DE AFZET VAN HARD FRUIT. ZATERDAG t% AFRIT, 19SS. 311 door S. G. Nooteboom, Directeur van de Veiling „Krabbendijke en Omstreken" XLS iemand de beschikking heeft over voor de land- en tuinbouw geschikte grond, dan kan hij grootte en bijzondere gesteldheid van de bodem even buiten beschouwing latende verschillende kanten uit. Sommige grondgebruikers worden aangetrokken tot een zekere oppervlakte speculatieve gewassen, anderen voelen zich misschien beter thuis in de geordende economie der garantieprijzen. Maar in de landbouw gaat het tenslotte telkens maar om één jaar; de oogst kan mee- of tegenvallen; de prijzen kunnen gunstig of ongunstig zijn, maar ieder nieuw jaar brengt opnieuw de mogelijkheid van het op dat moment het meest gewenst geachte bouwplan. Anders is het in de fruitteelt. De teler kiest uiteraard met zorg zijn plantmateriaal, vraagt het laatste advies over rassenkeuze, plantschema en wat dies meer zij. Maar hij legt zich daarbij toch vast voor, laat ons zeggen, twintig of meer jaren. Hij kan afgaande op de ervaring in de achter hem liggende periode allerminst voorspellen hoe in de toekomst de verhouding van de vraag zal zijn tot het aanbod der door hem en intussen ook door vele anderen voortgebrachte producten. Toch ziet men, gedragen door vakbekwaamheid zowel als door een zeker vertrouwen in de toe komstmogelijkheden, de teelt van hard fruit in ons land van jaar tot jaar toenemen. En dat allerminst als „geleide" economie. Want tegenover vaste, deels toenemende lasten voor pacht, lonen, sociale zorg, meststoffen, bestrijdingsmiddelen en veilingkosten, staan zeer variabele opbrengsten. Men zou zich dus wel moeten afvragen of hét risico, verbonden aan een voor zo lange tijd gefixeerd bouwplan, inder daad wel verantwoord is. terende landen (in het buitenland). Het doet wel licht wat vreemd aan dat als middel om de afzet te bevorderen, wordt genoemd een lage prijs. Maar als men bedenkt dat in 1954 de industrie-aardbeien aan de Zeeuwse veilingen niet minder dan f 1,20 per kg gemiddeld hebben opgebracht, dap mag men er volgende jaren niet over klagen dat de huisvrouw niet meer weet wat aardbeien zijn. KWALITEITSBEVORDERING Ten aanzien van het leveren van kwaliteitsfruit is Zeeland, met veel jonge en modern ingerichte boomgaarden, reeds een eind op de goede weg. Wat het eetrijp aanbieden betreft, kan niet genoeg de nadruk worden gelegd op het grote belang van het werk van de Provinciale Afzetcommissie voor fruit van de Zeeuwse veilingen. Deze Commissie komt in het seizoen iedere week bijeen o.m. om de data vast te stellen, waarop de verschillende fruitrassen ach tereenvolgens ter veiling zullen mogen worden aan gevoerd. Men tracht door deze afspraken zoveel mogelijk te voorkomen dat het fruit wordt vermoord en dat zogenaamde „primeurs" worden verkocht, die alle animo om frurt te kopen voor wekenlang bij de consument kunnen bederven. rAfs ee*n belangrijk middel om het product in zo goed mogelijke staat af te leveren, dient verder het verpakken of wikkelen van het fruit. Het percen tage verval tengevolge van schade bij het vervoer wordt daardoor aanzienlijk beperkt. De toekomst zal moeten leren of dit verpakken en wikkelen vóór of na de vei koop zal dienen te geschieden. Het laatste ligt voor de hand, omdat bij de verkoop de bestemming van het product in vele gevallen nog niet vaststaat. Actueel is thans weer de. mogelijkheid van be vordering van de vraag naar fruit, door de levering in een aantrekkelijke kleinverpakking, met name in cellophaanzakjes. Voor deze wijze van afname schijnt belangstelling te bestaan bij verschillende over het gehele land verspreide filiaalbedrijven en b.v. zelfbedieningswinkels. Binnenlandse propaganda zowel als onderzoek naar en verbetering van dé exportmogelijkheden zijnzaken, die de individuele fruitteler niet zal kunnen verzorgen. Voor dit doel heeft het Centraal: Bureau een afzetfonds gevormd uit de heffing van 7/ie% van de opbrengst van het geveilde product.' Voornamelijk de zorg voor bevordering van de uit voer, iets waarmede de Nederlandse fruitteelt staat of valt, heeft de aandacht van de beheerders van dit fonds.- Daarnaast heeft ook het binnenland de volle belangstelling. VRAAG EN AANBOD Bij dit weinig elastische aanbod zal het dus de vraag naar fruit zijn, die van overwegende invloed is op de Vorming van de prijs. Voor onze appels en peren is dps de beste weg om de afzet te bevorderen het stimuleren van de vraag naar het product. Aan bod-restrictie, door hef rooien van onrendabele boom^aax'd.enj-^het zo mogelijk'Pit de ftiarkt ïföu- den van h'ét „ondereind", verdienen daarnaast uiter- aaed-Eveneens de volle" aandacht. - De bevordering van de vraag naar fruit zal in de eérWé'^ïacitè Yëkenihg rnoetèn houdëiiihét 'Wètfeit dat fruit'Vóór rneëst'e gebruikershog niet behóórt tot dë'eerste lèvëhsbehoefteh. Naast ons fruit Vraagt men andere semi-luxe goederen en de op ruime schaal ingevoerde merendeels goede zuidvruchten spelen daarbij een zekere rol. Ons fruit dient derhalve, wil het bij de consu menten in trek blijven, te zijn eetrijp, smakelijk en zo mogelijk nog enige dagen houdbaar. De wijze waarop het wordt aangeboden in de winkels behoort goed verzorgd en aantrekkelijk te zijn. Daarnaast is voorlichting van de consument en doeltreffende reclame noodzakelijk. Wil men de kwantitatieve omzet stimuleren, dan mag de prijs niet te hoog zijn, althans concurrerend ten opzichte van zuidvruchten en andere versnape ringen (in het binnenland) en ten opzichte van de prijs van het product, afkomstig uit andere expor De appels rollen vanaf de sorieerband in de opvangbakken. <Foto Min. L. V. V.) WAT VERSTAAT MEN ONDER AFZET Producenten van goederen zijn er in het alge meen op uit, niet alleen om hun producten te ver kopen tégen een prijs die ligt boven de kostprijs, maar om bovendien de omzet, per week, per maand of per jaar zoveel mogelijk te vergroten. Men kan zelfs genoegen nemen met een betrekkelijk geringe winst, mits de omzet daardoor maar kan worden opgevoerd. Temeer omdat vergroting van de omzet tot op zekere hoogte verlaging van de kostprijs kan meebrengen. In andere woorden gezegd: het is voordeliger om 100 stuks van een artikel te vér kopen met 15 winst, dan 10 stuks van 'ditzelfde artikel met 100 winst. Bij fruit ligt deze zaak minder eenvoudig. Eep fruitteler en dit geldt eveneens voor alle Neder landse fruittelers tezamen kan zijn productie niet willekeurig Vergroten of afremmen. De Nederlandse fruitteelt is gebonden aan hetgeen de boomgaarden in de komend; jaren zullen gaan voortbrengen en ondanks rpoi-acties beweegt deze hoeveelheid zich, zowel wat kwantiteit als wat kwaliteit betreft, in een vrij sterk opgaande lijn. Sorteerruimte op de veiling te Rotterdam. tFoio Min. U V. V.) "Het is kwaad, het is kwaad I de kooper zeggen." Spreuken 20 14. CONCURRENTIE OF SAMENWERKING? Een goed fruitteler zal zich ongetwijfeld toe leggen op gevraagde rassen, een hoge kilogram- opbrengst per ha, een goede kwaliteit en lage pro ductiekosten. Dit zijn alles aangelegenheden, waar bij iedere teler het best zijn eigen belangen kan behartigen. Maar- er komt een tijd, dat het fruit moet worden verkocht. De teler kan daarbij vele kanten uit, nl. verkoop van fruit op stam (verpachten), verkoop uit de hand (administratief „veilen"), dadelijk na de oogst verkopen, dan wel eerst opslaan, al dan niet gekoeld en in gasbewaring, en pas later ver kopen. Bij het bestaande systeem zal iedere fruit teler zich, binnen het kader van deze grote vrijheid, kunnen afvragen van welke werkwijze hij de beste geldelijke resultaten verwacht. Het is intussen reeds meer dan een halve eeuw geleden, dat de producenten van tuinbouwgewasseü het systeem vonden van geconcentreerde verkoop en openbare prijsvorming op de veilingen. Deze veilingen hebben zich ontwikkeld tot een schild, dat de telers beschermt tegen de als regel beter ge oriënteerde handel. De vraag of nu bij dit niet- elastische aanbod de samenwerking, b.v. in veiling- verband, dan wel concurrentie tussen de telers, de afzet het beste bevorderen zal, kan ieder voor zich het beste beantwoorden. In aansluiting hierop dient nog naar voren te worden gebracht, dat indien een belangrijk deel van het product huiten de veilingen om zou worden verkocht de markt vóór de aanvang der ver kopingen reeds gedeeltelijk zou zijn verzadigd. Daarnaast wordt een op deze wijze van te voren „afgeroomde" veiling voor vele kopers minder aan trekkelijk. De nagestreefde concentratie en open bare prijsvorming komen dan niet langer tot hun reeht. Als alle fruittelers ervan overtuigd zijn, dat zij hun plaatselijke en landelijke afzetorganisaties niet kunnen missen, dan zullen zij goed doen deze in stellingen te zien als een noodzakelijk verlengstuk van hun bedrijf. VERHOUDING VEILING (TELER) - HANDEL Uit het bovenstaande is reeds gebleken, dat de afzet van het fruit allerminst ophoudt zodra het door de veiling pf.de teler..aan de koopman is af geleverd. Wil een veiling redelijkerwijs verzekerd, zijn van de op het ogenblik van de verkoop geldende prijzen, dan dient de leiding te zorgen voor het aan trekken én in stand houden van een zekere kopers- klanten-) kring. Van hun kant zullen de kopers geregeld en graag afnemen als zij op de veiling een product vinden aangeboden dat zich gemakkelijk en met winst laat verkopen. De veiling moet dus geven goede waar, behoorlijke service en vooral stipte eer lijkheid in zaken. Kortom alles wat vertrouwen kan wekken. Hoewel liet een bezwaar is van de veilingklok, dat hij onbarmhartig het geveilde toewijst aan degene die het eerst afdrukt behoudens crediet- waardigheid wel te'verstaan dient er toch een zeker contact te bestaan tussen vèilingleidihg en kopers. Het juiste tijdstip van veilen, de wijze van aanbieden, b.v. blokvorming, de zich bij de te vér- wachten vraag aanpassende aanvoer, dit alles zijn factoren, waardoor het vertrouwen van de klanten dient te worden gewonnen en behouden; Tenslotte Is een koopmansstand die geregeld vele en goede zaken doet, ook een levensbelang voor teler en veiling. ZIJN MINIMUM-PRMZEN VOOR HARD FRUIT GEWENST Dank zij het vernuft en hot organisatietalent van het Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen zijn er voor een aantal tuinbouwproducten maatregelen genomen om tot op zekere hoogte marktbederf te kunnen voorkomen. Er is sedert 1948 een systeem opgebouwd van ophoudprijzen, voor ieder product enigermate verband houdende met de kostprijs. Be néden dëzè ophoudprijzen draait hfet prodöcf'doer; dat' dan. eigendom wordt van het Centraal Bureau,- d'afr zorgt- Voor 1 conservering 1 ofvernietiging. De' aanvoerder krijgt 'daarvoor: een'vërgöed'ihgsprijs> die als régel 'lager "ligt dah :'dë 'öph;oudprijs. -'Deze ver goedingen wordën betaald uif Vóór ieder dér prcP" dudtfen afzbriderlijk gehöudërr fondsen, die wórden- gevormd uit heffing' van een 'of meer centen per kilogram op het verkochte product. Het totaal van deze fondsen heeft de 20 miljoen guldén reeds over schreden. Van verschillende zijden met name uit de Betuwe en Utrecht wordt er de laatste tijd op aangedrongen ook voor appels en péren dit systeem in 1949 bij wijze van proef toegepast, doch sedert dien verlaten weer in te voeren. Het overladen van de binnenlandse markt met grote hoeveelheden minderwaardig fruit zal onge twijfeld ook de afzet van het goede fruit ongunstig beïnvloeden. Is het nu voor de telers van goed (Zie verder pag. 312, le kolom onderaan.!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1955 | | pagina 7