NOTULEN
804
ZEEl) WSGH LANDBOUWBLAD.
van de Algemene Vergadering der Zeeuwsche Landbouw Maatschappij
gehouden op Maandag 13 December 1954 ie 14 uur in het
Schuttershof" te Middelburg
PRESENTIELIJST.
Aanwezig zijn de heren: Ir M. A. Geuze, Voor
zitter; P. Scheelede Putter, Vice-Voorzitter; Mr
J. F. G. Schlingemann, Secretaris; Ir J. Bos, Adj.-
Secretaris; J. de Lange en W. C. Sinke, Notulisten.
Voorts zijn circa 400 leden en belangstellenden
aanwezig, onder wie vertegenwoordigers van 47
afdelingen.
OPENING.
De Algemeen Voorzitter, Ir M. A. Geuze, spreekt
er zijn voldoening over uit, dat zo velen naar deze
vergadering zijn getogen.
Een bijzonder woord van welkom meent hij te
moeten richten tot de vertegenwoordiger van het
Prov. Bestuur, de heer C. Philipse; de vertegen
woordiger van B. en W. te Middelburg, de heer J.
W. Kögeler; mevr. L. N. HuysmanGriep en mej.
A. v. d. Leeden, resp. Presidente en Secretaresse
van de Bond van Plattelandsvrouwen; de Voorzit
ter en Leden van het College van Consulenten; de
heer C. A. Kammeraad, Voorzitter van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken voor de Zeeuwse
Eilanden; de ere-leden der Z. L. M. t.w. Ir J. D.
Dorst, D. W. Lindenbergh en Jhr J. van Vreden-
burch.
Tenslotte een speciaal woord van welkom tot de
spreker van deze middag de heer Ir P. W. Bakker
Arkema, die ditmaal binnenshuis het onderwerp
zal behandelen: „De practijk der landbouwmecha
nisatie".
Hierna houdt de Voorzitter zijn openingsrede.
NOTULEN.
De notulen van de Algemene Vergadering van 17
Juni 1954 worden ongewijzigd goedgekeurd en
vastgesteld onder dankzegging aan de samen
stellers.
MEDEDELINGEN.
De Voorzitter deelt mede zo juist vernomen te
hebben, dat de heer W. Spinnaay plotseling is over
leden.
De heer Spinnaay was vooral in Walcheren een
bekende figuur op het gebied van landbouwonder
wijs. Door de vergadering wordt staande een
ogenblik stilte in acht genomen.
De Voorzitter deelt vervolgens mede, dat tussen
de organisaties in Zeeland overeenstemming is be
reikt omtrent de samenwerking van de Provinciale
P. B. O.-commissie.
Deze commissie zal uit 24 personen bestaan t.w.
12 werkgevers en 12 werknemers. Van de werk
geversleden zal de Z. L. M. er 6, de C.RT. B. 3,
de N. C. B. 2 en de L. T. B. er 1 aanwijzen. Van
de werknemersleden zal de A. N. A. B. er 5, de
N. C. L. B. 4 en de N. K. L. B. er 3 aanwijzen. Door
bedoelde commissie zal een Dagelijks Bestuur gor
den aangewezen, bestaande uit 8 personen n.l. 4
werkgevers en 4 werknemers. In dit D. B. zal
de Z. L. M. 2 zetels bezetten. Verder zal het voor
zitterschap van de P. B. O.-commissie rouleren
evenals dit bij de Provinciale Stichting voor de
Landbouw het geval was. Hoe de werkzaamheden
van de P. B. O. zullen verlopen, moet op dit mo
ment nog afgewacht worden. Te hopen is echter,
dat de werkzaamheden niet te omvangrijk zullen
worden. Immers dit zou er op kunnen wijzen, dat
het in de landbouwsector niet te best gaat en
daarom veel ordening noodzakelijk is.
Vervolgens wijst spreker er op, dat, in verband
met de jongste loonsverhoging, een wijziging zal
worden aangebracht in de tarweprijs voor 1955.
De correctie komt neer op een verhoging van
50 ct per 100 kg, doch door de georganiseerde
landbouw zal er bij de Minister op worden aange
drongen de tarweprijs terug te brengen op 26 ct
per kg. Tevens zal volgens de berekeningen van
het L. E. I. de suikerprijs met enige kwartjes
moeten worden verhoogd.
Verder deelt spreker mede, dat volgens gegevens
de belangstelling voor emigratie in Zeeland zeer
pover is. Z.i. blijft het echter een gebiedende eis
de mogelijkheden van emigratie ernstig onder ogen
te zien. Vooral nu voor personen uit de he r ver -
kavelingsgebieden de mogelijkheid bestaat zijn geld
mee te nemen, dient men zich in deze gebieden
ernstig te beraden over al of niet emigreren.
In dit verband wijst spreker er op, dat in 1955
zeer waarschijnlijk voor de laatste maal domein
gronden zullen worden uitgegeven aan personen
uit de herverkavelingsgebieden.
Tenslotte kan spreker mededelen, dat het leden
tal der Z. L. M. de 6000 is gepasseerd; op dit mo
ment heeft de Z. L. M. n.l. 6051 leden.
BEGROTING EN CONTRIBUTIE
VASTSTELLING 1965.
De Voorzitter stelt de begroting, welke aan de
afdelingen werd toegezonden, aan de orde. In zijn
toelichting roept de Voorzitter zijn mededelingen
in herinnering bij de aanvaarding van de begro
ting van een 3-tal jaren geleden, toen eveneens
een verhoging der contributie werd voorgesteld,
waarmede het werk der Z. L. M. voor een aantal
jaren kon worden voortgezet.
De Voorzitter zegt, dat niet alleen de boer in zijn
bedrijf met steeds stijgende kosten heeft te maken,
doch dat ook de organisatie zich voor dit feit ziet
geplaatst, waardoor een verhoging der contributie
thans weer noodzakelijk is geworden. De verho
ging staat ook in verband met de in 1955 door de
landbouwer op te brengen heffing voor het Land
bouwschap van ƒ3,per ha akkerbouwgrond en
grasland. Met de thans voorgestelde verhoging
komt het er voor de georganiseerde landbouwer op
neer, dat 1,25 op de heffing in mindering zal kun
nen worden gebracht. Voor de fruitteelt wordt de
contributie ƒ4,25 per ha met een aftrekmogelijk
heid tot 3,75. Het lid dient hiertoe een duplicaat
van zijn contributiekaart over te leggen.
Daar geen der afdelingsvertegenwoordigers op-
of aanmerkingen heeft wordt de begroting en con
tributie voor 1955 onveranderd goedgekeurd en
vastgesteld. De contributie is voor 1955 bepaald op:
5,vaste contributie voor grondgebruikers, be
nevens, 1.50 per ha grond in gebruik, voorzover
het akkerbouwgrond of grasland betreft.
ƒ.5,vaste contributie voor fruittelers, benevens
ƒ4,25 per ha fruitteelt.
7,50 vaste contributie voor leden zonder grond
in gebruik.
ƒ0,10 per ha grond in bezit.
De Voorzitter dankt de vergadering voor de
goedkeuring en voor het hiermede betoonde ver
trouwen in het beleid der Z. L. M.
RONDVRAAG.
De Secretaris deelt mede, dat de Algemene Ver
gadering van de Kring Walcheren der Z. L. M. ge
houden zal worden op Maandag 20 December 1954
te 1.45 uur in „De Eendracht" te Middelburg.
De Secretaris doet voorts mededeling van een
ingekomen stuk van de heer W. van Liere te Baar
land, waarin de medewerking van de Z. L. M.
wordt gevraagd om voor de door hagel en storm
schade gedupeerde landbouwers dispensatie te ver
krijgen van de heffingen op het vlasareaal en de
consumptie-aardappelen.
Spreker deelt mede, dat de mogelijkheid hiertoe
aanwezig is en dat men zich hiervoor moet wen
den tot de Prov. Voedselcommissaris.
De heer Philipse, vertegenwoordiger van de
Commissaris, der Koningin, dankt de Voorzitter
hartelijk voor de uitnodiging voor deze vergade
ring. Spr. acht het vooral in deze tijd van het
grootste belang, dat de samenwerking tussen de
Z. L. M. en het Provinciaal Bestuur, welke altijd
van de meest aangename aard is geweest, zeer
nauw. blijft.
Spr. wijst op de grote agrarische belangen, welke
in tal van. problemen, waarmede de provincie en
het Provinciaal Bestuur hebben te maken, een rol
spelen. In dit verband moge genoemd worden de
reconstructie van Schouwen-Duiveland, de inpolde
ring van het Dijkwater, de opheffing en verbete
ring van havens op dit eiland, de herverkaveling
enz.
De heer Philipse zegt met genoegen kennis te
hebben genomen dat in het Zeeuwsch Landbouw
blad. stelling wordt genomen tegen de mogelijke
afroming van de pacht op de betere gronden. Hier.
op moet nauwlettend worden toegezien, daar vol
gens spr. een behoorlijke en verantwoorde sprei
ding in Zeeland aanwezig is.
De heer Philipse deelt voorts mede, dat ook het
Prov. Bestuur ten aanzien van de aanleg van water
leiding en electriciteit op het platteland diligent is
en ten nauwste met de Z. L. M. zal samenwerken.
De Voorzitter dankt de heer Philipse voor diens
mededelingen en vriendelijke woorden.
De heer Kögeler, vertegenwoordiger van het ge
meentebestuur van Middelburg dankt de Voorzit
ter eveneens voor de vriendelijke uitnodiging, en
zegt de acties der Z. L. M. op velerlei terrein met
grote belangstelling te volgen. Wij mogen dank
baar zijn voor de grote activiteit welke door de
Z. L. M. aan de dag wordt gelegd, een activiteit,
welke niet uitsluitend gericht is op de belangen
van de eigen leden, doch van veel verder gaande
strekking is.
De heer Kögeler ziet ook in de toekomst, o.a.
ten aanzien van het Drie-eilandenplan en het
Delta-plan, het grote belang van een organisatie
als de Z. L. M. en spreekt de hoop uit, dat het de
Z. L. M. goed moge gaan tot zegen van de gehele
provincie;
De Voorzitter dankt de heer Kögeler voor diens
woorden en voor de prettige samenwerking met de
gemeente Middelburg. De Voorzitter complimen
teert de heer Kögeler met de thans beëindigde
wederopbouw van de stad, welke op zeer verant
woorde en geslaagde wijze het vroegere karakter
der binnenstad heeft weten te bewaren.
Mevr. HuismanGriep, Presidente van de Bond
van Plattelandsvrouwen in Zeeland wenst de
Voorzitter hartelijk geluk met het overschrijden
van de 6000 leden en ziet hierin een bewijs van de
uitstekende leiding, waarover de organisatie be
schikt. Ten aanzien van de electriciteitsvoorzie-
ning en de waterleiding is ook de Bond van Plat
telandsvrouwen actief, waarmede de samenwer
king met de Z. L. M. wordt bevestigd. Mevr. Huijs-
manGriep hoopt spoedig de gelukwensen van de
Voorzitter in ontvangst te kunnen nemen, omdat
de Bond van Plattelandsvrouwen de 2000 leden
dicht is genaderd.
Na de pauze houdt Ir P. W. Bakker Arkema zijn
lezing over: „De praktijk der landbouwmechanisa
tie". Na afloop van deze lezing stelt de Voorzitter
de gelegenheid open vragen te stellen.
De heer Ir J. Minderhoud wijst er op, dat in de
Wilhelminapolder de paarden achterom kijken,
teneinde te zien of de rupstrekker er nog niet
aankomt. In deze gevallen komt de trekker het
paard te hulp.
Overigens meent hij, dat de door spreker ge
noemde kosten niet de juiste verhoudingen weer
geven, daar de kleine trekker z.i. duurder is.
De spreker antwoordt hem, dat vroeger de bie-
tenoogst zonder luchtbanden vaak ook al een
moeizaam verloop had, zoals hij zich herinnert uit
de periode dat hijzelf boer was in Groningen. Ook
met de luchtbanden-is de oplossing nog niet ge
vonden.
Wat de kosten betreft meent hij, dat de genoem
de trekker niet voor alle bedrijven geschikt is.
Het genoemde percentage voor de reparaties staat
niet in verband met de huidige aankoopprijzen,
terwijl in het eigen reparatiebedrijf van de Wilhel-
mina-polder regelmatig controle en onderhoud
plaats vindt. Op vele landbouwbedrijven gaat men
echter hier pas toe over als men wat hoort.
De heer K. van Langer,aad meent dat het niet
juist is de trekker bij het bietenrijden op de ach
tergrond te plaatsen, daar met een tweewielige
wagen grotere vrachten van het land gehaald kun
nen worden. De spreker antwoordt hem, dat dit
inderdaad het geval is, omdat de trekker van ach
teren belast wordt. Men komt nog verder als de
wielen ook nog aangedreven kunnen worden. Het
is hem verder bekend, dat een wagenfabrikant
met de fabricage wil gaan beginnen. De wagen
is echter vrij onhandelbaar als deze alleen staat.
Daar staat tegenover dat er goed mee gemanoeu
vreerd kan worden. De achteras dient zo ver mo
gelijk naar achteren te worden geplaatst om de
trekker te belasten. Tenslotte meent hij dat ook
kipbare wagens de nodige belangstelling zullen
krijgen.
De heer J. A. Stols wil het paard naast de trek
ker houden op het landbouwbedrijf. Hij ziet mecha
nisatie en motorisatie in het vlak van de perso
neelsvoorziening en meent dat het gevolg onher
roepelijk extensivering zal zijn, omdat de arbeids
tekorten na de ramp in deze richting stuwen.
Door ver te motoriseren wordt men afhankelijk
van het buitenland met. het oog op de brandstof.
Zo lang er nog soldaten in de wereld zijn moet
men daarom paarden houden.
De spreker wijst er in zijn antwoord op, dat hij
de keuze tussen paard en trekker alleen naar voren
gebracht heeft voor de kleinere bedrijven. Verder
hoopt hij, dat het door de ontwikkeling van de
landbouwwerktuigen mogelijk zal zijn de intensi
vering toch te volvoeren.
We hebben in Nederland de productie per man
uur te veel uit het oog verloren. Overigens hangt
de voorziening in oorlogstijd ook veel af van de
politieke situatie.
De brandstof voor de landbouw is een druppel
op de gloeiende plaat i.v.m. de totale behoefte.
Daar de voedselvoorziening in oorlogstijd belang
rijk is, meent hij dat er altijd een zekere hoeveel
heid toegewezen zal worden.
De heer W. C. v. d. Werff wijst er op, dat in
Zeeland het aantal beschikbare arbeidskrachten
het criterium geworden is. Gezien de bietenoogst
van dit jaar zou hij willen vragen of op den duur
volledige mechanisatie van de oogst mogelijk is.
Anders zal het areaal ingekrompen moeten wor
den. De spreker wijst er op, dat goede vorderingen
gemaakt worden, zodat ieder jaar beter gerooid
wordt, ook onder betrekkelijk moeilijke omstandig
heden. Er zijn momenteel ook eenvoudige lichters,
die niet veel tarra veroorzaken. Van mechanisatie
der bietenoogst mag meer verwacht worden dan
die van de aardappeloogst.
De heer J. W. Scheele vindt dat de voorlichtings
dienst zich vaak te veel op de vlakte houdt. De
boeren zouden concreter voorgelicht dienen te
worden.
De spreker meent, dat de boeren doorgaans zelf
voldoende practische kennis hebben om te kunnen
oordelen. Overigens is de mechanisatie nog maar
van jonge datum, terwijl ook in een onderling ge
sprek nog vaak meer concrete gegevens verstrekt
worden.
De Voorzitter meent, dat de tijd die nodig is voor
het omkoppelen van werktuigen, vaak groter is
dan wordt opgegeven. Men gaat daardoor vaak
noodgedwongen wat anders doen.
De spreker is het hier geheel mee eens en meent:
dat de verwarring alleen door normalisatie goed
te bestrijden is. Dit moet door de boer aan de fa
brikant duidelijk worden gemaakt. Overigens is
op dit gebied reeds het één en ander gebeurd.
Tenslotte meent Ir Bakker Arkema, dat er nog
veel werk te doen is, gezien het feit, dat jaarlijks
voor 100 millioen gulden aan landbouwwerktuigen
wordt aangeschaft. Een besparing van 1 be
tekent een bespaard bedrag van een millioen gul
den per jaar.
Aan het slot van de vergadering brengt de
Voorzitter de voorlichtingsdienst, belichaamd door
Ir Bakker Arkema een compliment voor het werk
dat gedaan wordt en sluit de vergadering waarbij
hij de hoop uitspreekt de leden de volgende zomer
weer in Kloosterzande te mogen ontmoeten.