Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw Bezoekt de Algemene Vergadering op 30 Juni a. s. Valse meeldauw in Uien „Shell" zineb zinkcarbamaat GEBRS. DE JONGH, ft Onze Algemene Vergadering DONDERDAG 30 JUNI a.s. ZITDAG BOEKHOUDBUREAU: ZITDAGEN ADVIESBUREAU. MECHANISATIEPROBLEMEN OP ZANDGROND. H, BASTIAANSSEN, A173, BERKELrENSCHOT. BEWERKEN VAN LUCERNE NA DE le SNEDE OP KLEIGROND 633,31. ZATERDAG 18 JUNI 195 5. 451 Agenda van de Algemene Vergadering der Noord- Brabantsche Maatschappij van Landbouw te houden op: in het Nutsgebouw te WERKENDAM. Aanvang half 10 v.m. 1. Openingsrede door de Voorzitter. 2. Notulen van de Algemene Vergadering van 26 Januari j.l., gehouden te Breda. 3. Mededelingen en ingekomen stukken. 4. Spreker de Weled. Gestr. heer Ir M. dé Bruijn, Hoofdingenieur van de 'Rijkswaterstaat, over „Problemen, verband houdende met de plan nen tot indijking van de Brabantsclie Bies bosch". 5. Gedachtenwisseling. 6. Spreker de Weled. Gestr. heer Ir Alph. Roe- broek, adviseur van Ged. Staten van Noord- Brabant over: „De arbeid binnen de bedijkte Biesbosch". 7. Gédachtenwisseling. 8. Rondvraag. 9. Sluiting. Na afloop van de vergadering zal een rondvaart worden gemaakt door de Biesbosch. Op de boten zal voor de nodige accomodatie worden gezorgd en zullen lunchpakketten verkrijgbaar zijn. -De kosten van deelname voor deze rondvaart be dragen 1,per persoon. Met het oog op het be stellen van de boten dient tijdig een overzicht te worden verkregen van het aantal deelnemers (sters) aan deze rondvaart. Men kan zich hiervoor aanmel den door zoveel maal 1,als men deelnemers kaarten verlangt, te storten op postrekening 67646 ten name van de Noord-Bratbantsche Mij. van Land bouw te Zevenbergen. Deze aanmelding dient te geschieden voor 23 Juni a.s. Na overmaking van het bedrag zullen de deel nemerskaarten aan de leden worden toegezonden. Zonder deelnemerskaart zal niet op een plaats op één der boten kunnen worden gerekend. Gaarne doen wij een beroep op aller medewerking. Vertrek om half twee vanuit de Biesboschhaven te Werkendam. In verband met het bestellen van de boten is tijde lijke aanmelding noodzakelijk. Voor hen, die niet aan de boottocht deelnemen of zich hiervoor niet tijdig kunnen opgeven, zal één rijtoer per'auto door de Biesbosch worden georganiseerd. Vertrek even eens om hall,twee uit Werkendam. Boottocht en rijtoer zullen worden beëindigd bij het pakhuis van het Centraal Bureau aan de Bies boschhaven, waar als slot nog een verversing zal worden aangeboden. FIJNAART: Vrijdag 24 Juni 10.30-^12.30 uur, Hotel „De Graanbeurs". Ter voorlichting en advisering, zowel over ge bouwen-, agrarische- en huisraadschade, zullen voor getroffen landbouwers en landarbeiders van de watersnood, alsmede voor oorlogsgetroffenen in Noord-Brabant zitdagen worden gehouden op de navolgende plaatsen en data: FIJNAART: op Vrijdag 24 Juni a.s. in Hotel „Van Baaren", des voonmiddags van 1013 uür. Verder elke Dinsdagvoormiddag te Tilburg, Spoorlaan 50 en elke Maandag-voormiddag in Café Van Dijk te Almkerk. Het is ter bevordering van een vlotte afwerking gewenst, dat men op de zitdagen steeds de beschei den meebrengt over het geval, waarover men advies of inlichtingen wenst. PETROLEUM- OF DIESELTREKKER? Wat is nu het voordeligste een petroleum, of die seltrekker? Deze vraag wordt herhaalde malen .gesteld en als men gaat berekenen wat het voorde ligst is, dan komt men uiteraard het voordeligste uit met petroleum. Dat is lang een strijdvraag ge weest, waarbij de aanschaf vergeleken werd met de kosten van brandstof. Er komt echter nog meer kijken, want met een berekening alleen komt men er niet helemaal uit. Als men een petroleummo,tor wil starten moet dit op benzine gebeuren en pas als deze voldoende op temperatuur is, kan overge schakeld worden op de goedkopere trekkerpetro- leum. Het verbruik van petroleum is in een motor 150% van gasolie, dus wanneer een diesel 100 1. ver bruikt heeft, zal een petroleumtrekker 150 1. „op gedronken" hebben bij gelijke sterkte en hetzelfde werk. Aan verbruik dus duurder, doch goedkoper in aanschaf, maar er moeten al veel uren worden gedraaid eer de diesel zijn goedkoper verbruik heeft terugverdiend. Meestal is deze dan versleten. Neen, daar zit het hem volgens mij niet in, maar wél in het volgende: Op een groot bedrijf, waar veel en dikwijls zwaar der werk is, blijft een trekker gemakkelijker op temperatuur en kan practisch de gehele dag op petroleum rijden en deze trekker zal hier ailicht goed voldoen en men ziet b.v. in de N. O. polder meer petroleumtrekkers dan diesels. Op onze kleinere zandbedrijven is vanzelfspre kend minder zwaar werk en ook veel „klusjes- werk". Men is dan dikwijls gedwongen om over te schakelen op benzine en nu komt de aap uit de mouw. Deed men dit maar, dan zouden onze petro leumtrekkers jaren langer meegaan dan thans het geval is. Men meent dikwijls, dat men een trekker, ook al is deze warm gedraaid, gerust stationair kan laten draaien op petroleum, doch het kan funest zijn voor de motor. Bij het laden van mest, graan in de zomer, bieten in de winter, noem maar op, moet op benzine worden gedraaid. De motor kan het niet halen op petroleum, doch onze boeren denken teveel aan de benzineprijs en wor den niets aan de trekker gewaar, tenminste voor lopig niet. Al gauw echter krijgt men de gewaar wording dat de motor niet zo zuiver meer loopt en ook de trekkracht vermindert. Zij begint te roken, olie te verbruiken en het hele zaakje komt voor revisie in aanmerking vóórdat eigenlijk genoeg draaiuren achter de rug waren. De slijtage is veel te groot geweest en het is voor een groot deel te wijten aan het teveel draaien op petroleum, wan neer de trekker er niet toe in staat was. De brandstof moet in gasvorm in de cylinders ko men en het is toch een bekend feit dat benzine veel gemakkelijker vergast dan petroleum. Er zit niet voor niets een vergasser rond de inlaatspruitstuk- ken van een petroleummotor. De hitte van de mo tor in de vorm van de hete uitlaatgassen moeten zorgdragen voor de verdamping van de brandstof doch indien de motor te koud is, zal dit in veel min dere mate het geval zijn en komt een gedeelte van de petroleum als vloeistof in de cylinder. Deze ont brandt niet voldoende, met alle gevolgen daaraan verbonden. Ik heb hier speciaal wat langer bij stilgestaan, omdat dit een veel voorkomende fout is en er kan nooit voldoende op worden gewezen. In een zekere garage, waarvan de eigenaar ver tegenwoordiger was van een zeer bekend en goed merk petroleumtrekker, kregen we eens menings verschil over de aanschaf van petroleum- of diesel trekker. Het ging over de vóór- en nadelen van aankoop contra brandstof. Door hem werd ook brandstof geleverd aan di verse trekkergebruikers en vele voorbeelden haal de hij aan over de procentsgewijze liters petroleum tegen de liters benzine. Daarbij bleek, dat er zeer weinig benzine werd gehaald tegenover petroleum en hij wou hiermee bewijzen dat het nogal meeviel met de duurdere benzine. Toen hem echter duidelijk werd gemaakt, dat het beter was, indien het kwantum benzine naar ver houding hoger was géweest, moest hij ongelijk be kennen. Toevallig kwam een trekker aangereden, waar aan een kleinigheid moest worden gerepareerd en het eerste waar de garagehouder op wees, was, dat de bestuurder moest overschakelen op benzine en waarom hij dit moest doen. Hier hadden we dus succes, doch omdat er nog te veel tegen wordt gezondigd, moeten we waak zaam blijven. Heeft men daarentegen 'n dieseltrek ker, dan is dit bezwaar opgeheven. Dit wil niet zeggen, dat een diesel niet op temperatuur moet zijn, integendeel, doch de constructie van een die sel is heel anders. Het zou echter hier te ver voe ren om daar thans dieper op in te gaan. In ieder geval lijkt mij een kleine diesel op een klein bedrijf beter op zijn plaats dan een petror lpumtrekker. Goede lucerne-percelen vindt men vaak Ibij boeren die reeds veel ervaring met de teelt hebben opge daan en dus ook weten, dat lucerne na het jaar van inzaaien veel kan verdragen. Pas ingezaaide lucer ne is nog gevoelig voor een straffe behandeling; maar in het jaar na inzaai, dus aaii het 1ste volle pro ductie-jaar, kan men het gewas zeer hard aanpak ken, zonder dat er schade door ontstaat. Dit hard handig aanpakken van lucerne is veelal noodzake lijk om het onkruid, en voornamelijk het gras, voldoende te bestrijden. Door het z.g. vergrassen moeten heel wat per celen vroegtijdig omgeploegd worden. De eerste mogelijkheid voor de bestrijding van het onkruid is in het voorjaar. Het juiste tijdstip is, als de lucerne nog niet gaat uitlopen. Maar ook na de lste snede, die zeer binnenkort gemaaid wordt, of hier en daar reeds gemaaid is, kan men met een onkruidegge veel gras bestrijden. Bovendien wordt met deze bewerking de grond weer wat losgemaakt, zodat de lucht toeter kan ibinnendringen en het water sneller kan wegzakken. Direct na het maaien zou men deze bewerking toe moeten passen. Het juiste tijdstip van maaien is voor de lste snede ongeveer tegen de bloei aan. Men moet in elk geval zorgen, dat de knoppen onder aan de sten gels nog niet t'e ver uitgelopen zijn, anders maait men deze nieuwe spruiten ook af, wat uitputting van het gewas geeft en bovendien het risico van een juiste bewerking groter maakt. Enkele keren over langs en overdwars eggen. De eg moet niet te diep gaan om de wortels niet te veel to beschadigen, maar met tanden van 12—15 cm is de kans op te veel beschadiging niet aanwezig. Direct na het maaien bewerken is alleen moge lijk, wanneer men de lucerne laat drogen. Wil men hooien, dan moet men even langer geduld hebiben. Zodra het gewas op de ruiter getast is, kan tussen de rijén ruiters geëgd worden. Beter is om met een ruiterslee de ruiters van het veld te slepen, waarna ook direct geëgd kan worden en men toovendien voorkomt, dat „ruiterplekken" ontstaan. Dit is ook de oorzaak, dat lucerne minder opbrengt dan het kan opbrengen, omdat deze plekken veel achter blijven en vaak vergrassen. Een derde 'methode is het gewas 1 a 2 dagen na het maaien, op de ruiter te plaatsen, tussen de rui ters eggen, de ruiters na een dag of 6 verplaatsen en overtassen en dan de rest bewerken. Door dit overtassen bereikt men, dat het gewas sneller droogt. Door het verplaatsen van de ruiters wordt de kans op „ruiterplekken" kleiner. Alleen over tassen, wanneer het gewas dus zeer vroeg voor de lé keer op ruiters gezet wordt. Wacht men daarmee te lang en is het gewas reeds vrij droog, dam krijgt men bij het overtassen te veel toladverlies. Welke methode U ook toepast, zorg dat U na de lste snede de lucerne flink schoon maakt door een bewerking met een onkruidegge. De Ingenieur, R. WIJMENGA. (Advertentie) bestrijdt U uitstekend met Vraagt inlichtingen bij: POSTBUS 35 - GOES of bij: P. den Boer, Prov.weg B 129, Renesse, Tel. 51. Fa. C. Colpaart Zn., C 18 Woensdrecht, Tel. 36. Fa. Joh. v. d. Ende Zn., Borssele, Tel. K 1105- 261 en 269. Fa. Gebrs. Den Herder, Serooskerke, Tel. K 1189- 358 en 442. Fa. I. Hubregtse Co., 's-Gravenpolder, Tel. K 1103-398 en 245. M. Meeuwsen, Dorpsweg 25, Bruinisse, Tel. 84. J. van Oosten, Oostweg 11, Krabbendijke, Tel. 109. D. J. de Regt, Kamperland, Tel. K 1107-389. A. Rijnberg, St, Annaland, Tel, 9J, A, J, Trioui Oostburg, Tel, HO, J. A, Westetrato, Axel, Tel, K 1155*746

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1955 | | pagina 27