i
ingezonden
lOIEREN GEMEENSCHAP ZEELAND
Je
jongeren wel voldoende
oordeli j kheidsbesef
lj
ONTSPANNINGSAVOND
MOEILIJKHEDEN EN
MOGELIJKHEDEN
ZATERDAG 11 FEBRUARI 1956
85
28,1
^besef is in feite niet beperkt tot de eigen vereniging,
gehele plattelandssamenleving, waarvan we ons een
d<
lik
s
ia»'
m|
m
anl
er, T. Lievense, M. Murre, Z. Poppe en M. Sanders
oes. Voor verslagen Goessestraatweg 4, Kapelle
ek de verhouding tot de ouderen behandeld hebben
de vraag of de ouderen wel voldoende belangstelling
het verantwoordelijkheidsbesef van de jongeren aan
t iA-ele gevallen de mensen op zal moeten brengen, die
welke zich in de samenleving op het plat-
kei»]jjk, maatschappelijk en cultureel terrein. Als we
zAen, dat daar nog maar weinig op enigszins systema-
rktfrordt.
dere groepen van die samenleving en we denken
erknemers dit begrepen hebben en er ook naar
personen een prima opleiding te geven, begrijpen we,
nog alle tijd heef*.
!eze dingen alleen gelden voor de L. J. G.-afdelingen,
itv|keling over het hoofd.
plattelandssamenleving een steeds belangrijker rol
chappelijke verenigingen, spreekt het haast vanzelf,
nier gezegd wordt ook op de Z. P. M.-sters van toe-
ordelijkheid om deze functies later te kunnen ver
jongerenorganisaties worden aangekweekt, om later
Inen komen.
•ral
al
lin
k
na|
té
ee|
ul
d
O]
de
er
c
i
u
w
ïdl
ir
d
Vi
ll<
5ai
ms vragen
'e|en.
VI
cij
v
;n
L. J. G. AFD. GROEDE.
De leden van deze afdeling kwamen
op 12 januari bijeen voor hun jaarver
gadering.
De voorzitter, die deze avond voor 't
laatst voorzitter was, van deze afdeling,
betreurde het, dat maar 2/3 der leden
aanwezig was.
Het was een jaarvergadering en dus
werd er een „menu op tafel gezet" be
staande uit: Jaarverslagen met over
zicht van financiën en activiteiten; be
stuursverkiezing en afscheid van een
goede voorzitter.
Als nagerecht zouden èr bonen wor
den opgediend, maar dit ging niet door
omdat het bonenproefveld was mislukt.
Een loonsproeier die de tegen dit
proefveld gelegen aardappelen moest
doodspuiten, was te onvoorzichtig ge
weest zodat het proefveld (spuitproef
met koper op verschillende tijdstippen)
niet geslaagd genoemd kon worden.
Overigens viel uit de jaarverslagen
van penningmeester en secretaris op
te merken, dat er „goed geboerd" was
en dat deze afdeling niet op non-actief
staat.
Er werd een zaaiwedstrijd georgani
seerd en een schminkdoos aangekocht.
De L. J. G.-bond was voor uitwisseling
naar Zaamslag geweest en zal waar
schijnlijk ook aan het muziek-concours
in Goes meedoen.
Ziedaar enkele activiteiten die de
moeite waard zijn om hier te vermel
den.
De heer Salomé, vice-voorzitter, dank
te hierna namens de afdeling de schei
dende voorzitter, de heer J de Vlieger,
voor het vele werk dat hij voor deze af
deling heeft gedaan.
De stemming voor een nieuwe voor
zitter en overige bestuursleden verliep
vlot en van de rondvraag werd druk ge
bruik gemaakt.
Aan het slot van deze avond dankte
dende voorzitter, de heer J. de Vlieger,
voor de goede afscheidswoorden. Hij
dankte voorts de secretaris, die hem
steeds tot grote steun is geweest en be
treurde het des te meer thans afscheid
te moeten nemen daar het zoals hij zei
„een afscheid wordt vr mijn jeugd,
daar ik nu getrouwd ben"
van de Afd. ST. MAARTENSDIJK der
Z. P. M. en L. J. G.
op vrijdag 17 februari a.s. in ae zaal
van de heer M. J. Steketee te St. Maar
tensdijk. Aanvang 6.45 uur n.m.
Opvoering van het Blijspel in drie be
drijven en een voorspel:
„GESPIKKELD EN GETIKT."
Verder bevat het programma:
Muziek Zang Declamatie.
Medewerking van het L J. G.-Orkest
voordelijk- stuursleden, de ervaring niet hoog ge-
de kleine noeg worden aangeslagen. Wat is het
moet een dan verschrikkelijk jammer dat vele
hebben en bestuursleden maar zo kort hun func-
dt veel ge- tie vervullen. Is het een tekort aan
verantwoordelijkheidsbesef dat hen
Jn hem ge- weer spoedig doet aftreden?
ingang Neen, lang niet altijd, omdat de leden
veel uit- hun vaak niet de gelegenheid geven wat
ng praten tot uitvoering te brengen döor laksheid
lITigen. en lijdelijkheid. Na het moeizame be
de verant- gin komen ze geen steek verder, zodat
houdt hij ze tenslotte de bijl er maar weer bij
n van zijn neergooien. Zo kiezen heel wat afde-
|t zo nood- lingen hun leiders, doch verzuimen het
wel. Dan vertrouwen en de medewerking te
doen. Het schenken die noodzakelijk zijn om het
(c die zulke werk goed te kunnen doen.
idere mate Er moeten weer nieuwe leden komen,
andere be- Doordat de afdelingen gemiddeld maar
hun plaats een 20 leden tellen, komt men er toe te
(cheidsbesef jonge of onbekwame krachten te kie-
moeten zen. Vooral bij het kiezen van te jonge
krachten grijpt men te ver vooruit,
in het hun Zou men deze jonge mensen de tijd
[ken. Niet hebben gelaten, dan waren er wellicht
llen af te heel goede bestuursleden uit gegroeid,
plaats te die, vóórdat ze aan de leeftijdsgrens toe-
ze niets zijn, nog lang leiding kunnen geven
[te worden. aan het verenigingswerk,
in een af- Anderzijds ontkennen we zeker ook
ze wilden, niet, dat veel bestuursleder niet vol-
pg na lege doende verantwoordelijkheid tonen in
je als be- hun functie, die ze hebben aangenomen,
ghoofdig- nu ja, omdat het niet anders kon. Men
de leden kan zeggen dat ze niet gekozen hadden
van radio, moeten worden, maar ook dat ze het
en dans- nooit hadden mogen aannemen. Als ze
;ens te be- het aannemen mag ook van hen wor
den verwacht, dat ze al hun krachten
zullen inspannen om van de functie te
maken wat er van te maken is.
intwoorde- te snelle wisseling,
dat ze De gemiddelde bestuursperiode in de
als ze de L. J. G. is kort, vooral ook in verge-
de jonge- lijking met zusterorganisaties, die in de
ellen. En top beschikken over ervaren bestuurs
lid niet mo- leden, die reeds jaren lang „in het vak"
dzakelijk. zitten.
|mt aan de We achten de belangen van de ver
lat je daar eniging bij een langdurige bestuurs
manier periode zelfs wel zó groot, dat we het
er niet te- aanblijven van de goede voorzitter b.v.
ge^e bespre- boven de 30 jaar mogelijk zouden wil
len maken.
IE uit moe- Helaas breekt het afscheid in de
le mening praktijk meestal reeds eerder aan, door-
an het be- dat betrokkene in .het huwelijk treedt,
'ken. Om- Doch ook in deze gevallen willen we
Jt zal moe- het aanblijven met alle kracht beplei-
onder- ten, vooral als de huwelijkspartner
h bovenal voor het werk voelt en dit wil stimu-
f'olg is van leren,
i n te lei- We begrijpen goed, dat de moeilijk-
voor alle heden vooral op de voorgrond treden
schijnbaar als het huwelijk plaats vindt tegelijk
met het overnemen van een bedrijf,
twikkeling Doch ook in die gevallen zouden we, in-
•ndere be- dien dit mogelijk is, het aanblijven Wil-
Naar aanleiding van de verschillende
artikelen „Zo zou ik het doen," wil ik
ook hierover eens trachten verschillen
de moeilijkheden en mogelijkheden op
te schrijven. Ik hoop, dat er door lezers
(lezeressen) hierop ook gereageerd zal
worden.
Allereerst dan het volgende. Zo jullie
allen hopelijk weten, werden er een
paar jaar geleden een L. J. G. en Z. P.
M. afdeling Oudelande e. o. opgericht.
Deze afdelingen hebben tijdens hun be
staan zeker geen gemakkelijke tijd ge
had. Het staat er op het ogenblik zó
voor, dat er alleen nog in naam een
„L. J. G.-afdeling Oudelande" bestaat.
Deze toestand is door verschillende
omstandigheden ontstaan, o.a. door te
weinig vergaderen. Ik neem direct aan,
dat dit zeker een fout van het bestuur
is, maar zeker óók van de leden. Nu is
het een feit, dat die ook zeker te kort
zijn geschoten.
Men kan direct aanvoeren, dan had
den zij bij elkaar moeten komen en
moeten trachten een ander bestuur te
vormen. Maar voor het merendeel was
dit, hun leeftijd in ogenschouw geno
men, practisch niet uitvoerbaar, daar
de meesten zeker onder de 20 jaar wa
ren en verschillenden goed en wel bo
ven de 15, dus eigenlijk jongens, die de
leiding van ouderen nog hard nodig
hebben.
Nu zou alles direct als hopeloos kun
nen worden beschouwd, als er geen
scheve toestanden in Zuid-Beveland
heersten. Hopelijk is het in andere stre
ken beter gesteld. Want hier is het zó,
dat de trek naar de stad de L. J. G.'ers
en ook de Z. P. M.'sters in het bloed is
geslagen. Er heerst reeds vanaf de op
richting een trek naar de afdelingen
in Goes.
(Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie.)
len bepleiten, desnoods in de vorm van
adviseur van het bestuur.
Andere jongerenorganisaties hebben
deze richting reeds eerder ingeslagen
en we zullen moeten trachten hen
daarin te volgen.
We menen, dat een belangrijk deel
van de crisis in de L. J. G. toegeschre
ven moet worden aan een gebrek aan
verantwoordelijkheidsbesef, zowel bij
leden als bestuursleden.
Men is vaak lid zonder zich goed te
realiseren wat het doel van de vereni
ging is en bestuurslid, omdat het niet
anders kan.
Het is hoog tijd dat er wat meer sta
biliteit in de bezetting van de bestuurs
functies komt, in de afdelingen, maar
ook op hoger niveau van streek en
provincie.
Dat kan wanneer men zich realiseert,
dat de jongeren nu het spel in hun ver
eniging instuderen dat straks in de
maatschappij opgevoerd moet worden.
En de maatschappij van nu en morgen
vraagt oni rolvaste spelers die hun ver
antwoording voor eigen gezin, groep
en maatschappij ten volle beseffen.
b.
Nu zou ik direct de verhalen aan
nemen, die deze personen vertellen,
als men vraagt waarom ze in Goes lid
worden en niet bij ons, wanneer dit
ook daadwerkelijk zo was. Er wordt
dan meestal gezegd, dat het daar veel
interessanter is; er worden reizen uit
de kas gedaan, de gestelde som van
2,50 voor oprichting van een orkest
op Zuid-Beveland, hoeft niet betaald te
worden, enz. Maar hierbij trek ik ook
een andere conclusie.
Vraagt men eens iemand van het be
stuur van zo'n afdeling, dan blijkt
zeker, dat niet altijd alles ideaal is. Ze
hebben ook wel eens het idee, dat ze
liever maar voor de aardigheid komen
en er een avond uit willen zijn, of zo
iets. Hier zouden boekdelen over te
schrijven zijn.
Dergelijke dingen maakt een ieder
mee, die in het verenigingsleven terecht
komt. Maar nu is het niet moeilijk om
'n L. J. G. afd. Oudelande weer opnieuw
leven in te blazen, als allen werkelijk
mee willen werken en ook hun lid
maatschap als L. J. G.'er bewust be
leven. En dat zou zijn, dat van alle
leden, die nu in een afdeling lid zijn
ver buiten hun plaats van inwoning,
terwijl er In hun eigen plaats of om
geving een afdeling is, verwacht mag
worden, dat ze daar dan ook naar toe
komen.
Er bestaat dan een soort van kern,
die met de jongeren wel iets op kan
brengen, zodat er dan ook weer wat
van uit zal kunnen gaan. Er bestaat,
volgens mij, ook zeer zeker de kans op
meer uitbreiding. Bovendien geldt dit
zeker niet alleen voor de L. J. G., maar
ook voor de Z. P. M. Dan zullen we ook
niet zoveel zorgen behoeven te maken
om een afdeling van de Z. P. M. in
Kruiningen te doen ontstaan.
Verder nog dit.
Het is geen critiek uitoefenen op de
afdelingen te Goes. Maar door erva
ring weet ik heel zeker, dat het ook
hun afdelingen ten goede zal komen en
wel om de volgende redenen.
Als bestuur, zeker als presidente of
voorzitter, is het een voornaam punt
te weten te komen wat er onder de
leden leeft en hoe ieder persoonlijk
reageert en welke gevoelens iemand
heeft. Dit is bij en grote groep nooit,
of bijna nooit, te ervaren.
Een ander voornaam punt is, dat een
grote groep nooit het probleem heeft,
dat er weinig leden zijn, want het moet
toch al erg slecht zijn als niet 1/3 aan
wezig is. Er mag dan gezegd worden:
„Er zijn er weinig deze keer," maar
niemand krijgt daarmee het gevoel, dat
er meer zullen komen door er achter
heen te zitten. Men laat zich zo gemak
kelijk sussen, dat alles toch wel drijft
en laat dus alles maar gaan zoals het
gaat.
Verder is het kasprobleem bij een
grote groep nooit zo gauw merkbaar,
want de zaalhuur is en blijft hetzelfde
of er een groot aantal is of een klein
aantal. Hieraan zouden de afdelingen
zelf het misschien wel merken.
Maar het zou hun dan misschien ook
wakker maken er gezamenlijk iets voor
te doen om de kas wat bij te vullen en
er zelf iets van te leren.
Want wie zou menen, dat wij zelf als
Z. P. M. afdeling Oudelande niet al deze
moeilijkheden kennen, komt bedrogen
uit.
De verschillende tegenslagen, die er
al zijn geweest, zal ik U besparen.
Maar aan de andere kant hebben we
ai veel geprobeerd iets te geven en er
zelf iets van te leren. Wat in sommig
opzicht soms goed is geslaagd, ook al is
het erg jammer, dat we een erg klein
groepje hebben. En wordt het dan ook
mogelijk, dat nog verschillende meisjes
lid worden, die nu nog niet toe willen
treden, omdat er zulke toestanden heer
sen, en ze zich afvragen wat er voor
verschil is in de verschillende afdelin
gen.
Nogmaals dit artikeltje is niet spe
ciaal geschreven voor de afdeling Oude
lande en niet in het minst voor heel
Zuid-Beveland.
Ik wil hier nog aan toevoegen, dat de
uitvoeringen, die wij in de verschillen
de dorpen hebben gegeven en waar
bovenaan het programma staat „L. J. G.
en Z. P. M. afdeling Oudelande", dit
maar voor de naam is, daar alle heren-
rollen, op één na, door leden buiten de
afdeling Oudelande worden vervuld.
Gelukkig waren er twee heren-leden
van de afdeling Goes en één van de af
deling Nisse bereid medewerking te
verlenen.
Ze zagen dus ouk het gevaa. voor
een mogelijke ontbinding van beide af
delingen. Maar het is toch jammer,
dat er iemand van Nisse's-Heer Abts-
kerke moet komen, terwijl er in de
buurt nog vele leden zijn. Terwijl ook
nog mensen, die ons wilden helpen, hun
beste krachten hebben gegeven. Want,
wanneer zulke toestanden blijven, blijkt
zeer zeker, dat we nog steeds niet zo
ver zijn, dat alle leden ook werkelijk
L.. j. G.'er (of Z. P. M.'ster) zijn. Het
gaat er toch niet om heel gezellig met
vrienden (innen) bij elkaar te zijn?
Maar slechts door nog meer afdelingen
te maken, zullen we steeds meer vrien
den (vriendinnen) krijgen.
Ook dit laatste is een persoonlijke
ondervinding. Want bijna 10 jaar lid
maatschap geeft wel ervaring.
Moge ik nu dit artikel besluiten met
de wens uit te spreken, dat, wanneer
iemand zich beledigd voelt over een of
ander, hierboven beschreven, hij of zij
mij dit artikel niet kwalijk wil nemen.
Heus, het is niet mijn bedoeling iemand
te kwetsen. Ik zou echter heel erg blij
zijn, dat ieder hierover eens wilt na
denken en dan zou het niets beter kun
nen zijn voor het pas begonnen jaar,
dat er nieuwe afdelingen gesticht kun
nen worden, maar bestaande, die op de
afgrond staan, weer gezamenlijk nieuw
leven worde ingeblazen.
E. J. VAN DE VELDE.