vooral in verband met eventuele emi gratie". Op mijn vraag, wat haar mening was over het emigratievraagstuk, ant woordde zij, dat zij emigratie toe te juichen vond, omdat in Nederland voor veel jonge mensen vooral ook jonge boeren geen behoorlijke toekomst is. Maar dan moet er in de vreemde ook een gezonde kans tot slagen zijn. Daar om vindt zij het een eis, dat zowel jon gens als meisjes een behoorlijke ont wikkeling, en vooral enige talenken nis hebben. Door de snelle reisgelegen heid van tegenwoordig komen de vol ken veel meer in contact met elkaar dan vroeger, en dit contact zal nog versterkt worden. De jeugd van tegenwoordig. Mijn volgende vraag werd met enige schroom gesteld. „Vindt U, dat de jeugd van tegenwoordig demoraliseert. Immers, over dit onderwerp is al zo veel geschreven en gepraat, dat de term „jeugd van tegenwoordig" voor ons jongeren een bijzonder onaange name klank heeft gekregen." Mevrouw Van Cruijningen was van mening, dat deze term overdreven is. „Waar ik zelf drie volwassen zoons heb, weet ik dat de omgang tussen jongens en meisjes veel vrijer is dan 30—40 jaar geleden, en dat is maar goed ook. Het hele levenspeil heeft de laatste tientallen jaren ingrijpende verande ringen ondergaan, en een logisch ge volg daarvan is, dat vooral de jeugd zich daarbij aanpast. Het heeft zijn voordelen en nadelen." Het feit, dat de dikwijls verwrongen verhoudingen van vroeger verdwenen zijn rekende mevr. Van Cruijningen onder de grote voordelen. Een der nadelen zijn de vele slechte films, die gedraaid worden. Sterke naturen zijn daartegen bestand. Maar op hen, die niet zo zeker van zichzelf zijn, heeft het een slechte invloed. Vooral de jon geren onder ons moeten wat het film bezoek betreft geleid worden. Mevrouw Van Cruijningen vond het verheugend te kunnen opmerken, dat het zedelijk peil op het platteland hoger ligt dan in de £tad. Toch legde zij er de nadruk op, dat ook hier voor al niet gegeneraliseerd mag worden. M. S. SLOTFUIF LEERLINGEN R. L. W. S. TE GOES. De leerlingen van de R. L. W. S. te Goes geven een eindfuif op donderdag 19 april in de „Prins van Oranje" te Goes. Aanvang half acht precies. Op gevoerd zal worden het toneelstuk „De nieuwe veearts". Na afloop van het toneelspel bal met medewerking van „The Orpheans". Ook niet- en oud-leden, donateurs zyn allen hartelijk welkom.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1956 | | pagina 9