Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw ZITDAG BOEKHOUDBUREAU. HET WETSONTWERP WATERSNOODSCHADE. KRINGVERGADERING TE FIJNAART DE ALGEMENE VERGADERING. UITBREIDINGSPLANNEN VAN GEMEENTEN. DE MELKWEG. KRING OOST- EN MIDDEN-BRABANT DE B. W. I-OBJECTEN. NOGMAALS DE ONDERMELK. ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD NIEUWENDIJK: Donderdag 18 Juni, 10—11% uur, Café v. d. Heuvel. Het Wetsontwerp Watersnoodschade 1953 en de behandeling daarvan in de Tweede Kamer, staat thans in het middelpunt van de belangstelling. Vanzelfsprekend bestaat hiervoor allereerst grote belangstelling bij de getroffenen zelf, wier belan gen immers zo zeer hiermee zijn gemoeid. Hoe zal de vergoedingsregeling worden voo:; de verschil lende onderdelen? Hoe krijgt de boer als onder nemer een redelijke en billijke vergoeding voor zijn arbeid? Het huidige wetsontwerp laat op verschillende punten te wensen over. Deze wensen zijn in ge organiseerd verband kenbaar gemaakt en ook Uw organisatie stelt alles in het werk om een in alle opzichten billijke vergoedingsregeling te verkrij gen. De getroffenen hebben er echter recht op te weten, wat tot nu toe is gedaan en hoe de stukken er op het moment voorstaan. Het Bestuur achtte het minder juist om de op 30 Juni a.s. te houden algemene vergadering hieraan te wijden. Een behandeling van het betreffende Wetsont werp is immers (gelukkig) niet voor al onze leden van belang, doch gaat in het bijzonder de getroffe nen aan. Dit geldt eveneens voor het Hoofdbestuur waarin vertegenwoordigers uit de gehele provincie zitting hebben. In verband hiermee is besloten in het rampgebied van West-Brabant een openbare kringvergadering te houden, waar alle leden en belangstellenden welkom zijn. Deze vergadering zal worden gehou den op: MAANDAG 22 JUNI a.s., des nam. 7 uur, in 't gebouw „De Schakel", Voor straat te Fijnaart. De heer J. A. vau Nieuwenhuy- zen van Ooltgensplaat, voorzitter van de Landelijke Herstelcommissie van de Stichting voor de Land bouw, heeft zich bereid verklaard voor ons het Wetsontwerp Watersnoodschade te behandelen. De heer Van Nieuwenhuijzen is op dit terrein een insider, die indertijd ook in dezelfde functie de be handeling en uitvoering van de Wet op de Mate riële Oorlogsschade van nabij heeft meegemaakt. Op deze bijeenkomst zal ruimschoots gelegenheid worden gegeven tot het stellen van vragen. De traditionele zomervergadering van onze orga nisatie zal deze keer in Oost-Brabant worden ge houden. De watersnood van 1 Februari j.l. heeft de belangstelling van velen onzer in de afgelopen maanden voornamelijk gericht op de belangen van hen, die door deze ramp werden getroffen. Dit is vanzelfsprekend en voor onze leden in het Oosten der Provincie, die op daadwerkelijke wijze reeds direct na de ramp hun steun en medewerking ver leenden, volkomen aanvaardbaar. Ook voor ons geldt immers of moet althans gelden, dat wanneer één lid lijdt (in dit geval een geheel gebied) alle leden lijden. Niettemin hebben ook de bedrijven in het zand gebied hun bijzondere vraagstukken en moeilijk heden, waarvoor wij gezamenlijk als georganiseerde landbouw in het algemeen en als N.B.M.L. in het bijzonder een oplossing moeten zoeken. Bovendien biedt een zomervergadering die tel kens in een ander deel van onze provincie wordt gehouden, de gelegenheid om eigen provincie beter te leren kennen en tot meer onderlinge con tacten en uitwisseling te komen. Algemene vergadering te Valkenswaard op Dins dag 30 Juni a.s. Deze keer treedt onze afdeling Valkenswaard als gastvrouwe op, een van de eerste afdelingen in dit gebied, die na de heroprichting der N.B.M.L. tot onze organisatie toetrad. Spreker van deze algemene vergadering is Prof. Dr J. Horring van het L.E.I. over het onderwerp: Bedrijfseconomisch onderzoek en voorlichting in de landbouw". Behandeld zal o.a. worden op welke wijze het door het L.E.I. verzamelde cijfermateriaal meer dienstbaar kan worden gemaakt aan bedrijfecono- mische voorlichting en rationalisatie van onze bedrijven. Na gebruik van een gezamenlijke koffiemaaltijd, zal des namiddags een rijtoer worden gemaakt, waarbij o.a. de viskwekerij van de Ned. Heidemij te Valkenswaard en het landgoed van Baron van Tuijl van Serooskerke te Heeze zullen worden bezocht. Beide objecten zijn de moeite waard. Valkenswaard heeft bovendien een mooie om geving en wanneer Let weer mee wil werken, hopen wij een leerzame en tevens interessante dag te hebben. LEENDE. Van 23 Mei tot en met 20 Juni ligt ter secretarie der gemeente ter inzage een ontwerp van een plan tot herziening van het uitbreidingsplan der ge meente, voorzover het betreft 't onderdeel „Bosch hoven". Gedurende deze termijn kunnen belang hebbenden bij de gemeenteraad bezwaren indienen. OIRSCHOT. Vanaf 23 Mei ligt gedurende* veertien dagen ter gemeente-secretarie ter inzage het plan tot wijzi ging van het plan van uitbreiding van de gemeente Oirschot, zoals deze partiële wijziging werd vast gesteld bij besluit van de raad der gemeente van 24 April. Binnen 6 weken na afloop van bovengenoemde termijn kunnen belanghebbenden, die zich met bezwaren tot de raad hebben gewend, bij Gedepu teerde Staten bezwaren tegen dit plan indienen. Van 2030 Juni a.s. wordt in de Houtrusthallen te 's-Gravenhage een grote Nationale Zuivelten- toonstelling gehouden, welke wordt georganiseerd ter gelegenheid van het grote Internationaal Zui- velcongres, dat alsdan wordt gehouden en waar aan enige duizenden personen uit 30 landen deel nemen. Deze tentoonstelling „De Melkweg" zal laten zien wat Nederland presteert op het gebied van melkveehouderij, zuivelindustrie en zuivelafzet. Verder wordt aandacht geschonken aan de Neder landse bodemgesteldheid, de voeder- en weidebouw, de rund veefokkerij, de gezondheidszorg, het weten schappelijk onderzoek, de kwaliteitscontrole enz. Machinaal melken en kaasbereiding zullen worden gedemonstreerd; in een gekoelde toren zullen ge keurde producten worden uitgestald. Voorts zal de zo juist gereedgekomen nationale zuivelfilm in kleuren worden vertoond. Ook Oud-Alkmaar met zijn Marktplein en Waag zal aanwezig zijn. Gaarne wekken wij belangstellenden op om deze tentoonstelling te bezoeken. Voor afdelingen is het een prachtig excursie object. Nadere inlichtingen worden verstrekt door het Nederlands Zuivelbureau, Laan van Meer- dervoort 82 te Den Haag (tel. 392310 toestel 140). In verband met het belangrijke onderwerp door Ir J. T. L. Krugers, cultuurconsulent te Tilburg, gehouden voor de Kring Oost-Brabant, betreffende de B. W. I-objecten leek het het Kringbestuur ge wenst de voornaamste en voor de boer belangrijk ste punten zo volledig mogelijk weer te geven, in de hoop, dat iedere grondgebruiker deze punten eens ernstig bekijkt en nagaat of ook voor hem hierdoor geen mogelijkheden aanwezig zijn, die kunnen leiden tot verbetering van zijn gronden en daardoor tot verhoging van zijn inkomsten. Namens het Kringbestuur, C. DE ZEEUW, Voorzitter. J. M. v. d. WEELE, Secretars. Welke objecten komen voor uitvoering als B. W. I-object in aanmerking? De ontginning van woeste grond en herontgin ning van slecht gelegen percelen bouw- of gras land, voor zover de kosten hiervan beneden de 5000 per object blijven. Voor wie zijn zij bedoeld? Voor de grondgebruiker, om deze samen met zijn zoons of arbeider, buurman etc. uit te voeren. Hoe worden deze objecten aangevraagd? Voor deze objecten moet een plan worden opge maakt door de Nederlandsche Heide Mij of door de N.V. Grontmij, waarin de wijze van uitvoering staat beschreven. Van dit plan wordt dan tevens een kostenbegroting gemaakt op basis van de lonen in de landbouw. Wat zijn de kosten voor het opmaken van een dergelyk plan? Deze kosten bedragen ƒ7,50 als voorschot door de aanvrager te voldoen. Bij eventuele uitvoering vari het plan wordt dit voorschot verrekend. Wie beoordeelt dit plan? Dit plan wordt ondermeer beoordeeld door de Cultuurtechnische Dienst. Voldoet dit plan aan zekere daaraan te stellen eisen, dan kent de Cul tuurtechnische Dienst aan aanvrager een subsidie toe. Hoe groot kan deze subsidie in het algemeen zijn? Als maatstaf voor de toe te kennen subsidie wordt de waardestijging van het betrokken perceel in aanmerking genomen. Wordt de waarde van een stuk grond vóór de ontginning getaxeerd op b.v. 500 en na de ont ginning op 1600, dan bedraagt deze waardestij ging dus 1100. Zijn voor de ontginning geraamde kosten b.v. 4000, dan zal in het algemeen een subsidie worden toegekend van 4000 min 1100 is 2900. De boer betaalt dus zelf alleen de zuivere waarde vermeerdering van de grond. Bij deze subsidiebepaling gelden echter de vol gende beperkingen: 1. het maximum van de subsidie voor een ont ginning bedraagt 3000 en voor een herontginning 2000 per ha. 2. de subsidie mag nooit meer bedragen dan het drievoudige van de waardestijging van de grond. Zijn er nog andere voorwaarden? Door het Staatsbosbeheer kunnen ten behoeve van houtproductie of landschapsschoon voorwaar den worden gesteld, welke in de subsidiefoèZegging worden opgenomen. Hoe wordt het werk vervolgens uitgevoerd? Heeft de aanvrager de subsidie-toezegging ont vangen, dan kan met de uitvoering worden be gonnen. Het uitzetten van het terrein geschiedt door de Ned. Heidemij of door de Grontmij. Deze worden hiervoor, zowel als voor het toezicht tijdens het werk, betaald door de Cultuurtechnische Dienst. De boer mag nu het werk zelf uitvoeren met de hem ter beschikking staande arbeidskrachten; hij mag het werk echter ook door andere krachten laten uitvoeren. Door de Ned. Heide Mij of door de Grontmij en door de Cultuurtechnische Dienst wordt op gezette tijden toezicht gehouden, dat het werk ook inder daad Wordt uitgevoerd volgens het ingediende plan. Staat b.v. in het plan dat 50 cm diep moet wor den gespit, dan zal dit ook werkelijk moeten ge beuren. Ploegen, malbord en iedere andere vorm van machinale grondbewerking zijn uitdrukkelijk ver boden op straffe van het intrekken van de sub sidie. Dit sluit natuurlijk niet uit, dat b.v. een stugge begroeiing vóór het spitten mag worden kortgemaakt met een schijvenegge. Zodra het werk in overeenstemming met het plan, is gereed gekomen, wordt door de Cultuur technische Dienst het toegezegde subsidiebedrag uitgekeerd. Wanneer moet het object klaar zijn? Het object moet binnen twee jaar gereed zijn. Men kan dus in twee winterseizoenen b.v. telkens de helft van een perceel onderhanden nemen. Aan gezien slechts per jaar beperkte bedragen aan sub sidies kunnen worden toegekend, moet men in het algemeen belang geen subsidies aanvragen, tenzij men het vaste voornemen heeft het werk ook inderdaad uit te voeren. Door een subsidietoezeg ging 2 jaar ongebruikt te laten liggen, ontneemt men een ander de mogelijkheid dit subsidiebedrag te benutten. Voordelen van deze werken: 1. bij ontginning van woeste grond; uitbreiding van het bedrijf, dus grotere winstmogelijkheden. 2. bij herontginning van slecht gelegen per celen; productiever grond; geen verdrogen van hoge bulten, of „verzuren" van de laaggelegen gedeelten. 3. betaalde arbeid voor zichzelf, voor zijn gezin of arbeider in tijden dat weinig werk voor handen is. Onlangs hebben we enige woorden gewijd aan het gebruik van ondermelk voor "kalveren en var kens. Daarbij kwam de noodzakelijkheid van aan- zuren ter sprake. Tevens werd toen medegedeeld dat dit aanzuren soms door de zuivelfabrieken ge schiedt, maar ook dat er fabrieken zijn die* dit nog steeds niet doen. in sommige streken van ons land is slechts ge durende zeer korte tijd ondermelk beschikbaar althans voor een redelijke prijs en dan worden, de melkleveraneiers veelal gedwongen de overtol lige ondermelk terug te nemen (tegen een zeer redelijke prijs). In principe bestaat hiertegen van zelfsprekend geen bezwaar, maar dan moet deze ondermelk aan bepaalde eisen voldoen! Volgens onze inlichtingen blijkt de kwaliteit van deze

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 9