FOKVEEDAG WALCHEREN. BESTRIJDT NU DE LEVERBOTZIEKTE. ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD. 621 Op 23 September 1954 werd de tweede grote fok- veedag voor Walcheren na de oorlog te Middelburg gehouden, begunstigd door wat fris, doch droog, zonnig weer. Het terrein achter de Coöperatieve Veiling bood ruim plaats voor het talrijke rundvee, de flinke inzendingen geiten, de aanwezige varkens en de drie keuringsringen voor het rundvee. De toelangstelling was goed, doch waarschijnlijk wat getemperd door de verlate werkzaamheden dit jaar, waarbij men zich een dag goed weer niet mag laten ontglippen. In het volgende overzicht willen: wij ons bepalen tot de keuring van het rundvee. Het aantal inzendingen in de individuele rubrie ken was ditmaal wat kleiner dan op de twee jaar geleden gehouden fokveedag. Dit bleek een ver betering te zijn. De fokkers hadden voor inzen ding wat strenger geselecteerd, waardoor, behou dens in enkele rubrieken, weinig staartnummers voorkwamen, die niet bekroond konden worden. Naast deze ongeveer 250 dieren in de individuele rubrieken, waven een aantal rubrieken afstamme lingen van één stier of van één koe en bedrijfs groepen goed bezet. De Walcherse fokkers hebben de afgelopen twee jaren doelbewust doorgewerkt in de richting, die zij na „het water" hadden ingeslagen. Het resul taat van de wederopbouw van de veestapel werd in 1952 gedemonstreerd. Nu, twee jaar later, is reeds wéér een goede vooruitgang waar te nemen. De kwaliteit van het rundvee heeft men door een doelmatige fokkerij het gebruiken van goede K.I.- of natuurlijk dekkende stieren voor de beste fokkoeien van het bedrijf geconsolideerd en nog verbeterd. Telden we in 1952 nog veel jonge dieren met directe Friese afstamming, in de catalogus van: dit jaar vinden we alleen oudere koeien van directe Friese afstamming, die waarschijnlijk evenals de oudere dieren van twee jaar geleden hoofdzake lijk dateren van landbouwherstel. Men heeft met de beste fokkoeien van eigen veestapel doorge werkt. Deze eigen nafok begint ook op deze fok veedag weer meer het gewenste type te benaderen. Wel zouden we de uiers in veel gevallen nog wat fraaier willen zien. Op dit punt zal speciaal gelet moeten worden. Naast de exterieur-keuring moeten we zeker tevens letten op de productie, die van beslissend belang is voor de economie van de veehouderij. Dat er op Walcheren ook koeien zijn die, behalve aan normale exterieur-eisen (ze moesten in de prijzen vallen), tegelijkertijd aan hoge productie-eisen (met 3 lijsten), voldoen, bleek uit het aantal van 9 dieren jn de productieklasse. Eerste in deze klasse wera Nora, van J. Brasser te Souburg met een prima plas en goed vetgehalte met daarnaast een eerste prijs in haar klas melkgevende koeien. Zij won de beker met de volgende lijsten: 5.3 6677 4,09 273 333 6.3 7997 4,18 334 345; 7.4 8362 3,98 333 335. De rubrieken kalfvaarzen waren zwaar bezet. De oudste, geboren vóór 1952, vormden een grote, gopde klasse met enkele beste kopnummers, waar van we noemen (la-prijs) Wilhelmina 2 (v. Adema 27, 28313 S. R. P. S.), van L. J. Bierens te St. Lau rens; (lb-prijs) Mina 2 (v. Lena's Eduard 2, 30701 S, R. P. S.), van A. Poppe te Grijpskerke; (lc-prijs) Irene 3l (v. Ulker Adema 8, 31536 S), van Gebrs Traas te Serooskerke; (ld-prijs) Bontje 2 (v. Leon 31223 S), van L. J. Lorier te Middelburg. De kalfvaarzen, geboren in de eerste helft van 1952, vormden slechts een matige klasse met wei nig uniformiteit, waarvan een aantal dieren buiten de prijzen viel, met twee goede kopnummers: (la) de sterk gelijnde Bea van Plantlust en (lb) de diep gebouwde Lieneke van Plantlust (beide v. Adema '62 v. d. Beukenhoeve 3155 S), van Joh. Maljaars te Oostkapelle. De rubriek zwaar drachtige kalfvaarzen, gebo ren in de eerste helft van 1952, werden een vrij goede rubriek genoemd met vier goede vaarzen aan de kop: (la) Theba's Juliana (v. Ulker Adema 8), eig. M. Goedbloed, Gapinge; (lb) Dora 76 (v. Adema D 14, 31608 S), eig. L. P. Brasser, Veere; (lc) Bontje 38 (v. Coba's Adema 25474 S), eig. P. Koole, Souburg en (ld) Hannie (v. Adema 27), eig. K. Poppe, Grijpskerke. De vaarzen en kalfvaarzen, geboren in de tweede helft van 1952, gaven, behoudens een drietal goede eerste prijzen, een wat gewone klasse te zien: de la-prijs was voor Lina (v. Ulker's Adema 8), van Gebrs Traas, Serooskerke; de lb-prijs voor Doortje (v. Dijken Jantje's Adema 33508 S), van J. Poppe, Biggekerke en de lc-prijs voor Rika 2 <v. Adema 62 van de Beukenhoeve), van P. Verhage Wzn Koudekerke. De vaarzen en kalfvaarzen, geboren in de eerste helft van 1953, vormden een vrij goede klasse met goede le prijswinners. Hier stond vooraan (la) de goed gelijnde Rika, met fraai kopje (v. Ulker Adema 8), van C. Langebeeke, Gapinge; (lb) Cor- rie, van goed type, doch wat steile schouder (v. Nanno 40800 S), van A. Poppe, Grijpskerke en (lc) de diepe vaars Grietje 13 met iets weinig snit (v. Adema 62 v. d. Beukenhoeve), van Js Vos, Koude kerke. Een behoorlijk goede, doch matig uniforme ru briek met veel verschil in leeftijd vormden de vaar zen, geboren in de tweede helft van 1953; prijzen voor de Adema 27-dochters Koos, van L. J. Bierens, St. Laurens (la) en Annelies, van K. Poppe, Grijps kerke (lb) en Aaltje 80 (v. Leon 31223 S), van A. Jasperse, Koudekerke (lc). De allerjongste, pas gekalfde koeien, lieten een kleine, goede collectie zien met de volgende goede kopnummers: de Adema 62, van de Beukenhoeve- dochters Doortje, van Wed. M. Lorier, Souburg (la) en Dora 3, van A. Poppe, Grijpskerke (lb). Een iets gewone klasse met goede le prijzen vormde de rubriek allerjongste droogstaande koeien; hierin was de le prijs onbetwist voor de fraaie Aaltje (v. Ulker Adema 8), eig. J. van Sluijs, Zoutelande; de lb-prijs voor de sterk gelijnde, diepe koe Rita, van het Voorbeeldbedrijf ,,'t Hof Zwagerman", Grijpskerke en de lc-, ld- en le-prijs respectievelijk voor de Adema 62 v. d. Beuken hoeve-dochters Grietje 9, die vóór wat zwaar is en met een ruim, doch wat rond kruis, van Js Vos, Koudekerke; Rika 8, een koe met enkele foutjes, eveneens van Js Vos, Koudekerke; en Emma van Aaltje 79, met iets dikke huid en iets gedrukte len denen, van A. Jasperse, Koudekerke. Enkele die ren vielen buiten alle prijzen, wegens te weinig soort. De droogstaande koeien, geboren in de eerste helft van 1951, vormden een minder uniforme, wat matige klasse met een behoorlijke kop, n.l. de diepe Greta met soepele huid (v. Adema 62 v. d. Beukenhoeve), van I. Verhage, Koudekerke; Sara, met kwaliteit, wat slap in de middenhand, zeer soepele huid (v. Adema 27), van L. J. Bierens, St Laurens, en de wei tyoische, doch wat smalle Ida 120 (v. Asmar 2, 30972 S, R. P.S.), van W. J. Cevaal, Ritthem. Bij de melkgevende koeien, geboren in 1950, stonden; als goede kop van een kleine, behoorlijke rubriek Helena 50 (v. Brino 25764 S), van N.V. Cultuur Mij „Loverendale", Serooskerke, en Nelly (v. Adema 27), van L. Francke, Grijpskerke. De droogstaande koeien, geboren in 1950, vorm den een grote, goede klasse met enkele goede kop nummers: Mattie (v. Frans Adema 7 van Groen hoven 28276 S, R. P. S.), van S. de Visser, Gapin ge (la); Loes (v. idem), van M. J. Rottier, Vlis- singen (la); Matje 53 (v. Maurits 2, 30053 S), van J. Brasser, Souburg (lb) en Juliana 17 (v. Frans 25, 28254 S) van W. Louwerse, Gapinge (lc). Als eerste prijzen bij de melkgevende koeien, geboren in 1949, noemen wij Grietje 7 (v. Govert 26362 S), van Js Vos, Koudekerke, een koe van uitstekend type, die ook het kampioenschap der melkkoeien won; lb-prijs voor Beatrix, van L. P. Brasser, Veere. Dit was dan ook een vrij goede rubriek met een zeer goed. kopnummer. Ook de droogstaande koeien uit 1949 gaven een vrij goede rubriek te zien met als eerste prijzen (1) Nelly (v. Brutus van Blokland), van P. Ver hage Wzn, Koudekerke; (lb) Pel Jantje 19 (v. Goutumer Gelf 41, 36224 F. R. S.), van Voorbeeld bedrijf ,,'t Hof Zwagerman", Grijpskerke en (lc) Suzanna (v. Frans Adema 7 van Groenhoven), van W. Cevaal, Ritthem. In de gewone rubriek melkgevende koeien, ge boren in 1948, was het goede kopnummer JanKe 45b (v. Eduard 3, 39651 F. R. S.), van J. S. Mat thijsse, Meliskerke. De 'droogstaande koeien van dat' jaar vormden eeni vrij goede klasse met een paar goeae kopnum mers: ((la) Bea's Bertine K.S. (v. Theo 27419 S), van A. Langebeeke, Serooskerke; (lb) Lieneke 2 (v. Gerard 29407 F. R. S., R. P.S.), van L. J. Bie rens, St. Laurens; (lc) Femmy (v. Otto 33176 F.R. S.), van A. Langebeeke, Serooskerke en (ld) Anny 3 (v. Pels Adema 1993 S, R. P. S.), van: P. Koole, Souburg. De gewone klasse melkgevende koeien, geboren in 194Y, had een goed kopnummer in Antje 17 K.S. (v. Adolf 24297 S), die goede melktekens vertoon de, doch vóór wat scherp is, van B. Arendse, Gapinge. De droogstaande koeien van dat jaar vormden een behoorlijk goede rubriek met zeer goede kop: (la) Botermijn 's Hielkje 13 K.S. (v. Miep's Adema 30087 F. R. S.), van W. Meliefste, Middelburg, en (lb) Dirkje, van A. Jasperse, Koudekerke. Een vrij goede klasse met in 't algemeen goede uiers vormde de rubriek oudere melkgevende koeien (geboren vóór 1947)de la-prijs was voor Nora, van J. Brasser, Souburg, hiervóór reeds ge noemd als winnares in de productieklasse, lb-prijs voor Emma, van A. W. Karelse, Koudekerke, en lc- prijs voor Grietje 6 K.S. (v. Heiena's Adema 28531 F. R. S., R. P. S.), van Js Vos, Koudekerke. De droogstaande oudere koeien gaven een goede, iets onregelmatige klasse melkrijke koeien met wat afwijkende uier- en speenvormen te zien. Aan de kop hiervan gingen: (la) Reintje 39B (v. Willem Adema 38772 F. R. S.), van Joh. Maljaars, Oost kapelle, van prima type, soepele huid, doch iets gedrukt: (lb) Afke 2 K.S. (v. Kolonel 27654 F. R. S.), van J. S. Matthijsse, Meliskerke, met soepele huid en vrij goed uier; en (lc) Jantje 16 K.S. (v. Eduard 29643 F. R. S.), van Js Vos, Koude kerke met snit, doch zwakke gang. Het kampioenschap van de melkkoeien ging naar Grietje 7, van Js Vos, Koudekerke, zoals boven reeds vermeld. Als reserve-kampioene werd .uitgeroepen Bea's Bertine, van A. Langebeeke, Serooskerke. De keuring der stieren. Bij de stieren, geboren in 1953, was slechts één stier een eerste prijs waard, namelijk Brutus 36802 (v. Ceres van Blokland 31488 S, R. P. S.), van Stierenvereniging „Vooruitgang zij ons streven", Grijpskerke, een gelijnde, iets vrouwelijke, niet te gezonken stier. Bij de stieren, geboren in 1952, bevond zich de reserve-kampioen, Willem Adema 37012 (v. Adema 94 v. d. Woudhoeve), van Stierenvereniging „Ver betering zij ons doel", Meliskerke, van goed type, doch met matig beenwerk. In de rubriek stieren, geboren vóór 1952, zaten twee goede stieren, beide eigendom van de Vereni ging voor K.I. „Naar Productief Vee op Walche ren", waarvan Leon 31223 S (v. Leopold Jan 33252 F. R. S., R. P. S.) de eerste plaats bezette als echt vaderdier, gestopt, tegen Aaltje's Eduard 33529 S (v. Südhoekster Piet Eduard 35585 F. R. S., R. P .S.) de tweede plaats. Dit is een gelijnde stier van goed type, iets minder sterk in de middenhand, die Leon goed kamp heeft gegeven. Na zeer langdurig serieus wikken en wegen werd toch Willem Adema boven Aaltje's Eduard verkozen tot reserve-kampioen. In de rubriek afstammelingen van één stier kwamen de groepen vaarzen in de volgende volg orde: Adema 27, van Stierenvereniging Grijpskerke la-prijs, Leon, van K.I.-vereniging Walcheren lb- prijs, Ulker Adema 8, van Stierenvereniging Ga pinge lc-prijs, Adema 62 v. d. Beukenhoeve, van K.I.-vereniging Walcheren 2de prijs. Het waren goede groepen ruime dieren, die over het algemeen iets meer adel konden vertonen. Met een groep melkkoeien verkreeg Adema 62 van de Beukenhoeve (K.I.-vereniging Walcheren), een 2e prijs; een ruime, doch niet te edele groep. Opvallend vinden wij,'dat de afstammelingen van Leon zo uniform zijn, ondanks de moeders van zeer uiteenlopend type. Bij de bedrijfsgroepen van minstens 5 stuks de groep van Js Vos, Koudekerke er boven uit (la- prijs), dan volgden de groepen van A. Poppe, Grijpskerke (lb), K. Poppe, Grijpskerke (lc) en L. P. Brasser, Veere (ld). Verschillende stallen moesten nog teveel hun toevlucht nemen tot jonge dieren, hetgeen de uni formiteit niet altijd bevorderde. De bedrijfsgroepen van 3 stuks vee waren vrij goede collecties, met een aantal goede kopgroepen. We noemen de groep van Joh. Maljaars, Oost kapelle (la); deze kreeg ook de beker; J. Poppe, Biggekerke (la en lb met 2 groepen); A. Poppe, Grijpskerke (lb); J. S. Matthijsse, Meliskerke (lc), en P. Koole, Souburg (ld). In de rubriek koeien met 3 afstammelingen kre gen de goede groepen van Clara 11 K.S. (v. Rolan- da's Titus 25351 S) van L J. Bierens, St. Laurens, en van Lieneke 2 (v. Qerard 29407 F. R. S., N. P. S.) #an dezelfde eigenaar resp. de la- en lb-prijs. Mogen wij tenslotte nog de hoop uitspreken, dat men deze fokveedag voor Walcheren tot een tradi tie zal gaan maken. Deze dag heeft reeds bewezen een grote stimulans te zijn voor de bevordering der rund veefokker ij. Dat ook deze, 23 September gehouden, manifestatie vele veehouders er toe moge brengen lid te worden van contrölevereni- ging en Nederlands Rundvee Stamboek, om zo doende mee te profiteren eensdeels van de grote mogelijkheden voor het eigen bedrijf, anderdeels van de goede naam van de Walcherse stamboek fokkerij. Ir S. G. BRUMMEL. De schade door de leverbotziekte veroorzaakt is soms groot. Bestrijden is dan ook noodzakelijk. Naast het toedienen van geneesmiddelen op ad vies van de dierenarts, moet de ontwikkeling van de parasieten in de weide tegengegaan worden. De leverbot heeft voor haar ontwikkeling een bepaald slakje nodig. Bij afwezigheid hiervan komt leverbot niet voor. De slakjes leven uitslui tend aan greppel- en slootkanten en zijn te ver nietigen door keukenzout uit te strooien. Ook DNG of kopersulfaat zijn bestrijdingsmiddelen, die echter in verband met de giftigheid voor het vee met de nodige voorzichtigheid gebruikt moeten worden. Voor de béstrijding met keukenzout neemt men fijn droog zout (afkomstig van de Nederlandse zoutindustrie te Boekelo) en strooit hiervan in en aan weerszijden van de greppel 15 kg per 100 m greppel. In de greppel moet geen water staan. Wat betreft de strooitijd kan men 2 methoden volgen n.l.: 1. Voorjaarsuitstrooi tussen 15 April en 15 Mei gevolgd door de tweede strooiïng tussen 10 Juli en 10 Augustus. 2. Herfststrooiïng tussen 15 September en be gin October, terwijl dan de 2e maal gestrooid wordt in het volgend voorjaar tussen 15 April en 15 Mei. Voor dé 2e methode is het dus nu de tijd om te strooien! De Hoofdassistent voor Weide en Voederbouw, F. DE RONDE.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1954 | | pagina 5