NOTULEN ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD 27 van de Algemene Vergadering van gehouden op 14 December 1953 OPENING. De Voorzitter opent de vergadering, welke door ongeveer 300 leden en belangstellenden wordt bij gewoond, met een welkomstwoord. In het bijzonder begroet de Voorzitter de Com missaris der Koningin, Jhr. Mr. A. F. C. de Casern- broot. Het verheugt ons zeer U in dit voor Zeeland zo bijzondere jaar weer in ons midden te zien, al dus de Voorzitter. Thans mogen wij constateren, dat het ergste, wat de strijd tegen het water betreft, achter de rug is en het is ons een behoefte U hulde te brengen voor wat U, niet alleen als hoofd der provincie, doch tevens als mens voor Zeeland hebt gedaan. Hierna richt de Voorzitter zich tot de heer Ir. Huisman, Voorzitter van het Hoofdbedrijfschap voor Akkerbouwproducten, die op deze vergade ring een inleiding zal houden. Spr. zegt het op hoge prijs te stellen, dat de heer Huisman het zo be langrijke vraagstuk van het handhaven der voer- graanprijzen en de belangen der veehouderij zal behandelen. Vervolgens spreekt de Voorzitter een hartelijk welkom tot de heer Philipse van het college van G. S. Vrijwel nooit ontbreekt U op onze vergade ringen, aldus spr. en wij waarderen Uw aanwezig heid, ten zeerste. Tevens spreekt de Voorzitter woorden van wel kom tot de heer J. H. Roose, wethouder van Goes. Het verheugt ons, dat het gemeentebestuur een open oog heeft voor de agrarische belangen. Tenslotte verwelkomt de Voorzitter de advise rende leden, consulenten en andere autoriteiten, alsmede vertegenwoordigers van ruim 40 afdelin gen. Hierna houdt de Voorzitter zijn openingsrede, op genomen in het nummer van 24 Dec. 1953. NOTULEN. De notulen van de vergadering van 22 Juni 1953 worden ongewijzigd goedgekeurd en vastgesteld. MEDEDELINGEN. De Voorzitter deelt de vergadering mede, dat de Directeur-Generaal van de Landbouw, de heer Ir. A. W. v. d. Plassche, waarschijnlijk nog dit jaar de Provinciale Voorlichtingsraad na Limburg de tweede in Nederland zal installeren. Deze raad waarin de Voorlichtingsdienst en het georga niseerde bedrijfsleven zijn vertegenwoordigd zijn, heeft tot taak de voorlichting te besturen. Naast vertegenwoordigers van de Voorlichtingsdienst zullen er twee van de Z. L. M., één van de andere standsorganisaties en één landarbeider in wor den opgenomen. De Voorzitter deelt vervolgens mede, dat de plannen om in Zeeuws-Vlaanderen tot een voor beeldbedrijf te komen, wellicht in de nabije toe komst verwezenlijkt zullen kunnen worden. Na Bruinisse, Wilhelminadorp en Walcheren zal dan ook Zeeuws-Vlaanderen een dergelijk bedrijf be zitten. De Voorzitter hoopt dat, waar in vrijwel alle andere provincies subsidie hiervoor is verstrekt, dit ook door het Provinciaal Bestuur van Zeeland zal worden nagevolgd. Voorts brengt spr. ter kennis dat blijkens de be richten in de dagbladen de P. B. O. waarschijnlijk in Maart definitief zijn beslag zal krijgen. We mo gen hopen, dat met de P. B. O. niet dezelfde weg zal worden bewandeld als met de Landbouwcrisis Organisaties in de dertiger jaren. De Voorzitter deelt vervolgens mede, dat het ledental der Z. L. M. gestadig toeneemt en dat de 5600 leden reeds dicht wordt benaderd. Dit is zeer verheugend, vooral ook- omdat een hernieuwde ledenwerfactie nog maar pas is begonnen. De stij ging in het ledental heeft tot gevolg dat enkele kringen binnenkort een nieuw hoofdbestuurslid kunnen benoemen. Uitvoerig staat de Voorzitter stil bij de vele hulp en de grote geschenken, die de getroffen bevolking uit binnen, en buitenland heeft mogen ontvangen. Niet alleen in materiële zin is dit belangrijk, doch ook moreel heeft dit een grote steun gegeven. De sympathie en het medeleven geeft blijk van naastenliefde in de wereld. Doch dit moge ons tevens doen beseffen, dat we niet alleen met ons zelf bezig mogen zijn, doch ook open moeten staan voor de noden van anderen. Op verzoek van de Voorzitter doet de Secretaris nog enige mededelingen over de geschenkzendin gen aan werktuigen uit het buitenland. In totaal blijkt ongeveer dat voor 5.000.000,aan de ramp gebieden is geschonken, het merendeel afkomstig uit Canada, Zweden en Denemarken. Op 23 Dec. zal weer een zending werktuigen uit Canada aan komen, waaronder 250 trekkers van diverse merken. Circa 140 stuks hiervan zijn voor Zeeland be stemd. Tevens zijn ruim 12.000 gereedschapspak ketten aan de getroffenen toegezegd. Toewijzing en verdeling geschiedt onder auspi ciën van het Ned. Roode Kruis. BEGROTING. Tn 3ljn toelichting op de begroting voor 1954 de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij, te 13,30 uur, in zaal Krijger te Goes. wijst de Voorzitter op de moeilijkheden, waarmede de Z. L. M., mede door de ramp, heeft te kampen. Enerzijds was de ramp oorzaak dat de Z. L. M. circa deel van haar contributie moest derven, anderzijds bracht zij ook veel extra werk mede. Door de financiële hulp der zusterorganisaties, waarvan ook nog in 1954 een bijdrage kan worden verwacht, konden de tekorten worden opgevangen. Voorts deelt spr. mede, dat de uitgaven, o.a. defrayement van de Voorzitter, de 5 salarisver hoging etc. wel gestegen zijn. Niettemin kan de contributie ongewijzigd blijven. Daar niemand verdere toelichting over de- be groting wenst en geen stemming wordt verlangd, wordt deze ongewijzigd goedgekeurd. De contributie voor 1954 wordt eveneens onge wijzigd en wel als volgt goedgekeurd: Vaste contributie voor leden met grond in gebruik en/of bezit ƒ5, Per ha grond in gebruik 1,10 Per ha grond in bezit 0,10 Vaste contributie voor leden zonder grond 7,50 De Voorzitter dankt de vergadering voor het vertrouwen en hoopt dat de Z. L. M. met de steun van haar leden weer een goed jaar tegemoet moge «gaan. TOESPRAAK COMMISSARIS DER KONINGIN. De Commissaris der Koningin dankt de Voorzit ter mede namens het Provinciaal Bestuur voor diens welkomstwoorden en de hulde aan het adres van het Bestuur gebracht. De Commissaris maakte met grote waardering gewag van al hetgeen door de Z. L. M. voor de ge troffenen is gedaan en nog wordt verricht. Wat de na-schade aan gebouwen betreft, meent de Commissaris een regeling met gunstige perspec tieven te mogen tegemoet zien. Het jaar 1953 is voor Zeeland wel een bijzonder jaar geweest. Ofschoon het water nu weer is teruggedreven, verwacht spr., dat voor het Pro vinciaal Bestuur de grote taak nog moet beginnen. Evenals de Voorzitter waarschuwt de Commis saris tegen slaafse opvolging van systemen en het perfectionisme in alle takken van het leven. Het gevaar van perfectionisme en de systema tische bestudering van alles, houdt o.a. ook het gevaar in zich bij de herbouw van te kleine'dorps kernen op Schouwen. Hoe nuttig een dergelijk streven ook mag zijn, men dient zich tevens ter dege te verdiepen in de problemen van hen die er moeten wonen. De Commissaris spreekt de hoop uit, dat met Gods hulp gewerkt kan worden voor een doeltref fende en gezonde opbouw in onze provincie. De Voorzitter dankt de Commissaris in hartelijke bewoordingen voor diens mededelingen. TELEGRAM VERGOEDINGSNORMEN WERKTUIGEN. Staande de vergadering wordt besloten aan de Directie van Landbouwherstel een telegram te zen den waarin de ongerustheid wordt uitgesproken over de normen voor de vergoeding van verloren gegane werktuigen. TOESPRAAK WETHOUDER ROOSE. De heer Roose dankt de Voorzitter voor de woor den aan het adres van het gemeentebestuur. Spr. zegt getroffen te zijn door de wijze waarop deze vergadering wordt geleid en de Vorming die aan de leden wordt gegeven. Het grote vertrou wen dat de leden in de Z. L. M. stellen, blijkt wel uit het feit, dat de begroting zonder op- of aanmer kingen is aangenomen. De heer Roose ziet ook in de totstandkoming van de P. B. O. een bewijs van grote activiteit der landbouworganisaties, waaronder de Z. L. M. wel met ere mag worden vernoemd. Goes rekent het tot een voorrecht de Z. L. M. binnen haar muren te hebben, al draagt zij wel bij dat de huisvestingproblemen eerder groter dan minder worden. Spr. hoopt, dat het prettige contact met de Z. L. M. ook in 1954 zal bestendigd worden en zegt gaarne de steun en de hulp van het gemeente bestuur toe. De Voorzitter dankt de heer Roose voor diens sympathieke woorden en zegt wederkerig mede werking toe. RONDVRAAG. De heer De Nood vraagt naar de vereenvoudi ging van de loonadministratie. De Voorzitter verwijst naar zijn openingsrede en zégt dat het K.N.L.C. reeds jaren streeft naar een vereenvoudiging, doch daarbij helaas onvoldoende medewerking krijgt van de andere standsorgani saties. Wel zijn door de Minister van Sociale Zaken enkele wetswijzigingen ingediend, waardoor de sociale wetten beter op elkaar zullen aansluiten. De hoor Corrë vraagt hoe hot mot de uitbetaling staat van de tijdens de rampdagen aan het S.I.V.A. geleverde aardappelen. De heer Noteboom antwoordt, dat bij de regi stratie ook de S.I.V.A. aardappelen moeten worden opgegeven, waarna deze zaak door de Rijksdienst voor Landbouwherstel wordt berekend. De heer Corré heeft geconstateerd, dat de aan koopprijs van gronden voor de bouw van scholen in de diverse plaatsen zeer verschillend is. De Voorzitter wijst er op, dat de ene gemeente soms zeer billijk is met de grondprijs, terwijl een andere gemeente daarentegen zeer duur is. De moeilijkheid is nu, dat men de scholen niet in iedere willekeurige gemeente kan plaatsen, van daar ook deze grote prijsverschillen. Door het Secretariaat wordt in deze steeds met de grootste voorzichtigheid gewerkt. De heer De Rtyke vraagt welke verwachtingen men heeft van de in te stellen P. B. O. De Voorzitter antwoordt, dat de P. B. O., vooral op het sociale terrein, verstrekkende bevoegdheden zal krijgen. Verder zal de P.B.O. wellicht nuttige verordeningen tot stand kunnen brengen. Het zal er op aankomen gezamenlijk iets goeds van de P.B.O. te maken. Indien we niet samenwerken komt er ook niets terecht van een P. B. O., aldus spreker. De heer Fükweert vraagt of de zgn. werkers in de N.O.P. ook voor een bedrijf aldaar in aanmer king zullen komen. De Voorzitter antwoordt, dat in verband met herverkavelingswerkzaamheden in Zeeland gron den in de N.O.P. beschikbaar worden gehouden voor boeren uit de herverkavelingsgebieden. Hier door is de uitgifte van bedrijven in de N.O.P. aan de werkers wat in het gedrang gekomen. Dit punt heeft echter de volle aandacht van de autoriteiten en spreker verwacht in deze een gunstige oplos sing. De heer De Nood is voorstander van vrijwillige enting tegen mond- en klauwzéer, doch maakt be zwaren tegen verplichte enting. De Voorzitter wijst er op, dat een gezonde rund veestapel ook van enorme betekenis is voor de export van onze landbouwproducten. Met enkele voorbeelden toont spreker aan, dat men in omliggende landen geen landbouwproduc ten binnenlaat uit gebieden waar b.v. mond- en klauwzeer heerst. Hieruit valt te concluderen, dat we alles op alles moeten zetten, niet alleen om vrij te komen maar ook om vrij te blijven. Dat hiervoor wel eens min der prettige maatregelen genomen moeten worden, laat zich verstaan. De heer Boone maakt in dit verband bezwaar tegen de vergoeding van 70 voor zieke dieren die afgeslacht moeten worden. De vergoeding van 90 voor gezonde dieren is eveneens te laag; dit zou z.i. minstens 110 120 moeten zijn. De Voorzitter heeft zich laten vertellen, dat de vergoeding voor zieke dieren geen 70, doch 90 is en voor gezonde dieren 100 hetgeen door de heer Cappon bevestigd wordt. De Voorzitter is het overigens met de heer Boone eens, dat de vergoeding van 100 voor ge zonde dieren te laag is, omdat vervanging van de veestapel altijd verliezen met zich zal brengen. Op het eind van de vergadering moet de Voor zitter zijn mededeling inzake vergoeding van zieke dieren corrigeren, omdat uit intussen verkregen inlichtingen is gebleken, dat inderdaad slechts 70 inplaats van 90 wordt vergoed. Spreker zegt toe dit punt in de eerstvolgende D. B. vergadering te zullen bespreken. REDE Ir. HUISMAN. Hierop houdt Ir Huisman zijn rede, opgenomen in het nummer van 2 Jan. 1954. Discussie rede Ir. Huisman. De Voorzitter brengt de heer Huisman hartelijk dank voor diens zeer duidelijke en hoogst belang rijke inleiding, welke, getuige de aandacht waar mede de vergadering ze heeft gevolgd, veel indruk heeft gemaakt. Spr. geeft hierna de aanwezigen de gelegenheid tot het stellen van vragen. De heer Geluk zegt, dat hij de heer Huisman niet heeft horen spreken over de maïsteelt, welke toch de laatste jaren door de Overheid is gestimu leerd. Kan dit mogelijk een vervangingsgewas worden voor de rogge. De heer Meyers vraagt of het geen aanbeveling verdient om meer producten te gaan verbouwen, welke nog wel geëxporteerd kunnen worden, ge zien de Amerikaanse voorraden, die als een voort durende dreiging boven de wereldmarkt blijft han gen. De Voorzitter kan ten aanzien van bepaalde pas sages in de Memorie van Antwoord aan de Kamer een zeker gevoel van onbehagen niet onderdruk ken, vooral ten opzichte van de verschuivingen in het bouwplan. Iedere verschuiving heeft z.i. zijn consequenties. De heer Huisman zegt in zijn antwoord tot de heer Geluk, dat hij in zijn inleiding, die slechts een overzicht in grote lijnen kon zijn, niet de bedoeling heeft gehad de maïs uit te schakelen. Zeer zeker is de maïs een product, dat bij prijsdalingen ook voor heffing in aanmerking zou mogen komen. Tot de heer Meijers zegt de heer Hulsman, dat het zijn bedoeling is geweest met zijn inleiding juist aan te tonen, dat uitbreiding van de teelt van bepaalde producten voor export geen oplossing kan bieden, daar de gehele export volkomen kunet*

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1954 | | pagina 11