DE BIETENROOIDEMONSTRATIE TE BIERVLIET.
762
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD.
T""\EZE demonstratie, georganiseerd door de Studieclubs, de Werktuigencommissie, de Rijksland-
bouwvoorlichtingsdienst in Zeeuwsch-Vlaan deren en de Technische Commissie van de Stich
ting voor de Landbouw in Zeeland, werd gehouden op Donderdag 4 November 1954 op het
bedrijf van de Gebr. De Regt te Biervliet.
Oorspronkelijk was deze demonstratie vastgesteld op 28 October, doch i.v.m. de weersomstan
digheden moest deze een week worden uitgesteld. Dat bij uitstel van een demonstratie het grootste
effect direct verloren gaat door een minder grote belangstelling bleek hier niet heel duidelijk, daar
2000 a 2500 personen van hun belangstelling blijk gaven. Wel bleek hieruit; dat het bietenrooi-
probleem zeer urgent is, daar niet alleen uit Zeeland, doch van vèr daarbuiten bezoekers aanwezig
waren.
Het weer werkte buitengewoon mee. Enkele dagen vóór en tijdens de demonstratie was het
droog en soms zelfs mooi herfstweer. De grond, met een afslibbaarheid van 35 a 40 verkeerde
daardoor in een redelijke positie. Dit neemt niet weg, dat het demonstreren een zware opgave was,
wat wel bleek uit het feit, dat enkele machines het werk niet of niet goed konden doen, terwijl
enkele niet verschenen waren. Het bekende excuus van geen tijd e.d. gaat in het laatste geval m.i.
bij een dergelijke belangrijke demonstratie niet op. Eerlijker is te zeggen, dat men geen kans ziet
om redelijk werk te verrichten.
De machines, die hier gewerkt hebben, kunnen
in 5 groepen worden verdeeld, n.l.:
I. Koppers;
H. Lichters voor paardentractie;
III. Lichters voor trekkertractie;
IV. Lichters met reinigingsinstallatie voor trek
kertractie
V. Volledige rooimachines.
Bovendien was op het veld het handwerk te be
zichtigen, zoals dat! normaal wordt uitgevoerd.
Onder de gegeven omstandigheden was dit werk
voor deze streek vrij goed tot goed. Desondanks
bedroeg de tarra 36 Bij de meeste machines
lag dit, soms zelfs 1015 lager.
Groep I: Koppers.
Hierin was alleen de Schipper-kopper van de firma
W. Schipper Zn te Goes aanwezig. De kopper is
2-rfjïg. Een tweetal tasters, die door de loopwielen
aangedreven worden, tasten de bieten af, waarvan
direct daarna de koppen door hpefkapmessen wor
den afgesneden.
De machine werd getrokken door één paard en is
goed bestuurbaar. Het koppen geschiedde goed, soms
iets te dik. Het loof van 2 rijen bieten werd op een
smal zwad gelegd. Het loof, dat niet met de grond
in aanraking komt, is prima geschikt voor veevoer.
De algemene indruk was: Goed bruikbaar. Prijs
450,
Weha
Groep II: Lichters voor paardentractie.
„WEHA" VAN DE FIRMA A. WESTER HOF
HOM AN TE BEDIM.
Deze 1-rijïge lichter werd getrokken door één
paard. Zij werkte in gekopte bieten. Twee smalle
sleetjes zoeken de rij bieten op, waarna deze door
twee, vrij steil staande lichtscharen worden gelicht.
Twee staven schuiven de bieten daarna iets opzij.
Alle bieten werden goed gelicht. Een enkele maal
bleef een stukje in de grond zitten of werden de
bieten iets beschadigd. De grond werd ondiep los
gemaakt, n.l. 4 cm, met een breedte van 12 a 15
cm. Aansmering van de grond vond weinig plaats,
terwijl de grondtarra meeviel.
De algemene indruk was: Een goed bruikbaar ap
paraat, dat zeer weinig trekkracht vraagt en ondiep
werkt. Prijs 230.-
„WEHA" BUITENLICHTER VAN DEZELFDE
FIRMA, IN ONGEKOPTE BIETEN.
Deze wijkt in zoverre van de vorige af, dat met
tets andere lichtscharen wordt gewerkt en dat de
sleetjes door kleine torpedo's zijn vervangen. Aan
de rechterzijde was boven de torpedo's een draaiende
rol gemonteerd, waardoor het stroppen van het loof
werd verminderd. Een enkele maal bleef een biet
vast staan. Overigens werden de bieten goed gelicht
en bleven daarna vrij steil in de grond staan. Klop
pen van de bieten is rtoodzakelijk, daar er vrij veel
grond aan blijft hangen. De aansmering was matig.
Het losmaken van de grond was als bij de vorige.
Algemene indruk: Eén zeer goed bruikbaar appa
raat en, evenals de vorige, eenvoudig en licht van
constructie. De trekkracht (paard) was ook hier
gering en de bestuurbaarheid goed. Prijs 290,
Slotboom
„SLOTBOOM" VAN DE FIRMA SLOTBOOM
TE ELST.
Deze 1-rijïge sledelichter werd getrokken door 2
paarden, die daar zwaar werk aan hadden. Tijdens
de demonstratie werd dan ook een-trekker als trek
kracht gebruikt. Er werd gewerkt in gekopte bie
ten, die gelicht worden door 2 scharen. De bestuur
baarheid van de lichter kon iets ;beter zjjn. Een en
kele biet bleef in de grond staan-ofwerd iets be
schadigd. Punten bleven vrijwel niet in de grond
achter. De diepte van de voor bedroeg 68 cm, de
breedte 13 cm. De grond, werd nogal aan de bieten
gesmeerd, waardoor veel grondtarra werd verkregen.
De algemene indruk was, dat deze lichter bruik
baar was, doch dat zij veel trekkracht vraagt, terwijl
de bieten erg vuil boven de grond komen.
Kan men gekopte en daarna gelichte bieten een
paar dagen op laten drogen en vervolgens eggen met
een ketting of onkruidegge, dan zal men veel van
deze aanhangende grond weer kwijt. zijn.
Groep III: Lichters met trekkertractie.
„KNIPPER" VAN DE FIRMA H. H. KNIPPER
TE STEDl'M.
Deze twee-rijïge vleugellichter -was gebouwd op
een Ferguson petroleumtrekker. De lichtelementen
zijn voor elke rji aan een parallelogram bevestigd.
Zjj kunnen daarbij 20 cm zijdelings uitwijken,
waardoor het mogelijk is ongelijke afstanden tussen
de rijen te overbruggen. De rijen bieten worden dus
opgezocht. De gekopte bieten werden alle goed ge
licht, waarbij heel weinig stukken in de grond ach
terbleven. De grond werd 5 a 6 cm diep en 20 cm
breed losgemaakt. Er werd veel grónd aangesmeerd
en de bieten kwamen dan ook erg vuil boven.
Knipper
De algemene indruk was, dat deze lichter bruik
baar was en redelijk tot goed werk leverde. Wel
bleek, dat voor het bereiken van een goed resultaat
de grond vlak moet liggen.
„C. B." VAN DE FIRMA BLAUW
TE OVERSCHIE.
.Deze twee-rijïge lichter was onder een oud model
Fordson Major gebouwd tussen de vóór- en achter
wielen. De lichtscharen en lichters zijn zodanig ge
construeerd, dat zij vóór- of achterover kunnen kan
telen, waardoor de scharen vlakker of steiler komen
te lopen. De banden bleken te breed te zijn voor
de rij-afstand van 40 cm, waardoor wel eens over de
bieten werd gereden. Alle bieten werden goed ge
licht. De grond werd 8—9 cm diep en 20 cm
breed losgewerkt. Enkele punten bleven in de grond
zitten. De grond werd iets aangesmeerd. De tarra
was hoog.
De algemene indruk was: Redelijk goed, doch
maakt de grond vrij breed en diep los. Prijs 210,
Groep IV: Lichter met reinigingsinstal
latie.
„PERDOK" VAN DE FIRMA K. H. v. <1. BERG
TE WARFFUM.
Deze twee-rijïge, door een Ferguson getrokken
machine, werkte in gekopte bieten. De sloffenlich-
ters nemen de bieten op, die daarna over vier snel
ronddraaiende rollen naar een dwarsafvoerband wor
den getransporteerd. Op de rollen bevinden zich
naar achteren gebogen haken, die de bieten moeten
reinigen. De dwarsafvoerband kan door de bestuur
der in en uit het werk worden gesteld, waardoor de
bieten op dwarszwaden komen te liggen. Ook langs-
zwaden zijn mogelijk. De aandrijving geschiedt van
af de aftakas. Niet alle bieten werden gelicht en er
bleven stukken in de grond achter. Vooral wanneer
de rij-afstand niet precies klopte, werden de bieten
kapot gesneden. De grond werd 5 cm diep en 15 em
breed losgewerkt. Er werd weinig aangesmeerd. De
tarra was tamelijk tot matig. Tussen de zwaden bie
ten kwamen enkele kluiten voor.
De algemene indruk was: Matig met veel tarra
en nogal wat beschadiging.
Groep V: Rooimachines.
Voor de beoordelingscommissie reed hiervoor eerst
de „Dufosé" van De Meyers Technisch Handels
bureau te Tilburg. Deze machine is een getrokken
model met opgebouwde 3,65 pk „Connord" benzine
motor.
Als taster deed een voelplaat dienst, waarna een
vlak mes de kop afsneed. Een loofslagaoparaat werpt
het loof, dat verder als waardeloos kan worden be
schouwd, op het veld. Het lichtelement bestaat uit
één pen met afschuifrooster. Hierlangs komen de
bieten in een draaiende reinigingskorf, waarna ze in
een verzamelbak terecht komen. Daar men de
machine niet goed kon afstellen trok men haar terug
van de demonstratie.
Stoll
„STOLL" VAN DE H. D. GARAGE TE
DOETINCHEM.
Déze 1-rijïge rooimachinc werd getrokken door een
Unimag-trekker. De koppen werden afgetast door 6
tastschijven en daarna door een vlak mes gesneden.
Via een opvoerketting en dwarstransporteur kwamen
1 oppen en loof in een bak, die op geregelde tijden
werd geleegd. Het loof blijft dus prima geschikt voor
veevoer. De koppen werden goed recht en tamelijk
goed op dikte gescneden.
De bieten werden door twee Krijnènscharenlichters
gelicht, waarna ze in een draaiende korf terecht
kwamen. Vrd? pen afvo'errooster en twee kettingen
met opstanden op de tüssenverbindingen kwamen ze
op een transportband terecht die ze naar de bak van
de Unimag-trekker voerde. Op h.et eind werd deze
bak zijdelings geledigd.
De grond werd weinig losgemaakt, n.l, 34 cm