Mal. Hydrazide
WAARSCHUWING
ter voorkoming van het uitlopen van bewaaruien.
M H 40
N.V. INTERNATIO
DE TOEPASSING VAN HET DIHYDRAZIDE VAN MALEiNEZUUR,
FISONS CHEMICALS LTD
LONDON
ROTTERDAM
504
Het doel met dit onderzoek beoogd was de bij bewaring tot diep in het voorjaar optredende ver
liezen, veroorzaakt door het uitlopen der uien, tegen te gaan. Het tijdstip waarop bewaaruien die.
nen te worden geruimd, wordt immers hoofdzakelijk bepaald door het aanwezige percentage uitge
lopen uien.
Indien het dan ook mogelijk zou zijn door aanwending van maleïne hydrazide de neiging tot
spruitvorming van in hoop, ren, of luchtgekoelde bewaarplaats opgeslagen uien te onderdrukken,
wordt hierdoor niet alleen een verlenging van de bewaarperiode verkregen, doch tevens de (mogelijk
heid geopend van het op de markt brengen van uien, die minder snel tot spruitvorming overgaan.
Tevens diende te worden nagegaan in hoevere het uitvoeren van een bespuiting van in een
koelhuis te bewaren partijen betekenis kan hebben.
Door dc bij deze bewaarmethode te handhaven lage temperatuur kan bij het tijdig inbrengen
van de uien, spruitvorming volledig onderdrukt worden. Een bezwaar vormt evenwel dat gezien
de buitentemperatuur na het uit de koelcel halen de op deze wijze bewaarde uien zeer spruitlustig
zijn en derhalve op korte termijn geconsumeerd moeten worden.
In verband met de hierboven omschreven moeilijkheden bij de uienafzet was het zaak het ver
loop van de te nemen proeven met grote belangstelling te volgen.
Een van de hand van de Amerikaanse onder
zoeker Wittwer in 1950 verschenen publicatie be-
treffende de resultaten van een uitgevoerd ondier-
zoek naar de spruitremmende invloed van maleïne
hydrazide op zaai-uien is aanleiding geweest, dat
vanaf 1951 ook in ons land hiermede proefnemin
gen zijn verricht. In de betreffende publicatie
werd melding gemaakt van de resultaten verkregen
met in het laatst van de groeipriode met ge
noemd middel uitgevoerde bespuitingen.
Voor de in 1951 en 1952 genomen proeven werd
uitsluitend gebruik gemaakt van chemisch zuiver
dihydrazide van maleïnezuur (MH 100), vervaar
digd door het Research Laboratorium van de Am
sterdamse Chininefabriek.
Bij de in 1953 uitgevoerde proeven kon ook het
inmiddels door de fa G. Ligtermoet Zn te Rotter
dam in de handel gebrachte product, bevattende
40 werkzame stof, beproefd worden.
In de eerste plaats werd naast het vaststellen
van de meest gewenste concentratie nagegaan op
welk tijdstip de bespuiting het best kan worden
uitgevoerd.
Aan de hand van in 1951 uitgevoerde proeven kon
vastgesteld worden, dat de meest gewenste con
centratie bij gebruik van MH 100 0.25 bedraagt,
bij een hoeveelheid sproeivloeistof van 750 1 per
ha. Tevens werd in hetzelfde jaar de ervaring op
gedaan, dat, wanneer dadelijk na het uitvoeren
van de bespuiting regenval optreedt, dit voor het
verkrijgen van een goed resultaat f unest is.
Hieruit en tevens uit de in de volgende jaren
opgedane ervaringen valt af te leiden, dat het voor
het welslagen van de bespuitingen noodzakelijk is,
wanneer er tijdens en gedurende een etmaal na de
bespuiting geen regen valt.
Bij een der bewaarproeven, uitgevoerd met de
opbrengst van een in 1951 uitgevoerde veldproef,
werden de uien zowel afgestaart als niet afge-
staart ter bewaring opgeslagen. Ondanks de toe
gepaste bespuiting gaf het afstaarten aanleiding
tot een aanzienlijk hoger uitlooppercentage.
Ten aanzien van het meest gewenste tijdstip
waarop het uitvoeren van een bespuiting moet
plaats vinden, geeft het onderzoek het moment
aan, waarbij het nog groene gewas voor
gestreken is.
In de practijk komt dit neer op omstreeks 2
weken voor het plukken. Dat op het tijdstip van
aanwending het loof nog weinig afgestorven mag
zijn, laat zich gezien de omstandigheid, dat de
werkzame stof door het blad moet worden opgeno
men, gemakkelijk verklaren.
Samenvatting van de verkregen resultaten over
2 jaren van proefneming met 4 bewaarproeven,
waarbij het uitlooppercentage steeds in de 2e helft
van April bepaald werd, gaf als gemiddeld percen
tage bij het object „onbehandeld" 30.9 en bij het
met 0.25 MH 100 bespoten object 8.2 uitge
lopen uien.
Bij de waargenomen percentages" rot konden
echter geen verschillen geconstateerd worden.
Teneinde de in de practijk heersende omstandig
heden zo dicht mogelijk te (benaderen, zijn alle
hierin toegepaste bewaarsystemen in het onder
zoek betrokken.
De opbrengst van de proefvelden werd zowel in
de hoop-, in kisten- als in luchtgekoelde bewaar
plaatsen bewaard, terwijl ter bestudering van de
gedragingen van mechanisch gekoelde uien op
slag in een koelhuis plaats vond.
De temperatuur waarbij een dadelijk na de oogst
in een koelhuis opgeslagen partij bewaard werd,
bedroeg tot eind Februari 0° C., waarna tot de
datum van opruiming (8 Juni) een temparatuur
van 20° C. gehandhaafd werd.
Bij het uit de koelcel halen bleek geen betrouw
baar verschil in uitlopers aanwezig tussen de uien
van het object „onbehandeld" en die bespoten met
MH 40. De geconstateerde percentages waren
resp. 0.1 en 0.2 Nadat de uien de koelcel had
den verlaten, werden ze teneinde het verdere ver
loop van de spruitvorming te kunnen nagaan, opge
slagen in een ruimte waar de temperatuur varieer
de van 16—20° C.
Controle op het uitlopen had plaats op 17 en
24 Juni. Het percentage uitgelopen uien bedroeg
op deze data voor het object „onbehandeld" resp.
4.3 en 18-6 en voor het object MH 40 resp. 0.6 en
3.4
Het zwaartepunt van het in 1953 uitgevoerde
onderzoek lag uiteraard vooral bij het vergelijken
van de middelen MH 100 en MH 40. Hiernaast werd
een onderzoek ingesteld of ter vereenvoudiging
van de werkwijze tot vernevelen van de sproei
vloeistof zou kunnen worden overgegaan.
Met betrekking tot MH 40, waarvan volgens
recente informaties de prijs op het ogenblik pl.m.
Bestrijdingsmiddelen leveren bij verkeerd ge
bruik groot vergiftigingsgevaar op. Dit gevaar is
echter niet aanwezig wanneer de nodige voorzorgs
maatregelen, worden genomen. Het nalaten van deze
voorzorgsmaatregelen ds bovendien strafbaar.
NEEM DAAROM DIT IN ACHT:
1. Alle flessen, bussen, dozen of andere ver
pakkingen waarin zich bestrijdingsmiddelen bevinden
moeten van een duidelijk etiket voorzien zijn, waar
op de naam van de werkzame stof voorkomt. Ver
pakkingen waarin zeer giftige middelen zoals pa-
rathion, pestox, systox, d.n.c., t.e.p.p., nicotine, ar
senicum, kwik enz. voorkomt, moeten bovendien
voorzien zijn van een doodskop.
Koop dus geen bestrijdingsmiddelen in onge-
etiketteerde zakjes of willekeurige flessen.
2. Draag tijdens de bespuitingen beschermende
kleding.
Parathion, d.n.c. en natriumarseniet worden veel
vuldig gebruikt. Een waarschuwing tegen het zich
blootstellen aan deze stoffen is daarom speciaal op
zijn plaats. Meent U echter niet, dat andere stoffen
zoals pestox, systox en nicotine minder gevaarlijk
zijn. Lees de waarschuwingen op de etiketten.
Weer andere stoffen geven kans op langzaam
inwerkende vergiftiging of ernstige huidaandoe
ningen.
Voorkom alle inademing en aanraking met deze
stoffen.
Was Uw gehele lichaam dagelijks, vooral na be
spuitingen. Draag tijdens het spuiten hoofdbedek
king, masker, handschoenen en rubberlaarzen.
Reinig al deze artikelen op zijn minst één keer per
week.
32 per kg bedraagt, kan opgemerkt worden, dat
de hiermede in vergelijking met MH 100 verkregen
resultaten zonder uitzondering zeer gunstig waren.
Teneinde een gelijke hoeveelheid werkzame stof
te verkrijgen bedroeg de van MH 40 gebruikte hoe
veelheid 614 kg en van MH 100 2% kg per ha.
In tegenstelling tot de in beide voorgaande jaren
uitgevoerde proeven, bedroeg de hoeveelheid
sproeivloeistof in 1953 1000 1.
De toegepaste verlaging van de hoeveelheid
sproeivloeistof tot 150 1 per ha, gaf helaas een min
der effect. In verband hiermede dient dan ook
bij toepassing door de practijk de hoeveelheid
sproeivloeistof zeker niet minder dan 750 1 per ha
te bedragen.
Hoewel de huidige prijs van het maleïne hydra
zide wellicht door velen nog als een bezwaar zal
worden aangemerkt, zijn wij van mening, dat het
ongetwijfeld zowel voor teler als handelaar aanbe
veling verdient na te gaan in hoeverre de met dit
middel te bereiken grotere spreiding bij de afzet
van 'uien (van betekenis kan zijn.
J. L. KOERT,
Stichting Nederlandse Uien-Federatie.
Middelharnis, Aug. 1954.
Voor Nederland:
Afd. Verkoop Nederland
WESTERSTRAAT 29
TEL. K 1800 116200
Denk aan het gevaar voor omstanders, naburige
woningen en aangrenzende percelen
3. Berg alle vergiften steeds ook na gebruik
zó op, dat zij niet in handen van onbevoegden
kunnen komen.
Richt hiertoe een afzonderlijke kast of ruimte in.
Laat geen vergiften onbeheerd op het veld of op
het erf achter.
Laat geen ledige verpakkingen rondslingeren.
Denk aan de kinderen
4. Denk bij alle bestrijdingen ook aan de con
sumenten en aan de dieren. Houdt U aan de termijn
gedurende welke vóór het oogsten niet mag worden
gespoten.
EN HIER ZIJN NOG ENKELE BELANGRIJKE
WENKEN
5. Zou ondanks de genomen veiligheidsmaat
regelen de huid toch in aanraking zijn gekomen
met de giftige middelen, dan dient men zich onmid
dellijk met water en zeep grondig te wassen.
6. Raadpleeg onmiddellijk een dokter wanneer
U een vergiftiging vermoedt.
7. Reeds zijn er tientallen mensenlevens te be
treuren doordat ondeskundig en onvoorzichtig ge
werkt werd. Wanneer aan de wettelijke voorschrif
ten de hand wordt gehouden, behoeven er geen
ongelukken te gebeuren. Het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften brengt Uzelf, Uw huis
genoten en anderen in gevaar
Het gevaar van bestrijdingsmiddelen schuilt in
de wijze waarop er mee wordt gewerkt.
ARBEIDSINSPECTIE.
Dit blad verschijnt elke ZATERDAG. Overname
van artikelen is slechts geoorloofd met duide
lijke bronvermelding. Leden van de Z. L. M. en
N.-Br. Mij van Landbouw ontvangen het blad
gratis. y
ABONNEMENTSPRIJS voor niet-leden, niet-
grondgebruikers, bedraagt 10,— per jaar bij
vooruitbetaling.
ADVERTENTIETARIEF: Per mm 15 cent;
minimum per advertentie 2,25. Incassokosten
ƒ0,20.
Regelabonnementen tegen speciaal tarief.
Inzending van advertentiën uiterlijk Dinsdag
avond aan de Uitgeefster N.V. v/h Firma P. J.
VAN DE SANDE te Terneuzen.
Redactie:
Secretariaat der Z. L. M.
Landbouwhuis Goes
Tel. K 1100—2345.
voor allen die bestrijdingsmiddelen
in de land- en tuinbouw toepassen
