waarin opgenomen het N00RB-3RABANTSCH LANDBOUWBLAD
ALBA TARWE
oogstzeker - productief
prima korrelkwaliteit
<^pfljO»isch-Töchnologisch feis&uv
vcor Zeeland
1DDELBUP" /j
No. 2291. Frankering bij abonnement: Terneuzen ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1955.
43e Jaargang.
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z. L. M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Verenigingen
Vorige week gaven wij een meer algemene be
schouwing. Thans willen wij trachten met
enige cijfers
een beeld zij het onvolledig te geven van
areaal, productie en voorraden van enkeïe belang
rijke landbouwgewassen in landen, waarmede wij
te maken hebben. Deze cijfers ontlenen w;ij o.a. aan
de persberichten van het Hoofdbedrijfschap voor
Akkerbouwproducten, die deze weer voornamelijk
uit buitenlandse gegevens en publicaties haalt.
Men bedenke hierbij, dat vele cijfers nog op
schattingen berusten, daar definitieve oogstcijfers
van de granen pas over enkele maanden bekend
zijn eti men ten aanzien van de aardappelen af
moet gaan op de stand van het gewas. Een zeker
niet altijd betrouwbaar beeld.
Beginnen wij met de tarwe. Dan zien wij dat
Frankrijk een kleinere tarwe oogst verwacht dan
in 19154. Volgens de laatste gegevens zal deze
9.850.000 ton belopen tegen 10.560.000 ton het vori
ge jaar. Zweden verwacht dit jaar 790.000 ion
tegen 1.020.400 ton in 1954. In beide landen door
het betere weer een betere kwaliteit, dus een gro
ter kwantum maalbare tarwe. Italië verwacht een
grotere, Engeland een kleinere oogst. West-Duits-
land tenslotte verwacht een grotere oogst. Al met
al zal de totale West-Europese oogst niet veel ver
schillen met die van 1954. Waarschijnlijk 1 millioen
ton minder, doch veel betere maalkwaliteit.
Wat betreft de landen achter het thans niet meer
zo ijzeren gordijn, wordt vernomen, dat de oogst
in Roemenië vrij bevredigend is en in Polen meer
dan bevredigend, zodat daar zelfs sprake zou zijn
van min of meer belangrijke hoeveelheden, die
voor export in aanmerking zouden komen. De Bul
gaarse oogst zou vrij goed zijn, de Hongaarse min
der en de Zuid-Slavische middelmatig.
Tarwe overzee.
De voorraden tajwe per 1 Juni in de vier grote
exportlanden Canada, Verenigde Staten, Argenti
nië en Australië bedroegen 48,5 millioen ton, dat is
millioen ton minder dan in 1954. Een verminde
ring van geen betekenis dus. Van deze voorraad be
zit de Verenigde Staten het grootste deel en zoals
men weet is de Amerikaanse Minister van Land
bouw in Europa om te trachten afzet te vinden.
De tarwe geeft ons echter nog niet direct reden
tot zorg, want er is practisch geen land, waar men
niet de een of andere regeling heeft, die de eigen
tarwe teler moet beschermen tegen goedkope bui
tenlandse invoer.
Deskundigen van het Amerikaanse Departement
van Landbouw hebben berekend, dat meer dan
96 c/c van de wereldproductie van tarwe geteeld en
afgezet wordt onder een prijssteunprogramma,
waarbij mén in de diverse landen verschillende
stelsels heeft ontwikkeld.
Ook wij kennen een vaste telersprijs, die echter
in vergelijking met vele andere landen aan de lage
kant ligt.
Ofschoon wij weten, dat het moeilijk is prijzen te
vergelijken, willen wij hier enkele prijzen laten vol
gen, die de tarwetelers in andere landen voor hun
oogst 1954 kregen of voor hun oogst 1955 krijgen.
Voor oogst 1954.
Zweden 32,87 per 100 kg; Amerikaanse steun
prijs ƒ29,06 per 100 kg en West-Duitsland 38,
per 100 kg.
Voor oogst 1955.
Zwitserland 50,4058,22 per 100 kg; Frankrijk
36,92 voor 92 van de oogst, per 100 kgBelgië
ƒ34,20ƒ37,24 per 100 kg; Engeland ƒ31,42 (ge
middeld) per 100 kg.
De positie van de voergranen
!s vrij onoverzichtelijk. Ook al omdat hier veel
minder prijsgaranties voorkomen. Een overheer
sende factor lijken op het ogenblik de grote mais-
voorraden. Vooral in de maisprijzen op de Noord-
Amerikaanse graanmarkten treedt een sterke de
pressie op, tengevolge van de enorme oogstver-
wachtingen. De maisvoorraden zuilen in de Ver
enigde Staten wanneer de ramingen worden
bewaarheid een grote omvang aannemen. In
de laatste raming wordt de maisoogst geschat op
88,2 millioen ton tegen een werkelijke opbrengst
van 74.3 millioen ton in 1954. Van dit laatste ciifer
zal ongeveer een voorraad van 25 millioen ton
overblijven, zodat de Verenigde Staten aan het
einde van het maisjaar zullen beschikken over 114
millioen ton.
Er komt op het ogenblik nog bij, dat Rusland de
laatste weken op verschillende plaatsen mais aan
geboden heeft. Weliswaar tegen hogere prijzen,
maar concurrentie van deze, niet verwachte kant,
meet ook no.g verwacht worden.
De tendenz voor voedergranen is onzeker tot
flauw en dit is niet te verwonderen. Handelskrin
gen in Chicago zijn van mening, dat vele Europese
importeurs me°r mais in hun voedersortimenten
bijmengen en dat er bijvoorbeeld op deze wijze af
zetmogelijkheden voor Canadese gerst verloren
gaan.
Wat de gerstoogst in Europa betreft, zijn er
weinig gegevens ons bekend. In West-Duitsland
verwacht men door de sterke uitbreiding van het
areaal en de hogere opbrengst ner ha aanzienlijk
meer win tergerst. Echter minder zomergerst.
Half Augustus bleek, dat er waarschijnlijk een
invoerbehoefte in dit land zal ziin van ongeveer
100 000 ton brouwgerst. Men besloot te Bonn
eerst de oogst van de zomergerst af te wachten
en de bierafzet. Een beslissing of men zal invoe
ren is niet voor eind October te verwachten.
Wij lezen voorts, dat de gedrukte stemming op
de markt der voedergranen haar invloed doet gei
den op de Belgische markt van de brouwgerst. die
eveneens een dalende tendenz vertoont. Neder
land biedt op de Belgische markt Balder aan en
Denemarken Carlsberg. Polen en Frankrijk zijn
ook aan de markt met brouwgerst, die vermoede
lijk van goede kwaliteit zal /ijn.
De Franse gerstopbrengst is zeer goed. doch
de ramingen van de totale oogst is niet veel hoger
dan verleden jaar.
Wij herinneren eraan, dat volgens het huidige
Nederlandse landbouwbeleid, onze regering aan
de teler van voedergranen. dus ook aan de gerst
teler in ieder geval de kostprijs, zijnde 24,per
100 kg garandeert. Zij doet dit door heffingen aan
de grens op de buitenlandse gerst. Men verkope
dus niet onder de kostprijs. Er is, mede door het
veelvuldige gebruik van de maaidorsers, vooral in
eën zomer als deze, direct na de oogst een te grote
aandrang om direct te verkopen, hetgeen dus de
binnenlandse prijs drukt. Een spreiding van de
afzet van de Nederlandse gerst is in alle opzichten
aan te bevelen, daar de overheid de binnenlandse
prijs alleen maar indirect beïnvloedt en zelve niet
inkoopt.
Aardappelen.
Het mooie zomerweer heeft ervoor gezorgd, dat
de oogstwerkzaamheden vlot en regelmatig kon
den geschieden. Wij zitten dan ook nu in de aard
appeloogst. Welk een verschil met vorig jaar. Dit
zal zeker tevens merkbaar zijn in het onkosten-
cijfer. Maar dit mag wel eens een keer meevallen!
De verwachtingen voor de afzet zijn als steeds
zeer moeilijk te geven, maar toch lijken de vooruit
zichten beter dan verleden jaar. In eigen land is
het areaal kleiner, terwijl de opbrengsten per ha
hoewel natuurlijk nog niet voldoende bekend
niet hoger lijken, eerdér lager.
Wij lezen ten aanzien van de Deense aardappel
oogst, dat het wekenlang aanhoudende warme en
zonnige zomerweer de situatie voor de aardappel-
verbouw critiek heeft gemaakt, in ieder geval voor
de halfvroege rassen, zoals Bintje en Up to Date,
die zich slecht konden ontwikkelen. Zelfs al zou
er einde Augustus en begin September regen ge
vallen zijn, verwacht men van deze rassen geen
goede opbrengst meer. De Alpha stond er goed bij.
Men is om deze redenen geneigd de opbrengst
van Bintje op ca 50 van de in het vorige jaar
geoogste hoeveelheid te ramen, die echter boven
het gemiddelde lag. Het Bintje-areaal zal dit jaar
slechts 85 belopen van dat van 1954.
Phytophthora is zo goed als in het geheel niet
opgetreden. Ook andere ziekten heeft men in
Denemarken nauwelijks geconstateerd. De kwali
teit van de pootaardappelen zal dus goed zijn.
Grote consumptie-Bintjes zullen schaars worden.
Er is aanhoudende export naar Zweden, waar
echter goedkopere Nederlandse aardappelen een
geduchte concurrent zijn.
Noorwegen wil kopen, daar in dat land een cata
strofaal gebrek aan consumptie-aardappelen zou
heersen.
In Oost-Duitsland, achter het IJzeren Gordijn,
zijn grote moeilijkheden in verband met de slechte
aaixiappelvoorziening van de bevolking.
In West-Duitsland is de stand van het aardappel
gewas goed. In de laatste vijf jaren schommelde
de aardappeloogst tussen 23,9 en 23 millioen ton.
Zonder onaangename verrassingen verwacht men
dit jaar 24,5 a 25 millioen ton.
Een nog wat grotere productie zou goed van pas
komen, want de varkensstapel is in dit land be
langrijk groter dan in 1954. Voor menselijke con
sumptie zijn ruim 8 millioen ton nodig. Voor poot-
goed en verliezen rekent men op 5 millioen ion.
De behoefte voor de industrie is van ondergeschikt
belang. In 1954 werden ruim 13 millioen ton ver-
vöederd. De behoefte aan voeraardappelen zal dit
jaar beslissend zijn voor de prijs, ook van de con
sumptie-aardappelen.
In Frankrijk verwacht men wederom een grote
oogst, mede door hoge opbrengsten in Bretagne.
De binnenlandse aardappelmarkt is er al weken
lang zeer zwak.
Uit Engeland is alleen bekend, dat het verbruik
van consumptie-aardappelen per hoofd van de be
volking thans vrij constant blijft. Na de oorlog
daalde het van 115 kg in 1948/'49 tot 100 kg in
1953/'54. Dit cijfer bleef in 1954/'55 constant. Het
verbruik is echter nog 20 hoger dan vóór de
oorlog.
Conclusies.
Uit de veelheid van berichten is het niet eenvou
dig enkele conclusies te trekken. Geconstateerd
kan worden, dat het monster van de granen goed
is, evenals van de peulvruchten. Het vochtgehalte
is laag en de bewaarbaarheid goed.
Er is geen enkele reden om thans reeds, in het
begin van de Septembermaand, te veel van zijn
product op de markt te werpen. Dit geldt zowel
voor de boer als voor de handel.
De bewaarruimte, juist voor deze producten,
neemt steeds toe, waardoor meerdere spreiding in
de afzet mogelijk wordt. Wij denken hierbij aan
de coöperatieve silo's.
Het is in het verleden gebleken, dat een dringend
aanbod de prijzen doet kelderen. Dit behoeft thans
niet te geschieden.
Ten aanzien van de erwten, willen wij er boven
dien nog op wijzen, dat lagere prijzen nieuwe af
zetgebieden openen. De hoge prijzen van verleden
jaar waren voor vele afnemers in andere landen
tè hoog. De huidige prijzen geven misschien op
dit punt wat meer mogelijkheden.
De situatie lijkt voor de aardappelen heel wat
beter dan vorig jaar. Voor stro verwacht men
behoorlijke prijzen.
En nu maar afwachten. Moge de financiële kant
van oogst 1955 even zonnig zijn als het weer ge
durende de oogst.
(Advertentie.)
TEUEFOON 441 - KAPELLE - BIEZELINGËj