KOMT DE POLDER WAARDE OOK NIET
VOOR HERVERKAVELING IN AANMERKING?
F
UIT DE
PROVINCIE
zecova
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Van boerderij en organisatie
WALCHEREN.
20 April 1953.
Het duinengebied dat zich uitstrekt van Dom
burg tot aan Vrouwenpolder, met zijn schitterende
bossen, is een van de mooiste gebieden in geheel
Zeeland. Na de inundatie vooral viel het grote
verschil tussen het kale eiland en het mooie bos
direct op.
Met de feestdagen zoals Pasen en Pinksteren zijn
deze bossen en duinen bij de jeugd van Walcheren
bijzonder in trek. Ook komen talrijke vreemde
lingen in deze rustige omgeving hun vacantie door
brengen. Zij vinden hier alles wat zij in hun vrije
tijd maar kunnen wensen. Zee, strand, duin, bos
en rust.
Daarnaast is het een genot om in deze schit
terende bossen en duinen te mogen jagen naar
hartelust, want de wildstand is er zeker niet
slecht. Fazanten, snippen en zelfs herten komen
er voor. Maar vooral wilde konijnen, hun aantal
is zelfs niet bij benadering .enigszins te schatten.
Onze collega's in deze streek hebben niet het
minste bezwaar in deze mooie jachtgebieden.
Waarom zouden zij ook; de jacht is een zeldzaam
mooie sport.
Het wordt echter heel anders wanneer de wild
stand schade toebrengt aan de land- of tuinbouw,
vooral wanneer deze schade niet meer binnen
redelijke grenzen blijft. De schade die aangericht
wordt door de fazanten en herten is plaatselijk en
blijft meestal wel binnen redelijke grenzen. De
schade die echter door de konijnen wordt aange
richt dreigt een ramp te worden. In de afgelopen
winter hebben enkele boomgaarden grote schade
geleden. Wanneer men ontdekt dat ongeveer 50
tienjarige vruchtbomen van hun bast zijn ontdaan
door de konijnen, is dat een schade die in de dui
zenden loopt. Jaren van arbeid gaan dan in een
paar nachten verloren, zonder dat er ook maar iets
aan gedaan wórdt. Naast de boomgaarden moe
ten vele land- en tuinbouwgewassen het ontgelden.
Ook is de schade in de bossen zeer aanzienlijk door
het kaalvreten van de jonge boompjes.
Het spreekt voor zich dat deze schade volkómen
ontoelaatbaar is. Het naakte bestaan van boer of
tuinder mag niet geofferd worden aan,jachtgenoe-
gens.
Daarom is er nu het recht op vergoeding voor
aangerichte schade door wild, waarvoor de jager
kan worden aansprakelijk gesteld. Bovendien zijn
er in dit gebied zo nodig vergunningen uitgereikt
om aan de schade paal en perk te stellen.
We zullen hopen dat de huidige actie in dit ge
bied succesvol mag worden doorgevoerd en dat de
schade in de toekomst beperkt zal blijven.
NOORD BEVELAND.
20 April 1953.
op. Hoewel eensdeels de zaaimachine nog druk in
gebruik is, heeft men daarnaast de sproeimachine
al weer bedrijfsklaar moeten maken. Hoogstwaar
schijnlijk zullen we dit jaar op verscheidene per
celen in verschillende gewassen de vliegmachine
aan het werk kunnen zien. In ons gebied hebben
we van dit werktuig nog zeer weinig resultaten
kunnen beoordelen, maar voor wat grotere per
celen lijkt er veel perspectief aanwezig. In ieder
geval is het een bestrijdingswijze die voordeel op
kan leveren t.o.v. andere methoden. We geloven
echter niet dat nu over enkele jaren de rijdende
sproeimachine voor oud roest in de schuur staat,
want de afhankelijkheid van weer en wind geldt
ook sterk voor het vliegtuig. De bestrijding van
uit de lucht staat nog in de kinderschoenen en het
ontwassen daaraan kan wellicht vrij langdurig zijn.
Om daartoe te geraken zal omschakeling op steeds
grote maten noodzakelijk zijn. Een typisch ver
schijnsel is dat er dit voorjaar in erwten, bieten
en zelfs gerst veelvuldig thrips voorkomt waar
van het gewas soms sterk te lijden heeft. Het is
raadzaam ook op Uw bedrijf de genoemde gewas
sen nauwkeurig te controleren op het voorkomen
van dit insect en zo nodig bestrijding toe te passen.
Of het voorjaar nu gunstig of ongunstig is, toch
zien we op gezette tijden nieuw leven op onze be
drijven. De eerste kuikens zijn gewoonlijk één der
symptomen van de naderende lente. Het kan tegen
woordig wel eens Voorkomen dat een boer geen
enkele koe meer heeft en voor eigen gebruik melk
moet gaan kópen, maar bedrijven waar men geen
kippen aantreft zijn wei een zeldzaamheid.
Het is daarom jammer dat dit bijkomstige onder
deel van ons bedrijf in het algemeen niet de aan
dacht heeft welke het verdient. De huisvesting
van de dieren is dikwijls bedroevend, terwijl de
samenstelling van de tomen wel zeer uitgebreid is.
Het betreft meestal z.g.n. bóerehoenders" die ge
woonlijk wel sterk zijn, maar zeer matig óf 'slecht
in productie. Ze eten; echter evenveel als produc
tieve dieren en zijn dus altijd minder voordelig. 'Nu
vélen ongetwijfeld hun kippenstapel nog aan móe
ten vullen of geheel nieuw op móeten zetten wil
len we U de raad geven toch vooral materiaal aan
te kopen van erkende-.iokbedrijven. Immers spe
ciaal de opfok is van groot belang en bepaalt in
hoofdzaak de productiviteit van het verdere leven.
Raadpleeg eventueel een deskundige.
THOLEN EN ST. PHILIPSLAND.
Het voorjaar laat zich nog steeds van zijn goede
zijde zien, alhoewel zo nu en dan eens een buitje
zeker geen kwaad zou kunnen. Het sterk drogen
de weer heeft reeds een min of meer vaste korst
gevormd, vooral na de overvloedige regenbui die
we Vorige week kregen.
De gewassen ontwikkelen zich allen best, ondanks
het feit dat het nog vroeg is. Mislukkingen of
slechte opkomsten ziet men in de droge gebieden
niet. De vroegst geplante aardappels komen reeds
boven. Op vele plaatsen is men reeds druk bezig
met het schoffelen van granen en erwten.
Een heel ander beeld geven de geïnundeerde
akkers. De gezaaide gerst en enkele andere ge
wassen, ontwikkelen zich maar matig. Ziet men
een perceel gerst, waarvan een gedeelte niet onder
water heeft gestaan, dan staat de gerst op het
droge stuk prachtig groen en mooi op rij, op het
drasse gedeelte, staat ze veel kleiner, dunner en
minder groen, terwijl op het overige stuk nog
slechts enkele gele sprietjes te voorschijn komen.
Meermalen hebben we ons afgevraagd of men niet
al te vroeg in dit land is begonnen; het land
werkte wel goed en de structuur was wel mooi
maar toch was de grond nog zo koud en er zat nog
zo weinig ontwikkeling in. Naar men zegt zijn er
reeds enkele heel vroeg gezaaide stukjes overge-
zaaid moeten worden.
De zoutcijfers liggen in Tholen en St. Philips-
land niet gunstig; in doorsnee ligt Tholen mis
schien iets lager dan St. Philipsland, maar het ge
middelde ligt zo ongeveer bij de 15 gram per liter.
Er komen zelfs extremen voor tot tegen de 30.
Alhoewel men soms op grond van de C-cijfers niet
veel van de oogst mag verwachten, adviseert de
R.L.V.D. toch vrijwel altijd tot inzaaien. Zij han
teert daarbij zo ongeveer de volgende normen:
Heeft men een zoutcijfer van 1 of minder dan
kan men erwten of bonen zaaien; blijft men be
neden 3 dan kunnen aardappels gepoot worden;
beneden 4 is het mogelijk om nog vlas, uien en
wijnpeen te verbouwen; beneden 5: klavers, zomer-
tarwe ert haver, beneden 7 a 8: suiker- en voeder
bieten; beneden 10: lucerne en boven 10 komt
alleen gerst nog in aanmerking.
We vernamen dat de jongerenorganisatie in ons
district weer serieuze plannen heeft om deze
zomer actief aan het werk te gaan. 't Is voor hun
dikwijls, moeilijk om de vereniging tot meer bloei
,te brengén. Desalniettemin verrichten zij nuttig
werk voor ons platteland en dit mogen wij anderen
toch zeker niet over het hoofd zien, want wie de
jeugd heeft, heeft de toekomst. Is niet de L.J.G.
van nu, de Z.L.M. van straks? Zij stellen het zeer
op prijs wanneer van de ouderenorganisatie be
langstelling is voor hun werk. Laten wij dan ook
steeds meer trachten deze belangstelling op te
brengen.
In de niet-geïnundeerde polders beginnen de ge
wassen zich al aardig te ontwikkelen. Het is ieder
voorjaar weer een lust voor het oog wanneer het
nog tere groen de velden gaat bedekken. De
natuur kan zo mooi zijn. Helaas is zij de afge
lopen winter onnoemelijk wreed geweest.
We krijgen nu weer een tijd dat de verpleging
van de gewassen de aandacht gaat opeisen.
Naast de onkruid- is de ziekte- en insectenbe-
strijding van belang. Van de erwtenbladrandkever,
vlasthrips, en zo zouden we af kunnen dalen tot
de wat minder bekende parasieten, die steeds maar
trachten om hun vraatlusten bot te vieren.
Wanneer we dit eens gaan vergelijken met
enkele jaren terug is er ook op dit gebied nogal
het één en ander veranderd. De mogelijkheden tot
bestrijding zijn veel groter geworden. Het aantal
chemische middelen is immers legio. De sproei-
apparatuur is zodanig dat zelfs de grootste opper
vlakten geen enkel bezwaar meer op leveren. Zelfs
vliegtuigen nemen aan de bestrijding deel. Het
noodlottige gevolg is echter, dat we steeds maar
meer moeten gaan bestrijden. Het evenwicht in
de natuur is verbroken. Met de bestrijding stoppen
is niet meer mogelijk. Dat zou voor bepaalde ge
wassen zelfs misoogsten tengevolge kunnen heb
ben. Eén ding is nog mogelijk n.l. niet meer be
strijden dan ook werkelijk noodzakelijk is. Nog
maar al te veel bestaat er de neiging om als buur
man begint ook maar te beginnen. Een ander ar
gument kan zijn: „De loonwerker is toch in de
buurt, het moet nu maar gebeuren ook". Door
verschillende factoren zoals b.v. voorvrucht, struc
tuur, zaaidatum kan echter een bepaalde aantas
ting van perceel tot perceel sterk uiteenlopen.
Evenals in zoveel gevallen is ook hier de gulden
middenweg de beste en het voordeligst.
20 April 1953.
ZUID-BEVELAND.
Nauwelijks zijn de vroegste gewassen enigszins
schroomvallig vanwege de koude en de weinig
groeizame omstandigheden, bovengronds te voor
schijn gekomen of reeds duiken van alle kanten
hun belagers, in de vorm van allerlei parasieten,
Deze vraag werd ons voorgelegd door één van
onze leden uit deze zo zwaar getroffen afdeling,
die de cijfers had bestudeerd welke wij publiceer
den in ons blad van 11 April j.l. Zelf had hij reeds
een schatting gemaakt aan de hand van de hem
bekende gegevens, waaruit duidelijk genoeg bleek
dat een herverkaveling in Waarde zeker zo nodig
is als elders.
Wij geven hier enige officiële cijfers van het
C. B. S. die niet zonder meer met die gepubliceerd
door het L. E. I. vergeleken mogen worden, daar
indertijd de maatstaf „Hoofdberoep landbouwer"
is aangelegd.
Alle beroepen:
Aant. bedr. 13 ha 35 ha bov. 5 ha
aant. perc. aant. perc. aant. perc.
Zak v. Z.-Bev. 479 44 171 16 437 40
Duiveland 258 35 95 13 379 52
Tholen 613 46 212 16 501 38
Waarde 131 65 16 8 56 27
Het percentage in de groep 13 ha is dus wel
buitengewoon hoog.
Maken we nog een vergelijking omtrent het
percentage van hen die als hoofdberoep landbou
wer hebben, dan krijgen we een indruk of hier ver
schillen liggen die bovenstaande cijfers teveel be-
invloed zouden hebben.
We komen dan tot het volgende:
Percentage landb. en land-
tuinb. arb.
Zak v. Z.-Beveland 85 6
Duiveland 92 5
Tholen 90 6
Waarde 56 22
Uit dien hoofde zouden we dus hetgeen gezegd is
over deze gebieden ook op deze polder van toepas
sing willen verklaren. Wanneer we dit doen dienen
we er ook nog aan te denken dat bovenstaande
cijfers betrekking hebben op de gemeente Waarde,
waardoor nog verschillende grotere bedrijven er
onder vallen die niet in de polder zijn gelegen.
Onze zegsman toonde ons verder nog een schat
ting waaruit bleek dat de kavels gemiddeld onge
veer 1,7 ha groot zijn en vertelde ons dat er grond
gebruikers zijn die hun grond over 17 kavels ver
deeld hebben. Al met al leek ons deze zaak van
voldoende belang om er de aandacht op te vesti
gen. Het gaat hier o.i. niet in de eerste plaats om
het geven van alle op deze zaak betrekking heb
bende cijfers, doch veeleer om een stimulering van
de gedachtenwisseling. De afdeling Waarde van
de Z. L. M. zou hierbij een belangrijke rol kunnen
spelen.
B.
niet-agrar.
beroepen
9
3
4
22
Het percentage landarbeiders is dus in Waarde
groter dan elders. Hier moet rekening mee wor
den gehouden wanneer men kijkt naar het hoge
percentage bedrijven vooral in de groep van 13
ha. Desondanks blijft dit percentage nog hoog; als
men hiermee rekening houdt zal het waarschijn
lijk liggen boven dat van Duiveland en beneden
dat van de Zak van Z.-Beveland en Tholen.
aankopen van mcstvee en jong
vee vereist ook deskundigheid
Uw vereniging dient Uw belang.
ZEEUWSE COÖP. VEE
AAN- EN VERKOOPVER. G.A.
Tel. 01100 - 3565