Opbrengsten akkerbouwgewassen in 1954.
TOPPER GRONINGEN
OOGSTJAAR 1954 NIET GUNSTIG.
WINTERTIJDRUSTTIJD
«HET SPECIAAL COVERBEDRIJF»
Tips
van de Hoofdinseminaior
38
Hoewel de akkerbouwgewassen, wat de hoeveelheid betreft, in het algemeen bevredigende op-
brer: i n hebben gegeven, laat in de meeste gevallen de kwaliteit der producten veel te wensen
over. De oogst werkzaamheden werden door het ongunstige weer zeer gestagneerd, hetgeen ooi-
een verhoging van de arbeidskosten en veel droogkosten tot gevolg had. Bovendien is een groot ge
deelte van de geoogste producten minder goed verkoopbaar of heeft minder voederwaarde. Vooral
bij de zaaizaden speelt het uitzonderlijk lage kiem getal een belangrijke rol. Bij de aardappelen en
de voederbieten Iaat de houdbaarheid te wensen over, terwijl bij de suikerbieten het tarracijfer zeer
hoog is.
Er is weinig hooi gewonnen en de kwaliteit is lager dan normaal. De grasgroei is in 1954 laai
begon: i en ?:i het algemeen moe-t het vee vroeg worden opgestald, omdat het weiland te drassig
was. Tal van percelen gingen met een sterk vertrapte zode de winter in.
Ook de stoppelgewassen hebben lage opbrengsten gegeven. In het algemeen is er, vooral in de
kl -eken onvoldoende gelegenheid geweest de grond te bewerken. Als gevolg hiervan is er tot
(lusY.-vre zeer weinig wintergraan uitgezaaid.
Het oogstjaar 1954 is clan ook in verhouding tot 1952 en 1953 een slecht jaar geweest.
De gemiddelde stro-opbrengst is niet minder dan
in de genoemde voorgaande jaren. De opbrengsten
van bietenkoppen en -blad zijn groter door het gro
tere areaal en door de late groei.
Onderstaande opbrengstcijfers zijn verzameld;
door de Afdeling Akker- en Weidebouw van de
Directie van de Landbouw van het Ministerie van
Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening.
Opbrengst in kg/ha
De opbrengst van de wintertarwe is groter dan
in 1953, doch kleiner dan in het jaar daarvoor. Dit
wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het verschil
in oppervlakte. Door de vorstschade in de« afge
lopen winter is een grote oppervlakte verloren ge
gaan, terwijl er aanvankelijk 91.000 ha was uitge
zaaid. Ter compensatie hiervan is veel zomertarwe
uitgezaaid, zodat de totale tarwe-opbrengst veel
groter is dan de laatste jaren het geval was. De
definitieve opbrengsten in kg/ha zijn wat lager
dan de voorlopige door de ongunstige weersom
standigheden. De rogge-opbrengst is hoger dan
in de beide voorafgaande jaren, terwijl het areaal
kleiner is. De voorlopige opbrengst-schatting blijkt
te laag te zijn. Op dat tijdstip waren nog zeer wei
nig percelen geoogst. De totale opbrengst van
wintergerst is gering door de schade, welke dit ge
was van de winter had te lijden. Er is ongeveer
80 uitgevroren. De opbrengst van de zomergerst
is goed. De opbrengst van de haver is wat lager
(Advertentie.)
neende winter is juist de aan
gewezen tijd Uw maatregelen te
treffen voor het komende voorjaar.
LAAT NU UW
TRACTORBANDEN COVEREN.
Deze kunnen nu rustig bewerkt worden
en „BESTERVEN".
Winschoterdiep 30 - Tel. K 5900 -23674 - 30300
EEN BANDENALFABET van A tot Z
en SERVICE TOT EN MET!
No. 3
Zorg ervoor dat er altijd goede hulp bij de in
seminatie aanwezig is. Altreen dan is men er van
verzekerd, dat de inseminatie zo rustig mogelijk
kan worden, afgewerkt.
Het resultaat zal hierdoor ongetwijfeld gunstig
worden beïnvloed.
Van de in de maand November j.l. geinsemi-
neerde dieren waren er op 1 Januari 70,4 pCt
niet opnieuw aangeboden.
Het vorig jaar was dat 64,5 pCt.
Dus een VERBETERING van ongeveer 6 pCt.
dan in de laatste 2 jaren, als gevolg van inkrim
ping van het areaal. Het areaal van de mais loopt
de laatste jaren regelmatig terug. De opbrengst is
eveneens laag. De voorlopige opbrengstschatting
is te optimistisch geweest. Van een aantal per
celen is dit gev/as ingekuild in plaats van rijp ge
oogst. De opbrengst van de veldbonen laat te wen
sen. over. De erwten-opbrengst is hoger dan in de
beide voorgaande jaren, doch in 1952 was het
areaal kleiner. De opbrengst per ha is belangrijk
lager dan in 1952, doch hoger dan in het vorige
jaar.
De totale opbrengst aan mosterdzaad is kleiner
dan in de genoemde voorgaande jaren bij eenzelfde
areaal. De voorlopige schatting bleek te hoog ge
steld. De opbrengst van blauwmaanzaad is groter
dan in het vorige jaar, doch kleiner dan in 1952
door wisseling in het areaal. Er is minder karwtf-
zaad door inkrimping van de oppervlakte. De op
brengst per ha was goed.
De opbrengst van consumptie- en fabrieksaard
appelen verschillen weinig met de twee voorgaande-
jaren. Er zijn ongeveer evenveel suikerbieten als
vorig jaar, doch door een belangrijke vergroting
van het areaal. Het suikergehalte is ook laag.
Voederbieten en .stoppelknollen hebben eveneens
lagere opbrengsten gegeven. Van dit laatste gewas
is het areaal nog niet bekend.
Gewassen
1954
1952
1953
voor
defini
lopig
tief
Wintertarwe
4.150
4.150
4.100
4 000
Zomertarwe
3.500
3 700
3.750
3.450
Rogge
2.800
2 650
2.850
3 150
Wintergerst
3.950
3.400
3.100
3.250
Zomergerst
3.550
3,700
4.000
3.950
Haver
3.300
3 250
3.350
3350
Mais
3.950
4.300
3.750
3.450
Veldbonen
2.350
2.600
1.750
1.550
Groene erwten
3.400
2.600
3.050
2.850
Mosterdzaad
1.300
1.250
1.400
1.050
Blauwmaanzaad
850
950
1.050
900
Karwijzaad
1.850
1.550
1.800
i.900
Consumptieaardappelen
26.850
25.250
25.650
25.150
Fabrieksaardappelen
28 350
24.800
28.450
26.850
Suikerbieten
44.850
45.550
39.450
.39200
Voederbieten
67 900
70.500
64.750
64.900
Stoppelknollen
26.800
29.200
21.700
22.200
Stro van wintertarwe
4.500
4.450
4.000
Stro van zomertarwe
4.250
4.450
4.700
Stro van rogge
4.550
4.550
4 800
Stro van wintergerst
3.500
3.550
3. >00
Stro van zomergerst
2.700
2.700
2.900
Stro van haver
3.750
3 850
4.000
Stro van erwten
2.350
2.200
2.300
Suikerb.koppen en -blad
30,200
29.850
34.650
Voederb.koppen en -blad
19.350
19.900
20.650
Gewassen
Oppervlakte in ha volgens de
Mei-inventarisatie
Totale opbrengst in tonnen
1952
1953
1954
1952
1953
1954
Wintertarwe
74.069
42.240
58.832
307.386
175.276
235.328
Zomertarwe
8.017
22.753
51.314
28 059
84.186
177 033
Rogge
183.970
171 419
166.988
515.116
454.260
526.012
Wintergerst
18.148
15.282
3.413
71.685
51.959
11.092
Zomergerst
51.843
87.936
59.667
184.043
170.807
203.235'
Haver
152 678
156.037
142.817
503.837
507.120
478.437
Mais
14.136
10.172
9.075
55.837
43.740
31.309
Veldbonen
3257
3.164
2.670
7.654
8.226
4.139
Groen erwten
21.715
27.298
28.360
73.831
70.975
80.826*
Mosterdzaad
573
580
588
745
725
617
Blauwmaanzaad
869
297
713
739
282
642
Karwijzaad
4.399
2.401
1.747
8.138
3.722
3.319
Consumptieaardappelen
121.894
111.577
120.634
3.272.854 -
2.817.319
3.033.945
Fabrieksaardappelen
38.846
38.207
41.424
1.101.284
954.534
1.112.234
Suikerbieten
63.288
67.849
79.187
2.838.367
3.090.522
3.104.130
Voederbieten
59.812
57.210
56.075
4,061.235
4.033.305
3.639.268
Stoppelknollen
-—
Stro van wintertarwe
74 069
42.240
58.832
333.311
187.968
235.328
Stro van zomertarwe
8017
22.753
51.314
34.072
101.251
241.176
Stro van rogge
183.970
171.419
166.988
837.064
779.956
801.542
Stro van wintergerst
18.148
15.282
3413
63.518
54.251
10.922
Stro van zomergerst
51.843
87.936
59.667
139.976
237.427
173.034
Stro van haver
153 678
156 037
142.817
572.543
600.742
571.268
Stro van erwten
21.715
27.298
28.360
51.030
60.056
65.228
Suikerbietenkoppen en -blad
63.288
76.849
79.187
1911.298
2.025.293
2.743830
Voederbietenkoppen en -blad
59.812
57.210
56.075
1157.362
1.138.479
1.157.949
Van 11.000 ha in het rampgebied werd slee hts een opbrengst verkregen van 1.000 kg/ha.
*UNT UW^RONP BET&R GEBRUIKEN toN
VOOR -pre PüT>6 V&JCHTfcOMefsL
GQED6 AARDAPPELS ZUN MS6/2./
waarp PAN SLECHTTE APPELS
WAAROM 6ÊHOOC7 VAM ASM
3O0MGAARP.....