Wij lazen voor U
ZITDAGEN
'Kansomes
INHOUDSOPGAVE
GETROKKEN WERKTUIGEN
Bemesting met
sporenelementen
ZEE UW SCH LANDBOUWBLAD
De landbouw kan op een bepaald moment warm
gaan lopen voor een reeds lang bekende zaak, als
die maar weer eens op een andere wijze en voor
zien van nieuwe gezichtspunten wordt gelanceerd.
De laatste tijd kunnen we dit van toepassing ver
klaren op de sporenelementen; voedingsstoffen
waarvan plant en dier slechts een geringe hoeveel
heid nodig hebben. De interesse van de boer wordt
op verschillende manieren gewekt. Er worden
enerzijds steeds meer verschijnselen ontdekt, die
aan sporenelementen toeschreven moeten wor
den. Bekend zijn b.v. de kwade harten in erwten
en de kopziekte bij rundvee.
Vooral de fabrikanten van meststoffen vinden
hier een dankbaar werkterrein, zodat zelfs nieuwe
industrieën zich speciaal hierop gaan toeleggen. De
particuliere laboratoria voor grondonderzoek hel
pen aan deze ontwikkelingsgang mee, door de
grond op sporenelementen te onderzoeken.
Hoe moet men nu tegenover deze bemesting met
sporenelementen staan? Een duidelijk en goed ge
documenteerd antwoord vonden we in „De Nieuwe
Veldbode" in de 4 nummers die in de maand Mei
verschenen. De overname van deze artikelen, van
de hand van de heer J. Tolner, in onverkorte vorm
zou bijna een geheel nummer van ons blad in be
slag nemen. We beperken ons hier tot de hoofd
zaken, mede omdat de gekozen voorbeelden groten
deels niet van toepassing verklaard kunnen wor
den op kleigronden.
Uitgangspunt voor de schrij
ver is de meststof Sporumix,
bevattende de sporenelemen
ten, koper, zink, molybdeen,
cobalt, borium en eventueel
mangaan, die door de Eerste
Nederlandse Coöperatieve
Kunstmestfabriek te Vlaar-
dingen (E. N. C. K.) in de handel wordt gebracht.
Het mengsel met mangaan wordt aanbevolen
voor grasland en vlinderbloemigen; dat zonder
mangaan voor hakvruchten, de tuinbouw en fruit
teelt.
Het advies van de E. N. C. K. luidt: Strooi 100 kg
per ha, behalve op ontginningen en intensief ge
bruikt grasland, waar 200 kg/ha nodig is. De voe
dingsstoffen zijn alle in water oplosbaar en de prijs
bedraagt ongeveer 35,per 100 kg.
De schrijver noemt nu een aantal bezwaren
tegen het advies om deze meststof te gebruiken als
routine-bemesting. Die we stuk voor stuk onder
schrijven.
Men kan zich afvragen of er, gezien het grote
aantal bestanddelen van de meststof niet steeds
een aantal elementen voor niets zal worden ge
strooid. Of zelfs allemaal, indien men consequent
tot een regelmatig wederkerende routinebemesting
over zou gaan, in de hoop dat daarmee gebreks-
ziekten in de toekomst tegengegaan zullen worden.
Overzicht.
Zitdagen Boekhoudbureau der Z. L. M.
Zitdagen Secretariaat der Z. L. M.
Wij lazen voor U.
Zitdagen Zeeuws Voorlichtingsinstituut op Verzeke-
ringsgebied. (Z. V. V.)
Zitdagen Adviesbureau voor Oorlogs. en Watersnood-
schade.
Zitdagen Bouwbureau voor de Landbouw.
Van Boerderij en Organisatie.
De „zoute werktuigen" op Schouwen en Duiveland
en in Kruiningen en Waarde.
Kweek- en strekgras in overstroomd grasland.
Let op de Uitbreidingsplannen: Groede en Renesse.
Waterschappen.
Stekels op den Bleik.
Lonen en Sociale voorzieningen:
Accoordtarieven 1953.
Welke instanties regelen de schade?
Huisvesting Cultuurtechnische Dienst.
Nabeschouwingen over de Rundvee-premiekeurin
gen in Zeeland.
Korte wenken voor de praktijk.
Provinciale Gezondheidsdienst voor Dieren.
Afdeling Zeeland Nederlandsche Wolfederatie:
Wolinname 1953.
Emigratie U. S. A.
Boekbespreking.
De Nationale Tentoonstelling te Brussel.
Bram uit de Slikhoek.
Voor de Plattelandsvrouw.
Marktberichten.
Uit de Kringen en Afdelingen:
Kring Tholen en St. Philipsland Algem. Verga
dering te Poortvliet. Lezing: „Wat te doen met
het overstroomde weiland?"
Bespreking te St. Maartensdijk en St. Annaland
over de herverkaveling.
Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw.
Radio.
Korte Berichten.
Dus zoiets als het slikken van allerlei drankjes en
pillen om toch vooral maar niet ziek te worden.
Gesteld dat er animo bestaan zou om jaarlijks 35
of 70 extra uit te geven zonder dat men weet
waar het voor is dan dient men er verder nog
ernstig rekening mee te houden dat er zich onver
wachte complicaties voor kunnen doen. Dus een
soort stofwisselingsziekte alleen al tengevolge van
het slikken van het drankje.
Met een wetenschappelijk woord noemen we dit
antagonisme. Het betekent dat een teveel van het
ene element een gebrek van een ander met zich
mee kan brengen. Ze verdringen elkaar als het
ware. Het middel is in zo'n geval ernstiger dan
de werkelijke of vermeende kwaal. Bovendien ver
tonen verschillende sporenelementen bij een enigs
zins betekenende concentratie een niet te onder
schatten giftigheid met alle gevaren van dien. In
dit opzicht bestaat er een vrij groot verschil tussen
de sporenelementen en de normale meststoffen,
daar bij deze laatste overmaat doorgaans lang zo
schadelijk niet is.
Is dus een routine-bemesting reeds zonder meer
af te raden, zolang we niet meer afweten van deze
meststof en zijn scheikundige samenstelling, de
wijze waarop de toepassing wordt gepropageerd is
wei wat tè eenvoudig, wanneer geadviseerd wordt
om terwille van de kosten het grondonderzoek
maar achterwege te laten. Dat zullen de particu
liere laboratoria voor grondonderzoek, die zo trots
zijn op dit onderdeel van hun
onderzoek, wel niet er op prijs
stellen. Nu moet men niet
denken dat omgekeerd dit
onderzoek, wel niet erg op prijs
van veel waarde is, «behou
dens dan het onderzoek op
enige elementen zoals dit
wordt uitgevoerd door liet Bedrijfslaboratorium
voor Grond- en gewasonderzoek. Het andere on
derzoek is nog te weinig afgesteld op betrouwbare
proeven, om voor de praktijk van nut te kunnen
zijn.
Het door de E. N. C. K gebruikte argument is
echter minder juist, daar dit er van uitgaat dat het
niet het geld waard is om te zoeken naar bepaalde
gebreken in de grond. Dit advies zou bij betrouw
baar onderzoek hetzelfde dienen te luiden en de
E.N.C.K. wijst dit onderzcek dus steeds af.
Is er al weinig te zeggen voor het gebruik van
deze meststof als routine-bemesting, ook bij het
bestrijden van reeds geconstateerde kwalen gelden
bezwaren, zij het dan gedeeltelijk in andere vorm.
Stel dat men last heeft van mangaangebrek in
de bieten. Als men nu Sporumix toe zou gaan
passen, zou men vijf voedingsstoffen voor niets
geven. Bovendien moet men een dergelijke hoe
veelheid geven dat er Voldoende mangaan in aan
wezig is. Het geven van andere sporenelementen,
met de daaraan verbonden kosten, is dus geld ver
spillen.
De schrijver snijdt de bron van het kwaad aan,
als hij zich afvraagt of we niet veel meer er naar
moeten streven om de belemmeringen in de grond
zelf weg te nemen. De zorg voor een goed gezond
gewas dat voldoende diep kan wortelen is reeds
vaak een belangrijke verbetering. Bemesting met
kalk, organische mest en fosfaten, alsmede cul
tuurtechnische maatregelen noemt de schrijver
hierbij met name. Dr. Grashuis noemde onlangs
ook nog een merkwaardig voorbeeld. Op een
grond met een laag gehalte aan cobalt, leverden
de vlinderbloemige gewassen nog voldoende van
dit element voor de schapen, als het gewone gras
het er reeds bij liet zitten. Hieruit blijkt dat ook
het gewas of het bestand in grasland veel invloed
heeft op de mate van beschikbaarstelling door de
grond. In zijn conclusie schrijft de heer Tolner
het aldus:
„Bemesting met sporenelementen komt pas in
aanmerking, wanneer voor het overige alles in het
werk is gesteld om een optimale bodemvruchtbaar
heid te verkrijgen".
En even verder:
„De voorziening met sporenelementen mag nooit
uit het bedrijfsverband gerukt worden, daar ze
hiervan een onderdeel vormt. Sporenelementen
bemesting vormt weer een onderdeel van dit on
derdeel. Routine-bemesting met een zgn. univer
seel en zuiver mengsel staat beslist buiten het be
drijfsverband en is dus verwerpelijk. Oplossing
van practische sporenelementen-problemen moet
binnen bedrijf en streek gevonden worden, waar
voor een nauwe samenwerking van alle hierbij be
trokken deskundigen noodzakelijk is".
Een mooi voorbeeld van het laatste, zij het ook
op een enigszins ander gebied, vinden we in het
mineralenmengsel voor Zeeland dat door samen
werking van Gezondheidsdienst en de verschillen
de voorlichtingsdiensten ontworpen, speciaal afge
steld is op de mineralenbehoefte van het vee in
verband met het gehalte der belangrijkste veevoe
ders in Zeeland. Wanneer op grond van onderzoe
kingen als deze mocht blijken dat op bepaalde
gronden en onder bepaalde omstandigheden een
vaste verhouding van sporenelementen verant
woord gegeven zou kunnen worden, zouden de be
zwaren uiteraard vervallen.
Het hier genoemde „Sporumix" bevat evenals
alle mengsels echter een vrij willekeurig gekozen
verhouding van de verschillende sporenelementen.
Terwijl bij werkelijke kwalen van de grond de hoe
veelheden van het ontbrekende element veelal on
voldoende zullen zijn, geeft men anderzijds vele
elementen zonder directe noodzaak. De kosten
worden nog hoger als men ter voorziening in een
bepaalde behoefte, de hoeveelheid van het mengsel
nog weer op moet gaan voeren.
Bovendien kan men nooit zeggen dat het de
middelen tegen alle kwalen bevat, daar het aantal
elementen beperkt is.
Vooralsnog blijft het waarschuwend woord van
de heer Tolner daarom nog van kracht.
B.
vraagt Uw handelaar
'IRMA FRANKEN A VAN WEEL. GOES
ZEEUWS VOORLICHTINGSINSTITUUT OP
VERZEKERINGSGEBIED (Z. V. V.).
HULST: Maandag 6 Juli a.s. in de „Korenbeurs",
van 2.304 uur (de heer Wegner).
OOSTBURG: Woensdag 8 Juli a.s., in Café „De
Vuijst", van 24 uur (de heer Cevaal).
ZIERIKZEE: Donderdag 9 Juli a.s., in „Huis van
Nassau" van 1113 uur (de heer Wegner).
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 9 Juli a.s. in
Hotel „Hof van Holland", van 10.30—12.30
uur (de heer Cevaal).
Laat Uw polissen op het gebied van de pensioen-,
lijfrente-, studie- en uitzetverzekering door onze
adviseurs controleren.
Vraagt tevens bemiddeling bij het afsluiten van
nieuwe posten.
Inlichtingen steeds verkrijgbaar bij het Secreta
riaat Z. V. V., Landbouwhuis, Goes.
ADVIESBUREAU VOOR
OORLOGS- EN WATERSNOODSCHADE.
KORTGENE: Donderdag 9 Juli, Hotel „Koren
beurs", van 10,3013 uur.
HULST: Maandag 13 Juli, Hotel „Korenbeurs",
van 1316 uur.
GOES: Dinsdag 14 Juli, Grote Markt 28A, van
1014 uur.
KRABBENDIJKE: Woensdag 15 Juli, Café „Sin-
ke", van 10—12 uur.
ZIERIKZEE: Donderdag 16 Juli, in het „Huis
van Nassau", van 1114 uur.
ST. PHILIPSLAND: Zaterdag 18 Juli, in Café
„De Druiventros", van 1113 uur.
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 23 Juli, in
Café „Gakeer", van 1113 uur.
In de maand Juli worden te Middelburg en Oost
burg geen zittingen gehouden.
o
BOUWBUREAU VOOR DE LANDBOUW.
In de maand Juli zullen de volgende zitdagen
worden gehouden, waar aan belanghebbenden ad
viezen en inlichtingen omtrent financiering enz.,
zullen worden verstrekt inzake het herstel en de
nieuwbouw van door Oorlogs- en Watersnood-
schade beschadigde of vernielde gebouwen.
OOSTSBURG: Woensdag 8 Juli, van 14—16 uur, in
Hotel „De Eenhoorn".
KORTGENE: Donderdag 9 Juli, van 10.3013 uur,
in Hotel „De Korenbeurs".
HULST: Maandag 13 Juli, van 1316 uur, in Hotel
„De Korenbeurs".
GOES: Dinsdag 14 Juli, van 1014 uur, in het
kantoorgebouw van de Stichting voor de
Landbouw, Grote Markt 28a.
KRABBENDIJKE: Woensdag 15 Juli, van 1012
uur, in Café „Sinke".
ZIERIKZEE: Donderdag 16 Juli, van 1114 uur,
in het „Huis van Nassau".
ST. PHILIPSLAND: Zaterdag 18 Juli, van 11—13
uur, in Café „De Druiventros".
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 23 Juli, van
1113 uur, in Café „Gakeer".
Op ons kantoor te Middelburg kunnen vanzelf
sprekend dagelijks inlichtingen enz. worden inge
wonnen van 8.3012.30 uur en van 13.30—17.00
uur.