DE FOKVEEDAG TE OOSTBURG
VOORDE
Plattelandsvrouw
korte Berichten
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
(Slot.)
Door de fabricage van een aantal nieuwe, geheel
synthetische vezels, zijn na de tweede wereldoor
log verschillende weefsels verschenen, waarvan
vooral de nylon het soortgelijke Nederlandse
product heet Enkalon, het Duitse Perion, het Zwit
serse Geil on reeds grote bekendheid heeft ver
worven. Lagen de prijzen van nylon-artikelen, als
kousen, lingerie, blouses, overhemden enz. aanvan
kelijk voor een groot deel onzer bevolking te hoog,
thans kunnen velen zich wel kousen of een blouse
van nylon permitteren. Maar daarmee wordt het
ook noodzakelijk, dat het publiek weet wat het van
nylon mag verwachten en hoe nylon moet werden
behandeld om er zo lang mogelijk plezier van te
hebben. Het is dan ook om deze reden, dat de Com
missie voor Huishoudelijke- ea Gezinsvoorlichting
reeds een folder aan nylon heeft gewijd.
Deze folder vertelt niet slechts over de voor
delen van dit weefsel, maar ook over de nadelen
en dé behandeling ervan.
De nylonvezel is op het ogenblik de sterkste
vezel, die men kent. Weefsels hiervan vervaar
digd, zullen dus uiterst langzaam slijten; andere
voordelen van nylonweefsels zijn het geringe ge
wicht, het niet vlug vuil worden, het gemakkelijk
wassen, gevolgd door zeer snel droog worden, het
overbodig zijn van strijken, het geringe kreuken,
het niet aangetast worden door schimmel (het
„weer" kan er niet in komen), bacteriën en motten.
Als eerste bezwaar moet worden vermeld, het
feit, dat het absorbtievermogen van nylon niet
groot is, waardoor nylon geen geschikte dracht is
voor tropische landen.
Men is er reeds gedeeltelijk in geslaagd hierin
verbetering te brengen door de nylonvezel te ver
spinnen. De zo ontstane spun-nylon gelijkt op wol,
absorbeert beter dan onversponnen nylon, maar
is na het wassen niet zo vlug droog.
Een ander bezwaar van nylon is, dat langdurige
blootstelling aan zonlicht het weefsel verzwakt;
voor vitrages is nylon dus niet geschikt. Ook is
het niet aan te raden nylon buiten te drogen.
Ook het verwerken van nylon vereist bijzondere
aandacht. Daar het weefsel gemakkelijk rafelt,
verdient het aanbeveling dubbele, z.g*. Engelse
naden bij de afwerking toe te passen, te stikken
met nylongaren en er daarbij zorg voor te dragen,
dat de spanning van boven- en onderdraad zo ge
ring mogelijk is om rimpelen van de naden te
voorkomen. Het rafelen bij het knippen is te ver
minderen door een van tevoren warm gemaakte
schaar te gebruiken. Mocht het nodig zijn nylon
te strijken, dan dient dit met een lauw ijzer te ge
schieden, daar anders smelten van het weefsel op
treedt. Door de grote sterkte van de nylongaren
vindt het toepassing als bijmenging bij andere ga
rens. Dit geschiedt echter lang niet altijd op de
juiste wijze. Zo is bijv. de versterking van wol
met nylon waardeloos, zolang het nylonpercentage
beneden de 25 ligt; draagproeven met wollen
sokken, welke met nylon waren versterkt, hebben
dit bewezen.
Mengweefsels, als bijv. rayon met nylon, hebben
eerder na- dan voordelen. Immers de sterkte van
een dergelijk weefsel wordt bepaald door de zwak
ste draad, in dit geval dus door de rayon. Als
versterking heeft de nylon hier dus geen zin. Een
bezwaar is voorts, dat de rayon bij het wassen al
tijd enigszins krimpt en nylon niet, waardoor een
dergelijk mengweefsel er na het wassen kreukelig
uit zal zien, hetgeen niet door strijken kan worden
verholpen.
Een vrij algemene klacht is, dat artikelen, ver
vaardigd van witte nylon op de lange duur enigs
zins gelig worden; door deze kledingstukken enige
uren in een vrij sterke oplossing van natriumhy-
drosulfiet, d.i. het gebruikelijke bleekmiddel voor
wol, te zetten worden ze weer bijna even wit als
voorheen.
A. v. d. W.v. d. W.
en uittrekken van ingezaaide granen; uitpikken
van de graanoogst wanneer ze reeds in hokken op
het land staat, rijpende erwten en maïs. De tuin
bouw wordt door hen geplaagd, omdat ze, wanneer
geen graan in de buurt is, de rijpende appels en
peren niet ontzien. Ze pikken hier en daar in de
vruchten waardoor deze waardeloos worden. In de
bloembollenstreken pikken ze, om wat groen te
hebben, de groeipunten van de ontkiemende bloem
bollen weg. Dit geeft niet alleen groeiremming
tengevolge, doch de planten zijn dan meestal ook
misvormd.
Naast de schade die ze veroorzaken, doen ze ook
nuttig werk. Ze vernietigen 'n enorm aantal slak
ken, rupsen en allerhande ander tuig. Hier zien
we dus ook weer, dat deze dieren ook hun nuttige
zijde hebben. Wat weegt hier zwaarder?
Ondanks hetgeen we van de vogels weten moe
ten we ze als zijnde schadelijk voor land- en tuin
bouw aanmerken.
In een volgend artikel hopen we nog enkele vo
gels te bespreken en na te gaan wat we er tegen
kunnen doen.
N. C. DE REGT.
DE INZENDING DER SC HAPEN.
Hoewel het aantal ingezonden schapen klein was,
willen we toch nog graag even een omschrijving
geven van hetgeen er was aangevoerd. Die aan
voer overigens kon veel beter zijn, juist in een
gebied als West Zeeuws-Vlaanderen, waar we
districtsgewijze het grootste aantal leden van het
Schapenstamboek voor Zeeland tellen, een aantal,
dat zich de laatste jaren nog steeds uitbreidt. Het
is dan ook zeer beslist onjuist, dat de schapen
fokkerij hard achteruit gaat, zoals Werd opgemerkt
in een voorbeschouwing van de fokdag in het dag
blad „De Stem."
Zoals reeds eerder opgemerkt, gaat de schapen
fokkerij in geregistreerd verband zelfs vooruit, ter
wijl ook in het algemeen zeker geen vermindering
van de schapenstapel valt te constateren. Mogelijk,
dat door wat propaganda voor de fokdag Oostburg
t.a.v. de schapen de inzendingen sterk opgevoerd
zouden kunnen worden.
In de rubriek éénjarig^ooien \Vas een viertal
ooien ingezonden, waarvan de stamboekooi 2772
1965 van A. J. E. Temmerman te Hoofdplaat de
eerste prijs behaalde. Het is een mooie, typische
ooi met een beste ruglijn en voldoende diepte. Later
werd deze ooi kampioene. De no's 2 en 3 in deze
rubriek waren eveneens van Temmerman, terwijl
no 4 was ingezonden, door P. J. Risseeuw te Bres-
kens. Alle goed schapen, hoewel de laatste min
der typisch was.
In de rubriek ooien, geboren vóór 1952, was een
drietal ooien ingezonden door P. J. Risseeuw te
Breskens. Goed ontwikkelde vschapen, doch matig
typisch. Verder een rubriek Ooilammeren met een
drietal inzendingen'van F. Dekker te Schoondijke.
Hoewel wat verschil in ontwikkeling viel waar te
nemen, waren al deze lammeren zeker voldoende
wat kwaliteit betreft, met een goede vacht.
Tenslotte was een drietal rammen ingezonden,
en wel een 3%-jarige door J. A. Provoost te Cad-
zand, een 1%-jarige door A. J. E. Temmerman te
Hoofdplaat en een ramlam door F. Dekker te
Schoondijke. De eerstgenoemde (stamboekram no.
222) behaalde vlot een le prijs. Het is een beste,
typische ram met veel adel. Langgebouwd met
toch een sterke rug, grove benen en een mooie
rammenkop.; Deze ram is vorig jaar definitief pre
miewaardig verklaard. Dit gebeurt op grond van
een onderzoek op afstammelingen. Het is dti& be
wezen, dat deze«r^m goed fokt en vererft. Deze
ram, die gefokt-jperd in Noord-Holland, werd later
kampioen. w
De andere twee ramrqen kregen eveneens een
le prijs. De ram van Temmerman is een robuste
ram van goed type, met iets weke rug. De ram
van Dekker is een afstammeling van de kampioen-
Hij heeft een best type en vertoont een evenredige
bouw.
Al was er weinig of geen concurrentie in de ver
schillende rubrieken, toch zouden, speciaal de kam
pioen en kampioene, op iedefe fokdag een goed
figuur slaan.
DE NEDERLANDSE LANDVARKENS.
Hier was het aantal inzendingen zeer klein. Ook
hier geldt, dat met wat doelmatige propaganda de
aanvoer zeker te verhogen valt.
In de rubriek volbloed-beren van 712 maanden
oud, was één inzending van R. C. Jansen te Oost
burg. De bijna 1 jaar oude beer was in beste con
ditie, met een goede achterhand (prima hamvorm)
en sterke lendenen. Voldoende typisch.
Ingeschreven beren boven 1 jaar waren er twee
ingezonden. De la-prijs werd behaald door stam-
boekbeer no 601 van Th. van de Abeele te Eede.
Deze, uit Gelderand ingevoerde, beer is lang, met
goede onderdelen, waarvan vooral de achterhand
goed is. Was in de lendenen iets geknepen, lb werd
de stamboekbeer no 597 van R. C. Jansen te Oost
burg. Zware beerV'VOOiral in de voorhand, waardoor
de verhouding t.o.v. de achterhand iets minder
fraai is. Beste bovenbouw met sterke lendenen.
Er was één geregistreerde zeug van 712 mnd.
aangevoerd. Deze, bijna eén jaar oud zijnde, zeug
kreeg een 2e prijs. Matig ontwikkeld, terwijl de ver
houdingen iets beter konden zijn.
M. NIEUWENHUYSE.
DE GEITEN.
Evenals vorig jaar ontbrak op bovengenoemde
tentoonstelling de afdeling geiten niet. De aanvoer
was zelfs groter dan vorig jaar, n.l. 22 tegen 16
stuks. De kwaliteit was over het algemeen beter
dan vorig jaar, vooral dank zij een, naar verhou
ding, grote groep lammeren.
De volbloed-lammeren (6) vormden een uitste
kende klasse. Marianne 4013 RvJ van F. van Hulle,
Zuidzande, kreeg de la prijs. Liesje Pasman III
3998 RvJ van J. Sonnevylle, Groede, de lb prijs.
In de klasse van 4 niet-volbloed lammeren, behaal
de F. van Hulle de eerste prijs met Lena.
De 6 één-jarige melkgeiten vormden eveneens
een matig goede klasse, waarbij J. Sonnevylle
wederom de eerste prijs behaalde met Mona 3839
RvJ.
Er werden slechts 2 stamboekgeiten voorgebracht,
n.l. de oudere Corrie 1305 S van D. van Houte, Zuid
zande, (een grote, typische geit met minder fraaie
uiervorm) en Diana 1362 S, wederom van J. Son
nevylle. De laatstgenoemde, nog jonge, stamboek
geit is een vastgebouwde, sterke, hoewel iets beer-
voetige, geit- met beste uier. Zij werd, evénals in
1952, kampioene. Deze geit toonde bovendien haar
bovengenoemde afstammelingen Clara en Mona,
waarmede zij aantoonde ook een uitstekende fok-
geit te zijn.
C. DEN ENGELSEN.
Op Dinsdag 1 December zal te Goes behalve de
Zuid-Bevelandse Rundveefokdag tegelijkertijd een
Veetentoonstellingsmarkt worden gehouden voor
Vetvee, Handelsvee, Varkens en Schapen.
Mede door de Slagersvakwedstrijd en -tentoon
stelling die ook dien dag nog geopend is, zal Goes
zeker het trefpunt zijn van slagers, fabrikanten,
handelaren en consumenten.
In de week van 27 Sept. tot 3 Oct. werd in de
provincie Zeeland weer een nieuw geval Van var
kenspest in de gemeente Poortvliet geconstateerd.
De Stichting voor pootaardappelprópaganda in
het buitenland heeft naar aanleiding van de wijzi
ging van de klassificatie van de pootaardappelen
een fraai geïllustreerde brochure uitgegeven, waar
in op duidelijke wijze wordt uiteengezet welke wij
zigingen zijn aangebracht. De brochure is te ver
krijgen bij voornoemde Stichting, Sweelinckplein
45, Den Haag.
Op Donderdag 15 October a.s. zal in dé Jöhahnes
Kexkhovenpolder te Woldendorp (provincie Gro
ningen) een grote demonstratie met werktuigen
voor de bietenoogst worden gehouden. Gedemon
streerd zullen worden: bietenrooimachines, lich
ters, kop-apparaten, diverse kopschoffels, machi
nes voor het inkuilen van ibietenloof, kipwagens, 'n
wagen met aangedreven as, elevatoren en laders.
Het demonstratieterrein in de Johannes Kerk-
hovenpolder is gelegen op middelzware, in goede
structuurtoestand verkerende, klei. De bieten zijn
gezaaid op 40, 45 en 50 cm rij-afstand, zodat steeds
de bij een bepaalde machine of. werkmethode ^best
passende rij-afstand kan worden aangeïióudén.
Er zal gedemonstreerd worden van 10.30 uur v.m.
tot 12.30 uur n.m. en van 13.30 uur tot 15.30 uur.
De bevindingen van de beoordelingscommissie op
de beide voorafgaande beoordelingsdagen zullen
in een nabespreking door de heer E. J. A. Hoogland
van het Instituut voor Landbouwtechniek worden
medegedeeld. Deze nabespreking wordt gehouden
om 4 uur n.m. in Café Vieregge te Woldendorp.
De alom bekende „Land van Cuijkse Trekpaar
dendag" te Haps, wordt dit jaar gehouden op Don
derdag 15 October a.s.
De betekenis van deze grote najaarskeuring zal
ieder duidelijk zijn die weet tot welk, een hoge stand
de trekpaardfokkerij zich in dit gebied in de loop
der jaren heeft ontwikkeld en hoe deze fokdag
daar is uitgegroeid tot een belangrijke expositie
van groot formaat.
In de jaren 1934'38 importeerde België gemid
deld 22.850 ton kaas, waarvan uit Nederland
84.7 in 1952: 32.100 ton, waarvan uit ons land
81.8
De totale Belgische kaasproductie bedroeg in
1949: 7900 ton, in 1952: 14.400 ton.
Het verbruik van kaas per hoofd per jaar was in
1918: 3.7 kg; in 1952: 5 kg.
I
In Engeland is na 1 Augustus toen de handel
in granen vrijgelaten werd een nieuwe graan-
regeling van toepassing geworden, waarbij telken-
jare het verschil tussen de gemiddelde verkoop
prijs en de vooraf vastgestelde standaardprijs,
wordt bijgepast door de Regering. Voor tarwe en
rogge wordt dit verschil per verkochte hoeveelheid
■voor gerst en haver, die veel op het bedrijf zelf
worden gebruikt, wordt een areaaltoeslag gegeven.
De standaardprijs zal voor oogst 1954 bedragen:
voor tarwe 32,20 per 100 kg met afwijkingen naar
gelang van het seizoen; voor rogge ƒ26,18 per 100
kg, voor haver 25,13 per 100 kg; voor gerst 26,70
per 100 kg.