Emigratie van landbouwers
naar Canada
Inzaaien
OnoIers&Bgs
van slootkanten
EINDLES MOTOR- EN
TREKKERCURSUS TE OOSTBURG.
Afdeling Zeeland der
Ned. Wolfederatie G. A.
Uit een geheim weekboek van
Bram uit de Slikhoek
De Canadese Regering heeft na het uitbreken
van een mond- en klauwzeer epidemie in Saskat
chewan tijdelijk maatregelen getroffen welke ge
leid hebben tot een beslissing dat landbouwers
families uit de landen, waar deze ziekte ook heerst,
niet zullen kunnen vertrekken totdat een besluit
is genomen omtrent de voorwaarden waaronder
deze emigranten in Canada toegelaten kunnen
worden. Verder is dóór de Canadese Regering een
invoerverbod uitgevaardigd van vlees en levend
vee.
In veeartsenijkundige kring verbaasde men zich
niet over de Canadese maatregel. In dat land, wa?r
jarenlang de veestapel vrij is gebleven van deze
ziekte en dus zeer gevoelig is, kan een epidemie
zich zeer snel verspreiden en uitbreiden. Indien
mond- en klauwzeer in Canada vaste voet zou krij
gen, zou de economie van dit land hevig worden
geschokt, gezien het feit, dat deze voor een belang
rijk deel op de veeteelt berust.
Reeds in het begin van 1951 is door de Canadese
Regering een verscherpt toezicht gelast op alle ge
ïmporteerde artikelen die de infectie zouden kun
nen overbrengen.
Voorts werden beperkende bepalingen gemaakt
t.a.z. de aanvoer per schip van zekere dierlijke pro
ducten, zoals huiden, vachten, beenderen, wol,
kaas, borstels, vlees, vleesproducten, alsmede van
hooi, stro en andere, voor verpakking dienende
producten.
Toen dus ontdekt werd dat de ziekte was binnen
gebracht door de 29-jarige Duitse boerenarbeider
Willy Brunt jen, dia nog maar sinds kort in Canada
is, lag het volkomen in de lijn van bovengenoemde
maatregelen, dat een „tijdelijk" verbod voor immi
gratie van landbouwers-families zou worden uit
gevaardigd.
Overigens bestaat er geen ongerustheid over de
vooruitzichten en wordt door de Nederlandse auto
riteiten er niet aan getwijfeld dat spoedig een op
lossing zal worden gevonden.
Onmiddellijk na het bekend worden van de Ca
nadese maatregelen zijn in Den Haag besprekin
gen begonnen tussen Mr Ir B. W. Haveman, de
Regeringscommissaris voor de Emigratie, en de
heer A. A. Ewen, Hoofd van de Canadese Immi
gratiedienst hier te lande.
Het voorstel van de Nederlandse Regering is de
emigranten te voorzien van een verklaring door de
plaatselijke autoriteiten, dat het desbetreffende
emigrantengezin vrij van mond- en klauwzeer-
virus is.
Tevens zal alles worden gedaan om de emigrant
en zijn goederen te desinfecteren. De mogelijk
heden zijn dat dit in Nederland dan wel in Canada
zal geschieden.
Ter voorbereiding van de Nederlandse garanties
aan Canada zijn reeds besprekingen gaande, waar
bij o.a. medische en veterinaire deskundigen zijn
betrokken.
Het is de bedoeling na te gaan welke ontsmet
tingsmethoden dienen te worden toegepast.
Intussen is de „Zuiderkruis" met emigranten op
4 Maart zonder oponthoud naar Canada vertrok
ken, met de toezegging, dat deze emigranten bij
hun aankomst geen moeilijkheden zullen onder
vinden.
De aanmelding alsmede selectie van -emigranten
zal doorgaan op normale voet. Er zullen echter
„tijdelijk" geen visa worden verstrekt aan de ge
noemde groep.
Hierdoor kan enige vertraging optreden in de
uitvoering van het emigratie-schema."
Volgens mededeling van Minister Joekes in de 2e
Kamer hebben de Canadese autoriteiten volledig
begrip voor de moeilijkheden voor ons land en
wordt er naar gestreefd om zo spoedig mogelijk
tot een oplossing te komen.
De positie van Nederland is in deze wel gunstig
door de uitstekende rosp die haar voortreffelijk ge
organiseerde veeartsenijkundige dienst geniet.
Bij de grote ruilverkavelingsobjecten op Walche-
ren en Schouwen-Duiveland worden oude sloten
dichtgemaakt en nieuwe rechte sloten gegraven.
Wanneer de kanten van deze nieuwe sloten aan
hun lot ove-gelaten worden, krijgt men veelal last
van inzakken en begroeiing met onkruid. Om dit
tegen te gaan is het van groot belang dat de sloot
wallen zo spoedig mogelijk ingezaaid worden met
een geschikt grasmengsel. Op het ogenblik is het
daarvoor de beste tijd. De slootkanten zijn nog
voldoende vochtig voor het kiemen van het zaad.
Om de kieming te bevorderen is het aan te bevelen
de kanten vooraf open te harken en na het in
zaaien in te harken.
Alt grasmengsal kan genomen worden in kf
per ha-
Op de van 8 tot 10 November 1951 gehouden bij
eenkomst te Bern van directeuren van de veeartse
nijkundige diensten uit 15 landen, welke bijeen
komst heeft plaats gevonden onder auspiciën van
het Internationaal Bureau voor Besmettelijke Vee
ziekten (zetelt te Parijs), en waaraan ook vertegen
woordigers van de F.A.O. en de O.E.E.S. deel
namen, bleken dr diensten van Denemarken en
Nederland verreweg het best georganiseerd, en
konden de afgevaardigden van béide landen na
drukkelijk verklaren, dat in hun landen geen enkele
reden tot het afslachten van vee bestond, aange
zien in hun landen met vaccinatie op grote schaal
zeer goede resultaten zijn verkregen.
De hoofdinspectie van de Veeartsenijkundige
Dienst van Den Haag heeft een verklaring afge
geven, dat het absoluut mogelijk is het overbren
gen van mond- en klauwzeer te voorkomen door
het treffen van desinfecterende maatregelen.
Tijdens het afdrukken van dit nummer bereikte
ons het bericht, dat onmiddellijk na het bekend
maken van bovenstaande maatregel van de Cana
dese regering in Den Haag besprekingen zijn be
gonnen tussen Mr. Ir. B. W. Haveman, de rege-
rings-commissaris voor de emigratie, en de heer
A. A. Ewen, hoofd van de Canadese immigratie
dienst ïüer te lande.
In deze besprekingen is overeenstemming be
reikt inzake de te treffen maatregelen, welke voor
dc Canadese regering een waarborg bieden, dat de
besmetting niet door middel van de góederen, welke
de emigranten meenemen, zal worden overge
bracht.
De aanmeldingskantorcn krijgen mededelingen
aangaande de voorschriften, waaraan de emigrant
zich heeft te houden.
RED.
Woensdag j.l. vond in de Ambachtsschool te
Oostburg de eindles plaats van de motor- en trek
kercursus vanwege de Cursuscommissie uit de ge
organiseerde landbouw.
De aanwezigen werden verwelkomd door de
voorzitter, de heer J. le Clercq Sr., wahrna nog een
les volgde van de heer W. P. v. d. Beukei, leider
van de cursus. Deze sloot hierop aan met verschil-
lendé vragen, tot de leerlingen gericht.
Hoewel het aantal deelnemers aan de cursus ge
ringer was dan gewoonlijk, was deze toch een eroot
succes door de ambitie, waarmede de leerlingen
de cursus hebben gevolgd.
Na afloop van de ondervraging deelde de heer J.
le Clercq de diploma's uit.
Gediplomeerd werden: P. Risseeuw Az. te Cad-
zand, P. de Smit en J. van 't Westeinde te Groette,
J. W. Hoste te Nieuwvliet, A. de Smit te Oostburg,
Joh. le Clercq Jz. en J. Lec-nhouts te Retranche-
ment en P. S. Dekker te Zuidzande.
De heer L. van Dijk. als ambtenaar belast met
het toezicht op de cursus, sprak hierna de jongelui
toe en gaf een enkele beschouwing over de beteke
nis van de motortractie in c!e landbouw.
De leerling P. S. Dekker; dankte de cursusleider
namens zijn medeleerlingen, onder aanbieding van
een. geschenk.
De heer v. d. Beukei beeloot met een toepasselijk
slotwoord.
Engels raaigras hooi type 15 kg
Kropaar 10
Roodzwenk (gewoon) 5
Witte klaver 4
Bij een sloot van 500 m lengte met een 1.20 m
brede wal is de oppervlakte dus 600 m2 en heeft
men van de verschillende grassoorten respectieve,
lijk 9 ons, 6 ons, 3 ons en 2Vi ons nodig.
Dit grasmengsel heeft de beste kans van slagen,
omdat hierin weinig droogte- en zoutgevoelige
grassoorten zijn opgenomen.
Bij het op deze wijze inzaaien van de slootkan
ten hebben we niet alleen het voordeel, dat onkruid
en minderwaardige grassoorten onderdrukt wor
den, maar bovendien, .dat het kanthooi een betere
voedingswaarde heeft naast een behoorlijke op
brengst.
Kruiningen, Maart 1952.
De Hoofdassistent voor de
Weide- en Voedcrbouw,
F. DE RONDE.
In de loop van de volgende maand zal een begin
worden gemaakt met de nabetaling over de door de
leden der N. W. F. geleverde scheerwol 1951. Be-
langhebbendcn zullen tijdig met datum en plaats
op de hoogte worden gesteld; de nabetaling'zal
worden gecombineerd met een verstrekking van
wollen goederen.
De grootte der nabetaling is aanzienlijk meer,
dan die over scheer 1950 (20 cn is door het
Bestuur bepaald op 33'/j van de opbrengst der
in 1951 geleverde wol. De in voorkoop geleverde
wol valt hier natuurlijk buiten, terwijl ook de niet.
leden geen nabetaling zullen ontvangen. De bere
kening vindt dus uitsluitend plaats over de par
tijen, waarvoor de voorschotprijs is uitbetaald.
Uit het bovenstaande moge blijken, van hoe groot
financieel voordeel het is als lid der Ned. Wolfede
ratie te zijn ingeschreven. Dit nog afgezien van het
feit, dat vele leden in 1951 door de vrijwillige voor
verkoop reeds een prijs van 10 tot ƒ16 per kg
voor een deel van hun wol hebben ontvangen.
Bovendien zijn de prijzen der breigarens weer
verlaagd, waardoor eveneens een niet onbelangrijk
voordeel kan worden verkregen. De prijzen varië
ren nu van 1,50 tot 1,85 per knot van 100 gram.
Ten aanzien van de prijzen der ruwe wol, die
deze zomer door de N. W. F. zullen worden be
taald, valt thans uiteraard nog niets te zeggen. Het
is evenwel van groot belang bij het vernemen dezer
p-ijzen te bedenken, dat de laatste 3 jaren nabeta
lingen zijn gedaan van 10 20 en 33V3
waarbij het tegoed aan ledenkapitaal, dat in 1950
ook 15 bedroeg buiten beschouwing wordt ge
laten.
Moge het bovenstaande de sohapenhouders, die
zich tot nu toe afzij-'ig hielden, ertoe brengen als
lid tot de Nederlandse Wolfederatie toe te treden.
Aanvragen hiertoe, alsmede ve'zoeken om nadere
inlichtingen, gelieve men te richten aan het Secre
tariaat der Afdeling Zeeland, Landbouwhuis te
Goes (telef. 2345 toestel 7).
W. C. SINKE, Secretaris.
11 Maart
De regen is gekomen
En dreef de boer in huis
Met paarden en tractoren,
Het staat weer netjes thuis.
Ja, zo is het gegaan. De gang was er mooi in; de
regen kwam en 'twas uit. De boer toog met zijn
hoofd naar beneden naar huis en zijn vrouw zag
van ve", hoe de barometer stond. Zij heeft dit al
meer mee gemaakt en weet dan precies de toon te
vinden om veel te voorkomen.
Ja, 't is nog maar begin Maart en het gaat zelden
dan ineens achter elkaar. Zie maar naar vo~ig jaar,
zegt zij niet te hard, maar toch hard genoeg om
haar ega, die reeds achter een krant gedoken zit,
het te doen horen. Er zal weer wel wat zon komen
en je kunt er weer op los gaan.
Hij leest vlug de marktberichten en leest het
wee-bericht drie keer over, waarin staat, „meest
droog, alleen kans op motregen." In zichzelf denkt
hij, motregen'tis overal door geregend tot op
mijn hemd toe en dat noemen ze motregen. Hij
loopt weer al naar buiten om te zien of het nog
regent.
Zo gaat 't leven in 't voorjaar '52 van de boer door.
Hij was zo vol met allerlei plannen geweest toen
de zon zo mooi scheen en het land zo lekker viel.
Eerst dat vlas, dan de haver, de erwten en dan, als
't kan, nog de ge'st. Voor de volgende week was
alles in zijn brein reeds besteld en hij zag ze al
bijna aan 't wieden bezig. Doch alles zal reg kom
en aan deze natte narigheid komt óók een eind.
Hij leest 's avonds nog eens de landbouw versla
gen en komt opeens weer tegen de actie van vorig
jaar op Tien Gemeten tegen de vergelingsziekte, de
mangelkuilen vóór 1 April op te ruimen, welke
daar zo'n best resultaat heeft gehad. Ja, daar moest
toch ieder weldenkend landbouwer aan meedoen.
Door de kuilen worden de luizen daarin opgekweekt
en straks strijken zij op onze suikerbieten velden
neer, daar zij uitstekend vliegen kunnen, en ver
oorzaken daar de besmetting.
Vorig jaar gaf een proef op Zuid Beveland een
goed resultaat, doch werd er nog wat bedorven
doordat een buurman hier niet aan meedeed. Ja,
maar wat kost ons, wanneer we de mangels op
ruimen, dat andere veevoeder niet, dat we dan aan
moeten schaffen? Dat moet elke boer voor zichzelf
uitkienen en er ook rekening mee houden wat de
vergelingsziekte ons kost.
Uit proeven is gebleken, dat cr van 1000 tot 8000
kg schade per ha kan worden gesticht door voor.
noemde ziekte en dat betekent ook heel wat. Laten
de boeren deze zaak eens goed onder de ogen zien
en b.v. buurlui met elkaar deze zaak eens regelen
en proeven doen en later ook de genomen proeven
even doorgeven ten algemene nutte. Veel te weinig
worden er nog proeven genomen op ons gebied, dat
nog vol vragen ligt, en nog minder worden de
uitslagen gepubliceerd. Dat kon toch ande-s? Wij
allen, die toch tot dezelfde partij der landbouwers
behoren, konden op dit gebied heel wit méér doen.