Schetsen van de Belgische landbouw AKKERBOUW Wintertarwe en Pootaardappefen GEBRs DE J0NGH ZEEÜWSCH LANDBOUWBLAD De situatie van de akkerbouw is niet alleen te karakteriseren door de opbrengsten die men met de verschillende gewassen weet te bereiken. Tevens gaat het om de productiekosten, die samen met de verkoopprijzen de rentabiliteit van het bedrijf be palen. België Nederl. Wintertarwe 3.490 J 3.990 Zomertarwe 2.250 Rogge 2.680 2.700 Wintergerst 3.080 3.420 Zomergerst 3.010 Haver 2.800 3.160 Maïs 5.060 3.690 Bonen 1.740 2.000 Erwten 3.050 2.410 3.210 Paardebonen 2.210 Suikerbieten 34.340 44.070 Vlas 5.940 5.640 Winterkoolzaad 2.340 2.390 Vroege aardappelen 18.840 Halfvroege aardappelen 23.910 27.090 Late aardappelen 24.000 Hoewel resultaten over één jaar geen al te vaste conclusies toelaten, kan men toch wel concluderen dat de gemiddelde opbrengst in Nederland met uitzondering van een gewas als maïs, dat sterk op het klimaat reageert hoger ligt dan die in Bel gië. Ook het vlas vormt een uitzondering. Twee aardappeloogsten per jaar. Wat het klimaat voor verschillen teweeg kan brengen bemerken we op de kloosterhoeve te Orval in de Jura, waar men in één jaar tweemaal aard appels achtereen weet te verbouwen. Van de Rode Eersteling kunnen zo opbrengsten tot 35.000 kg per ha worden verkregen, van voeraardappelen zelfs tot 60.000 kg toe. Om dit resultaat te berei ken wordt een bemesting gegeven van 60.000 kg stalmest en 500 kg kunstmest, die is samengesteld uit N (10%), P (10 en K (20 Beide keren zijn de aardappelen dan voorge- kiemd om alle tijdsverlies te vermijden. Bij wijze van proef had broeder Johannes die de leiding van 't landbouwbedrijf van dit Trappistenklooster heeft wel eens 4 maal achtereen aardappelen gepoot op hetzelfde perceel binnen 14 maanden. Meer normaal is het aardappelen te poten na een gewas Italiaans raaigras (opbrengst pl.m. 25.000 kg/ha), in de eerste week van Juli. Een voordeel van dit late poten is, dat het gewas door de goede gezondheidstoestand ook gemakkelijk te selecteren is. Vandaar ook, dat de Belgen in Libramont temidden van de Ardennen een veredelingsstation De eigengemaakte 2 of 4 wieier van de kloosterhoeve te Orval. mssm'-i bezitten, waaraan wij eveneens een bezoek brach ten. Hoewel het onderzoek naar aardappelenrassen die resistent zijn tegen virusziekten, wratziekten en Phythoptora in hoofdzaak plaats vindt op het laboratorium, beschikt dit nieuwe instituu4- dat staat onder leiding van Prof. Rigot ook over kassen en proefvelden. Veel kunnen we U er niet van vertellen, omdat we met eigen ogen alleen konden zien, dat de Colo radokevers in de tuin van de directeur welig tier- men bij voorkeur de chikt over een tweetal den en verder af moesten gaan op de mondelinge gegevens van deze persoon. In de Jurastreek is overigens maar heel weinig goede bouwgrond te vinden en de 20 ha waarover de kloosterhoeve te Orval beschikt, liggen dan ook her en der verspreid. De grond zit. vol met stenen, die de bewerking bemoeilijken en tarwe gelukt er doorgaans niet door het voorkomen van voetziekte. Als voederbieten verbou Rijkmakers. Het bedrijf bj trekkers en wie moch menen dat monniken nie handig zijn, zou de eige smederij eens moeten be zichtigen, waar allerlei werktuigen gemaakt en gerepareerd worden. Een zware 9-tons wagen, die zowel met twee als met vier wielen gebruikt kan worden, was voor ons wel het be^té bewijs voor deze vaardigheid. Over het vee op dit bedrijf schrijven wij elders, zodat we er ten slotte nog op willen wijzen dat een dergelijk bedrijf, waar de werkkrachten ten gevolge van de werkver deling in het klooster on geregeld^ meehelpen en waar 'alles genoteerd wordt, zeker niet mag worden aangemerkt als een normaal bedrijf van de streek, doch eerder als een soort proefbedrijf. Dit is op het eerste ge zicht te zien bij het betre den van het complex, dat meer gebouwd is als pas send sluitstuk van de omringende gebouwen van het klooster, dan als bedriksgebouw. Wat doel matigheid betreft moet men 'dan ook geen eisen gaan stellen. bewaren van veel water in de bouwvoor en vlak daaronder noodzakelijk is. Het bedrijf fungeert nu als proefbedrijf voor het humuscentrum en zodoende kon hij ons nog het één en ander vertellen over de proeven op zijn bedrijf. Zo was het verschil tussen mest uit de potstal en uit de grupstal op zijn bedrijf onder zocht. Afgezien van de verschillen in stalbouwkosten, kan men de loonkosten voor normale stalmest ongeveer 4 X zo hoog stellen in vergelijking met die voor mest uit de potstal Terwijl de verliezen bovendien nog veel kleiner zijn. Verder werden op zijn bedrijf proeven genomen met het voederen van suikerbietenkoppen en -bladeren en het al dan niet hakselen van het stro van dorsmachine of maaidorser. Naast de voor ziening met organische stbf moet ook de vrucht- wisseling gehandhaafd worden, waartoe op dit be- Een schitterend bedrijf. Het mooiste akkerbouwbedrijf dat we zagen was ongetwijfeld dat van de heer Henry in Juprelle, gelegen in de vruchtbare leemstreek. Wij zagen prachtige gewassen op dit bedrijf met 50 ha bouw land en 20 ha weiland. In deze streek overheerst het groot-bedrijf, zodat dit zeker geen uitzondering van de streek is. De lonen zijn in deze streek, dicht bij het industriegebied, hoog. De heer Henry betaalde in 1952 gemiddeld een dagloon van 272 fr. (ƒ20) sociale lasten inclusief en was daarom wel verplicht tot mechanisatie over te gaan. Daardoor daalde liet aantal arbeiders van 19 tot 5. Per ha heeft het bedrijf ook nu nog 5500 a 6000 fr. loon kosten per jaar. De heer Henry meende dan ook, dat op éen familiebedrijf de mechanisatie niet ge stopt mag worden terwille van de overtollige ar beidskrachten, omdat men dan een ongezonde toe stand handhaaft. Hij achtte het van het grootste belang de inventaris en het bouwplan goed op elkaar in te stellen. We kregen bij de bezichtiging van de werktuigen niet: de indruk, dat er teveel werktuigen op het bedrijf aanwezig waren. Opvallend was wel de De hoeve van de heer Henry in Juprelle. ariji een omloop van tarwe, bieten, haver (of vlas) en gerst wordt onderhouden. In de gerst wordt altijd hopperupsklaver gezaaid en daarover komt dan de stalmest. Het vlas wordt naar Belgische smaak toch al gauw te grof en te lang, zodat voor afgaand aan dit gewas zeker geen groenbemesting gezaaid wordt. keu- Vee 11 .ge pnderhoudstoestand van de werkthïgen. tijd behoeft het niet te kosten als men uit gerust is als deze Belgiscjhe boer. Ieder werktuig dat '^opgeborgen moet worden krijgt een grondige beurt. Eerst wordt het met water afgespoten; daarna wordt door dezelfde leiding met grote snel heid lucht gejaagd waarmee gedroogd of verf ge spoten kan worden, terwijl tenslotte het werktuig onder de olie" wordt gezet. De afgewerkte trek kerolie wordt daarvoor bewaard in een onder grondse tank. Een kunstmeststrooier van 4 nieter breedte is op deze wijze in een half uur weer gerei nigd en klaar voor het gebruik. Wat men aan de installatie extra uitgeeft, zal o.i. voor. een groot gedeelte weer door de mindere slijtage terugver diend worden. Een hartstochtelijk voorvechter voor organische bemesting Vindt men ook al in de heer Henry die met behulp van zijn opbrengsten aantoont, hoe de productiviteit van zijn grond toegenomen is, sinds hij omstreeks 25 jaar geleden op ruime schaal de organische bemesting invoerde. Van 19311938 oogstte hij gemiddeld geen 35 zak tarwe; de organische bemesting bracht dit van 1938 tot 1945 op 45 zak, terwijl na de oor log het peil van 50 zakken per ha overschreden werd. Daarom acht hij het produceren van stal mest wel kostbaar, doch tevens noodzakelijk. Het grondwater zit eerst op 36 méter diepte, zodat het Concurrent heeft afgedaan. Op deze reis is ons overduidelijk gebleken, dat het ras Concurrent heeft afgedaan bij de Belgen, daar het te grof groeit en niet de gewenste fijne kwaliteit levert. Wiera heeft een goede kans om als plaatsvervanger op te treden, terwijl daarnaast ook wel belangstelling bestaat voor Percello. Dit is de mening van alle akkerbouwers, die we hier naar vroegen. Toonde de heer Henry in het voorgaande steeds vooruitstrevend te zijn, toen het grondonderzoek ter sprake kwam, liet hij duidelijk uitkomen, dat hij hier niets van moest hebben, omdat de uit komsten in het geheel niet met elkaar kloppen en hij de waarde zeer gering achtte. Het was voor ons het beste bewijs, dat hij zijn onafhankelijkheid nog niet had verloren te midden van al het weten schappelijk onderzoek op zijn bedrijf. Als vertegenwoordiger van de ontwikkelde Bel gische boerenstand heeft hij ons duidelijk laten zien, dat het Belgische akkerbouwbedrijf op de betere grondsoorten in staat geacht moet worden te concurreren met ieder gewenst bedrijf in Neder land, wanneer enige der belangrijkste productie kosten op gelijk niveau zouden komen te liggen. Wat de veeteelt betreft, meende deze vooruit strevende boer te moeten constateren dat zijn landgenoten ongeveer 50 jaar achter zijn bij de Nederlanders. Maar later meer da&over. B. Voor Uw naar POSTBUS 35

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 5