Een groie moeilijkheid PROVINCIE De moeilijkheden bij de aardappeloogsi 650 ZEEUWSGH LANDBOUWBLAD. UIT DE WEST ZEEUWS-VLAANDEREN. Het schiet slecht op met het werk. Het was de laatste jaren de gewoonte een deel van de bruine bonen met de combine van de ruiter te dorsen, maar dit jaar zal hier geen kans op zijn, om dat de bonen niet hard willen worden en zelfs in het stro nog lange tijd zullen moeten zitten om dorsrpp te worden. De bietencampagne is begonnen, en ook hierin zit, wat tempo betreft, wel enig verschil met het vorig jaar. Kwam er vorig jaar van het begin af, reeds een overvloed van aanvoer op de los plaatsen en op de fabriek naar aan leiding waarvan de fabrieken zich ge noodzaakt voelden strengere maatrege len te nemen bij overschrijding der ter mijnlevering dit jaar zal ook zonder de remmende dreiging van boete's e.d., voorlopig wel geen overvloed van aan voer plaats vinden. Hieruit blijkt weer, hoe moeilijk het is om vanuit een centrale plaats het werk op de bedrijven te regelen. Naast de grote verschillen in bedrijfsvoering moet ook wel degelijk rekening gehou den worden met de verschillende weers omstandigheden. In de eerste plaats was er nog veel ander werk te doen voor we aan de bie ten toe waren en eenmaal begonnen blijken de bieten, mede door de vele regen, dermate vast te staan, dat de prestatie per man per dag aanmerkelijk lager ligt dan gemiddeld verwacht mag worden. Grote bonken klei komen met de biet mee en zijn practisch niet van de wortel te scheiden. Grote massa's kop en blad moeten verwerkt worden, en het afrij den vergt veel pk's en sterk materiaal. Tussen de buien door proberen we ook nog wat kali en super te strooien. Wanneer we deze 2 meststoffen vooraf mengen, kunnen we op één dag in één bewerking zeer vele kilo's strooien en met een kunstmeststrooier een grote oppervlakte afwerken. Juist in een periode van drukte kan een machine op korte tijd een hoop werk verzetten en daarom ook zou ik nu reeds Uw aandacht willen vestigen op de bietenrooi demonstratie, welke 28 October te Biervliet gehouden wordt en waar 22 verschillende machines zullen demonstreren. OOST ZEEUWS-VLAANDEREN. 11 October. Het jaar 1954 zal in de landbouw wel Van boerderij en organisatie worden opgetekend als zeer abnormaal. De gehele graanoogst is tussen de vele regendagen door binnengehaald. De aardappeloogst is nog in volle gang en het zal zeker November worden, vóór dat de laatste uit de grond zijn. Dan moet het weer in October hiervoor nog meewerken. De bonen worden thans binnenge haald; vele percelen zullen slecht van opbrengst zijn. Wat de op contract ge teelde witte bonen betreft, hiermede is het al bijzonder slecht gesteld. Er zijn nogal wat boeren, die deze bonen heb ben verbouwd. Met de vele regen van deze zomer zijn er weinig of geen, die goed kunnen worden afgeleverd. Onge veer 75 van de opbrengst is aange tast door grotere of kleinere vlekken. Hoe nu deze zullen worden afgeno men, is nog niet bekend, maar het staat wel al vast, dat men aan de contract bonen slecht zal uitkomen. Het lijkt ons zeer verstandig niet meer op contract te telen. De tegenvallers zijn al jaren achtereen zeer groot. Wie het nog zou willen doen, raden wij aan: Begin er nooit mee Van de suikerbietenoogst horen wü weinig optimistische berichtenlaag ge halte, weinig kilo-opbrengst, slecht rooien, getakte bieten met veel tarra. Waren wij deze zomer met de oogst, ondanks de vele regen, toch goed ge stemd, thans begint veel te veranderen in minder goede stemming. Er is grote achterstand met het land werk, wat vanzelfsprekend gepaard gaat met oplopende lonen en kosten. De uitgaven op de boerenbedrijven nemen geweldige vormen aan en stijgen met de dag. Hiertegenover hebben wij ge lezen, dat er hoogconjunctuur in ons land is en dat allen in deze welvaart mogen delen. Behalve de landbouw na tuurlijk; daar verlaagt men de prijs van een belangrijk product, terwijl tezelf dertijd de kosten omhoog gejaagd wor den. De hoogconjunctuur komt niet van de landbouw, maar van de indu strie, die met millioenen wordt ge steund en uitgebreid. Op zeer beste grond worden kanalen gegraven en in dustrie gevestigd, terwijl de weinige, arbeiders die nog in de landbouw werk zaam zijn daar heen worden getrokken. Landarbeid bestaat binnen enkele jaren niet meer en de mechanisering van de bedrijven zal nog in een sneller tempo moeten worden opgevoerd. Het is meer dan hoog tijd, dat de or ganisaties hun stem laten horen. Moet de landbouw worden opgeofferd ter- wille van de industrie? Het is te hopen van niet. WALCHEREN. 12 October. Het blijft tot op de dag van heden maar tobben met het weer. Af en toe een paar droge dagen en dan weer regen. Het valt in October ook niet meer te verwachten, dat de natte gron den zullen drogen. Daarvoor zijn we al te ver in de herfst geraakt. Het mechanisch rooien van aardappelen is vrijwel onmogelijk, alleen de oude werprad-rooiers voldoen nu nog het best. Bij aankoop van een aardappel rooier dient men toch wel erg voor zichtig te zijn en de zwaarte van zijn grond niet te vergeten. Een rooier moet toch ook onder minder gunstige omstandigheden nog redelijk werk kun nen leveren. De oogst van de suikerbieten zal dit jaar zeer laat worden; nog weinig is- er gerooid en aan de losplaatsen is het niet druk. De opbrengsten liggen lager dan vorig jaar, maar zijn toch stellig niet slecht te noemen. Met het loof is het dit jaar een puzzle om de grote hoeveelheid schoon in de silo te brengen. Met het natte weer is dit bijna onmogelijk geworden. Wintertarwe is er nog practisch niet gezaaid. Hier en daar wordt een enkel perceel op zaaivoor geploegd. Voor de zware, koude en natte percelen is het echter al meer dan tijd. De stambonen hebben deze zomer maar slecht verdragen; de opbrengst zal gemiddeld slecht zijn en met deze herfst zal de kwaliteit wel dito zyn. In enkele veestallen en sommige woonhuizen op Walcheren, hebben wichelroedelopers aardstralen ontdekt, en deze afgeschermd met de z.g.n. af- schermapparaten, waardoor het na delig effect van deze aardstralen zou verdwijnen. Volgens de houders van deze appara ten moet dit helpen tegen 1001 kwalen, zelfs bossen in de wei en geilplekken schijnen er verband mee te houden. Het is natuurlijk wel leuk, dat er een middel is dat helpt tegen alle mogelijke en onmogelijke kwalen, maar het is toch een nuttige vraag of de kosten die hieraan besteed worden, wel ver antwoord zijn. Er is n.l. iri 1952 een commissie van onderzoek van wichelroedeproblemen ingesteld, op initiatief van de Kon. Ned. Academie van Wetenschappen en de Directeur-Generaal van de Landbouw. Deze commissie van onpartijdige des kundigen heeft een uitvoerig onderzoek ingesteld en de resultaten vastgelegd in een rapport wat we de volgende keer eens onder de loupe zullen nemen. ZUID-BEVELAND. 12 October. Met het aardappelrooien zzijn we gis ter weer begonnen. Ook vandaag ging het. Kregen we de hele week nu maar eens gelegenheid, we zouden een heel eind komen. Maar ook de uien moeten we nog aan de hoop zien te krijgen. En de bonen moeten hoognodig van 't landHet is wat men „druk" noemt. Goede diensten bewezen de luchtge- koelde bewaarplaatsen voor het droog- draaien van aardappelen en uien. We stonden er van te kijken, dat aardappe len, die, toen ze uit de zak kwamen, precies zo bleven staan als ze in de zak gezeten hadden, na 3 dagen prima droog waren. Aan de hoop gereden zó nat, zou het een riskant zaakje geweest zijn, door het gevaar van broei en rot. De eerste leveringen suikerbieten zijn aan de kant. Flinke sporen in 't land. Flink tarra hoorden zelfs van 37 suikergehalte laag, weer hoor den we: zelfs 13,5 noemen en de opbrengst zoals we verwachten zeer matig. Al met al zal dat geen daveren de laatste regel worden. Het tempo der campagne is nog te traag om de fabrieken volop te doen draaien. En als we nu met z'n allen in de aard appelen zitten, zal dat de eerste tijd niet beter worden. Aan tarwe zaaien kwamen we nog niet toe. Het land is zo nat, dat we dat vele vocht er graag eerst eens wat uit zien zakken. En ook de prijs. Het valt ons op, dat die tarweprijsverlaging voor oogst '55 bij het overgrote deel onzer boeren zo kalm is opgenomen. Luisterden we dan enkel naar de weerberichten? Dat wordt toch wel wat gevaarlijk. Ook hebben we nog gemist in elk geval lazen we er nog niets uitvoerigs over dat de Stichting in deze stel ling had genomen. Zit er in de Neder landse tarweprijzen ten opzichte der wereldmarktprijzen over de periode 1940 tot 1954 geen voldoende materiaal in dezen? In de week van 3 tot 10 October deed zich in de provincie Zeeland weer een geval van varkenspest voor en wel in de gemeente Nisse. Op Dinsdag 9 November wordt in Goes de Na jaarsveetentoonstelling gehouden, waaraan een rundveefokdag is verbonden. Voor de productieklasse is een zilveren wissel beker beschikbaar gesteld. Het is de bedoeling dat dit evenement ieder jaar wordt gehouden. De Keuringsdiensten van Waren hebben, na overleg met de Peulvruchten Studie Combinatie, voor seizoen 1954/1955 wederom vastgesteld, dat in consumptiepeulvruchten, die worden verkocht aan de consument, ten hoogste 15 kwade harten mogen voorkomen, waarvan 4 in ernstige graad". Dit jaar staan de veehouders, meer nog dan in normale jaren, voor de grote moeilijkheid de be slissing te nemen over het tijdstip dat het rundvee zal worden opgestald. Eensdeels nopen de voor raden het opstallen zo lang mogelijk uit te stellen, anderdeels dwingt het behoud van een goede zode de dieren zo spoedig mogelijk uit het veld te halen. In het laatste geval komt daarbij nog de wenselijk heid uit het oogpunt van de dierengezondheid, die ook tot spoedig opstallen dwingt. Maar wat nu te doen? Dat het een dure winter zal worden staat o.i. bij voorbaat reeds vast; de boeren kunnen zich de weelde niet permitteren de in de weide sterk ver magerde dieren weer opnieuw in conditie te moe ten brengen, dat kost extra veel voer. Daarbij komt dan nog, dat een bedorven zode nog zeer lang nawerkt en duseen grote invloed heelt op de grascogst van 1955. Hieruit volgt de conclu sie, dat tijdig opstallen gewenst is, óók nu Om de ernstige toestand in verband met de aard appeloogst onder ogen te zien en om maatregelen te heramen voor een oplossing, heeft een bespre king plaats gehad tussen de Minister van Land bouw, de Directeur-Generaal voor de Arbeidsvoor ziening, de Stichting voor de Landbouw en alle organisaties en instanties, waarvan medewerking kan worden verwacht om de moeilijkheden op het terrein van de arbeidsvoorziening op te lossen. Daarom waren op deze 'bespreking tevens vertegen woordigd het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, en enige overheidsdiensten welke nog arbeiders aan het werk hebben, die bij de aardappeloogst kunnen helpen. De gebieden waar de moeilijkheden zich in bij zondere mate voordoen zijn Groningen, Drenthe, de Noord-Oost-Polder, Noord-Holland, Zuid-Holland en Westelijk Noord-Brabant. In deze gebieden is de laatste weken reeds een belangrijk aantal arbeiders onttrokken aan de cul tuurtechnische en andere werken, welke in regie worden uitgevoerd. De arbeiders, die daar nu nog werkzaam zijn, werken met dure machines, zoals draglines, e.d. Tot dusver was het nog niet ver antwoord deze machines renteloos te laten staan. Thans echter achten de verschillende instanties het nodig ook de laatste arbeiders voor zover enigszins mogelijk in te zetten bij de aardappel oogst. Daartoe zijn inmiddels maatregelen geno men. De financiële consequenties van het stop zetten van genoemde werken zullen worden ge dragen door het Ministerie van Landbouw. Voor de gesubsidieerde werken, die door aan nemers worden uitgevoerd, zal op korte termijn overleg worden gepleegd met de betrokken aan nemers teneinde te bereiken, dat ook deze werken voor de duur van de aardappeloogst worden onder broken. Zoveel mogelijk zal men trachten het be staande dienstverband niet te beëindigen doch slechts te onderbreken, waardoor de arbeiders ervan verzekerd kunnen zijn, dat zij na de aard appeloogst weer op hetzelfde object tewerk gesteld worden. Overigens werd van de zijde der land arbeidersorganisaties alle mogelijke medewerking toegezegdi ter voorkoming van moeilijkheden, die zouden kunnen voortvloeien uit de bepalingen in de Collectieve Arbeidsovereenkomsten en de loon regelingen ten aanzien van de opzeggingstermijn, e.d. De regering zal voorts een dringend beroep doen op een aantal gemeentebesturen om zoveel moge lijk arbeiders, die bij deze gemeenten in dienst zijn, tijdelijk voor de aardappeloogst beschikbaar te stellen. De Vereniging van Nederlandse Gemeen ten iheeft toegezegd dit verzoek te zullen onder steunen. Daarnaast zullen maatregelen worden getroffen, waardoor het mogelijk zal zijn, dat in de betrokken gebieden de middelbare landbouwscholen, de land- bouwwinterscholen en ook de lagere landbouw scholen, met uitzondering van de eerste klas, waar in voornamelijk leerplichtige leerlingen zitten, het onderwijs gedurende de periode van de noodtoe stand zullen onderbreken. Eveneens zal in de noodgebieden op de arbeiders in dienst van Staatsbosbeheer een beroep worden gedaan om de werkzaamheden te onderbreken ten einde in de aardappeloogst te gaan helpen. Van de zijde van het Ministerie van Landbouw zijn maatregelen in voorbereiding waardoor ieder een, die in het verband van het Bureau Oogstvoor- ziening in de aardappeloogst gaat werken, een behoorlijk inkomen kan verwerven. Het spreekt vanzelf, dat met behulp van al deze maatregelen niet kan worden bereikt, dat de oogst van het belangrijke volks voedsel, de aardappel, kan worden geborgen. Daarvoor is de hulp van een groot aantal vrijwilligers onmisbaar. De ar- beidsbureaux zullen iéder, die bereid en in staat is deze hulp te verlenen, gaarne inlichten over de wijze waarop dit het best kah geschieden.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1954 | | pagina 6