VEULENZIEKTE. Paard en paardensport INHOUDSOPGAVE t9b nu - 238 ZEEÜWSCH LANDBOUWBLAD Proeven van het instituut brachten aan het licht, dat strooien over de ploegvoor meerdere malen een gun stig resultaat afwierp. Verder werd nog besproken het aan tal planten per ha, de diverse bieten rassen, tijdstip van.zaaien, rijafstand. Kortom teveel orri pp te noemen. Het Was reeds zes uur geweest toen de vftorzitter deze geanimeerde vergade ring sloot. Leden,, een volgende keer verwachten wij meer belangstelling boor! SCHOUWEN-DLTVELAND. 30 Maart. De enkele regenbuien in deze weken werken wel remmend op de voorjaars werkzaamheden. Vandaar dan ook dat op de geïnundeerd geweest zijnde gronden nog zeer weinig is gebeurd. In de droge polders waren de werk zaamheden reeds in volle gang. Hier liet het zaaibed zich prima klaarma ken en het is een lust om deze perce len thans weer afgewerkt te zien lig gen. Jammer dat dit slechts van zo'n klein gedeelte op ons eiland gezegd kan Worden, daar het merendeel van de ééns zo vruchtbare boerderijen meer óp een woestijn gelijkt dan op verwachtende gronden. Een groot contrast is te zien wan neer men eens op de nieuwe Schouw- se dijk gaat staan, even ten zuiden van Brouwershaven. Ten Oosten ziet men dan de droge polder Zonnemaire, waar alles weer nieuw leven aan gaat kondigen, terwijl het Westen één gro te wildernis vertoont. Aan de zonnige zijde de ons zo vertrouwde landbouw werkzaamheden, terwijl aan de don kere zijde vele dragliners hun plompe bakken laten vallen om de volgezande sloten weer open te maken of nieuwe vaarten er door te graven om het her stel zoveel mogelijk te bevorderen. En juist door de inzet van deze vele machines, waar we in de voor ons lig gende jaren wel mee vertrouwd zul len moeten worden, versterken het vertrouwen dat alles gedaan zal wor den om het weer goed te maken. Als slot nog een woord speciaal voor de landbouwers in Zonnemaire en Noordgouwe. Deze week heeft U 'n bericht gelezen in de Zierikzeesclie Nieuwsbode over de onderzoekingen van de behandelde voederbieten met Conserbeta. Van Uw zijde werd steeds de volle medewerking "verkregen om dezè groot opgezette proef aan te leggen, daar het anders niet mogelijk ge weest was om zo'n groot gebied ge lijk aan te pakken. Het ingezohden stuk zal door allen wel gelezen zijn, maar speciaal willen, wij één ding nog maals onderstrepen n.l. de behandelde kuilen toch afgesloten te houden met een flinke laag stro, ook al is het gronddek verwijderd. Voor het göed slagen van deze proef is dit noodzake lijk. Ook dit jaar zullen weer een aantal veulens ten gevolge van veulenziekte sterven. Wat is veulenziekte? Als we dit begrip ruim nemen, vallen hieronder alle oorzaken van ziekte en dood bij veulens voor dat de zuigperiode is afgelopen. Zo gezien is het een verzamelbegrip waarin zeer veel ziekten met Uiteenlopende oorzaken zijn samengevat. De voe ding van de drachtige merrie en de erfelijke aan leg van het veulen zijn hierbij van belangrijke betekenis. In de practijk meer gebruikelijk wordt onder veulenziekte verstaan de ziekte van veulens ten gevolge van bepaalde infecties. In dat geval wordt De export van vlaslint liep in 1953 met ongeveer 1000 ton achteruit tot 10.300 ton. De exportprijs is vooral in het eerste halfjaar van 1953 gedaald om daarna weer te stijgen. De totale waarde daalde van 34,2 milioen gulden tot 23,6 milioen gulden. In het handelsverdrag tussen Nederland en Zwe den, dat loopt van 1 Maart 19541 Maart 1955, is m. voor bruine bonen 2000 ton opgenomen. Bladz. Overzicht 233 Belastingcommissie der Z. L. M. 234 Afd. Zeeland Kon. Vereniging „Het Nederland- sche Trekpaard"234 Keuring van merriën voor opname in het Keurstamboek. Ledenwerfactie: Hoe is de stand per 1 April? 234 Wijzigingen in premies en uitkeringen van het Gentraal Bureau Slachtveeverzekeringen 234 Op de ere-galerij 234 Zitdagen2^4 Boekhoudbureau der Z. L. M. Zeeuws Voorlichtingsinstituut voor de Brandverzekering (Z. V. B.) Zeeuws Voorlichtingsinstituut op Verzeke- ringsgebied (Z. V. V.) Adviesbureau voor Oorlogs- en Watersnood- schade Afd. Goes Alg. Emigratie Centrale (A.E.C.) Contractteelt Wij lazen voor U 235 Keuringsdienst Zeeland: 235 Mededeling aan telers van Pootaardappelen Stekels op den Bleik 235 Aangifte veldkeuring van Zomergewassen 236 Uitbreidings- en Streekplannen liggen ter inzage 236 Mededeling Prov. Voedselcommissaris in Zeeland Zitdag te St. Philipsland 236 Van Boerderij en Organisatie 237 Veufenziekte 238 Paard en Paardensport 238 Een interessante proef 238 Plastic in de Landbouw 239 Kennis vergaard door samenwerking 239 Conferentie van Organisaties van Melkprodu centen 240 Melkafzet en melkprijs op Zuid-Beveland 240 De import van trekkers in 1953 240 Korte wenken voor de praktijk 240 Korte Berichten 241 Voor de Plattelandsvrouw: 241 Koken onder druk Radio: Het onderzoek naar de gebruikswaarde van pluimveerassen en kruisingen 241 Let op de Uitbreidingsplannen: 241 Breskens Groede Middelburg De Boerenjeugd 243 Marktberichten 245 Noord-Brabantecbe Maatschappij van Landbouw 247 Bram uit de Slikhoek 247 bedoeld, dat een aantal soorten ziekteverwekkende bacteriën het lichaam van het jonge dier binnen dringen en ziekte veroorzaken. De bacteriën komen binnen langs de plaats, waar ze het ge makkelijkst de kans krijgen. Dit is bij het jonge veulen de navel en ook het maagdarmkanaal. Aan de navel blijft in het begin een natte bloe derige weefselstomp achter. Dit weefsel is niet op genomen in de verzorging door de bloedsomloop van het lichaam en is gedoemd af te sterven. Mede hierdoor is dit een gunstige voedingsbodem voor bacteriën, welke plaatselijk een ontsteking kunnen veroorzaken en langs de bloedvaten zich naar bin nen toe kunnen verplaatsen, waardoor uiteindelijk de bacteriën zich met de bloedsomloop door het gehele lichaam kunnen verspreiden. Af en toe komt een leknavel voor, waarbij urine door de navel tevoorschijn komt. Dichtmaken (branden of afbinden) van een leknavel kan het ontstaan van veulenziekte in de hand werken. Het darmkanaal van het pasgeboren dier heeft nog niet het af weervermogen, dat op oudere leef tijd bestaat, zodat hier, door de darmwand heen, allerlei bacteriën onder bepaalde omstandigheden de kans krijgen om binnen te dringen en zich in hoofdzaak ook door middel van de bloedsomloop door het lichaam kunnen verspreiden. De bacteriën, waarvan aangenomen wordt, dat ze veulenziekte veroorzaken, zijn zeer uiteenlopend van aard. Soms zijn ze ook bij gezonde paarden aanwezig en kunnen dan onder bepaalde omstan digheden bij de veulens ziekte veroorzaken. De verschijnselen zijn lang niet steeds even dui delijk, soms lijkt het alleen maar of de pasgeboren veulens langzamerhand trager worden en sterven ze zonder typische verschijnselen. Gewrichtsontstekingen, welke ontstaan door een verspreiding van bacteriën met het bloed, vormen meer het typische beeld van wat men onder „veu lenziekte" verstaat. De spronggewrichten zijn nog al dikwijls aangetast in die gevallen. Soms 'betreft het één gewricht, vaak ook meerdere. De eigenaar ziet dan kreupelheid of een stijve gang optreden, gepaard gaande of voorafgegaan door diarrhee. Als een veulen kreupel loopt, denkt U dan vooral niet, dat de merrie wel op het been getrapt zal hebben, die kans is maar gering. De behandeling. Niet alle veulens met veulen ziekte zfjn ongeneeslijk. Na een tijdige behandeling treedt soms nog algeheel herstel in. In dit verband zijn er thans nieuwe geneesmiddelen, welke een vooruitgang betekenen, ook bij de behandeling van „veulenziekte". Het is noodzakelijk om tijdig Uw dierenarts te roepen als U afwijkende verschijnse len waarneemt. Voorkomen is beter dan genezen. Laat Uw mer rie veulenen in een goed gereinigde stal op een schoon strobed. Laat zo mogelijk de navel op de natuurlijke wijze afspringen en behandelt deze één keer met een opdrogend ontsmettingsmiddel als b.v. jodiumtinctuur. Laat moeder en veulen, als het weer niet al te slecht is, spoedig buiten. Laat ze in ieder geval van alle zonneschijn profiteren. Een voorbehoedende behandeling van merrie en veulen met entstoffen of serum is mogelijk. De mening over de waarde hiervan loopt nogal uiteen. De voeding van de drachtige en de zogende mer rie is voor het weerstandsvermogen van het jonge dier van bijzondere betekenis. Geeft een veelzijdig rantsoen, dat naast een redelijke hoeveelheid eiwit de noodzakelijke mineralen en vitaminen bevat. Laat de dieren zoveel mogelijk genieten van zon en weidegang. De drachtige merrie kan de ge wone werkzaamheden verrichten, maar verlangt in geen geval de uiterste inspanning van het dier. Een goede verzorging van de merrie vóór de ge boorte, het doen plaatsvinden van de geboorte on der zo hygiënisch mogelijke omstandigheden is noodzakelijk. Een goede voeding en hygiëne na de geboorte is ook van bijzondere betekenis. Waarschuwt U vooral tijdig Uw dierenarts bij het waarnemen van de eerste ziekteverschijnselen. De laatste weken hebben zich in de paarden- wereld en in die van de trekpaarden in het bijzon der vele schokkende gebeurtenissen afgespeeld. De algemene vergadering van de K. N. V.'T. be hoort weer tot 't verleden en we weten dat we een Zeeuw als algemeen voorzitter hebben gekregen. Maar in de jury voor de hengstenkeuringen heeft Zeeland niets meer te vertellen. Nu de beslissingen gevallen zijn, hopen we dat de spanningen- in de vereniging zullen afnemen en we aan het begin staan van een nieuw tijdperk van eendrachtig samenwèrken in het belang van onze geliefde paar denfokkerij. Een eventueel coupeerverbod brengt ook vele gemoederen in beweging. Natuurlijk kiezen we direct partij vóór of tegen. En als we dan eens iets lezen of horen van de tegenpartij, dan is dat allemaal onzin of het is zwaar overdreven. Ik heb ook eens een debat gevoerd met voorstanders van zo'n verbod. Nu achteraf vraag ik me af of ik toen zo'n slechte propagandist voor het paard ben ge weest als. vele debatteurs dit juist nu zijn. In de „Nieuwe Veldbode" van 11 Februari schrijft een tegenstander van couperen: „Iedere paardengebruiker weet, hoe lastig de vliegen het een paard in de zomer en het najaar kunnen maken en hoe fel sommige paarden dan bij het gemis van hun natuurlijk afweermiddel, de staart achteruit kunnen slaanHoe vaak is het onhandelbaar worden door de kwellende vlieg- steken al niet de aanleiding geweest tot het op hol slaan met alle gevolgen van dien." In een rapport dat de heer Bom opstelde tegen dit eventuele coupeerverbod, en dat in de „Nieuwe Veldbode" van 21 Jan. is gepubliceerd, komt hij tot de conclusie, dat bij instellen van een dergelijk verbod een economisch direct nadeel zou optreden bij het gebruik van werkpaarden. Hij komt tot deze conclusie: omdat een paard met een gecou peerde staart de leidsels niet kan vangen, terwijl een paard met een lange staart dit wel kan, waar door zeer gevaarlijke situaties, ja zelfs zeer grote ongelukken kunnen en zijn ontstaan. Lezen we deze beide argumenten nog eens over en vergeten we het coupeerverbod even, dan zegt de eerste schrijver dat werken met gecoupeerde paarden een groot gevaar inhoudt, terwijl de twee de schrijver ditzelfde beweert van ongecoupeerde paarden. Het paard wordt hier toch wel een zeër slechte dienst mee bewezen: het is een gevaarlijke trekkrachtbron. En dan te weten dat onze trek paarden zo mak zijn. Neen, deze argumenten zijn niet steekhoudend. Uit incidentele gevallen mogen we geen algemene gevolgtrekkingen maken. Verder wil ik ér maar niets van zeggen, want dan zouden we misschien in het Zeeuwsch Landbouwblad ruimte te kórt komen. Een andere geweldige rel is de fokkerij met hét z.g. tussènrnaatse paard. Voor de kleine gemengde bedrijven wordt nu een proef genomen met fjorden- paarden. Deze kleine paarden moeten zeer werk willig, sterk en taai, voordeling in onderhoud zijn en een lange levensduur hebben. Of ze werkelijk beter zullen bevallen als onze eigen Nederlandse paarden zal nog moeten blijken. Als ze niet bevallen, zullen ze er nooit in komen, ook niet met steun van ik weet wat voor belangrijke instanties. Daarom heb ben we er niet veel aan of we ons tegen deze proef krampachtig verzetten. Want zit er wel levensvat baarheid in, dan is dit weer een belangrijk tegen wicht tegen de motorisatie van het kleine bedrijf. Of ziet U werkelijk liever nog een trekker dan een ander soort paard in plaats van ons trek paard? Als Uw antwoord ja luidt, beiit U geen paardenliefhebber. Tot volgende keer. TOONTREDER. Het areaal wintertarwe in België is in vergelij king met 't vorig jaar, volgens „Landbouwwereld- nieuws" toegenomen van 145.000 ha tot 180.000 ha. Dat van de wintergerst daalde van 31.600 ha tot 30.300 ha. De rogge bleef met ruim 75.000 ha vrijwel gelijk.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1954 | | pagina 6