N.-Brabantsche ii van Landbouw Uit een geheim iveekboek van Bram uit de Slikhoek 3n gezonden VERHOGING LANDBOUWLONEN. DE REGELING VAN HET GRONDONDERZOEK IN HET RIJKSLANDBOUWCONSULENT- SCHAP WEST-BRABANT. 30 September. De paarden slepen zwaar de wagen Met bieten hoog belaan, Naar trein of naar de schepen toe Vanwaar zij fabriekswaarts gaan. De laatste oogst '52 is begonnen: de suikerbieten- oogst. Het begon niet mooi, veel wind en regen, doch nu gaat het al beter. De suikerbieten zijn precies op tijd gekomen in het boerenbouwplan, toen de meekrap er uit viel. Het is een gewas, dat veel handen werk geeft. Na 't nauwkeurige zaaien, geeft de verpleging van dit gewas, als wieden en opéénzetten veel werk. Wanneer de suikerbiet ein delijk gerooid is, vraagt ze nog veel arbeid eer de suiker, die in opgeloste toestand in de biet zit, als suikerklontje in de koffie rolt. Toch,, is het een mooi gewas en we zouden het niet graag in ons bouwplan willen missen. Al was het rendement vroeger wel eens minnetjes, tegenwoordig gaat het nogal; al krijgen onze Belgische en Franse collega's heel wat meer ping-ping per ton dan wij. Doch we mogen hierop niet jaloers zijn, zij zullen zeer zeker ook wel wat hebben waarop we niet jaloers zijn. Pas gelezen, dat jalouzie, een gevaar lijke zonde is, dus weg er mee. De suikerbieten geven met hun loof ons nog een waardevol veevoeder. Er is veel vraag hiernaar en we hoorden zelfs prijzen noemen van 50 tot 70 per gemet, de koper zelf rijden en laden. Dat is lang niet mis, er schijnt bij onze zuiderburen ook veel vraag naar dit veevoeder te zijn. Natuurlijk moeten we zelf eerst onze kuilen vullen, want we moeten zeker genoeg hebben. Ook nu we de man- gelkuilen opruimen vóór 1 April moeten we eten voor ons vee hebben tegen die tijd. Het beste loof, schóón en rein, is nog maar net goed genoeg om te kuilen, dus niet wachten op 't allerlaatste loof, dat dikwijls vuil en te oud is, doch nu, wanneer het aan voornoemde eisen voldoet, kuilen. De ploeg is begonnen om de zaaivoor klaar te leggen. We zijn niet erg vroeg met 't oog op de kans op voetziekte, vooral is dit van belang op aardappelland. Er is reeds voldoende geschreven over de tarwerassenkeuze, zodat we hierover maar zullen zwijgen. Een ieder kieze dus uit de beste soorten die hem 't beste aanstaan, al willen we er nog even op wijzen, dat de statistiek uitwijst, dat 1 X in de 7 jaar de tarwe uitvriest. Dus daar moe ten we ook rekening mee houden. Volgende week Zaterdag hebben we in Goes de ontwikkelingsdag, waar we natuurlijk met ons gehele gezin naar toe gaan, dat hoort zo. We krij gen een prachtprogramma te zien en te horen, dus een dikke streep onder 11 October op de kalender dan loopt het zeker niet fout. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). Beste Bram, Toen ik je weekboek las van de vorige keer dacht ik: kijk, nu hebben wij het over hetzelfde ge had. Hoe kan het ook anders. Het is ook raak met de vergelingsziekte dit jaar. Ja Bram, het tijdig opruimen van de mangelkuilen is inderdaad een belangrijk wapen in de hand van de bestrijding. Maar ik ben het met je eens, wanneer je veronder stelt dat indien alle voederbietenkuilen vóór 1 April zouden zijn opgeruimd er toch nog vergelings ziekte zou voorkomen. Maar dan niet in een ramp zalige omvang zoals dit jaar. En dan is al heel veel gewonnen lijkt mij toe. Dat tasjes waardplanten zouden zijn is niet on mogelijk, maar op het eerste gezicht toch ook niet zo heel waarschijnlijk. De tasjes behoren immers tot een heel andere plantenfamilie. Een groter gevaar leveren ongetwijfeld overblij vende meidesoorten op langs bermen en slootkan ten. Ook winterspinazie kan het virus herbergen. Overigens zijn dit maar bronnetjes tegenover de grote infectiebron die de voederbietenkuilen kun nen vormen. De Belgische luizen zullen zeker nog kwaad kun nen doen in Zeeuws-Vlaanderen. Dat zien wij ook regelmatig uit de gegevens van de vergelings- ziekte-enquête die het Instituut elk jaar in samen werking met de consulenten houdt. Op Zuid-Beve land en verder naar het Noorden zal je van de Belgische luizen niet veel meer kunnen merken en wat Zeeuws-Vlaanderen betreft zou altijd nog overwogen kunnen worden om langs de grens strook een dode zone te leggen door intensief spui ten van de peeën daar. Maar zie je, ik geloof dat dit allemaal vers 2 is. Wij moeten eerst het onkruid in eigen tuin wieden vóór wij naar dat van onze buurman kijken. En dan is er ook bij ons nog wel een en ander te doen. Als alle collega's er nu maar over dachten zoals wij, dan zouden wij vlug resultaat zien. Laten wij ons best doen en ook trachten anderen mee te krijgen. Nu, ik eindig weer eens want ik moet weer naar een vergadering. Dat wordt ook wel eens te veel van het goede. Tot ziens Bram, Mijn vrouw laat je nog groeten. Je toegenegen, VAN BEEKOM. Ten behoeve van werkgevers en arbeiders in de akker- en weidebouw en de veehouderij kan thans worden medegedeeld, dat de reeds aangekondigde loonsverhoging in deze bedrijfstak op 28 Septem ber 1952 is ingaan. Reeds eerder kon worden medegedeeld, dat met ingang van deze datum ook de premie voor het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw yerd verhoogd en wel voor arbeiders van 21 jaar en ouder van 2,50 tot 3 per week (resp. van 5 cent tot 6 cent per uur) en voor arbeiders van 17 tot en met 20 jaar van 1,25 tot ƒ1,50 per week (resp. van 2 ct. tot 3 ct. per uur). Zoals bekend wordt deze premie door werkgevers en arbeiders ieder voor de helft betaald. Daar ten aanzien van het werknemersgedeelte der pensioenpremie looncompensatie plaats vindt, zullen derhalve naast de reeds vermelde loonsver hoging alle uurlonen in verband met de premie verhoging met cent dienen te worden vermeer derd. In de provincies Friesland, Gelderland, Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg, alwaar tussen werkgevers- en werknemersorganisaties reeds over eenstemming over een C.A.O. kon worden be reikt, zullen dan ook vanaf 28 September voor vakarbeiders de volgende basisuurlonen gelden: 23 jaar en ouder 88 ct. inclusief 3 ct. pensioenpr. 22 jaar 84 ct. inclusief 3 ct. pensioenpr. 21 jaar 79 ct. inclusief 3 ct. pensioenpr. 20 jaar 73 ct. inclusief IV2 ct. pensioenpr. 19 jaar 67 ct. inclusief V/2 ct. pensioenpr. 18 jaar 58 ct. inclusief IV2 ct. pensioenpr. 17 jaar 51 ct. inclusief IV2 ct. pensioenpr. I11 de Brabantse Biesbosch zullen de volgende basis-uurlonen moeten worden betaald: 23 jaar en ouder 90% ct. inclus. 3 ct. pensioenpr. 22 jaar 86 ct. inclus. 3 ct. pensioenpr. 21 jaar 81% ct. inclus. 3 ct. pensioenpr. 20 jaar 75% ct. inclus. 1% ct. pensioenpr. 19 jaar 70 ct. inclus. 1% ct. pensioenpr. 18 jaar 61% ct. inclus. 1% ct. pensioenpr. 17 jaar 53 ct. inclus. l% ct. pensioenpr. Met nadruk zij er voorts op gewezen, dat de loonsverhoging in de landbouw alleen betrekking heeft op de vakarbeiders. Een en ander geldt dus zowel voor vaste en los- vaste als voor losse vakarbeiders, waarbij voor ar beiders op weekloon deze weeklonen uiteraard een verhoging dienen te ondergaan, welke evenredig moet zijn aan de hierboven vermelde verhoging der basis-uurlonen. Hièrover volgt nóg eeri na der bericht. De lonen der ongeschoolde arbeiders ondergaan derhalve alleen wijziging in verband met de loon- cómpensatie ingevolge de verhoging der pensioen premie. Het in de C.A.O.'s en loonregelingen vastge stelde uurloon voor ongeschoolden zal n.l. met cent dienen te worden vermeerderd. Daar de pen- sioenpremiebijdrage van alle arbeiders met cent wordt verhoogd, blijft voor ongeschoolden het uur loon na aftrek der pensioenpremie dus onver anderd. Volledigheidshalve moge er nog op worden ge wezen, dat tegelijk met de verhoging der uurlonen uiteraard ook het aan losse arbeiders te verstrek ken bedrag aan vacantiebonnen zal moeten worden verhoogd. Aan een losse arbeider met bijv. een uurloon van 88 cent zal dus met ingang van 28 September weke lijks een bedrag van 4 X (88 cent 3 cent) 3,40 aan vacantiebonnen moeten worden verstrekt. Tenslotte zij nog medegedeeld, dat de sedert 1 Juli j.l. ingevoerde loonsverhoging in verband met de inwerkingtreding der Werkloosheidswet niet in bovenstaande looncijfers is begrepen. Alle in dit bericht genoemde lonen dienen dus nog voor vaste arbeiders met 1,1 en voor losse arbeiders met 4,4 te worden vermeerderd. De eerste jaren na het beëindigen van de oor logshandelingen kwam het veelvuldig voor, dat de uitslag van het grondonderzoek zeer lang op zich liet wachten. Behalve een algemeen gebrek aan noodzakelijke instrumenten en chemicaliën, waren er twee belangrijke oorzaken hiervoor aan te wij zen: le de, zeer sterke toename in het aantal grond monsters, dat ingezonden werd. 2e de zeer ongelijkmatige verdeling van de in zending over het gehele jaar. Het eerste punt is duidelijk. Steeds meer raken de landbouwers overtuigd van de waarde van het grondonderzoek in verband met te geven fosfaat, kali en kalkbemesting. Het tweede punt is ook zeer belangrijk. Iedere boer weet, dat op zijn bedrijf tijden voorkomen, dat hij het erg druk heeft. Ook de Bedrijfslaboratoria hebben zulke arbeidstoppen. Volgens de opvatting van het Landbouwproef station geeft slechts dat grondmonster een juist beeld van de bemestingstoestand, wanneer het ge nomen wordt een behoorlijke tijd na het aanwen den van de kunstmeststoffen. Dit komt hierop neer, dat de meeste monsters pas na de oogst ge stoken worden. Het zal nu duidelijk zijn, dat de Bedrijfslaboratoria dus in het najaar met een geweldige drukte te kampen hebben. Met uitzondering van de graslandmonsters be gint dus de drukste tijd van bemonstering om streeks begin Juli. De assistenten van de land- bouwvoorlichtingdienst, die meestal de, monsters namen, zijn juist in de maanden Juli en Augustus nog druk bezet met het oogsten van proefvelden e.d. Het zal U duidelijk zijn, dat juist in Septem ber, October en November een zeer groot aantal monsters werd opgezonden. Het onderzoek hiervan moest over een groot deel van het jaar worden uit gespreid. Het gevolg hiervan was bovendien, dat de uitslagen en de adviezen niet meer tijdig bij de, boer terug kwamen. Om alle moeilijkheden te voorkomen is men nu overgegaan tot het aanstel len van speciale grondmonsternemers. x Voorheen namen bijna steeds de assistenten, of in zeldzame gevallen de boer zelf, het monster, doch voortaan zal dit voor het overgrote deel door de nieuw aangestelde grondmonsternemers ge schieden. Deze grondmonsternemers zijn in dienst, bij het Bedrijfslaboratorium, doch zijn te beschouwen als hulpkrachten van de assistenten. Het doel dat hierbij voorstaat is: le de boer een zo groot mogelijke service te bie den door de monsters zo spoedig mogelijk na aan gifte te nemen. 2e een zo goed mogelijke spreiding in de aanvoer van de monsters bij de laboratoria over een grotere periode te verkrijgen. Deze grondmonsternemers kunnen en moeten zich ten alle tijde legitimeren, als zijnde, in dienst van het Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Ge- wasonderzoek en staande in nauw contact met de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst. Laat dus geen monsters nemen door personen welke niet in het bezit zijn van het vereiste legitimatiebewijs. De advisering blijft zoals voorheen bij de Rijks- landbouwconsulent en diens assistenten. Opgaven voor het nemen van grondmonsters kunnen geschieden rechtstreeks aan de monster nemers, of aan de assistenten, in wiens rayon de monsternemers werken. Hier volgen thans de namen en adressen van de assistenten en grondmonstersnemers voor West- Brabant. Made (Biesbosch en Werkendam: Ass. P. den Hollander, Hoogstraat 95, Werkendam, Gmn.: W. A. van Sprang, Julianalaan 134, Raamsdonkveer. Woudrichem, De Werken, Almkerk en Dussen: Ass.: M. Maris, Rijksweg 47, Nieuwendijk, Gmn.: W. A. van Sprang, Julianalaan 134, Raamsdonk veer. Rijswijk, Giessen, Andel, Veen, Wijk en Aalburg en Eethen: Ass.: N. de Koning, Prov. weg B 94, Generen, Gem. Eethen, Gmn.: W. A. van Sprang, Julianalaan 134, Raamsdonkveer. Geertruidenberg, Raamsdonk, Waspik, 's-Graven. meer en Sprang-Capelle: Ass.: C. de Cloe, B. v. d. Schansstraat A 237, Andel, Gmn.: W. A. van Sprang, Julianalaan 134, Raamsdonkveer. Rucphen: Ass. J. Rogers, Achterhoek I 50, Ruc- phen, Gmn.: A. Goorden, D 44, Schijf, Jac. Herrij- gers, G 68, Sprundel. Etten: Ass.: Jac. Dekkers, B. Molenstraat 106, Et- ten, Gmn.: Jo Meeuwissen ,Rijsbergseweg 48, Etten, C. G. Luijks, B. Molenstraat 142, Etten. Prinsenbeek en Terheijden: Ass.: C. v. Bragt, Pas- quelaan 14, Prinsenbeek, Gmn.: Atn. Meeuwissen, Verlorenhoek, Prinsenbeek, J. Bastiaansen, A 192, Terheijden, P. Razenberg, B. 288, Wagenberg. Made en H. en L. Zwaluwe: Ass.: M. Goorden, Gaete 4, Lage Zwaluwe, Gmn.: A. Nuijten, Hel- kantsdijk 15, Hoge Zwaluwe, A. Hessels, Blauw Sluis D 60, Zevenbergsche Hoek. Klundert en Zevenbergen: Ass.: J. Heijboer, Mau- ritsweg 86, Klundert, Gmn.: J. Cammaert, Markt 11, Roosendaal. Willemstad, Fijnaar en Standdaarbuiten: Ass.: C. v. d. Ven, Tuindorp A 131, Standdaarbuiten, Gmn.: J. Cammert, Markt 11, Roosendaal. Hoeven, Oudenbosch en Oud- en Nieuw Gastel: Ass.: J. Bertels, Dorpsstr. A 116, Hoeven, Gmn.: Ant. Marcelissen, Rijperweg A 111, Oud Gastel. Dinteloord en Steenbergen (O. deel): Ass.: J. v. d. Bergh, Emmastraat 9, Steenbergen, Gmn.: J. Cammaert, Markt 11, Roosendaal. Steenbergen (W. deel), Nw. Vosmeer en Halste ren: Ass.: D. Hooghiemstra, Dorpsstr. B 62, Hal steren, Gmn.: C. M. de Krom, Brakko B 242, Hal steren, Adr. Ooms, Waterkant A 282, Lepelstraat. Roosendaal: Ass. F. Wouters, Dahliastraat 34, Roosendaal, Gmn.: Mart. Uitdewilligen, Dorp 35, Nispen, A. Theunis, Huijbergseweg 53, Roosendaal. Wouw en Huijbergen: Ass.: A. v. Haperen, Roo- sendaalsestraat A 32, Wouw, Gmn.: L. van Aaert, Bergsestraat 17, Huijbergen, C. Mulders, Hilse- straat A 243, Wouw, Const. Dekkers, D 120, Heerle- Wouw. Bergen op Zoom, Woensdrecht, Ossendrecht en Putte: Ass.: A. Sweers, Duinstr. D 278,, Hooger- heide, Gmn.L. de Wit, Molenstraat 2, Ossendrecht. Rijkslandbouwconsulentschap, Zevenbergen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1952 | | pagina 9