SB Uit Je Kringen en Afdelingen TIEN JAAR MELKPRIJSBELEID. Wiera Lijnzaad, Ie nabouw SPUITEN? JA, MAAR DAN GOED! SYENN0 Z0MERTARWE LET OP DE UITBREIDINGSPLANNEN. P. Z V. B. KRING WEST ZUID-BEVELAND DER Z. L. M. 36 Een overzicht over .10 jaar, dat we vonden in het laatste nummer van het Mededelingenblad van de Stichting voor de Lendboüw, geeft de wijzigin gen in dit beleid goed weer. De eerste periode liep vanaf 1915 tot November 19-19. In deze periode ontving de boer, afgezien van het verschil tussen zomer- en winterprijs, de kale kostprijs van de weidegebieden plus 20 De vraagprijs van de Stichting en die welke dooi' de Oveiheid werd vastgesteld voor melk met 3.3 vet, zag er aldus uit: Stichting Overheid 1915 16,5 ct 16,5 ct Mei 1946—Mei 1947 17,0 ct 16,0 ct Mei 1947—Mei 1948 15,0 ct 15,0 ct Oct. 1947—Oct. 1948 20,0 ct 18,3 ct Nov. 1948—Nov. 1949 18,5 ct IV,5 ct De prijsverschillen in deze periode zijn geen ge volg van een verschil van mening over ae basis van da beiekening (kostprijs weidegebieden -f 20 l/c) doch een verschil van mening over enkele posten uit de L. E. I. rapporten. Nadien weid de schaarste aan melk minder, zo dat veie voorschriften over de bestemming van de melk konden vervallen. In de volgende periode, die duurde van Novem ber 1949November 1951 werd het Zuivelfonds in het leven geroepen dat stabiliserend moest werken t.a.v de consumptie-meikvoorziening. De prijs van de consumptiemeiK werd vastge steld op de garantieprijs voor alle melk -f ƒ0,25 per 10U kg. Deze garantieprijs werd vastgesteld op basis van de kale kostprijs van de weidegebieden plus 20 waarbij nu eenter een vetgehalte van 3,5 als basis werd gekozen. Het prijsverschil tussen zomer en winter werd in November 1951 losgelaten. De prijsvaststelling zag er in deze jaren aldus uit: Stichting Overheid Nov. 1949—Nov. 1950 1814 ct 17% ct (na loonsverhoging 18 ct) Nov. 1950—Nov. 1951 18 ct 17*6 ct De lagere vaststelling door de Overheid hield verband met resp. een anuere schatting van omzet en aanwas en de productie per koe in aeze jaren. In de i>eriode November 1951—November 1952 kwam een andere methode naar voren tengevolge van een andere opzet van het prijsbeleid. De prijs van de consumptie-melk zou minstens gelijk moe ten zijn aan de integrale kostprijs (kale kostprijs met een zekere ondeinemersbeiomng en een kieine ondernemerswinst) Voor de industriemelk werd een garantie ge geven ter grootte van de kale kostprijs. De Stich ting van de Landbouw heeft tegen deze wijziging bezwaar gemaakt, daar ze meende dat zo een te vlotte aanpassing aan de situatie van het ogenblik werd ve.kregen. Ook tegen de splitsing tussen producenten van consumptiemelk en industriemeik heeft ze bezwaar gemaakt en gevraagd één lande lijke minimum-garantieprijs voor de melk vast te stellen. Op grond van de gewogen gemiddelde landelijke kostprijs was de Stichting van oordeel, dat deze kostprijs van 17,80 cent per kg een gemiddelde rninimumgarantieprijs van 20 cent gegeven diende te worden. Hierbij ging men uit van de overweging dat met een geringer percentage dan 20 genoegen ge nomen moest worden, als daar een vrije uitloop naar boven tegenover stond. De Overheid heeft dit voorstel van de Stichting overgenomen en stelde de garantieprijs vast op 20 ct. n de periode van November 1952November 1953 deed de Stichting het voorstel een minimum garantieprijs te geven voor alle melk van de lande lijk gewogen gemiddelde kale kostprijs plus 10 ondernemersloon (20,35 ct per kg bij 3,5 vet). Voor de consumptiemeik zou de verrekenprijs gebaseerd dienen te worden op de landelijk ge wogen gemiddelde kostprijs plus 20 (22,20 ct per kg bij 3,5 vet). In deze laatste prijs was i.v.m. het ontbreken van de vrije uitloop een matige ondernemerswinst opgenomen. Deze voorstellen werden door de regering niet geaccepteerd bij de vaststelling van de rünimum garantieprijs op de kale kostprijs der zandgebieden met een kleine toeslag (20 ct per kg). De verreken prijs werd vastgesteld op 22 per kg. (Advertentie.) C.B.-Rassen zijn oogstzekere rassen. Voor practijkbeproeving beschikbaar: hoge opbrengst O kort stro vroeg rijp In de periode November 1953November 1954 werd voor het eerst gewerkt met de min of meer arbitraire normen voor het ondernemersloon (ƒ20 per koe en 25 per ha grasland). De landelijk gemiddelde kostprijs van 20,10 lag iets lager dan de kale kostprijs van de zandgebie den (ƒ20,25). In verband daarmee vroeg de Stich ting, hoewel de landelijke basis niet werd losge laten, een minimumgarantieprijs van ƒ20,75 en een verrekenprijs op 20,60 en de verrekenprijs op 22,60. Wederom nam de regering de kale kostprijs van de zandgebieden met een kleine toeslag als basis. Samengevat ziet de vaststelling van de laatste jaren er aldus uit: Stichting Overheid 1951/1952 ƒ20,— ƒ20,— 1952/1953 ƒ20,35 20,— 1953/1954 ƒ20,75 (3,7 vet) ƒ20,60 Vanaf November 1952 gold voor de consumptie- melk een verrekenprijs die steeds 2,hoger lag. Tenslotte dient dan dit jaar genoemd te worden waarin de Stichting een garantieprijs van 23,60, gebaseerd op de kale kostprijs van de zandgebie den, vroeg en ƒ22,gebaseerd op de gemiddelde kostprijs van zandgebieden en weidegebieden ver kreeg. Hierbij werd de door de Stichting gevraagde in terne verrekening vervangen door een toeslag van maximaal 1,7 ct voor nader aan te wijzen gebieden. De door de Stichting gevraagde verrekenprijs van 26 ct werd vastgesteld op 25 ct. OUD-VOSSEMEER. Vanaf 31 December 1954 tot en met 13 Januari 1955 lag ter gemeentesecretaris voor een ieder ter inzage een plan tot herziening van het uitbreidings plan in onderdelen. Belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de raad hebben gewend, kunnen binnen zes weken na afloop van bovengenoemde termijn bezwaren indie nen bij Gedeputeerde Staten. (Advertentie.). 140,per 100 kg inclusief zak franco op Uw bedrijf geleverd. BRUGSTRAAT 4 GRONINGEN ALGEMENE LEDENVERGADERING. Op Vrijdag 28 Januari a.s. om half twee 's mid- djags in de „Prins van Oranje", Nieuwstraat, te Goes. Agenda 1. Opening. 2. Notulen. 3. Ingekomen stukken en mededelingen. 4. Rekening en verantwoording van de Kring over 1954. 5. Reker.ing en verantwoording van de Kring tentoonstelling 1954. 6. Jaarverslag. 7. Bestuursverkiezing. Aftredend de heer F. de Groene. 8. Verkiezing Hoofdbestuurslid. Aftredend de heer Jac. van 't Westeinde. 9. Inleiding door de heer Dr. Ir. C. W. C. van Beekom over het bouwplan 1955. 10. In'eiding door de heer Drs. M. C. Verburg over de toekomst van Zuid-Beveland. 11. Rondvraag. 12. Sluiting. J. M. KLOMPE, Voorzitter. A. E. BRUIJNING, Secretaris. Door de grote vlucht die de laatste jaren het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen geno men heeft, komt de practijk voor vele vragen te staan. Nieuwe perspectieven openen zich die ener zijds vele mogelijkheden in het leven roepen, maar die anderzijds in dit opzicht de vraag: Quo Vadis waar gaan wij heen des te sterker aan ons opdringen. Deze overwegingen zijn aanleiding geweest om in samenwerking tussen de afdeling Zeeland en da BOVAL (Bond van Agrarische Loonbedrijven in Nederland), de Technische Commissie van de Stich ting voor de Landbouw in Zeeland en de Rijkslar.d- bouwvoorlichtingsdienst een Spuitdag te organiseren die op 28 Januari te Goes gehouden zal worden. Bij de vele ontdekkingen die de laatste tijd op het gebied van de land- en tuinbouw zijn gedaan, zijn er verschillende waarvan de toepassing in de practijk reeds plaats vond zonder dat de volledige consequenties hiervan bekend waren, vaak ook niet bekend konden zijn. Denk bijv. aan een te eenzijdige toepassing van kunstmeststoffen. Bij latere onderzoekingen en practijkwaarnemin- gen komen dan echter niet alleen de consequenties of gevolgen, maar ook vaak nieuwe mogelijkheden aan het licht. Zo ook met de toepassing van che mische bestrijdingsmiddelen in de landbouw. Een methode die uit de bedrijfsvoering eenvoudig niet meer weg te denken is en vooral na de oorlog een grote vlucht genomen heeft. De toename zowel wat het aantal en de giftig heid als wat de mogelijkheden betreft, maken het noodzakelijk zowel voor de boer en de tuinder en de fruitkweker als voor de loonsproeier, zich regel matig op de hoogte te houden van hetgeen op een bepaald moment „te koop" is. Hierbij dient elk voor zich te overwegen wat uit veiligheidsoogpunt, bedrijfstechnisch en economisch verantwoord is. Kennis van de ziekte-oorzaken, van de insecten en van de onkruiden, hun leven en be weging is een eerste eis. Daarnaast vragen de be strijdingsmiddelen en de spuittechniek de aandacht. Hier geldt wel in sterke mate: Niet het vele is goed, maar het goede (spuiten) is veel (waard) Een juiste, verantwoorde toepassing vindt plaats: tijdig voorzover het gewas, weer en aantasting be treft, met het juiste middel, gebruik makend van een aan de omstandigheden aangepaste en juist af gestelde machine en waar bovenal aan de veiligheid van mens, dier en plant de meest mogelijke zorg is besteed. Dit onder het oog te brengen van een zo ruim mogelijke kring van belanghebbenden; landbouwers, loonsproeiers, handelaren in bestrijdingsmiddelen en handelaren in spuit- en vernevelmachines, is het doel van een Spuitdag die Vrijdag 28 Januari, des morgens om 10 uur in „De Prins van Oranje" te Goes gehouden zal worden. Een aantal ter zake kundige sprekers zullen in woord en beeld hun visie over actuele onderwerpen geven. Met opzet zijn niet meer onderwerpen ge kozen om een ruime gedachtenwisseling mogelijk te maken. In een eenvoudige stand zullen verschil lende materialen tentoongesteld worden. (ft Uw pia»w«ujk« LaadbfUwrvrtniglDft Het programma ziet er als volgt uit: Opening: 10 uur. Lezing doör de heer K. Schipstra (Rijkslandbouwconsulentschap voor Plantenziekten te Wage- ningen) over het onderwerp: „CHEMISCHE BESTRIJDINGSMIDDELEN EN HUN TOEPASSING". Lezing door de heer R. C. C. de Bruyekere (Rijkslandbouwconsulentschap voor Zeeuwsch- Vlaanderen te Axel). Onderwerp: „WAT THANS IN ZEELAND VOORAL ONZE AANDACHT VRAAGT". PAUZE. Middagvergadering: Aanvang 1.30 uur. Lezing door de heer P. de Jonge (Rijkslandbouwconsulentschap voor Landbouwwerktuigen te Wageningen). Onderwerp: „ACTUELE VRAAGSTUKKEN OP HET GEBIED VAN DE SPUIT TECHNIEK". Samenvatting door de heer Dr. Ir. C. W. C. van Beekom, Rijkslandbouwconsulent voor de Zeeuwse Eilanden te Goes. Sluiting

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1955 | | pagina 4