De RijkslaiHlboiiwwiiiterschool te Does bestaat DO jaar ZEEUW SCH LANDBOUWBLAD OP 30 October a.s. zal het 60 jaar ge leden zijn dat de Rijkslandbouw- winterschool te Goes werd ge sticht: de eerste school in Zeeland voor middelbaar landbouwonderwijs. De lessen werden gegeven in het ge bouw aan de Singelstraat, waarin voor dien de Bank van Lening was geves tigd (zie foto)in welk pand thans de P.Z.E.M. is gehuisvest. De landbouw maakte in de jaren 18801895 een ernstige crisis door. Eén der conclusies van de toenmalige Staatscommissie voor de Landbouw (1886) was de volgende: Een belangrijk middel om deze crisis zoo goed mogelijk het hoofd te bieden is dat de land bouwer ontwikkeld worde, dat hij zich leere aanpassen aan de veranderde toestanden, dat hem die wetenschappelijke vakkennis worde bijgebracht, die hij zoo noodig heeft voor de rationeele uitoefening van zijn bedrijf". M.a.vv. de genoemde commissie wilde landbouw onderwijs, opdat de landbouw sterker zou staan in de toen zo zware strijd om het bestaan. Voor de totstandkoming van de school hebben krachtig geijverd de heren F. B. Löhnis, inspecteur van het middelbaar onderwijs belast met het toe zicht op de landbouwscholen, en I. G. J. Kakebeeke, secretaris der Z. L. M., die 1 Maart 1893 werd be noemd tot Rijkslandbouwleraar voor Zeeland en bij de 'oprichting werd belast met het directoraat der school. De school werd begonnen met 18 leerlingen. De eerste jaren van het bestaan der school waren 1910—1925. moeilijk. De landbouwers waren nog niet over tuigd van het grote nut van goed landbouwonder wijs. Van 1893 tot 1908 kwam het aantal leerlingen dan ook slechts één jaar boven de twintig. In de oorlogsjaren 1917 en 1918 steeg het aantal tot 46 resp. 56, doch door de slechte conjunctuur in de jaren na de eerste wereldoorlog liep het aan tal leerlingen weer belangrijk terug, om weer aan zienlijk te stijgen in de jaren 19401945. Deze grote stijging was mede een gevolg van de omstandigheid, dat men in het bezoeken van de school een mogelijkheid zag om gevrijwaard te worden van uitzending naar Duitsland. Het is ongetwijfeld de grote verdienste van de toenmalige Directeur Ir. C. J. Droogendijk geweest, die, tezamen met de adm. ambtenaar P. J. A. Doot- jes, door hun krachtige hulp ertoe hebben bij gedragen, dat vele jonge boeren voor een uitzen ding naar Duitsland zijn gespaard gebleven. Er werd n.l. een regeling getroffen, dat degenen, die voor uitzending in aanmerking kwamen, voor rang verkregen voor het volgen van de lessen aan de school boven anderen, die dit lot niet boven het hoofd hing. 1893—1913. Mede door de oprichting van andere landbouw- winterscholen in Zeeland, liep in latere jaren het getal leerlingen weer terug, doch heeft zich de de laatste jaren gehandhaafd op 7080 leerlingen per jaar, waardoor toch steeds 2 goed bezette paral lelklassen kunnen worden gevormd. Toen in 1916 de heer Kakebeeke werd geroepen tot het hoge ambt van Inspecteur van de Land bouw, werd hij als Directeur opgevolgd door de heer Ir. C. G. P. Stevens, die zich ondanks zijn drukke werkzaamheden als Rijkslandbouwconsu- lent zeer heeft beijverd om de school bij de Zeeuw se boeren meer bekendheid te geven. In 1934 werd de heer Stevens benoemd tot In specteur van de Landbouw en vertrok naar 's-Gra- venhage. In diens plaats werd als Directeur be noemd de heer Ir. C. J. Droogendijk, die eveneens de belangen van het landbouwonderwijs in Zeeland krachtig heeft gediend. Tijdens zijn directoraat brak de tweede wereld oorlog uit, waarmede tevens een moeilijke tijd voor het landbouwonderwijs aanbrak. Het schoolgebouw moest enige jaren worden ontruimd, zodat elders onderdak werd gezocht en gevonden in school A, het pakstation en de fruit- opslagplaats van de veiling. Waardoor het onderwijs dus voortgang kon vinden, doch wat uiteraard met- grote moeilijkheden gepaard ging, daar de schoollokalen op ver schillende plaatsen in en bui ten de stad waren onderge bracht. Tijdens het bestaan der school is de huisvesting ech ter belangrijk verbeterd. Aanvankelijk begonnen in de Singelstraat bleek dit ge bouw niet aan de eisen voor goed onderwijs te voldoen, zodat het een belang rijke verbetering kon worden genoemd, dat in Sep tember 1913, met krachtige medewerking van het bestuur der gemeente Goes, het gebouw aan het Ravelijn (zie foto) zou worden betrokken. In 1925 werd er een motor lokaal bijgebouwd (zie foto), terwijl in 1939 het gebouw werd vergroot (zie foto), waardoor het aantal lesloka len kon worden uitgebreid. In het gebouw aan het Ra velijn zijn thans eveneens ge vestigd de Rijkstuinbouwvoor- lichtingsdiènst voor Zeeland en Westelijk Noord-Brabant, alsmede het Rijksconsulent schap voor Grond- en Pacht zaken. Wanneer men het leerplan der school van 1893 legt naast dat van 1953 blijkt dat on danks het feit, dat het karak ter van het onderwijs niet is veranderd, toch het aantal leervakken aanmerkelijk is uitgebreid; waardoor tevens tot uiting komt dat de school met zijn tijd is meegegaan. Wel blijkt hoe langer hoe meer behoefte te bestaan aan een uitbrei ding van het leerplan, 't Zij dat de 2-jarige leergang zal worden veranderd in een 3-jarige, 't zij dat op andere wijze een oplossing zal worden gevonden om de meerdere leerstof op de juiste wijze •~T - j te verwerken. - - In de jaren van zijn bestaan hebben vele leerkrachten der school hun beste krachten gegeven aan dit onderwijs: een respectabele lijst zou kunnen wor den samengesteld van alle leraren, die aan de school hebben les gegeven. Zonder aan de toenmalige tijdelijke leerkrachten te kort te doen, mogen van het vaste personeel, dat niet meer in actieve dienst en thans nog in leven is, met ere worden genoemd de heren Hofstra en Mcsu, die gedurende tal van jaren hun beste krachten aan de school hebben gegeven, terwijl tevens niet onvermeld mag blijven de naam van de heer Dootjes, die op 1 Mei 1952 de school met pensioen verliet en jaren lang de administratie van de school heeft gevoerd. Ook de verschillende commissies van Toezicht hebben steeds een open oog gehad voor de bèlan- gen van het onderwijs aan de school, iets wat hier zeker dient te worden gememoreerd. Naast de directe werkzaamheden voor de oplei ding van jonge boeren heeft de school tevens zijn bemoeiingen met het toezicht op het lager land bouwonderwijs (lagere landbouwscholen eïheursus- sen) en de verdere ontwikkeling van de leerkrach ten bij dit onderwijs. Voorts worden geregeld cursussen voor oud-leer lingen gegeven, terwijl regelmatig een opleidings cursus voor leerkrachten bij het lager landbouw onderwijs wordt georganiseerd. De school te Goes heeft in de jaren van zijn be staan vele ups en downs gekend. Vooral de jubi leumjaren waren vaak jaren van beroering. Het 25-jarig bestaan (191S) der school kon niet feestelijk worden herdracht, doordat zulks samen viel met de eerste wereldoorlog, het 50-jarig be staan kon eveneens niet worden gevierd, doordat dit viel in de jaren der bezetting (1943), terwijl het 60-jarig bestaan in dit jaar niet feestelijk zal worden herdacht in verband met de stormramp welke Zeeland in Februari 1953 heeft getroffen. Niettemin heeft de Commissie van Toezicht ge meend dat deze dag niet onopgemerkt mag voorbij gaan, zodat op Vrijdag 30 October a.s. een Ontwik kelingsdag zal worden gehouden, waarop talrijke oud-leerlingen worden verwacht. Vele oud-leerlyigen der school staan aan het hoofd van een landbouwbedrijf of bekleden een be trekking in Overheidsdienst of in particuliere be drijven in binnen- of buitenland. - Moge de Rijkslandbouwwinterschool tot in leng te van dagen zich mogen wijden aan de aan haar gestelde taak: de opleiding van de jonge boeren in Zeeland. 19251939.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 8