I Uit de
Herverkavelingsgebieden
EMIGRATIE
De menselijke zijde van de herverkaveling
Uitgifte bedrijven N. O. P.
Aangebrachte verbeteringen
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
RADIO-REDE GEHOUDEN DOOR Mr J. F. G. SCHLINGEMANN
Wie in de Landbouw over ruilverkaveling en
herverkaveling spreekt, denkt onmiddellijk aan het
rechttrekken van kromme wegen en watergangen,
aan mooie rechthoekige kavels, aan egaliseren en
draineren. Kortom aan het verbeteren en liefst
vervolmaken van een landbouwgebied tot meerdere
welvaart van zijn gebruikers. De technici zullen U
vertellen hoe de bedrijfsvoering vergemakkelijkt
wordt, de afstanden verkleind en de ontwatering
verbeterd. De economen zullen U voorrekenen
welke opbrengstvermeerdering, en dus inkomsten
vermeerdering, uit een ruilverkaveling voortvloeit,
welke arbeidsbesparing en materiaalbesparing.
Maar hoe staat het met de zielkundige, dus de
menselijke kant van een dergelijke ingrijpende
operatie
Een van de typische verschillen tussen een ruil
verkaveling en een herverkaveling is, dat een ruil
verkaveling op basis van vrijwilligheid tot stand
komt, terwijl een herverkaveling in zekere zin van
boven wordt opgelegd. Bovendien veel dieper in
grijpt in bestaande verhoudingen, doordat een aan
tal boeren uit het te herverkavelen gebied weg
trekt naar nieuwe polders en de bedrijfjes van een
aantal kleine boeren gesaneerd worden tot grotere,
rendabele eenheden.
Juist dit alles maakt, dat aandacht moet worden
besteed aan de menselijke kant van de herverka
veling.
De ramp van 1 Februari jongstleden heeft grote
gebieden van de vruchtbare provincie Zeeland ern
stig gehavend achtergelaten. Het was begrijpelijk,
dat diegenen, die verantwoordelijk waren voor het
herstel en de wederopbouw, zich onmiddellijk heb
ben afgevraagd of nu het ogenblik niet was ge
komen om dit herstel zodanig te doen plaats vin
den, dat een beter technisch en economisch gebied
zou ontstaan. Een gebied, waar het straks voor
de kinderen van de huidige generatie beter boeren
zou zijn dan dat het voorheen was, met een grotere
kans op het zich verschaffen van welvaart dus.
Nu men toch millioenen moest gaan besteden, kon
den deze immers beter ineens goed worden besteed.
En men had het voorbeeld van Walcheren. De
vroegere tuin van Zeeland, door de oorlogshande
lingen van 1944 in een woestenij veranderd, is
reeds bijna herschapen in een moderne landbouw
streek. Rechte, brede wegen voeren U door het
Walcherse polderland, waar eens de nauwe, kron
kelige weggetjes de dorpen verbonden. Een nieuwe
kavelindeling en vele geëgaliseerde stukken heb
ben het aantal kavels enorm verkleind en daardoor
de bedrijfsvoering vergemakkelijkt. Meer dan hon
derd Walcherse boeren kregen een bedrijf in de
Noord-Oost-Polder, alwaar het hun goed gaat. Een
aantal te kleine bedrijfjes werden gesaneerd tol
10 ha. Walcheren is uit technisch en economisch
oogpunt een les geweest, een les, die, goed geleerd,
meerdere toepassing verdient.
Maar Walcheren is ook een les voor die andere
kant van de herverkaveling, die kant, die ik al
reeds aanduidde als de menselijke kant. Want er
is diep ingegrepen in het leven van de individuele
beer. Ingegrepen in tal van dingen, die hem dier
baar waren, waaraan hij gewend was, waarmee hij
vertrouwd was. Ingegrepen in eigendom en bezit,
in de verhouding van eigenaar en pachter, in fami
lieverhouding en burentradities. Van sommigen
zijn de verwachtingen onvervuld gebleven, anderen
zijn verheven boven wat zij waren.
Wie dit hoort zal misschien denken, dat ik nu
overdrijf, maar diegenen, die het herkavelingswerk
hebben leren kennen, zullen het begrijpen. Het zou
natuurlijk veel te ver voeren om met voorbeelden
de juistheid van het gestelde aan te tonen, maar
het gaat er slechts om er op te wijzen, dat de men
selijke kant van de herkaveling aanwezig is.
Die menselijke kant komt tot uiting bij de uit
voering. Het zijn niet de komende geslachten, het
is het thans levende boerengeslacht, dat met deze
kant te maken krijgt. In het geteisterde Zeeland
vallen opnieuw 35.000 ha onder de Herverkave-
lingswet Walcheren. Op Tholen, in de Zak van
Zuid-Beveland en de Polderwaarde gaan de werk
zaamheden eerstdaags beginnen. Op Schouwen en
Duiveland zodra ook de laatste polder, de Vier
bannen, van de open zee is afgesloten en het water
weggepompt.
Het zullen vooral de leden van de reeds inge
stelde agrarische commissies zijn, die straks ook
met die menselijke kant te maken krijgen. Het is
het moeilijkste deel van hun verantwoordelijke
taak. Daarnaast zullen het de maatschappelijke
organisaties moeten zijn, die op dit terrein veel
werk kunnen verzetten voor hun leden. Walcheren
heeft geleerd, dat ook hieraan nog heel wat te
verbeteren valt.
Het is in dit opzicht verheugend, dat ook de
Overheid aanvoelt, dat hier een taak ligt. Ik denk
in dit verband aan een passage uit de rede die de
Directeur van de Rijksdienst voor Landbouwher-
stel onlangs hield op het Landhuishoudkundig Con
gres en waarin hij erop wees, dat er een voorzorg
nodig is voor velen in het herkavelingsgebied. Voor
hen bijv., die naar elders gaan vertrekken en voor
hen die gesaneerd worden. Hier ligt zeker een taak,
die bijv. kan worden uitgevoerd door het geven
van cursussen, demonstratie-middagen, discussie
bijeenkomsten, kortom door het gebruiken van alle
moderne voorlichtingsmethoden. Wanneer daar
naast de standsorganisaties en in Zeeland zal bv.
de Zeeuwse Landbouw Mij. zich hieraan wijden
en de leden van de agrarische commissies indivi
dueel helpen waar zij kunnen, dan zal hopenlijk het
grote werk, dat in Zeeland aanvangt, zonder al te
veel menselijke pijn verlopen.
Want dat er pijn geleden zal worden staat wel
vast. Juist het verschil tussen ruil- en herverka
veling speelt hier een rol. In een gebied, waar een
ruilverkaveling wordt aangevraagd, zijn de eigena
ren en de gebruikers als het ware rijp voor de
komende verbetering. Met meerderheid van stem
men wordt het immers besloten.
In de herverkavelingsgebieden ligt dit geheel
anders. Op Tholen bijv. waren er tot vóór de ramp
verschillende streken, waar een verkaveling een
grote verbetering was geweest, maar waar men
er nog niet van horen wilde. Thans komt het over
de mensen, die niet alleen aan de gedachte moeten
gaan wennen, maar straks ook in staat moeten
zijn om van de voordelen te profiteren. En daar een
groot deel der mensen conservatief van aard is,
graag houden wil wat zij hebben en huiverig staan
tegenover het onbekende dit is heus niet alleen
in de boerenwereld het geval - moet men rekening
houden met een zich moeilijk neerleggen bij het
onvermijdelijke, met innerlijke strijd, met mense
lijke pijn.
Het is absoluut noodzakelijk, dat Nederlandse
boeren, die naar Canada willen emigreren zich zo
vlug mogelijk aanmelden. Want het is van het
grootste belang dat deze boeren aankomen op het
tijdstip waarop zij in Canada het meest gevraagd
worden. De Canadese boer wacht als regel met het
aanvragen van een emigrant, tot het laatste mo
ment, dat wil dus zeggen, tot het moment waarop
de voorjaarswerkzaamheden beginnen. Nu is het
tijdstip waarop de voorjaarswerkzaamheden begin
nen niet over geheel Canada hetzelfde. Dit is af
hankelijk van het gedeelte van het land. In het
Oosten van Canada, dus Ontario in het algemeen,
is dit gemiddeld genomen de maand April en voor
het Westen gemiddeld de maand Mei.
Het klimaat in Canaa heeft in zoverre invloed
op de landbouw, dat er in het algemeen met de
werkzaamheden wat later wordt begonnen dan in
Nederland. Wij zien echter dat men in het Oosten,
waar ook meer gemengde bedrijven voorkomen in
het algemeen zich in April al klaarmaakt, terwijl
in het Westen de werkzaamheden hoofdzakelijk
pas in Mei beginnen. Ten gevolge van de grotere
warmte en de korte groeiperiode zijn de granen,
waar het dan hoofdzakelijk om gaat meestal in
September of October weer geoogst, zodat de werk
zaamheden dan weer practisch afgelopen zijn.
In de winter is er dus geen werk op de Canadese
bedrijven, en dit verklaart ook, waarom de Cana
dese boer de Nederlandse emigrant zo vroeg moge
lijk in het jaar wil hebben. Speciaal geldt dit in
het Westen. Op de veehouderijbedrijven en de ge
mengde bedrijven is het hele jaar door natuurlijk
werk, maar in het Westen is het dus zo, dat de
Canadese boer zich alleen wil verbinden om een
arbeider voor een jaar te nemen wanneer hij deze
man bij het begin van de werkzaamheden kan krij
gen. Dus in het voorjaar! Anders zou dus de pro
ductieve periode over het hele jaar gezien veel te
kort zijn. Men kan zich daarom gemakkelijk voor
stellen, dat de Canadese boer geen interesse heeft
in een man die pas in September/October aan
komt.
Ik ben nu ongeveer 2 jaar in Canada geweest,
en afgaande op mijn algemene indrukken van de
positie waarin de Nederlandse boer zich in Canada
Deze pijn zoveel mogelijk te voorkomen en te
verzachten zal de moeilijke doch schone taak zijn
van hen, die in Zeeland op agrarisch gebied verant
woordelijke posten bekleden. Hun beloning ligt pas
in de verdere toekomst.
o
Op Dinsdag 27 October j.l. hebben 64 gegadigden
voor een bedrijf in de N.O.P. met hun echtgenote
of volwassen zoon, uitgenodigd door de Directie
der Noord-Oostpolder en hiertoe in staat gesteld
door de Herverkavelingscommissie Zeeland, een
bezoek gebracht aan de N.O.P. alwaar zij werden
ingelicht over verpachting en gelegenheid gegeven
werd bedrijven te bezichtigen.
Meermalen hoort men de vrees uiten, dat na de
herverkaveling een bepaald eigenaar een perceel
grond toegewezen zal krijgen in een andere polder
of waterschap dan waarin hij nu is gelegen, en deze
polder misschien aanmerkelijk hogere lasten zal
heffen.
Echter is in de wet in art. 12 geregeld, dat de
Herverkavelingscommissie de geldelijke gevolgen
hiervan kan regelen, zodanig, dat voor de nieuwe
eigenaars hieruit geen nadelige gevolgen voort
vloeien.
Voorts behoeven noch eigenaar, noch pachter
bevreesd te zijn voor de verzorging van hun lande
rijen.
Met name b.v. een bekalking kan men indien
nodig rustig toepassen, daar hiermede bij de schat
ting of toedeling rekening zal worden gehouden.
De Herverkavelingscommissie kan n.l. voor een
aangebrachte bijzondere bemesting op grondver
betering een vergoeding toekennen voor de niet
geheel genoten baten, welke normaal hieruit kon
den voortvloeien.
Zulks ten bate van de aanbrenger van de ver
betering en ten laste van de eventuele nieuwe ge
bruiker.
De mogelijkheid dat men wel het oude perceel
terug krijgt blijft inmiddels ook aanwezig. Natuur
lijk is het wel noodzakelijk de betreffende rekenin
gen te bewaren om deze zo nodig te kunnen over
leggen.
Enigszins anders ligt dit wel voor het plaatsen
van schuurtjes, opslagloodsen en dergelijke, die
misschien op het nieuw ontstane perceel en voor
een nieuwe gebruiker volkomen ondoelmatig zijn,
en mogelijk zelfs zullen worden verwijderd. Waar
bij men dan het risico loopt niet volledig te worden
vergoed.
bevindt, mag ik zeggen dat de Nederlandse emigra
tie naar Canada, dus ook voor de niet-boeren, ge
slaagd mag heten. De bóeren-emigrant maakt het
er in het algemeen goed. Er zijn mij maar weinig
gevallen bekend van emigranten die op den duur
toch wel weer voor goed naar Nederland zouden
terug willen.
Er liggen in Canada nog vele uitstekende kan
sen. Het zou dan ook erg jammer zijn, wanneer
deze kansen verloren zouden gaan doordat men
zich te laat aanmeldt!
Emigranten die van plan zijn om in 1954 naar
Canada te vertrekken zij er daarom met de meeste
nadruk op gewezen, dat zij zich zo spoedig moge
lijk ik zou willen zeggen in elk geval vóór 1
December van dit jaar nog aanmelden.
CURSUS VOOR EMIGRANTEN.
In samenwerking met de Algemene Emigratie
Centrale, door de Volkshogeschool te Bergen
(N.-H.), zal van 23 t/m 26 November a.s. een cur
sus voor emigranten worden georganiseerd met
als doel de voorbereiding van de candidaat-emi-
grant hiermede ter hand te nemen.
De kosten bedragen voor voeding en huisvesting
etc. 5,— per persoon per dag en in totaal 16,—
per persoon voor de gehele cursus.
Serieuze candidaat-emigranten, die bij emigratie
niet in staat zijn de overtochlskosten naar het
emigratieland uit eigen middelen te voldoen dus
onvermogende candidaat-emigranten en hier
voor op Overheidssubsidie zijn aangewezen, zullen,
na invulling en ondertekening van een formulier
in 3-voud, in de gelegenheid worden gesteld om
een reductie in de cursuskosten van 90 aan te
vragen.
Een eventuële reductie in de reiskosten en een
restitutie van loonverlet vormt nog een punt van
bespreking in een commissie van het Emigratie-
bestuur. Zodra hierover zekerheid verkregen zal
zijn, zal dit ten spoedigste worden medegedeeld.
Gegadigden voor het volgen van deze cursus
voor emigranten kunnen zich hiervoor rechtstreeks
opgeven bij de Directeur van de Volkshogeschool
te Bergen.
Burgemeester J. Heersink Steenderenover kansen voor boeren in Canada