U T 0 G E E N
De productieklasse op de Z. L. M.-tentoonstelling
te Kloosterzande.
UIERONTSTEKINGEN.
de zeugenmeikvervanger Verkrijgbaar u»j alle wederverkopers van UT
Fokveedag voor Walcheren
op 29 September.
DE MAANDELIJKSE
DEKKINGEN-STEEKPROEF EN HET
TE VERWACHTEN AANBOD VAN
SLACHTVARKENS.
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Wanneer wij nagaan aan welke rubriek eigenlijk de meeste aandacht besteed moet worden, dan
is dat haast wel de productieklasse. Ze heeft bij de demonstraties inderdaad een goede beurt ge
maakt. Maar er kan nooit genoeg gewezen worden op het economisch belang van koeien met hoge
productie.
Het onderhoudsvoer voor koeien van hetzelfde gewicht is, ongeacht de productie, voor beide dieren
practisch gelijk.
Een hoge of lage productie vereist daarnaast natuurlijk in evenredigheid veel of weinig productie-
voer. Maar bij de hoge productie vormt het onderhoudsvoer slechts een klein deel van het gehele
voeder. De prijs van de melk wordt dan per liter lager, zoals U ook op de tentoonstelling hebt kunnen
zien. In de stand van het Rijksveeteeltconsulentschap hing onderstaande berekening, die voor zichzelf
spreekt.
Bovendien zijn ook de kosten van verzorging en alle andere kostenfactoren voor hoge en lage pro-
ductie-dieren hetzelfde.
Voederkosten productieve
koe per stalseizoen.
Voederkosten gewone
koe per stalseizoen.
5000 kg voederbieten
3000 kg kuilvoer
1250 kg hooi
150 kg stro
520 kg krachtvoer
Melkproductie 2600 kg.
Per kg melk 17,4 ct.
ƒ100,-
60,-
113,-
10,-
170,-
ƒ453,-
5000 kg voederbieten 100,
3000 kg kuilvoer 60,
700 kg hooi 63,
700 kg stro 45,
185 kg krachtvoer 70,—
338,—
Melkproductie 1550 kg.
Per kg melk 22 ct.
Aan U hieruit uw conclusies te trekken
We willen de productiegegevens van de „meest
•conomische" dieren van de tentoonstelling hier
onder nog eens uitgebreid laten volgen.
Aangegeven zijn respectievelijk:
aantal lijsten (de aparte lijsten te vinden in catalo
gus), gem. leeftijd, gem. hoeveelheid melk, gem.
vetopbrengst, gem. aantal dageh, gem. dagprod.
melk, gem. dagprod. vet.
1. Laura, J. Verschueren-v. Acker, Walsoorden.
4; 4 j. 5 mnd.; 6224 kg; 4,05%; 252,1 kg; 322 dgn;
19,33 kg; 780 gr. Koe met de beste gem. vet-op-
brengst. Derde wat betreft gem. melkopbrengst.
2. Marie, E. de Waal, Ossenisse.
5; 4 j. 7 mnd.; 6845 kg; 3,86%; 264,2 kg; 343 dgn;
19,96 kg; 770 gr. Koe met de beste gem. melkop
brengst. Tweede wat betreft gem. vet opbrengst.
3. Dora, P. Th. de Kock-de Bruijne, Kloosterzan-
cIG
3; 5 j. 3 mnd; 8145 kg; 3,81 310,3 kg; 411 dgn;
19,82 kg; 755 gr. Tweede wat betreft de gem. melk
opbrengst.
4. Lies, C. van Waterschoot, Walsoorden.
4; 6 j.; 7461 kg; 4,18%; 311,9 kg; 408 dgn; 18,29
kg; 760 gr. Derde wat betreft gem. vet opbrengst.
5. Trui 6, P. J. van Mol, Stoppeldijk.
6; 4 j. 7 mnd; 4967 kg; 4,25%; 211,1 kg; 282 dgn;
17,62 kg; 750 gr.
6. Dora van Othene, Joh. Dekker, Zaamslag;
3; 3 j. 11 mnd; 5740 kg; 3,95%; 22.6,7 kg; 323 dgn;
17,61 kg; 700 gr.
7. Diana, A. Verschueren, Kuitaart
3; 3 j. 3 mnd; 4840 kg; 4,56%; 220,7 kg; 318 dgn;
15,22 kg; 690 gr.
8. Bertha, E. van Remoortere, Koewacht.
2; 4 j. 5 mnd; 6540 kg; 4,14%; 270,8 kg; 394 dgn;
16,6 kg; 690 gr.
9. Corrie, A. Verschueren, Kuitaart.
2; 3 j. 4 mnd; 6140 kg; 3,97%; 243,8 kg; 357 dgn;
17,2 kg; 680 gr.
10. Bertha, Kindn. Kuijpers, Kloosterzande.
1; 2 j. 6 mnd; 5678 kg; 4,12%; 234,0 kg; 348 dgn;
16,32 kg; 670 gr.
11. Jitske4, P. Scheele, Hoek.
5; 8 j. 1 mnd; 6176 kg; 3,71%; 229,1 kg; 340 dgn;
18,16 kg; 680 gr.
Gezien de sterk toegenomen deelname aan de
fokkerij van Stamboekvee op Walcheren, zullen
alleen in het Ned. Rundvee Stamboek ingeschre
ven runderen aan deze fokveedag deelnemen.
Evenals vorige jaren zal inschrijving mogelijk
zijn van stieren, onder te brengen in 4 leeftijds
rubrieken.
Voor vaarzen en kalf vaarzen staat eveneens de
inschrijving in diverse rubrieken open. Evenals
van de stierën, zullen slechts dieren worden toe
gelaten, welke geboren zijn vóór 1 Jan. 1955.
De jongvee-rubrieken vormen belangrijke col
lecties, waarvoor voor verkoop en export een
toenemende belangstelling bestaat.
De melkkoeien zullen in 14 rubrieken worden
ondergebracht al naar de leeftijd en de tijd van
afkalven.
De productieklasse zal weer een keurcollectie
vormen van de beste melkdieren op Walcheren.
Hieraan worden zeer hoge eisen gesteld. N.l. drie
opeenvolgende melkstaten, die gezamenlijk hoog
stens 1020 melkdagen tellen, minimaal 3,6 vet
en al naar de leeftijd een vetproductie per lac-
tatieperiode, variërende van 150—240 kg. Voor de
koeien met een gemiddeld vetgehalte van 4,25
of hoger wordt bovendien een melkproductie ver
eist, variërende van ten minste 3550 kg melk op
een leeftijd van ca 2 jaar, tot 5650 kg melk op
een leeftijd van 6 en een half jaar en ouder.
Slechts die koeien, die in de eigen rubriek ten
minste een 3de prijs behalen voor exterieur, wor
den in de productieklasse geprimeerd. Afzonder
lijke opgave voor deze klasse is niet mogelijk.
Bij de groepen is inschrijving mogelijk voor:
8 afstammelingen van één stier, die al dan niet
nog ter dekking staat; fokgroepen van 5 stuks
vrouwelijk rundvee ouder dan één jaar van één
eigenaar en idem groepen van 3 stuks rundvee.
Voorts kunnen ook koeien met minstens 3 directe
afstammelingen elkander bekampen.
Zoals gebruikelijk, zullen zowel van de stieren
als de koeien kampioenen worden aangewezen.
De kampioenen van vroeger gehouden fokvee-
dagen kunnen hierbij niet meer meedingen, maar
wel ter opluistering verschijnen. Bij de koeien
zijn ook de z.g.n. R.-dieren van het kampioen
schap uitgesloten.
Omstreeks begin Augustus zal aan alle leden
van het N.R.S. op Walcheren een vraagprogramma
worden toegezonden.
De voorbereiding is in handen van een com
missie van veehouders o.l.v. de Rijksveeteeltcon-
sulent.
In de maand Mei lag het aantal dekkingen door
beren volgens de dekkingssteekproef van het C. B.
S. op hetzelfde peil als in de beide voorgaande
maanden. Daarmee blijkt thans de ontwikkelings
gang in de richting van een steeds verdere toename
van het aantal dekkingen te zijn doorbroken, want
volgens het normale seizoensverloop had in de
laatste maanden een oplopend aantal dekkingen
mogen worden verwacht.
Ook al was het aantal dekkingen in Mei nog zeer
hoog, het ligt nu toch beneden het peil van de
maand Mei van het vorige jaar. Vastgesteld kan
worden, dat de wisseling in de rentabiliteit van de
varkenshouderij ook thans weer leidt tot voortzet
ting van de gebruikelijke „varkenscyclus".
De raming van het op grond van de dekkings
steekproef maandelijks te verwachten aantal
slachtrijpe varkens (90 kg levend) luidt thans als
volgt
Totaal (X 1000) Waarvan voor zelf-
Maand
1955
1956
voorzier
Januari
290
365
10
Februari
295
240
5
Maart
380
April
325
Mei
275
Juni
260
Juli
280
5
Augustus
315
50
September
370
80
October
360
55
November
310
40
December
340
30
De melkveehouderij lijdt jaarlijks veel schade
door uierontstekingen. Ontstoken uier kwartieren
gaven aanzienlijk productieverlies. Als gevolg hier
van kunnen de dieren zelfs geheel ziek zijn.
Bij heftige aandoeningen kan een gedeelte van
de uier voor verdere productie worden uitgescha
keld. Na genezing blijft een kwartier, dat ziek is ge
weest, steeds meer of minder in melkvormend ver
mogen ten achter. Bij eventuele verkoop als ge-
bruiksdier wordt een lagere verkoopsprijs behaald
door de minder goede uiervorm. Het komt ook voor,
dat melkkoeien moeten worden opgeruimd als ge
volg van uierontstekingen. Dit betekent een groot
verlies, dat des te groter is naarmate het hoogwaar
diger fokdieren betreft.
Meestal wordt een ontstoken kwartier spoedig
ontdekt. Dergelijke kwartieren zijn gewoonlijk op
gezet, stijf, pijnlijk en warmer. In sommige geval
len zijn deze symptomen minder duidelijk.
De melk, afkomstig uit zieke kwartieren, heeft
een gewijzigde samenstelling, welke meestal zicht
baar is door een afwijkende kleur of aanwezigheid
van brokjes. Deze melk bevat een groot aantal
schadelijke bacteriën. Wordt dergelijke melk bij nor
male melk gevoegd, dan schaadt dit de kwaliteit
van de mengmelk in erge mate, evenals de daaruit
bereide producten.
De uierontstekingen kunnen van verschillende
aard zijn, doch ze zijn allé besmettelijk.
Een hygiënische behandeling vormt een belang
rijk deel van de bestrijding. Aangetaste koeien dient
men steeds het laatst te melken om besmetting
van andere melkkoeien te voorkomen. Om dezelfde
redenen mag ook nooit een ontstoken kwartier
leeggemolken worden op de stalbodem, doch dient
de afwijkende melk apart in een busje te worden
verzameld en vervolgens vernietigd.
Het veelvuldig en grondig uitmelken is een metho
de die de genezing van een ontsteking bevordert,
daar op deze wijze veel smetstof wordt verwijderd.
Tegenwoordig is in de penicilline een belangrijk
hulpmiddel gevonden voor de bestrijding van uier
ontstekingen. Het effect van de penicilline is va
riërend. De verschillende vormen van uierontstekin
gen zijn hiervan de oorzaak. De streptococcen-u ier
ontstekingen, welke het meest voorkomen, zijn
heel goed te bestrijden met penicilline. Er komen
echter ook vormen voor, die hier niet of weinig op
reageren. Ook is bij nieuwmelkse koeien het resul
taat meestal gunstiger dan bij oudmelkse dieren.
Voor een redelijke kans van slagen is een herhaling
van de behandeling na 48 uur noodzakelijk. Voorts
is het gewenst de penicilline te betrekken van een
bekend fabrikaat. Melk, die uiterlijk van goede sa
menstelling is, doch afkomstig uit kwartieren wel
ke behandeld zijn met penicilline, mag binnen vijf
dagen na de laatste behandeling niet aan een zuivel
fabriek worden'afgeleverd.
Regelmatige controle op het voorkomen van uier
ontstekingen is noodzakelijk. Een goede methode is
om bij het melken de eerste stralen apart te verza
melen en op hoedanigheid te beoordelen. Door re
gelmatige toepassing hiervan kunnen eventuele af
wijkingen tijdig worden vastgesteld en maatregelen
worden genomen ter voorkoming van besmetting
der mengmelk.
Het staat wel vast, dat slecht uitmelken het ont
staan van uierontstekingen in de hand werkt. Door
op regelmatige tijden te melken en de uier steeds
goed leeg te melken kan het aantal gevallen van
uierontstekingen sterk worden beperkt. Vakkundig
melken is hiertoe een vereiste.
J. H. LANTINGA,
(Advertentie)
voor biggen, die onvoldoende zog ontvangen W artikelen Vraagt de UTOGEEN-folder