MARKTBERICHTEN
Wanneer moei hei graan
geoogst worden?
Productie van erwten en bonen
Ze waren er niet ver naast
ALGEMEEN OVERZICHT.
De binnenlandse graanmarkt was van 3 tot 8 Jan.
prijshoudend gestemd met weinig omzetten. Het aan
bod in tarwe was groter, doch werd vlot door de
maalindustrie opgenomen. De prfls kon zich goed
handhaven. Van de zijde der mengvoederindustrie
bestond echter weinig vraag naar dit artikel. De
vraag naar kippengerst was groter. Het aanbod bleef
klein, zodat de prijs aantrok. Brouwgerst bleef goed
gevraagd, doch het aanbod is gering. Voor rogge be
stond aanvankelijk meer vraag waardoor de prijs aan
trok, doch toen aan het eind van de week de scheep
vaart in het Noorden gestremd was, viel de vraag
naar scheepsladingen weg. Hierdoor waren wagon
ladingen lager te koop. De havermarkt was even
eens vast gestemd, doch ondervond evenals de rogge
de terugslag van de ingevallen vorst. Het is echter
niet uitgesloten, dat er een grotere vraag naar wa
gonladingen zal komen, waardoor de markt zich zal
kunnen herstellen. De binnenlandse graanmarkt
sloot met een nauwelijks prijshoudende stemming.
Buitenlandse granen. Het verloop van de Noord-
Amerikaanse prijzen zal allereerst worden bepaald
door de Plata-prijzen en verder door de prijsbeweging
van de gerst. Verleden jaar, toen Argentinië op een
bepaald moment zeer laag in de markt lag, heeft
men gezien, dat Noord-Amerika door middel van
export-subsidies beneden Plata moest blijven. Zuid-
Afrika was niet met mais aan de markt. De zaken in
maalgerst bleven beperkt tot No. 3 Amerikaanse en
in mindere mate tot Irakgerst. Ondanks het zeer
hoge internationale prijsniveau en ondanks het feit,
dat er een belangrijke export-surplus zal zijn, bleef
Argentinië zeer terughoudend met zijn gerst-offertes.
Voor wat Canada betreft, rekent men op dit ogen
blik met een export-surplus van 3,4 millioen tons,
tegen ca 4.9 millioen tons bij begin 1954. De export
van Canada bedroeg tot op heden ca 721.000 tons,
hetgeen vergeleken met overeenkomstige periode van
het vorige jaar een vermindering van ca 385.000 tons
betekent. Eerstehand-offertes van Noord-Afrika en
Syrië ontbraken vrijwel. Voorlopig zal men dus aan
gewezen blijven op de No. 3 Amerikaanse gerst, zijn
de op dit moment de goedkoopste soort. In nieuwe
oogst Syrische gerst op Mei/Juni-aflading kwamen op
een belangrijk lager niveau (ca 25,25 boordvrij)
enkele zaken tot stand. Maalhaver was eveneens
vaster en hoewel de prijzen zich thans op een zeer
hoog niveau bevinden, worden toch voor direct geen
belangrijk lagere prijzen verwacht. Noord-Afrika is
niet meer aan de markt. De prijzen van Argentinië
liggen ver boven de No. 2/3 witte. Amerikaanse, on
danks berichten welke wijzen op een goede oogst
met een belangrijk haver-export-overschot. Canada
offreert evenmin tegen interessante prijzen. De
situatie in Australië tenslotte is niet zeer overzichte
lijk, maar wel moet men rekenen met een belangrijke
vermindering van de export. De rogge-markt gaf tot
Zaterdag j.l. ook een voortdurende stijging te zien,
maar het aantal kopers was beperkt. Argentinië was
geen verkoper. Paardebonen trokken verder aan,
daar aanbod practisch ontbrak. Enige vraag zal hier
ongetwijfeld zorgen voor nog hogere prijzen. Rjjst-
gries en voerrijst konden profiteren van de algemene
hausse op de graanmarkt. Veel kooplust was er voor
deze artikelen niet. De buitenlandse graanmarkt
sloot Zaterdag j.l. in een over het algemeen vaste
stemming.
UITVOER PEULVRUCHTEN EN FIJNE ZADEN.
Hieronder volgen de gegevéhs over de in de maand
December uitgevoerde hoeveelheden peulvruchten en
fijne zaden, alsmede de totale hoeveelheden welke tot
en met 31 December zijn uitgevoerd. Ter verge
lijking laten wij ook nog de totale hoeveelheden vol
gen van het oogstjaar 19531954.
Groene erwten: Dec. '54: 7.270 ton; tot.: 42.253 ton;
totaal 1953-54 42.675 ton.
Schokkers: Dec. '54: 470 ton; tot.: 3.099 ton; tot.
1953-'544.820 ton.
Bruine bonen: Dec. '54: 145 ton; tot.: 642 ton;
tot. 1953-'54: 1333 ton.
Blauwmaanzaad: Dec. '54: 116 ton; tot.: 660 ton;
tot. 1953-'54: 1271 ton.
Karwijzaad: Dec. '54: 338 ton; tot.: 2.578 ton;
tot. 1953-'54: 5.156 ton.
ROTTERDAMSE KORENBEURS.
Tarwe. De winterdorsing komt tot uiting in de
aanvoer. Minder mooie partijen komen hierbij nogal
voor. Doorsneekwaliteit, bekende condities ƒ27,35.
Gerst werd goed aangeboden en gekocht. Wederom
kon van het minder mooie goed geplaatst worden.
Doorsneekwaliteit 29,25. Mooie kwaliteiten daar
boven.
Haver van goede kwaliteit schaars. Op monster
van 2428. 55/56 kg gepunt 29 per 100 kg.
Rogge. Doorsneekwaliteit 2323,25.
Inl. Mais. Een goede partij vond kopers. Afwijkend
goed geen interesse ƒ2728,50.
Groene erwten. Een ongeregelde markt, waardoor
de prijzen fluctueerden. Op monster van 40104.
3 kwaliteit ƒ117 laten. 6 kwaliteit ƒ106 laten.
Schokkers. Weinig handel. Monstergoed 60
140. 3 kwal. 155 laten.
Bruine bonen trokken begin beurs behoorlijk be
langstelling, die later terugliep. Minder mooie par
tijen niet te plaatsen tot ƒ97,50 handgelezen.
Witte Bonen. Boerenschoon 5095.
Karwijzaad. Geen handel 151 laten.
Rlauwmaauaaad. Verlaten 280 per 100 kg.
RUWVOEDERBEURS ROTTERDAM, 10 Jan. 19Ö5.
Prima kwaliteiten weidehooi hadden een goede be
langstelling tegen hoge prijzen. Alle soorten stro wa
ren goed gevraagd. Hogere vraagprijzen werden
fteeds ingewilligd. Aanbod en vraag van en naar
voeraardappelen was gering. Prijzen onveranderd.
Voederbieten eveneens onveranderd.
Notering af boerderij per 1000 kg:
Tarwestro tot ƒ80; Gerstestro tot 80; Haverstro
76; Erwtenstro tot ƒ115.
Voeraardappelen met droogziek tot 2,85 p. 100 kg.
AARDAPPELBEURS ROTTERDAM.
Op de ar^rdappelbeurs te Rotterdam werden Maan
dag voor klei-aardappelen van 35 mm opwaarts de
volgende prijzen genoteerd: Eigenheimers 12
ƒ12,75, Bintjes ƒ7,50—ƒ8, Bevelanders ƒ11,50ƒ12,
Meerlanders ƒ9, Alpha's ƒ6,50—ƒ6,75, Furore ƒ11.
Voor zand-aardappelen werd geen notering opge
maakt. De voederaardappelen noteerden ƒ3,15ƒ4.
De prijzen zijn berekend per 100 kg en op de han-
delsvoorwaarden vastgesteld voor 'de verkoop van
consumptie-aardappelen op wagon, schip of auto.
AARDAPPELBEURS GOES (ll-l-'55).
Weinig handel. Bintje van de klei ƒ7 per 100 kg,
35 mm opw. gesorteerd, franco sórteerinrichting.
Alpha, idem 6,50 per 100 kg. Een enkel partijtje
Bevelander en Meerlander werd verhandeld voor
resp. 10 en 8,50 per 100 kg, zelfde voorwaarden.
Voederaardappelen 3 per 100 kg.
FRUIT AFZET 5—12 JANUARI 1955.
De aanvoer in de veilingen nam toe. Het aanbod
van export-fruit zowel als van de mindere sorterin
gen werd iets ruimer. De hoofdrassen waren Cox,
zwak van kwaliteit; Goudreinette, begon wat kleur
op te komen; Jonathan, met mooi gekleurde par
tijen; Golden Delicious, uiteenlopende van kwaliteit.
Voor de peren was de aanvoer Saint Remy. Van
Cox en Goudreinette werden enkele partijen verpakt
geveild.
In de buiten bewaarde appelen (en peren) begon
nen heel wat gerimpelde vruchten voor te komen.
De prijzen waren:
Saint Remy: I: 16r—18; K. en F.: 814.
Pondspeer: K. en F.: 510.
Gieser Wildeman: I: 25—36; K. en F.: 6—27.
Beurre Alex. Lucas: A: 4953; B/C: 3839;
I: 28—37; K. en F.: 10—18.
Conference: K. en F.: 734.
Cox: I: 25—67; K. en F.: 5—27.
Goudreinette: A: 28—34; B: 20—22; I: 16—27;
K. en F.: 10—22.
Jonathan: A: 26—41; B: 23—33; C: 19; I: 18
—35; K. en F.: 3—15.
Golden Delicious: A: 57; B: 48; C: 35; I: 28
52; K. en F.: 5—29.
De grootte van de korrelopbrengst van een
graangewas wordt bepaald door de hoeveelheid
koolhydraten die zich na de bloei in het vruchtbe
ginsel ophopen. Gedurende de korrelvullings-
periode beweegt zich dan ook een stroom met op
geloste reservestoffen naar de korrel die daar in
de vorm van zetmeel worden vastgelegd. Het is in
verband met de opbrengst en zeker in verband met
de kiemkracht van groot belang niet met de oogst
te beginnen voordat deze stroom is gestopt. Is
deze stroom eenmaal gestopt dan kan het gewas
als maairijp worden beschouwd en kan de oogst
met de binder een aanvang nemen.
In Mitteilungen für die Landwirtschaft hebben
Dr Fischbeck en Dr Thieiebein een methode ge
geven om op eenvoudige wijze het al of niet aan
wezigzijn van deze sapstroom te bepalen.
Methode: Wil men bepalen of een graangewas
maairijp is, dan worden van het gewas een aantal
aren even boven de laatste halmknoop afgesneden
en geplaatst in een eosine-oplossing 1 in
water. Na 1530 minuten wordt beoordeeld of de
rode kleurstof in de vaten naar boven gezogen is.
Beoordeling: Dringt de kleurstof na 1530 mi
nuten slechts weinig of niet naar boven, dan kan
het graan als binderrijp worden beschouwd, is de
kleurstof tot in de aar opgestegen dan bewijst dit
dat de sapstroom nog niet is gestopt en het gewas
dus nog niet binderrijp is.
Met nadruk wordt erop gewezen, dat deze metho
de dus een aanwijzing geeft aan de verbouwer die
met de binder oogst. Ongeacht het vochtgehalte
kan bij niet opstijgen van de kleurstof in de
halm met de oogst met de binder worden begonnen.
Het teveel aan vocht verdwijnt bij de narijping te
velde aan de hokken.
Voor de inzet van de maaidorser is dit moment
echter nog te vroeg. In de enkele regels die nog
resten is het niet mogelijk voor de inzet van de
maaidorser nadere regels te geven. Vóór de oogst
komen wij op bovenstaande vraag echter nog eens
terug,
(Uit wq NaöfcBreu W-mededeling j
Zoete Ermgaard; I: 40; K. en F.: 2339.
Verpakt: Cox: I: 6575; Goudreinette A: 34—40;
I: 3742; Beurre Alex. Lucas I: 4345.
STRO-PRIJZENMARKT GOES (ll-l-'55).
De vraag is groter dan het aanbod met neiging tot
nog optrekkende prijzen. Prijs voor geperst stro per
ton af boerderij: Tarwe- en ger9testro ƒ80; Erwten
stro ƒ110; Bruine bonenstro ƒ75.
BIGGENMARKT GOES (11-1-'Ö5).
Geringe vraag met onveranderde prijzen, 08-
weekse biggen ƒ40ƒ55 por stuk.
VEEMARKT ROTTERDAM.
Op de veemarkt te Rotterdam waren in totaal aan
gevoerd 6131 dieren, zijnde: 3192 vette koeien en ge-
bruiksvee, w.o. 386 t.b.c.-vrij208 vette en graskalve
ren, w.o. 102 t.b.c.-vrij; 928 nuchtere kalveren, 1083
varkens, 87 biggen, 152 paarden, 12 veulens, 431 scha
pen of lammeren; 38 bokken of geiten.
De prijzen waren als volgt:
Vette koeien 1,902,70; Vette kalveren (lev.
gew.) ƒ2,203; Varkens (lev. gew.) ƒ1,79ƒ1,84;
Slachtpaarden 1,752, alles per kg.
Melk- en kalfkoeien 7501025Vare koeien
475ƒ650; Vaarzen ƒ475675; Pinken 280—r
ƒ425; Graskalveren ƒ175325; Nuchtere kalveren
ƒ44—ƒ53; Biggen 3855; Schapen 90ƒ120;
Lammeren 90—110.
VEEMARKT 's-HERTOGENBOSCH.
Op de markt van Woensdag werden aangevoerd
5728 stuks vee, zijnde: 2120 runderen, 404 vette kal
veren, 906 nuchtere kalveren, 38 fokzeugen, 418
slachtzeugen, 132 lopers, 1526 biggen, 167 schapen,
17 geiten.
De prijzen waren als volgt:
Melk- en kalfkoeien van ƒ700985; Guiste koeien
470ƒ700;, zware soorten boven notering; Kalf-
vaarzen ƒ580ƒ910; Klamvaarzen ƒ480560;
Guiste vaarzen 490630; Pinken ƒ360ƒ455;
Graskalveren 230ƒ310; Nuchtere fokkalveren 80
ƒ115; Nuchtere slachtkalveren 3853; zware
soorten 58ƒ82,50; Drachtige zeugen ƒ255ƒ320;
Lopers 70100Biggen 4063Schapen 65
ƒ90; Vette schapen 72ƒ105, alles per stuk.
Aanvoer van slachtvee: 872 stuks. Prijzen: extra
kwaliteiten vaarzen 2,752,82, le kw. 2,55
ƒ2,70, 2e kw. ƒ2,35—ƒ2,50, 3e kw. ƒ2,10—ƒ2,20;
Vette stieren ƒ2,202,35; Worstkoeien ƒ1,90ƒ2,10
alles per kg geslacht gewicht.
Vette kalveren zware soorten van ƒ2,603,05;
idem middenklasse 2,352,55; idem lichte soorten
ƒ1,952,20; Nuchtere slachtkalveren 1,22%
ƒ1,35; zware soorten 1,42%ƒ1,75; Slachtzeugen
1,50—1,57fijne jonge slachtvarkens 1,701,73,
alles per kg lev. gew.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de
productie van bonen en erwten in een aantal lan
den voor zover hiervan de oogstresultaten bekend
zijn x 1000 zakken)
Bonen Erwten
Canada
1953
19541)
1953
19541)
732
789
726
527
Mexico
4.409
5.291
Ver. Staten
18.106
18.321
3.3502)
3.8682)
België/Luxerab.
22
31
371
556
W.-Duitsland
70
81
326
293
Finland
261
320
Frankrijk
2.370
2.381
721
813
Griekenland
992
1.023
Italië
3.649
3.527
283
280
Nederland
175
237
1.752
1.874
Portugal
651
641
Spanje
1.795
2.145
371
419
Ver. Koninkrijk
1.770
1.142
Zweden
472
589
Japan
3.461
3.395
243
331
D Voorlopig.
2) Ongeschoond, exclusief grauwe erwten.
(Overgenomen uit Landbouwwereldnieuws.)
Op grond van de metingen van de groene blad
oppervlakte in de loop van het seizoen werden
door het NaCoBrouw achtereenvolgens de volgen
de opbrengsten van de zomergerst verwacht: (ge
middeld voor het Zuidwestelijke Zeekleigebied)
6 Juni 1954 4000 kg/ha
10 Juli 1954 4200 kg/ha
15 Nov. 1954 4300 kg/ha
Het Landbouwoogatboricht van December 1954
(uitgave Ministerie van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening) vermeldt als definitieve ge
middelde opbrengstsehatting van de zomergerst op
de Zuidwestelijke Zeekleigronden, een opbrengst
van 4460 kg/b#