DE NATIONALE
TENTOONSTELLING TE BRUSSEL
Paard en paardensport
De 57e nationale trekpaardententoonstelling in Brussel heeft van Nederlandse zijde gro
tere belangstelling ondervonden dan in jaren het geval was en wanneer we ons ver
diepen in de vraag welke redenen daartoe hebben geleid, dan komt men onwillekeurig
tot de slotsom, dat de recente invoer van een paar Belgische kophengsten hier wel van
invloed zal zijn geweest. Wordt wederom het importeren van een vaderpaard van hoge
klasse overwogen? Wie een beetje combineren en deduceren kan, twijfelt daaraan niet.
Natuurlijk bestaat, nog steeds de principieel verwerpelijke erkennings-barrière, maar
deze is tegenwoordig met wat, geld en goede woorden wel te omzeilen en dat bovendien
nog op volkomen legale wijze. Men redt zicht dus, maar te verkiezen zou ons lijken
een volledige liquidatie van alle belemmerende bepalingen, die een directe uitwisseling
van fokmateriaal in de weg staan. Waaraan o.i. onmiddellijk moet worden toegevoegd,
dat in dat geval een flinke dosis nuchterheid en een grote mate van zelfbeheersing op
de voorgrond zullen moeten staan. Zo niet, dan zou het middel wel eens erger dan de
kwaal kunnen blijken en de ramp niet te overzien.
Nu geloven wij niet, dat deze jongste Brusselse
show, in het algemeen genomen, een gunstige in
vloed heeft gehad op de vormgeving van eventueel
in een beginstadium verkerende invoerplannen.
Want, hoewel Brusselse tentoonstellingen steeds
groots en indrukwekkend zijn en een belevenis
voor de trekpaard-enthousiast, heeft deze zeker
niet de voorgaanden overtroffen. Integendeel. Om
te beginnen was het aantal inschrijvingen, met 140
minder dan verleden jaar, tot 460 gedaald, een be
zetting die numeriek sterk genoeg is, maar die
kwalitatief was verzwakt door het feit dat een
aanzienlijk aantal paarden van klasse was thuis
gebleven.
Men weet, dat in Brussel de laatste jaren een
vétérinair onderzoek gebruikelijk is, een onder
zoek gericht op eventueel aanwezige kunstbewer
kingen, die ten doel hebben tekortkomingen op
te heffen of bestaande kwaliteiten te „verbeteren".
Men schijnt met de resultaten dezer controle niet
geheel tevreden te zijn geweest, met als gevolg
een in uitzicht gestelde verscherping daarvan. Dit
nu schijnt in zekere kringen van exposanten
„kwaad bloed" te hebben gezet, n*iet als gevolg
dat men zijn paarden thuis hield. Het hoeft wel
geen betoog, dat een en ander aan deze tentoon
stelling merkbaar afbreuk heeft gedaan, maar na
een kortere of langere overgangsperiode zal ook
hier de harmonie wel weer terugkeren.
Persoonlijk menen we de verscherpte sanerings
actie van de Belgische stamboekleiding, zijnde met
de beste bedoelingen ondernomen, te moeten res
pecteren. Goed beschouwd staan hier niet alleen
interne, maar ook internationale belangen op het
spel.
De belangstelling was goed, zonder dat men kan
zeggen dat ze is toegenomen. De gebruikelijke
buitenlandse delegaties waren als steeds aanwezig.
De Nederlandse regering werd vertegenwoordigd
door Dr. Ir. B. J. B. Groeneveld en ons Stamboek
door de heren G. O. Sneep en L. A. Bom, terwijl
bovendien ons hele Dagelijks Bestuur en vele
leden van ons Hoofdbestuur aanwezig waren.
Z. M. Koning Boudewijn was er ditmaal niet;
zijn aanwezigheid zou ongetwijfeld een zeer gun
stige invloed op de publieke belangstelling heb
ben gehad.
Meer dan in Nederland hebben in België in het
verleden de grote stallen steun verleend aan de
fokkerij en het keuringswezen. Men mist ze node
en het aantal van hen, dat heden ten dage in staat
is méér dan één lot in Brussel te brengen, wordt
wel angstwekkend klein. Daar tegenover staat,
dat de kleinere fokker nu een betere kans krijgt.
Maar één der hoogtepunten van de Brusselse show
was altijd de categorie der loten van vier en deze
is het, waarin zich wel in de eerste plaats het
meer en meer ontbreken van de groot-fokkers
doet gevoelen.
Na Albion-Avenir werd de Belgische paarden-
stapel in zekere zin één grote familie, ingeteeld
op dit bloed, met als gevolg een grote mate van
uniformiteit, fraaie lijnen, type en adel, waarbij
echter de zwaarte van het geraamte en de macht
in het fundament niet zelden min of meer in 't ge
drang kwamen. Een nieuw systeem van „toilet
teren vermocht het laatstgenoemd tekort geduren
de een reeks van jaren slechts gedeeltelijk te
camoufleren.
Daarom kunnen we ons niet aan de indruk ont
trekken, dat thans in België vóór alles de belang
stelling uitgaat naar het zware vaderpaard dat
macht heeft, een zwaar geraamte, benen, spieren
en gewrichten, waarbij dan wel eens op adel en
snit wat moet worden toegegeven, en we zullen
de laatsten zijn om te beweren dat men ongelijk
heeft.
De klassen oudere hengsten en merriën waren,
als geheel, zeer goed; bij de jonge vrouwelijke
dieren is veel, dat voor de toekomst belooft, maar
minder konden ons ditmaal de jonge hengsten vol
doen.
Bij de hengsten van 5 jaar en ouder, grote maat,
ging aan het hoofd Mastoe du Bois Maillet, d. Mon
Rêve de la Borne, v. Rigo, die, hoewel hij Avenir-
bloed voert, in niets aan de karakteristieke ver
tegenwoordigers van deze lijn herinnert. Zwaar en
massief paard, enorm diep, gebeend en gespierd,
met wat korte lijnen, voldoend goede voeten, goe
de gangen en in algemeen voorkomen wat weinig
distinctie. In deze klasse, die als geheel best was,
volgde als no. 2 de bekende Gamin de la Genette,
d. Présent de Rebecq, van Vincart D'Haens.
Deze, die correct op zijn goede, gave, maar niet
te machtige benen staat en wiens voeten wat
MEDEDELING.
Het doet ons genoegen de lezers hierbij de
eerste bijdrage van de heer Colenbrander aan
te kunnen bieden, die we bereid gevonden
hebben in den vervolge regelmatig bijdragen
voor ons blad te leveren. Hiermee hopen we
te voorzien in een reeds lang bestaande leem
te in ons blad en we twijfelen er dan ook
niet aan of de bijdragen van deze bij uitstek
deskundige gelezen zullen worden.
REDACTIE.
weinig bodem beslaan, is een prachtig regelmatig
gebouwd en typisch paard met veel diepte en bril-
lante lijnen, maar het geheel maakt te midden der
reuzen in deze categorie een wat beknopte indruk.
Via diverse andere komen we bij 9 Lambic d' Au-
bremé, d. Kodak de Chantraine, v. Ravet, een
hengst, die opvalt door type en goede benen.
Idem; middelm. Eerste: Ecu de Romiée, d. Cos-
taud de Marche, v. Malbecq <fe D'Haens. De gelijke
nis met de vader is sterk; mooi paard met wat
weinig gespierde achterhand, zware benen, goede
schenkels en armen en buitengewone gangen. Op
enkele details valt het een en ander te zeggen,
maar de totaal-indruk is sympathiek. Een jong
paard met toekomst lijkt ons 3 Oriënt du Pré, d.
Vadrouille, v. Lenaerts. Weliswaar een tikje-vrou
welijk, maar regelmatig gebouwd, met lijnen en
goede, zware benen. Geboren in Aug. '48 schijnt
hij abnormaal vroeg te hebben gewisseld, vandaar
zijn indeling bij de vijfjarigen.
Zijn officiële jaargenoot Original du Pré, d.
Idéal de Coutrai, v. Hautier Dufrasne, wint ge
makkelijk bij de grote vierjarigen. Kolossaal ont
wikkeld voor deze leeftijd, enorm paard met man
nelijke expressie, benen, spieren en iets incorrecte
gangen.
Goed is ook Tino du Pare, d. Paul de Wortegem,
v. Reintjens; gemakkelijk eerste bij de driejarigen
v. d. grote maat. Type extra, regelmatig gebouwd,
met lijnen, een opvallend goed gemodelleerd hoofd
en goede benen, al zou iets meer hak en wat meer
macht vóór de gunstige indruk nog doen toenemen.
Deze klasse was van een behoorlijk goede door
sneekwaliteit.
Driej. H.; middelmaat. Hier staat aan de spits
de Zephir-zoon Tolo Delmotte, v. Deleener; een
paard dat als twee druppels water lijkt op Urbain
van Certain in zijn jeugd. We verzuimden nog te
melden dat in de klasse der vierj. hengsten, mid
delmaat aan de kop kwam Robustc de Ghisleng-
hien, d. Gaillard du Chateau, v. Bédoret en De-
proöte. Een klein beetje scheef vóór misschien en
even kort in de draf maar voor 't overige extra;
best gesloten in het typisch en goed gelijnd koffer,
gebeend en gespierd. 2. Sarazani du Berger, d.
Bayard de la Poste, v. Marbaix. Blok van een
paard met type, diepte, beste voorbenen en voeten,
gewone gangen en een overdreven sterke helling
in de achterhand.
ölympien do la Loge, één der laatste zonen van
de gestorven Favori du Rat d'Eau, v. Brasseur is
een enorm veulen, diep, nog wat gerekt, met goede,
zware voorbenen en een enorm breed en gespierd
achterbeen; zonder moaite eerste bij de tweej.
hengsten, grote maat. Op hem volgen enige aar
dige veulens die echter niet in bijzondere mate de
aandacht trekken. Idem; middelmaat.
1. Avenir de Straeten, d. Jupiter de Bergilers,
v. Êngelbos. Best van type, kon wat sterker in rug
cn voorstand; benen overigens goed. Enige die op
hem volgen zijn van weinig mindere klasse. Ten
slotte staat ook bij de kleine maat nog een goede
op de eerste plaats nl. Farceur du Haut-Bois, d.
Hercule d'Assenede, v. Picart. Enorm diep, kort-
benig genre, iets lang in de rug en met extra
mooie voorbenen.
Bij de oudere merriën vallen vele door uitzonder
lijke kwaliteit op; zware, ruime, typische moeder-
paarden, die men ondanks een kleine tekortkoming
hier of daar, waardevol voor de fokkerij moet ach
ten. Zo: Gazelle de Laeffeld, d. Faro de Faulx,
v. Malbecq «fe D'Haens. Geblokt, met macht, benen
en voldoende gangen; Pierrette de Fonval, d. Eper-
nay de Brucom, v. Henry; enorm paard; Gracieuse
de Streel, d. Querreleur d'Acosse, v. Roppe. Zeer
typisch, met veel diepte, buik, goede benen en
beste gangen.
Boulotte de l'Eaugrcnée, d. Bayard de la Poste, v.
Clerbois. Diep met soort en beste benen. Junon
Warn, d. Milord de Doel, v. Stasse. Prachtmerrie,
typisch en edel, met uitstekende schouder, gangen
en kwaliteitsbenen. Carmen de Villers, d. Avenir
de Promelles, de bekende lichtbr. merrie van Ap-
part. Vedette de Rebeq, de zeer mooie Vadrouille-
dochter van Derue. Fermière de Salmonsart, d. Fa
vori du Rat d'Eau, v. Demeuldre. Kolossaal in haar
afmetingen, met lijnen, benen en spieren. Molda
des Carrières, d. Falco de la Secrée, v. Van Doors-
laer. Zeer vrouwelijk, goed en zeer mooi. De drie
jarige Gauloise de St. Aubin, d. Conquérant de Bel
les Pierres, v. Wed. Coheur. Formidabel paard,
zwaar en zeer massief, met beste benen en voeten,
in algemeen voorkomen herinnerend aan Monna
van Montain.
We hebben maar een greep gedaan en zijn niet
in details getreden. Ook bij de tweejarige merriën
viel veel goeds te waarderen.
De klasse der stammoeders was best bezet, maar
kon ons kwalitatief niet zó bevallen. Zéphir
d'Enée, van Demeuldre, was evenals verleden jaar
eerste der hengsten met afstammelingen. Kolos
sale vader, enorm gebeend en gespierd, met ge
prononceerde gewrichten, maar lang niet in alle
onderdelen correct. Wie zich Certain van Lams-
waarde herinnert weet ongeveer hoe Zéphir er uit
ziet. Men hoeft nog niet met de Zéphir-bacil te zijn
geïnfecteerd om te geloven dat dit paard onder de
huidige omstandigheden in België wel wat goeds
kan doen. 2. Ideal de Coutrai, v. Dufrasne en
Heremans. 3. Vadrouille d'Enée, v. De Backer, 4.
Conquérant de la Basse Cour, v. Van Wichelen en
v. d. Velde. 5. Gamin de la Genette, v. Vincart «fe
D'Haens. De klas als geheel was goed met betrek
kelijk kleine verschillen tussen de groepen onder
ling. De kopgroep won ditmaal niet met over
macht naar onze mening en de rubriek leek ons
heel moeilijk te keuren. De uitslag was wat de drie
hoogstgeplaatste deelnemers betreft gelijk aan die
van 't vorig jaar. Men weet dat fokkerij en keu
ringswezen in België zeer belangrijke Overheids
steun genieten en met name de klasse der vader-
paarden sedert '51 ressorteert onder 't Min. van
Landbouw, dat alleen voor deze rubriek een prij-
zenbedrag van 205.000 B. frs, of in Ned. geld
ƒ15.682 beschikbaar stelt!
De viertallen waren mooi, maar minder talrijk
dan verleden jaar en we geloven stellig ze wel eens
beter te hebben gezien. Roppe wist zich aan de
spits te plaatsen voor resp. Delépine, Brasseur,
Hautier, Henry enz.
Wie van oordeel mocht zijn geweest dat ditmaal
het kampioenschap der hengsten aan Monty des
Bruyères, van Reintjes en Desmet niet zou kunnen
ontgaan had buiten de waard, i.e. Mastoe du Bois
Maillet, v. Rigo, gerekend. Hem koos cle jury,
daarmee uiting gevend aan haar voorkeur voor
robuustheid en macht boven adel en lijnen. Tijdens
de strijd om het kampioenschap der merriën leken
de uiterst fraaie en sympathieke Unique de Brai-
ves, van Henry en de reuzin Fermière de Salmon
sart zeer goede kansen te hebben, nochtans won
Gracieuse de Streel, de kleine, massale en best
dravende merrie van Roppe het pleit. Men mag
gerust van enige verrassing spreken.
Een goed verlopend, als altijd indrukwekkend
défilé besloot dit, weliswaar iets gehandicapt, maar
desondanks bijzonder belangrijk paardenfestijn.
Doetinchem. COLENBRANDER.
Deze keer behoef ik niet veel te schrijven over
Den Bosch. De redactie gaf ons al keurig de uit
slagen, met de belofte, dat er nog een deskundig
verslag zal volgen. Voorwaar een verheugend feit.
Ook Scherpslijper heeft goed uit zijn ogen gekeken
en wie weet, welke aantekeningen er uit het ge
heim weekboek van Bram uit de Slikhoek komen.
Over de paardendagen in Utrecht hebben we nog
niet veel gelezen. Daar zijn in drie dagen zowat
alle paardenrassen van Nederland te zien.
Een paar jaar geleden was het trekpaard daar
ook vertegenwoordigd. Nu was er alleen het
kleine trekpaard: de Shetland poney. Dit is een
goede naam voor dit diertje, dat in Zeeland ook
terrein wint. Misschien is er volgend jaar al een
goedgekeurde hengst. Zeker ben ik er echter niet
van of dit ras wel tot de koudbloedrassen gerekend
mag worden. Waarschijnlijk is in de poneyrassen
deze onderscheiding niet gemaakt. Eén ding is wel
zeker, dat het paardje, in verhouding tot de grote
rassen, ongelooflijk sterk is. Bij alle paardenlief
hebbers moet eigenlijk een poney op het bedrijf
zijn om reeds bij de kinderen de liefde voor 't paard
aan te kweken!
Verder konden we er genieten van de mooie
Gelderse en Groningse warmbloeds en van het
tuigpaard bij uitnemendheid: de hackney. De
paarden kunnen we daar in alle verrichtingen zien:
aan de hand, in tuig, en onder zadel.
De kampioenschappen van de Koninklijke Fede
ratie van Landelijke Rijverenigingen worden er de
laatste jaren ook verreden. De Gewestelijke Bond
voor Zeeland was er vertegenwoordigd met de
Schouwse ruiters en de Oranjeruiters, resp. kam
pioen en reserve kampioen van Zeelad. Dat de
Oranjeruiters op revanche belust waren, leed geen
twijfel. En ze hebben het op grootse wijze ge
daan. Miep van der Slik heeft het er ook uitste
kend afgebracht door als derde dame te eindigen,
daarbij vele amazones van naam en met veel erva
ring achter zich latend.
TOONTREDER.