DE BOERENJEUGP BLOEIEND LAND Slomer en lezen ORGAAN VAN DE LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND L.J. G.-schilden zoek EXCURSIE Groots opgezette en goed geslaagde manifestatie van de Plattelandsjongeren Redactie: P. Hendrikse, N. Filius, M. Kosten, L. de Jager, Z. Poppe, M. Poissonnier en J. J. de Putter. Redactie-adres: Secretariaat L. J. G., Landbouwhuis, Goes. Op het eerste gezicht zijn dit twee tegenstrijdige begrippen. Min of meer verbaasd waren we dan ook, toen we in het verslag van de Plat telandsbibliotheek Overijssel over het jaar 1951 lazen, dat de top drukte van het aantal uitleningen in de zomer viel. We zijn er van over tuigd, dat van een dergelijke top drukte, voor zover althans in Zee land van een topdrukte in het lees- seizoen gesproken kan wordengeen sprake is. Doch als we iets dergelijks in ZeelancC willen bereiken in de wintermaanden zal er het één en ander moeten gebeuren. Vandaar, dat we U nu reeds lastig vallen met enkele opmerkingen uit het bewuste jaarverslag. De Plaitelandsbiblio- theek Overijssel die beschikt over 15.600 boeken en over een 108-tal uitleenpunten in de provincie, telt in totaal ruim 2900 leden. Het aan tal uitleningen bedroeg in het af gelopen jaar 81.4775 met een gemid deld aantal uitleningen van 7.6 (Openbare leeszalen gemiddeld 2.6), waaruit de activiteit van leeszaal en lezers voldoende blijkt. De subsidies worden gegeven door coöperaties, landbouwverenigingen, gemeenten en de pravincie. Van de gemeenten werd in totaal voor 8925 aan subsidie ontvangen, waarbij als hoogstenorm werd aange- gehouden 100 per 100 boeken of 10 cent per inwoner. Kortom een instelling om jaloers op te zijn. Ook uit Gelderland be reiken ons berichten waaruit blijkt dat de lectuurvoorziening op het platteland zich met rasse schreden gaat ontwikkelen. Men kent daar de Centrale voor de Plattelands lectuurvoorziening, die gevestigd is in de Openbare leeszaal te Zutphen. En in Zeeland? Daar liggen de toegezegde subsidies van de provin cie voor rondzendkisten voor het platteland te wachten op de activi teit van het platteland, dat door samenwerking van gemeenten en organisaties eenzelfde bedrag aan subsidie op tafel moet leggen. Wal toch een niet onoverkomelijke moei lijkheid is, getuige het feit dat reeds enkele van de vereiste bedragen bij een zijn gebracht. We zouden graag de jeugd van het platteland een taak in dezen toedelen. B. In Oostburg heeft iemand de L.J.G.- schilden uit de bus meegenomen die eigendom zijn van de streek Tholen/ St. Philipsland. Wil hij/zij zich in verbinding stel len met M. C. J. Kosten, Puitpolder, Tholen. HET MIDDAGPROGRAMMA. Nadat de burgemeester van Keste- ren de middag met een welkomst woord had geopend, kwamen de vlag gen, die al lang met ongeduld achter de tribune van hun aanwezigheid blijk hadden gegeven, het veld op. Gedra gen door in het wit gestoken perso nen van beiderlei kunne, maakte het geheel een fleurige en nette indruk en trad de ongeoefendh«id niet duide lijk aan het licht. Het was wel een eenzijdig samen gestelde stoet, die we te zien kregen. Grotendeels was het èl Gelders wat de klok sloeg en hoewel we de Gelder se vlaggen mooi en wèldoordacht van uitvoering vinden, zouden we toch wel wat meer uit andere provincies heb ben willen zien. De ter elfder ure gearriveerde L. J. G.-vlaggen maakten in dit gezelschap geen slecht figuur. Wel misten we vele vlaggen van andere provincies, als Overijssel, Gelderland, Utrecht en Zeeland. Waren er niet voldoende be zoekers uit deze provincies, of bezit ten deze geen vlaggen? Als verschijnsel vonden wij het be treurenswaardig, omdat de P. J. G. N. toch al eenzijdig genoeg is samenge steld en de bezoekers hierdoor een verkeerde indruk gekregen kunnen hebben. Wel werd deze indruk geluk kig nog weer wat goedgemaakt door het hijsen van de vlaggen der orga nisaties aangesloten bij de P. J. G. N., waarbij de kranig uitgedoste lucht machtkapel voor de muzikale omlijs ting met provinciale liederen zorg droeg. Als laatste vlag werd de door het K. N. L. C. aangeboden vlag der P. J. G. N. gehesen. Deze werd door de heer Ir Geuze namens het K. N. L. C. aangeboden, die de waarde van de vlag als symbool van het strijdend voorwaarts trekken in het leven dui delijk in het volle licht stelde. De heer De Koeyer bedankte voor het geschenk als voorzitter der P. J. G. N. en zegde toe de vlag steeds hoog te zullen houden. De vlag toont in twee tegenover gelegen hoeken de Nederlandse leeuw en de opgaande zon met daartussen de letters P. J. G. N. en kon ons, be houdens de kleur, wel bekoren. Het openluchtspel gaf ons een bonte aaneenschakeling van histori sche tafrelen te zien, aaneen gepraat door de ijverige schoolmeester, die deze middag niet zoals dat vroeger nog al eens gebruikelijk was, van zijn werk weg werd geroepen voor het vervullen van andere functies. Hij stond daar voor een „klas" van dui zenden leerlingen en veronderstelde dat er vele knappe koppen onder zijn gehoor voorkwamen. Wij hebben ech ter ook een aantal jongelieden ont dekt dat kennelijk niet gekomen was met de bedoeling een openluchtspel te zien en dat de scène van de bier drinkende en om vrouwen dobbelen de Batavieren dermate aantrekkelijk vond, dat ze een getrouwe nabootsing hiervan gedurende vrijwel de gehele middag ten toon spreidden. Hier ligt een dankbare taak voor de jongeren-organisatie om dergelijke personages met hun manieren uit het verre verleden, midden in het heden te plaatsen en hen te leren hoe zij zich in het jaar 1952 te gedra gen hebben. Als hoofdpersonen gedurende het gehele stuk traden naast de school meester naar voren Marrigje van de Betuwe als verpersoonlijking van de Betuwe in bloei; Hent van de Tieler- waard als vertegenwoordiger van de oude generatie; Jonge Jan van de Linge als de man van zijn tijd met nieuwere inzichten en Grad van de Waaldijk als de onbezorgde grappen maker in wien de droge Betuwse humor 'n goede spreektrompet vond. Zo passeerden achtereenvolgens over het ruime podium de Batavieren (100 j. voor Christus) de eerste be dijkers (11e13e eeuw); de uit het land verjaagden door de grote over stromingen (14e15e eeuw); de Her tog van Gelre met zijn hovelingen die tot de orde geroepen werd door rid derschap en de steden (1418), de bruidsstoet van Anna van Egmond, Gravin van Buren, de eerste vrouw van Prins Willem van Oranje (1551), de strijders voor vrijheid van ge weten en godsdienst (1557); de uit zending van Jan van Riebeeck door de Hoogmogende Heren van de Oost- Indische Compagnie (16511652)de verfranste Nederlandse aristocratie die naast vele schone leuzen de boer exploiteerde door schandelijke pacht- contracten (18e eeuw); de oprichting van de Gelderse Maatschappij van Landbouw (19e eeuw) en tenslotte de inval der Barbaren en de bevrij ding door de Geallieerden als ken merk van het heden. Het spel besluit dan met de buiten gewoon fraai uitgevoerde ruilverka- velingsdans en het huwelijk van Mar rigje en Jan van de Linge. In dit laatste vinden we tevens gesymboli seerd de geweldige betekenis van het nu sedert enige tijd in uitvoering zijn de Linge-plan, dat de Betuwe in de toekomst een betere waterbeheersing zal geven. Want niet voor niets luiden de slot regels van het Bloeiend land-lied Dan bloeit niet alleen de rand, Doch geheel het Betuws land. Doordat immers de wegen in hoofd zaak gelegen zijn over de hogere en landbouwkundig betere stroomgron- den, zullen de meeste bezoekers van deze streek er nooit op gelet hebben, welke uitgestrekte oppervlakten slecht grasland er tussen al deze mooie boomgaarden gelegen zijn. De instelling van een aparte komgron- dencommissie voor dit gebied toont echter wel, dat de wil en de mogelijk heid aanwezig zijn om aan deze ach terlijke en onrendabele vorm van bodemexploitatie een einde te maken. Nu nog iets over het spel zelve. Zoals ieder openluchtspel moet het geheel worden opgebouwd uit een aantal scènes die een bepaalde tijd voorstellen en die de groei door de eeuwen moeten uitbeelden. Als de eeuwen trotserende figuur zat hoog boven het gewoel der eeuwen Vader Rijn, die met onbewogen en heldere stem steeds zijn commentaar gaf op de tafrelen die zich beneden hem af speelden. Het geheel ademde in sterke mate, wat samenstelling en regie betreft, de leiding van vakmen sen en de huldiging van de schrijver Maurits Dekker en de regisseur Ad. Hooykaas aan het slot vormde dan ook een passend einde van deze mid dag. Bij alle lof die we voor het stuk hebben willen we toch nog een kleine aanmerking maken en wel op de scène waarin de oprichtingsvergade ring van de Gelderse Mij van Land bouw ten tonele werd gevoerd. We misten hierin de kern d.w.z. de reden waarom deze maatschappij werd opgericht en hoe het te verkla ren is dat in de eerste besturen meer personen buiten de landbouw, dan landbouwers zelve zitting hadden. Het bij acclamatie verkiezen van functionarissen behoort ook nu, ruim 100 jaar later, niet tot het verleden, en kon daarom ook wel gevoegelijk weggelaten worden. In ieder geval was de opvoering als geheel zeer geslaagd te noemen, ondanks het vrij kleine en ongelijk matige terrein. Overgaande op het A V ON DPROGR A3IM A moeten we bekennen dat we een der gelijke toneelopvoering in het groot met 5000 a 6000 bezoekers in een be sloten ruimte nog nooit eerder mee hebben gemaakt. Zodoende laten we de schuldvraag wat betreft de ge luidsverzorging dan ook buiten be schouwing. Wel vragen we ons af of een landdagbestuur er vooraf geen rekening mee moet houden, dat als in een zaal als deze 10 niet zijn (haar) mond weet te houden, er reeds 500 a 600 in totaal zijn, een aantal dat we in Zeeland maar in weinig zalen onder zouden weten te brengen. Als een bepaald gedeelte van de zaal het stuk niet kan volgen, ontstaat daar een gemurmel dat zich voortplant als een epidemie, omdat door het gepraat steeds meer personen het gesprokene niet meer kunnen verstaan. We hadden het genoegen om tame lijk vooraan te zitten en tijdens het eerste bedrijf moesten we onze oren spitsen om iets op te vangen. We hebben echter versteld gestaan over de onverstoorbare kalmte waarmee de spelers, ondanks het rumoer, door speelden en zich ondanks alles in hun rollen wisten in te leven. We hebben ons ook in de beide andere bedrijven de ogen uit gekeken, want het spel was subliem. Kortom het was een opvoering van een stuk met gehalte, dat hoge eisen stelde aan de capaciteiten van de spe lers. Dat zij die op hebben weten te brengen is voor hen een persoonlijk compliment. We zouden er dan ook veel voor voelen om dit gezelschap nog eens in Zeeland uit te nodigen op een bijeen komst in groter verband. Ondertussen zijn we aan het einde van ons verslag gekomen. Als slot conclusie menen wij te mogen stellen, dat een herhaling van een landdag in landelijk verband niet alleen gewenst doch ook geboden is. Maar dan eens in een ander centraal gelegen pro vincie. En als dit festijn der P.J.G.N. naar wij hopen over enige jaren een vaste traditie is geworden, dan zal ook Zeeland eens aan de beurt moe ten komen. En dan hopen we dat de P.J.G.N. zover gevorderd is, dat zij haar leden ook uit die provincies weet te recruteren, die deze keer nog op het appèl ontbraken. BOS. Denkt U aan de opgave voor de excursie naar de Achterhoek van Donderdagmiddag 5 t/m Zaterdag 7 Juni a.s.? Deze sluit uiterlijk 24 Mei a.s. Kos ten 26,waarin opgenomen 2 x logieskosten plus ontbijt en 2 warme maaltijden. Op het programma staan o.m. Fo- rellenkwekerij N. H. M., conserven- fabriek, Coöp. Winterswijkse Boeren bond, oude Saksische boerderij, Stormrampmuseum, Perkamentfa- briek, Vleeswarenfabriek, Koninklijke Boerderij en een rit over de Veluwe. Meldt U spoedig aan en betaal s. v. p. tegelijk.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1952 | | pagina 5