Bedrijfseconomie Stemmen uit de praktijk TUINBOUW ZAADTEELT-ACTUALITEITEN ZEEÜWSCH LANDBOUWBLAD Thans ooki Nolachiet C (reukloos) ^lolachiet-Poeder (reukloos) tegen onkruid in gras-en graanland Een product van N.V. NOURY VAN DER LANDE'S EXPLOITATIE MIJ. Deventer Verkrijgbaar bij: Jebo-Depots,* Verdugt-Agenten en Plaatselijke Coöperaties. (V) De Kostprijs. 1. Inleiding. Reeds in de vorige schetsen hebben we enkele korte en oppervlakkige opmerkingen over de waar de gemaakt. Voor een goed inzicht in het probleem van de kostprijs is een behoorlijk inzicht in het waarde- vraagstuk onmisbaar. Daar we deze kennis bij onze lezers niet bekend mogen onderstellen, zien we ons genoodzaakt onze bedrijfseconomische schetsen gedurig met opmerkingen en korte uiteen zettingen aan te vullen, die feitelijk niet op bedrijfs economisch maar op sociaal-economisch terrein thuis behoren. Deze methode is mogelijk theore tisch minder juist. Wellicht zou een voorafgaande behandeling van het vraagstuk van waarde en prijs de voorkeur verdienen, maar practisch bezien kunnen we dit, gezien onze lezerskring, beter na laten. Immers we zouden dan in een tamelijk uit voerige theoretische uiteenzetting van waarde en prijs moeten vervallen die mogelijk de belang stelling voor de achterliggende bedrijfseconomische beschouwingen zou doen afnemen. We kiezen dus de eerstgenoemde methode en zullen dan tussen de tekst of in enkele voetnoten nadere verklaring geven van de economische achtergrond van ver schillende bedrijfseconomische problemen. De waarde speelt in het economisch leven een zeer voorname en betekenende rol. Alle economisch handelen stemt op waarderin gen, die tegen elkaar afwegen van wat men prijs geeft en wat men verkrijgt. Dit geldt zowel voor de consumptie als voor de productie. Onder waarde verstaan we de geschiktheid van een goed om behoeften te bevredigen. De waarde berust dus op de nuttigheid. Toch moeten we waarde en nuttigheid niet vereenzelvigen. Atmos ferische lucht is stellig zeer nuttig, maar heeft, in het algemeen, geen waarde. Van waarde is slechts sprake indien een goed behalve nuttig, ook in beperkte mate voorradig is. In de economie onderscheiden we daarom tussen vrije goederen, d.w.z. die goederen die onbeperkt beschikbaar zijn (b.v. lucht) en economische goe deren welke niet onbeperkt beschikbaar zijn. Bij het waarderen let de mens echter niet alleen op objectieve factoren. Het subjectieve, het sterk persoonlijke, speelt bij de waarde een z.eer voor name rol. We kunnen daarom van waarde ook spreken als van de betekenis welke een goed heeft voor de behoeftebevrediging van een mens. Dit subjectieve waardeoordeel speelt stellig uiteenlopen. Iemand die honger heeft waardeert brood veel hoger dan iemand die geen honger heeft. Men drukt dit in de economie zo uit, dat de intensiteit der behoefte (aan brood) bij hem die honger heeft veel groter is dan bij. hem die geen honger heeft. Dit subjectieve waardeoordeel speelt stellig voor voor de waarde van een goed een rol, maar lang niet de allesbeslissende. Al waardeert de hongerige een brood voor zijn eigen directe behoefte veel hoger dan iemand die geen honger heeft, daarom betaalt hij, in normale gevallen, nog niet meer, daar de prijs van een brood een vaststaand gegeven is. (De economisch geschoolde lezer zal bemerken dat we hier aan allerlei economische vraagstukken inzake waarde en prijs voorbijgaan.) Voor de producent liggen de vraagstukken nog weer anders dan voor de consument, daar de pro ducent niet produceert voor eigen behoefte-bevre diging maar voor die van anderen, voor de markt. Voor de producent spelen naast de marktprijs van een goed ook de kosten (productie-kosten in de ruimste zin) een zeer grote rol. Hieraan willen we nu speciaal aandacht schenken. Evengoed als de waarde een belangrijke richt lijn is voor alle productie, is dit ook het geval met de kosten. Wie produceert, handelt volgens het economisch motief, en streeft er naar om met de geringste kosten, met de minste opofferingen van waarde, het grootste resultaat te bereiken. Iedere productie gaat met kosten gepaard. Deze kosten betekenen een opofferen van menselijke arbeid en productiemiddelen (b.v. grondstoffen), daar deze niet meer voor andere productie kunnen worden gebruikt. Daar de productiemiddelen economische goede ren zijn en dus beperkt beschikbaar, zullen deze goederen waardebepalend zijn voor het product aan welks totstandkoming we hebben meegewerkt. Productie is dus economisch gezien het scheppen van nieuwe waarden met opoffering van bestaande waarden. Kosten zijn waarde-eenheden welke opgeofferd worden bij de productie van nieuwe waarden (Limperg). Alleen dië goederen welke waarde hebben, dus economische goederen, betekenen bij productie van nieuwe waarden een offer en de kosten van dit nieuwe product worden bepaald door de waarde van de productiemiddelen welke er in zijn op gegaan. LENTE 1953. Als U dit artikeltje leest, dan zult U bij mooi weer zich kunnen verlustigen op het feest van de lente. Alles bruist van nieuw jong leven, van rijke bloesempracht, van groene tapijten van edele ge wassen in onze mooie polders, van groene weiden met madeliefjes waarop onze mooie veestapel loopt te grazen en de rijke vitaminen naar binnen werkt. De melkbussen worden voller en voller, de vee houder komt weer aan zijn trek. De veulens en de kalfjes huppelen in de wei met een overvloed van joligheid, wat zich naar buiten uitbreekt. De kip pen kunnen het haast niet aangelegd krijgen; in spoedtempo rollen de eieren in de nestkastjes. De vogels bouwen nesten, leggen eieren en broeden; een ieder op zijn eigen wijs. De koekoek, symbool der lente, weet zijn tijd en doet zijn intrede. Onze huismoeders hebben het huis met bezemen gekeerd, alle kiertjes en gaatjes uitgepeuterd en hebben een zware tijd achter de rug. De manne lijke helft weet daar van mee te praten, want met de ongeneugten van een grote schoonmaak komen er altijd nog financiële offers bij te pas ook. Hier een kleedje, daar een stoeltje, een nieuw manteltje of een zomerhoedje. Maar ook dit hoort bij het lentefeest. We zijn veel te blij, dat het weer zovèr is en nemen dit op de koop toe. Het is lente en we vergeten weer de koude som bere dagen van een natte trieste winter, welke eigenlijk ook weer geen winter was. We vergeten onze griepjes en verkoudheden, onze asperine en onze hoesttabletten, want dit alles is weer voorbij. We werken weer van 's morgens vroeg tot 's avonds laat in boomgaard of op de akker. Er is weer hoop in ons hart, want we zien wger dat de scheppingsorde zich door niets of niemand laat beïnvloeden of weerhouden. Zaaien en oogsten, zomer en winter zal niet ophouden zegt de grote Schepper aller dingen en zie elk voorjaar voltrekt zich het wonder aan onze ogen. We hebben afscheid genomen van het seizoen 1952. Alles richt zich op het nieuwe jonge leven, die in zich verbergt de oogst 1953. De oogst 1952 was voor de fruitteler een grote tegenslag. De laatste hoop, n.l. het koelhuis-fruit, is voor velen nog een teleurstelling geworden. Ontelbaar veel van onze appels en peren hebben hun „graf" ge vonden in onze moderne koelhuizen. De weinige •goede partijen met een behoorlijke prijs kunnen dit over de massa niet goed maken. Misschien dat we hierover later nog eens een praat je houden. Maar ondanks deze teleurstelling en de financiële moeilijkheden is toch ook de fruitteler in voor jaarsstemming. Door de vele mooie voorjaars dagen is het werk aardig opgeschoten en is men zo wat bijgewerkt. De bomen vertonen een goede stand en over het algemeen veel bloesem. De stand der boomgaarden is stukken vooruit gegaan door het rooien van veel oude percelen, wat ons hoop vol doet stemmen voor onze kwaliteit. Er begint ook een beetje lijn te komen in onze ziektenbestrijding, zodat het niet meer is van alles eens „proberen". Zo zijn we dan in de lente, in de vernieuwing en in de verwachting aangeland en vergeten al de narigheid van een triestige winter en een slecht fruitseizoen. Wat we niet moeten vergeten. Ja daar is ook veel wat we niet moeten verge ten. Allereerst dat het voor zoveel van onze col lega's geen lentefeest is. Zij moeten nog maar steeds de voeten onder een andermans tafel steken, Omgekeerd kunnen we ook zeggen dat van waarde van een goed alleen sprake is, indien de productie met kosten gepaard gaat. Waarde en kosten zijn dus twee begrippen, welke verband houden met de wijze waarop we de economische goederen beschouwen. Waarde geeft de betekenis aan van een goed voor de welvaart van de bezitter. Kosten geeft aan het offer, de betekenis van het gemis van het opgeofferde goed. In een volgende schets hierover meer. M. ze kunnen nog niet terugkeren en moeten maar aanzien dat het water nog steeds zijn verwoes tende kracht botviert tegen de huizen en op de akkers. Waar anders de leeuwerik ten hemel steeg klapwiekt thans de zeemeeuw en doet zich tegoed aan datgene wat wij voorheen als een kostbaar be zit achten. Nu voor velen de nieuwsgierigheid en de sensatie er af is verschrompelt ook bij velen de belangstelling voor de diep getroffenen. Ik zou U deze raad willen geven, bezoek geregeld de getroffen gebieden. U zult zich rijk en klein voelen. Indien dit niet zo is, dan zijt ge doodarm, al zit je misschien dik in je geld. Want dan voelt U niet mede wat Uw collega's hebben getroffen en wat ze ook nu in de lente van 1953 moeten mis sen. Ook over de graven van de slachtoffers van de watersnood legt de lente een groentapijt met bloe men. Maar de wonden zijn er en ze schrijnen des te meer als alles in feesttooi is. Dit alles moeten, neen mogen we niet vergeten. Ook niet als alles in bruidstooi staat. Zou het onze lentestemming bederven al die sombere dingen? Dit hoeft niet, juist als men ziet hoe rijk men zelf is, wat ons gespaard is, dan zal men des te meer vergeten al onze eigen zorgen en teleurstellingen, die dan dikwijls geheel in het niet wegzinken. We kunnen ons indenken dat er critiek komt, vooral ook van gedupeerde zijde. Als men dag in dag uit neerziet op de verwoesting welke nog maar steeds doorgaat, dan is er veel voor nodig om ge duldig te blijven. Ook met de schaderegeling zijn we nog niet klaar. Critiek zal ook wel eens op zijn plaats zijn. Maar omdat ik geen deskundige ben in dezen onthoud ik mij van commentaar. Alleen dit zou ik willen zeggen. Hebt vertrouwen in Uw organisatie en in Uw Hoofdbestuur. Voor mij geloof ik, dat Uw belangen in goede handen zijn toevertrouwd. Laten wij ook proberen van ver schillende kanten de problemen te bezien. Dit zal misschien verhelderend en opbouwend werken. Van harte hoop ik, dat voor velen van onze gedupeerden er toch nog iets van lentesfeer mag zijn en ook de verwachting voor een betere tijd aanwezig mag zijn. Tot de volgende maal. JAAP UIT 't BOGERDJE. Noot Redactie. Wegens omstandigheden kon dit artikel vorige week niet geplaatst worden. Een gi aszaadteler heeft zich tot de Directeur van het Rijksproefstation gewend, omdat zijn partij graszaad door de firma was geweigerd wegens ver ontreiniging met niet verwijderbare onkruiden. Door het ontbreken van een authentiek monster van het stamzaad was het evenwel op het Proefstation niet meer mogelijk na te gaan, of dat reeds verontreinigd was geweest. Dit was wel mogelijk, daar afkeuring te velde wegens vermenging met andere rassen, die niet uit de voorvruchten van het onderhavige perceel op de bedrijven der contracttelers kunnen voortkomen, vaker wijzen op onzuiver stamzaad. Daarom mag de contracttelers van graszaad nog eens op het hart worden gedrukt, dat zij er op staan uitsluitend door de N.A.K. geplombeerd stamzaad te ontvangen. Dit is ook officiëel verplicht en verder is het noodzakelijk de labels van de zakken te be waren. Voor een onderzoek door het R.P.v.Z., als het aanzien van het gewas dat nodig maakt, verdient het bovendien sterke aanbeveling het stamzaad in overleg met de contractfirma direct na ontvangst, bij voorkeur door een N.A.K.-controleur, te laten bemonsteren en dit monster tot nader order op het Rijksproefstation voor Zaadeontrölc te doen bewaren. Deze bewaarkosten bedragen 1,gedurende een jaar, zodat met deze georganiseerde voorzorg, de zuiverheid van het stamzaad behoorlijk kan worden gecontroleerd in het belang van een billijke af rekening en redelijke verhoudingen tussen de twee contracterende partijen. De Directeur der Contractzaadtelers Ver., B. MEIHUIZEN.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 10