DE KUNSTMATIGE INSEMINATIE IN WEST ZEEUWS-VLAANDEREN Het voorkeursrecht van de pachter PRACTIJKDIPLOMA MACHINAAL MELKEN. LET OP DE UITBREIDINGSPLANNEN Tips van de Hoofdinseminator EXAMENS TREKKERBESTUURDER IN DE LANDBOUW. Neem de juiste fokvarkens. ZATERDAG 19 MAART 1955 EÉN van de K.I. Verenigingen, die ook het meest van zich doet spreken, is wel de Kil. Vereni ging „West Zeeuws-V laanderen." Het Bestuur van deze vereniging is buitengewoon actief en het is altijd zeer geïnteresseerd in de gang van zaken op het Centraal Stierenstation. In de afgelopen jaren heeft het Bestuur van deze vereniging nogal eens een opvatting gehul digd, die afweek van de mening van de andere K. I. Verenigingen. Dit heeft een remmende in vloed gehad op de invoering van enkele reorganisatieplannen. Door overleg zijn echter in 1954 alle moeilijkheden uit de weg geruimd en wij geloven dan ook, dat de Vereniging voor K. I. in West Zeeuws-Vlaanderen een waardige plaats in het Centraal Stierenstation inneemt. In het algemeen mag hier nog wel eens gezegd worden, dat de K. I. verenigingen in Zeeland samen moeten werken, wil men uiteindelijk tot een grote bloei van de K. I. kunnen komen. Als laatste opgerichte vereniging in de provincie Zeeland is deze vereniging in 1950 begonnen met de stier Witzij's Adema 33205 S. Personen, die iin 1955 examen wensen te doen voor het Praktijkdiploma machinaal melken, wor den verzocht- zich vóór 15 April a.s. op te geven bij het rijkszuivelconsulentschap in hun provincie, of bij de Centrale Melkmachine Commissie van de Stichting voor de Landbouw, Raamweg 2527, 's-Gravenhage. Voor toelating tot het examen wordt vereist, dat de candidaat: 1. de leeftijd van 17 jaar heeft bereikt. 2. in het bezit is van het diploma handmelken. 3. minstens één jaar met een melkmachine heeft gemolken. Het examengeld toedraagt 5,per persoon. De resultaten als volgt: over de afgelopen jaren waren 1950—'51 1951—'52 1952—'53 1953—'54 Aantal dieren 776 1269 1429 1380 Drachtig na 1 inseminatie 38,2 55,4 52,2 53,9 Totaal 76,5 93.3 94.4 87,8 Wanneer wij het totaal-resultaat bezien, dan is dit over het eerste jaar te laag geweest. Dit is te begrijpen, want toen was het met de bevruchting slecht gesteld. De twee daaropvolgende jaren gaven een heel hoog totaal drachtigheidspercentage te zien, een percentage dat hoger lag dan de werkelijkheid. De manier waarop de gegevens verzameld wer den, was in die jaren niet juist. Dit is wel het ge val met het drachtigheidscijfer van het laatste jaar n.l. 87,8 wat ongeveer bij het landelijk ge middelde ligt. De cijfers van het drachtigheidsper centage na 1 inseminatie liggen wat aan de lage kant. We mogen met vrij grote zekerheid verwachten, dat deze cijfers thans omhoog gaan door de ge wijzigde methode van wérken. De voorlopige cijfers over het lopende seizoen wijzen al in die richting. Het aantal dieren, dat door de inseminator In- ghels (Tel. Biervliet 132) in de laatste jaren werd gedaan, was vrij constant. Borssele. Vsinaf 28 Februari 1955 gedurende vier weken liggen ter gemeente-secretarie voor een ieder ter inzage het ontwerp van een uitbreidingsplan in hoofdzaak en een plan in onderdelen. Gedurende bovengenoemde termijn kunnen be langhebbenden bezwaren indienen bij de Gemeente raad. Sint Philipsland. Van 25 Feforuari 1955 tot 25 Maart 1955 ligt ter gemeente-secretarie voor een ieder ter inzage een ontwerp uitbreidingsplan. Gedurende bovengenoemde termijn kunnen be langhebbenden bezwaren indienen bij de Gemeente raad. Vlissingen. Vanaf 3 Maart 1955, gedurende 14 dagen ligt ter gemeente-secretarie voor een ieder ter inzage het door de Raad vastgestelde besluit tot herziening van het „Uitbreidingsplan Vlissingen 1953" met toelichtende beschrijving. Belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de Raad hebben gewend, kunnen gedurende 6 weken na afloop van bovengenoemde termijn bezwaren indienen bij edeputeerde Staten. Groede. Vanaf 1 Maart 1955 t/m 14 Maart ligt ter ge meente-secretarie voor een ieder ter inzage het door de Raad vastgestelde plan tot herziening van het uitbreidingsplan. Belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de Raad hebben gewend, kunnen gedurende 6 weken wa afloop van bovengenoemde termijn bezwaren indienen bij Gedeputeerde Staten. No. 11 Van iedere inseminatie moet door de inseminator een bon worden ingevuld. Op deze bon wordt de codeletter van de stier, waarvan de inseminatie is verricht, vermeld. Controleer of op de bon en op de veehouders- kaart dezelfde codeletter wordt vermeld. De vee houder is in de eerste plaats verantwoordelijk voor eventuele gevolgen, wat betreft erkenning van de kalveren door het N.R.S.. Stemmen deze gegevens op bcm en veehouderskaart niet overeen, dan kan het kalf niet worden- geregistreerd. Het ziet er echter naar uit, dat dit aantal in het lopende jaar ook zal stijgen. Niet alleen wil de vereniging ook in Oost Zeeuws Vlaanderen ten Westen van het kanaal gaan in- semineren, maar ook in het Westen zélf is de be langstelling stijgende. Wij geloven dan ook, dat een vereniging als deze niet eerder tevreden mag zijn, voordat er 3000 in seminaties per jaar gebeuren. Dit is ongetwijfeld in dit gebied mogelijk en de fokkerij kan er bij een goede uitvoering van de K. I. in hoge mate mee ge diend Zijn. W. Ter verkrijging van het diploma Trekkerbestuur der in de landbouw (le klas) zullen dit voorjaar op diverse plaatsen examens worden afgenomen. Zij zijn reeds vastgesteld te Brielle op 4 April en te Utrecht op 22 April a.s. Belangstellenden kunnen zich wenden tot het Examenbureau van de Stichting Examens van de Georganiseerde Landbouw, Belgischeplein 6, 's-Gravenhage (post Scheveningen), alwaar men examenformulieren met de exameneisen, examen opgaven (tegen bealing van ƒ1,benevens ver dere gewenste inlichtingen kan verkrijgen. bij de overdracht van landbouwgronden HET is gebleken, dat het voorkeursrecht van de pachter bij de overdracht van landbouwgronden als een van de belangrijkste bepalingen van de wet op de vervreemding van landbouwgronden moet worden beschouwd. Enige gepubliceerde uitspraken van Grondkamers en van de Cen trale Grondkamer geven enige aanwijzing hoe deze organen de hun toegekende, zeer ruime be voegdheden in deze materie hanteren. Wij vonden hierin aanleiding om enkele korte beschouwingen aan dit voorkeursrecht te wijden. WANNEER HEEFT DE PACHTER AAN SPRAAK OP HET VOORKEURSRECHT? Wil de pachter op dit voorkeursrecht een be roep doen, dan moet aan zekere voorwaarden voh daan zijn. Volledigheidshalve willen wij deze nog eens opsommen. 1. De pachtovereenkomst moet schriftelijk zijn aangegaan (a), door de Grondkamer zijn getoetst (b), en voor de normale duur gelden (c). aPacht krachtens een, overigens geldige, mon delinge, pachtovereenkomst geeft geen recht op voorkoop. Hoe vreemd het ook lijkt, derge lijke overeenkomsten komen meer voor dan men denkt. Men weet, dat de pachter in een dergelijk geval de bevoegdheid heeft, bij de Grondkamer een verzoek in te dienen tot schriftelijke vastlegging. Het is zaak, dat hij dit tydig doet. Gesteld het geval, dat de ver pachter bij de Grondkamer een verzoek tot goedkeuring indient om de verpachte boerde rij aan een derde te mogen verkopen. Hij heeft de pachter hierin niet gekend. Daartoe verplicht de wet hem n.l. ook niet. Eerst in dit stadium zou de mondeling pachtende pach ter hiervan vernemen en zich dan pas tot de Grondkamer richten met een verzoek de mon delinge overeenkomst vast te leggen. Dan is het echter te laat. De pachter heeft zijn voor keursrecht dan verspeeld, zoals een Grond kamer onlangs terecht heeft beslist. Waak zaamheid is in dit opzicht dus geboden. b. De pachtovereenkomst moet door de Grond kamer zijn getoetst. Deze eis spreekt voor zichzélf. c. Het voorkeursrecht geldt niet wanneer de pachtduur met goedkeuring van de Grond kamer voor een kortere duur is aangegaan. Ongetwijfeld zal dit het streven om zoveel mo gelijk voor kortere pachttermijnen te verpach ten, in de hand werken. Overigens hebben de Grondkamers dit in .eigen hand. 2. Het recht tot voorkoop bestaat slechts dan, indien de pachter bereid is, de hoogst toelaatbare prijs te betalen. Dit kan in bepaalde gevallen tot onbillijkheden leiden. Niet steeds immers pleegt de maximumprijs gehaald te worden, met name niet als het te verkopen bedrijf eerst over een aan tal jaren „uit de pacht komt". Redelijk zou zijn, dat de pachter aanspraak heeft op voorrang bij verkoop voor dezelfde prijs die een derde bereid is te betalen. De'wet bevat geen voorzieningen hoe de pach ter deze maximumprijs aan de weet kan komen. De practijk redt zich echter. Sommige Grond kamers plegen verkoper en pachter op te roepen, delen de maximumprijs mede en vragen dan aan de pachter of hij bereid is, voor dit bedrag de boer derij te kopen. De pachter is van te voren wel enigszins voorbereid, doch van hem wordt, min of meer op staande voet een zeer ingrijpende beslis sing verwacht. Bij een herziening van de wet dient dit punt beter te worden geregeld. Wij rallen ffo&ns niet treden in de principiële vrca.g of de toepassing van d'f voorkeursrecht niet leidt tot een te zware ondermijning van de finan ciële weerstandskracht van de kopende pachter. Ongetwijfeld schuilen in deze richting gevaren. Na enige jaren praciijk zal dit beter beoordeeld kunnen worden. Een teruggaande conjunctuur oefent uiteraard ook een invloed ten ongunste uit. HOE WORDEN VARKENS BEOORDEELD? Door de toename varn de bevolking en de geste gen levensstandaard, is de vraag naar vlees sterk gestegen, maar de vraag naar spek en vet is sterk verminderd. De varkenshouder moet dus aandacht schenken aan de vraag van de consument, welke in het bijzonder gericht is op vlees. Men moet dus varkens produceren met veel vlees en weinig spek en vet. Bij de toeoordeling van de slachtkwaliteit wordt gieliet op a) de dikte van het rugspek, b) op het model of type van het varken. Het rrgspek m0et vrij dun zijn en regelmatig verdeeld. Naar de dikte van het rugspek worden de varkens ingedeeld in de klassen I, II en IET, waarbij de varkens met dun rugspek in de I-klasse worden geplaatst. Bij de beoordeling van het type wordt gelet op de volvlezigheid, de lengte, de ontwikkeling van de hammen en de verhouding van het voorstel ten opzichte van het achterstel. Gevraagd worden lange vlezige varkens met zwaar ontwikkeld achterstel en een droge niet te zware voorhand. Naar type worden de varkens beoordeeld met A, B of C. Een A-varken voldoet aan de gestelde eisen, terwijl een B-varken een af wijking op een der hierboven genoemde onderdelen vertoont. In de C-klasse worden varkens geplaatst, die op twee onderdelen (bijv. een te zware schou der en een te schrale ham) te kort komen. De beoordelingen van spekdikte en type worden gecombineerd. Een I A-varken is dus naar de dikte van het rugspek geplaatst in de I-klasse en heeft een goed islachttype. Een H B-varken is de Il-klasse naar de dikte van het rugspek, terwijl een aanmer king is gemaakt ten aanzien van het type. De geclassificeerde varkens worden uittoetaald naar slachtkwaliteit in drie prijsklassen nd. a) de hoogste uitbetalingsklasse I A, 1 A. b) de middelste uitbetalingsklasse I B, II B, HI A. c) de laagste uitbetalingsklasse I C. II C, IEC B, UI C. Tusüsen de uitbetalingsklassen bestaat een onder ling prijsverschil van 5 cent per kg siachtgewicht. Bij de "tegenwoordige middenprijis betekent dit, dat de prijs als volgt wordt: laagste uitbetalingsklasse 2,19 per kg slacht- gewicht middelste uitbetalingsklasse 2,24 per kg slacht- gewicht hoogste uitbetalingsklasse ƒ2,29 per kg slacht- gewicht. Wanneer de winst op een mestvarken gesteld kan worden op 25,wordt voor een mestvarken van 75 kg si.-'-htgewicht, geplaatst m de hoogste uit- betalingstóteis-se 7,50 extra- ontvangen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1955 | | pagina 12