Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw
ZITDAGEN ADVIESBUREAU.
VER. VAN JONGE LANDBOUWERS
TE SPRANG—CAPELLE.
DE NIEUWE LANDBOUWLONEN.
CONTRACTEELT.
CENTRALE LANDBOUW ONDERL.
ONDERAFD. NOORD-BRABANT.
PLOEGDEMONSTRATIE TE
DINTELOORD.
2KEUWSCH LANDBOUWBLAD
29
Ter voorlichting en advisering zowel over gebou
wen-, agrarische- en huisraadachade zullen voor
getroffen landbouwers en landarbeiders van de
watersnood, alsmede voor oorlogsgetroffenen in
Noord-Brabant zitdagen worden gehouden op de
navolgende plaatsen en data:
FIJNAABT: op Vrijdag 15 Januari a.s. in Hotel
„Van Baaren", des voormiddags van 9.30 tot
13 uur.
ZEVENBERGEN: op Vrijdag 15 Januari a.s. in
Hotel „Tholenaar", des namiddags van 14 tot
17 uur.
Verder elke Dinsdagvoormiddag op het kantoor
der Prov. Stichting voor de Landbouw te Tilburg,
Spoorlaan 46 en elke Donderdagvoormiddag in Café
Van Dijk te Almkerk.
Het is ter bevordering van een vlotte afwerking
gewenst, dat men op de zitdagen steeds de beschei
den meebrengt over het geval, waarover men advies
of inlichtingen wenst.
De Vereniging van jonge landbouwers te
SprangCapelie e.o. hoopt op Maandag 11 Januari
a.s., des avonds 7 uur in Café „Het Bruggetje" te
VrijhoeveCapelie in samenwerking met de Coöp.
Raiffeisenbank een spreek- en filmavond te houden.'
Gezien het programma belooft dit een leerzame
avond te worden. Ook de leden van de Coöp. Land-
bouwvereniging en verdere belangstellenden zijn
van harte welkom.
Zoals reeds vermeld zijn de in de Stichting voor
de Landbouw samenwerkende organisaties over
eengekomen, om ingevolge de jongste regerings
beslissing de lonen in de land- en tuinbouw als
volgt te verhogen
a. de tijdlonen (weeklonen) worden verhoogd met
5 procent. Dit geldt eveneens voor de vaste
toeslagen (toeslag eerste knecht of voerman;
toeslag voor diploma's of bijzondere deskun
digheid).
b. de uurlonen voor volwaardige mannelijke vak
arbeiders van 23 jaar en ouder worden ver
hoogd met 5 ets per uur. Deze waren voor de
Brabantse Biesbosch 9014 cent en worden nu
vanaf 3 Januari j.l. 9514 cent per uur, voor het
overig gebied waren deze 88 ets en worden nu
93 ets per uur.
c. bij arbeiders, die in een dienstwoning wonen,
mag de werkgever op de loontoeslag in minde
ring brengen een bedrag, gelijk aan de huur
verhoging, die de desbetreffende arbeider zou
moeten betalen, als zijn woning geen dienst
woning was en daarvoor op 31 December 1953
als huur het bedrag gold, dat hem op die datum
voor de dienstwoning in mindering wordt ge
bracht.
Bedraagt bijvoorbeeld voor een arbeider de
loontoeslag 2,50 en de aftrek voor een dienst
woning 3 en ligt de woning in een 5e klas
gemeente (waar de huurverhoging zoals be
kend, 29 bedraagt) dan mag de werkgever
op deze 2,50 een bedrag van 0,87 in minde
ring brengen. In de 4e ,3e, 2e en le klasse be
draagt de huurverhoging respectievelijk 26, 23,
20 en 17
d. de in de C.A.O.'s vastgestelde accoordtarieven
en de op die basis verdiende lonen ondergaan
voorlopig geen wijziging. Ook de toeslagen
voor bijzondere werkzaamheden blijven voor
lopig ongewijzigd.
e. de waarde der aan losse arbeiders te verstrek
ken vacantiebonnen moet vanaf 3 Januari
worden berekend over het verhoogde uurloon.
De waarde van deze bonnen wordt dan als
volgt
Leeftijd per week
21 jaar ƒ3,20
22 jaar 3,40
23 jaar en ouder 3,60
a. Voor arbeiders, met een arbeidstijd van 3200
uren per jaar. die belast zijn met veerverzorgen
en melken:
Leeftijd
17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
per week
ƒ2,10
2.40
2,80
3.-
Brabantse
Overige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
17 jaar
ƒ35,12
ƒ34,13
18 jaar
40,11
38,96
19 jaar
46,10
45,05
20 jaar
49,40
48,67
21 jaar
53,66
52,76
22 jaar
56,23
55,28
23 jaar en ouder
59,27
58,23
b. voor arbeiders met een arbeidstijd van 3100
uren per jaar, die belast zijn met veeverzorgen
en melken en nimmer in accoord werken:
Brabantse
Overige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
17 jaar
ƒ33,71
32,76
18 jaar
38,48
37,38
19 jaar
44,05
43,10
20 jaar
.47,15
46,41
21 jaar
51,29
50,45
22 jaar
53,81
52,92
23 jaar en ouder
56,70
55,78
c. voor bouw- en
paardenknechts
en tractor-
chauffeurs indien zij nimmer in accoord wer
ken:
Brabantse
Óverige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
17 Jaar
34,60
33,23
18 jaar
39,48
38,06
19 jaar
45,20
44,15
20 jaar
48,46
47,36
21 jaar
52,61
51,29
22 jaar
..54,97
53,87
23 jaar cn ouder
57,86
„56,33
d. voor vaste akkerbouwarbeiders, indien zij nim
mer in accoord werken:
Brabantse
Overige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
17 jaar
ƒ30,82
29,19
18 jaar
34,91
33,23
19 jaar
39,69
38,32
20 jaar
42,32
41,16
21 jaar
45,94
44,73
22 jaar
48,30
47,15
23 jaar en ouder
50.72
49,45
voor vaste akkerbouw-arbeiders, indien zij 8-
10 weken per jaar in acoord werken:
Van Mei t/m Nov. en April
Brabantse
Overige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
21 jaar
45,94
ƒ44,73
22 jaar
48,30
47,15
23 jaar en ouder
50,72
49,45
Dee. t/m Maart
21 jaar
ƒ42,79
41,58
22 jaar
45,15
„44,-
23 jaar en ouder
47,57
46,45
f. Voor de overige
vakarbeiders:
Brabantse
Overige
Leeftijd
Biesbosch
gebied
per uur
per uur
17 jaar
0,56
0,53%
18 jaar
0,65
0,61
19 jaar
0,73%
0,70%
20 jaar
0,79%
„0,76%
21 jaar
0,86
„0,83
22 jaar
.0,90%
„0,88
23 jaar en ouder
0,95%
0,93
Gemakshalve laten wij hieronder de gewijzigde
lonen volgen, zoals deze thans gelden voor de voor
naamste groepen. De lonen voor ongeschoolden
laten wij onvermeld. Deze worden eveneens met
5 verhoogd.
De lonen voor de bij de werkgever inwonende
arbeiders moeten op gelijke basis als voor de uit
wonende arbeiders worden verhoogd.
Opgemerkt dient te worden, dat in de hieronder
genoemde lonen niet is begrepen de looncompen-
satie voor de W. en W. wet.
Onderstaande lonen moeten dus daarenboven
voor de losse arbeiders nog worden verhoogd met
4,4 en voor de vaste arbeiders met 1,1
Daarna mag de werkgever het arbeidersdeel van
de premie voor de W. en W. op het loon inhouden.
Telers van contractzaden kunnen hun teeltcon
tracten ter beoordeling opzenden naar het secreta
riaat der N. B. M. L., Stationslaan 4 te Zevenber
gen. Hetzelfde geldt bij het adviseren inzake de
afrekeningen. Uw organisatie kan hierbij gebruik
maken van de deskundige voorlichting van de Con-
tractzaadtelersvereniging. Maak in Uw eigen be
lang gebruik van deze servic^.
Op 26 November 1953 werd te Breda onder voor
zitterschap van de heer Ad. v. d. Hil Pzn., de jaar
lijkse algemene ledenvergadering gehouden van
de Onderafdeling Noord-Brabant van de Centrale
Land- en Tuinbouw Onderlinge, een van de drie
afdelingen van de Bedrijfsvereniging voor het
Agrarisch Bedrijf, die sinds de op 1 Januari 1952
in werking getreden regeling belast zijn met de
uitvoering van de Land- en Tuinbouw Ongevallen
wet in de provincie Noord-Brabant. (Naast de
Centrale Land- en Tuinbouw Onderlinge aan wie
de uitvoering in de Westhoek is opgedragen, zijn
in de provincie Noord-Brabant werkzaam de afde
lingen Nat. Boeren Onderlinge en de Boeren en
Tuindersonderlinge.)
ie- - r— - 1
Als gevolg van de reorganisatie is ook de wijze
van samenstelling van de algemene ledenvergade
ring gewijzigd. In dit lichaam hebben thans zit
ting 16 personen, n.l. één werkgeversvertegen
woordiger en één werknemersvertegenwoordiger
uit iedere in het rayon van de Centrale Land- en
Tuinbouw Onderlinge gelegen Sociale Verzeke-
rings Commissie.
De kosten over 1952 bedroegen 1,38 per 100
herleid loon. Besloten werd conform de voor
lopige afrekening af te rekenen op 1,56 per 100
herleid loon benevens 3 per lid.
Van dit bedrag zal ƒ0,15 in de reservekas wor
den gestort en 0.03 in mindering worden ge
bracht op de kosten over 1953. Het uitgebrachte
verslag en het financieel overzicht werden onge
wijzigd goedgekeurd.
Op deze vergadering gaf de heer Mr J. J. Hage,
lid van de Directie, voorts nog een uiteenzetting
over de organisatie en uitvoering van de sociale
verzekering voor het agrarisch bedrijf in het ver
leden en de nabije toekomst.
Aan het verslag ontlenen wij het volgende:
Hoewel tengevolge van de reorganisatie iets
meer leden aan de Boeren en Tuinders Onderlinge
en Nat. Boeren Onderlinge moesten worden over
gedragen dan van de tot dusverre in Noord-Brabant
werkzame afdelingen overkwamen, steeg het loon
bedrag van toijna 6 tot ruim 8 millioen gulden. Het
aantal leden steeg van 903 tot 922. Deze stijging
werd veroorzaakt door dat bijna 100 leden, die
voor de uitvoering van de wettelijke verzekering
aan andere afdelingen werden overgedragen hun
lidmaatschap voor de vrijwillige verzekering heb
ben gehandhaafd. Het aantal ongevalsaangiften
bedroeg in 1952 687, waarvan 48 gevallen niet als
bedrijfsongeval of daarmede gelijkgesteld letsel in
behandeling konden worden genomen. Voor 1951
waren deze getallen respectievelijk 547 en 32.
In het verslagjaar hadden twee ongevallen plaats
met dodelijke afloop.
Op 13 November j.l. werd te Dinteloord een
ploegdemonstratie gehouden op een perceel bouw
land 40 afslibbaar) gelegen in de Oude
Prinslandse Polder onder Dinteloord, dat zeer wel
willend ter beschikking gesteld werd door de heer
H. van Hoeve.
Het past ons in de allereerste plaats de heer
Van Hoeve dank te zeggen voor deze bereidwillig
heid.
Om een demonstratie te kunnen houden, is het
altijd nodig een geschikt perceel grond ter beschik
king te krijgen. Speciaal voor demonstraties met
ploegen zijn deze moeilijkheden zeer groot. Na af
loop van zo'n demonstratie blijven dan nogal wat
eindvoren over, zeker wanneer met meerdere ploe
gen tegelijk geploegd wordt. Dit bezwaar is in dit
geval opgelost door in het midden van het perceel
te beginnen (op een oude sloot) en het perceel in 2
stukken te scheiden ook weer op een oude sloot.
Zo kon bereikt worden, dat des voormiddags tel
kens 2 rondgaande ploegen tegelijk konden wer
ken, en des namiddags telkens 4 éénzijdige ploegen
tegelijk aan het werk waren.
Daar onder mooi droge omstandigheden kon
worden gewerkt, was deze wijze van werKen geen
bezwaar.
Het perceel was bietenland, waarvan de koppen
dubbel gekapt waren.
Bij deze demonstratie waren zeer duidelijke ver
schillen te zien, zowel wat hoedanigheid van het
werk betreft, als ook het dekken van het blad.
In dit geval kwam vooral het volgende tot uit-
drukking. Bij de rondgaande ploegen was over het
algemeen de dekking maar matig, terwijl dit bij de
éénzijdig werkende ploegen over het algemeen als
vrij goed tot goed was te beschouwen.
De rondgaande ploegen daarentegen konden veel
beter de voorgeschreven ploegdiepte handhaven.
Onder nauwkeurig ploegwerk kan men verstaan
zowel het recht rijden van de voren, als het keren
der ploegsneden, goede aansluiting der ploegsne-
den, dus voldoend gelijke ligging, voldoende ver
kruimeling en goede dekking van aanwezig zijnd
blad e.d.
Het perceel was wel iets ongelijk van zwaarte,
doch dat kon niet van doorslaggevende betekenis
zijn bij het ploegwerk.
Een gedeelte van het perceel was reeds ge
ploegd. De ligging was onregelmatig.
Wanneer men een winter krijgt met weinig
droogte en men gaat dergelijk land in het voorjaar
afslepen, dan sleept men al de aanwezige „mulle"
grond juist in de daar nog aanwezige gaten. Men
krijgt daardoor een zeer onregelmatig zaaibed.
Wanneer dergelijk land dan bestemd is voor
fijne zaden, zoals vlas, blauwmaanzaad, bieten,
uien, enz., verkrijgt men dikwijls, vooral bij een
droog voorjaar, ongelijke opkomst der gewassen.
Aangezien onze winters meestal niet erg koud
en dus niet droog zijn, heeft het dus wel zin om
(Zie verder pag. 31,).
