Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw BRIEVEN UIT CANADA ZITDAG BOEKHOUDBUREAU. UIT DE AFDELINGEN. CENTRALE PRÉMIE-KEURINGEN VOOR STIEREN IN N.-BRABANT IN 1952. STEENBERGENDonderdag 13 Maart, 111 uur, Hotel van Tilburg. Vergadering van de Kring West-Brabant op Wöènsdag 12 Maart a.s., in café Van Baren te Fijnaart. Aanvang half drie. Behandeld zullen o.a. worden de plannen t.a.v. het banaal AntwerpenMoerdijk. Afdeling Werkendam. Op 28 Februari j.l. hield dé afdeling Werkendam een ledenvergadering in café „De Waal" te Werkendam. Tengevolge van de drukte op de bedrijven was de belangstelling helaas gering. Na een openings woord door de voorzitter hield Ir. W. Wilten, land bouwkundige van het Nacobrouw een lezing over brouwgerst. De zorg die de boer aan zijn product heeft be steed, komt tot uiting bij de verwerking van het product door de industrie. Het belang van een goede kwaliteit geldt in het bijzonder voor een product als zomergerst, bestemd voor de brouw- industrie. Vóór de boer is het dus van belang om te weten, welke eisen de industrie aan zijn product stelt en op welke wijze hij deze kwaliteit kan bereiken. Het doel van een bierbrouwerij is om op zo eco nomisch mogelijke wijze bier te bereiden uit gerst, m.a. zoveel mogelijk hl bier uit een eenheid gerst. Het proces van de bierbereiding bestaat uit twee phasen: A. Het verwerken van gerst tot mout, weken en kiemen. Tijdens dit proces worden stoffen gevormd, die later in staat zullen zijn het zet meel van de korrels tot vergistbare suikers om te zetten. Na een bepaald stadium wordt dit proces stop gezet. Het gedroogde product heet mout. B. Het verwerken van de mout tot bier. Malen, mengen met water en hop. Onder bepaalde temperaturen wordt het zetmeel omgezet in suikers. Deze worden vergist tot bier. De eisen die aan een goede brouwgerst gesteld worden zijn: 1. Hoge kiemkracht (97 2. Grote gelijkmatigheid van de korrels. 3. Raszuiverheid. 4. Geen korrelbreuk of beschadigingen. Door deze eisen wordt een hoge en gelijkma tige kiemkracht bereikt en wordt zoveel mo gelijk mout uit een eenheid gerst verkregen. 5. Laag eiwitgehalte. Eiwit is niet vergistbaar en veroorzaakt boven- dien troebelingen in het bier en beperkt de houdbaarheid. Het Nacobrouw beschikt over een proef-brou werij, waar beoordeeld wordt of een ras ge schikt is. De boer vraagt grote opbrengst en stevig stro en met het oog op het oogsten met combine geen kor- reluitval. Balder geeft een iets hogere opbrengst dan Kenia, gemiddeld ongeveer 7 Ook het stro is iets stijver. Bovendien verkiest de brou wer een blanke gerst, Balder heeft in tegenstel ling tot Kenia geen rode kleurstof. Op welke wijze kan de verbouwer een product telen, dat aan de gestelde eisen voldoet? Ie. Zo vroeg mogelijk zaaien. Naarmate later ge zaaid wordt daalt korrelgrootte, korrelop brengst en stro-opbrengst. 2e. Stikstof dient steeds in geringe mate (30—50 kg N) en vroeg toegediend te worden. De kans op een lager eiwitgehalte is dan groot. 3e. Juiste methode van oogsten. De combine be hoeft geen enkele schade te geven. Het dro gen kan evenwel veel aan de kwaliteit toe- en afdoen. Schelven, mits men er voor zorgt de schoven droog in de schelven te plaatsen, ver dient voorkeur boven hokken en geeft minder inwerking van de weersinvloeden. 4e. Gebruik van goedgekeurd zaaizaad. Origineel zaaizaad is niet van belang. Nabouw (eerste, tweede of later) kan als brouwgerst evenveel waarde hebben. Dit jaar wordt op Keizersguldenwaard een proefveld aangelegd van de rassen Balder, Kenia en Heine 505. Na de lezing van de heer Wilten, die hij toe lichtte met een grote verscheidenheid aan lantaarn plaatjes, was er nog gelegenheid tot gedachtenwis- seling waarbij de vergadering besloot, t.z.t. een be- zoek te brengen aan een der brouwerijen en het volgend seizoen de heer Wilten nog eens uit te nodigen op een vroegere datum. De voorzitter dankte hierna de spreker voor zijn interessante lezing en sloot de vergadering. G. J. H. VAN KRUISTUM. Secr.-Penningm. Afdeling Steenbergen. Beknopt verslag van de vergadering gehouden op 21 Februari 1952 in hotel Concordia te Steenbergen. Voorzitter de heer J. J. van Nieuwenhuijzen, opent de vergadering, heet allen welkom; in het bijzonder Ir. Kupers, Rijkslandbouwconsulent en de heren van de Grasdrogerij te Tholen o.a. de directeur en de voorzitter de heer Brooijmans. De notulen worden zonder op- of aanmerkingen goedgekeurd, alsook de rekening en verantwoor ding over het boekjaar 1951. De aftredende bestuursleden de heren W. C. van Nieuwenhuijzen en A. J. van Luijk worden met algemene stemmen herkozen. Ir. Kupers geeft een zeer uitvoerige uiteenzet ting over humusvorming en bemesting, goede vruchtwisseling, het verbouwen van klaver en lucerne ter bestrijding van het bietenaaltje en be handelt de arbeidsproblemen in de landbouw. De gestelde vragen worden door de spreker tot volle tevredenheid uitvoerig beantwoord. De voorzitter dankte de heer Kupers en zeide dat wij hem nog graag als spreker meerdere malen zullen ontvangen. Door de heer Hartman te Dinteloord werd een uiteenzetting gegeven over de verplichting van de aanwezigheid der verbandtrommels op de land- en tuinbouwbedrijven. Er werden 6 A. en 7 B-trommels besteld: Door de heer Brooijmans, voorzitter van de grasdrogerij werd een zeer uitvoerige uiteenzetting gegeven over de oprichting, de uitbreiding en de werking der drogerij. Om te Stampersgat nog een drogerij bij te bouwen, moeten er nog 140 aan delen bijkomen om voor Rijkssteun in aanmerking te komen. Zonder dit laatste is 't bouwen te duur. Spreker hoopt dat er voldoende aandelen bij zullen komen, dan is het vervoer voor West-Brabant ook veel goedkoper en kan alles op tijd gedroogd worden. De voorzitter dankte de heer Brooijmans en sloot de middagvergadering. Hierna volgde tractatie op worstenbrood en wer den enkele films vertoond. De Secretaris, G. v. d. BRAND. Deze keuringen zullen worden gehouden: Donderdag 1 Mei: Zwartb. F. H. veeslag, Vee markt Breda, 10 uur. Dinsdag 6 Mei: Roodb. M. R. Y. veeslag, Vee markt 's Bosch, 10 uur. Voorlopig ingeschreven stieren moeten bij de vóór-keuringen worden aangegeven. Het uittrek sel uit het Register voor Jongvee dient daarbij te worden overhandigd, met vermelding van het Stamboeknummer. Definitief ingeschreven stieren moeten schrifte lijk worden aangegeven vóór 5 April a.s.,; bij Ir. A. Th. Ariëns, Rijksveeteeltconsulent te Ginneken. Het uittreksel uit het Register van Jongvee dient daarbij te worden opgezonden met vermelding van: naam en adres van de eigenaar; Stamboeknummer van de stier en bij de moeder van de stier ook de laatst gefiatteerde melklijst. Wanneer de betreffende stier reeds eerder op de Centrale keuring is geweest, kan volstaan wor den met opgave van het nummer waaronder en het jaar waarin de stier in de catalogus is vermeld. Eventuele opgave van een aanvulling der melk- lijsten bij de moeder is dan wel nodig. De eigenaren worden dringend verzocht alleen die stieren aan te geven, die op de Centrale keu ring een goede indruk kunnen maken. De Secretaris v. d. Prov. Cie Rundveefokkerij, in Noord-Brabant. R.R. 6 Strathroy Jan. 20-'52. Ontario, Canada. Beste Vrienden, Deze keer wil ik o.a. eerst iets over het klimaat van onze omgeving gaan vertellen. Wij leven hier in een z.g. droge luchtklimaat. De zomer gaat in een betrekkelijke korte periode in de winter over en omgekeerd.. Dit laatste najaar b.v. hadden wij tot begin November nog heel mooi weer en plotse ling zaten wij in een dikke laag sneeuw. Dat was deze winter betrekkelijk vroeg, maar we hadden toch 2 weken flink wat sneeuw én vorst. Daarna kregen we weer 2 weken mooi open weer, zodat wij nog een 40 ha weiland konden scheuren of ploe gen. Toen tegen de eigenlijke winter, iedere dag meer en meer sneeuw viel hadden wij wel 2% 3 voet sneeuw en het vroor op zijn hardst 20 gra den onder nul. Dat heeft ongeveer een maand geduurd en rond Nieuwjaar kregen wij weer zach ter weer, dat wij tot op heden nog hebben. Het vriest en sneeuwt wel eens wat, maar niet van be tekenis. Als wij zo het voorjaar ingaan, hebben wij heus geen klagen, maar misschien is het morgen al wel veranderd. En toch is het net of wij hier veel beter tegen de kou kunnen dan in Holland- Ik denk wel dat dat door de droge lucht komt. Regen in de winter is hier haast wel iets bijzonders, want het is altijd sneeuw wat er valt. Meestal krijgt men hier in het najaar vóór de eigenlijke winter intreedt een week of enkele dagen veel regen, die verandert tenslotte in sneeuwbuien. Dat vult de welputten voor drinkwater voor de winter zegt de Canadese boer. Het gebeurt hier maar zelden dat men de sneeuw mooi in vlokjes neer ziet komen dwarrelen, meestal brengen de sneeuwbuien veel wind mee en dan lijkt het meer op een sneeuwstorm. Daarom gebeurt het dan ook nog al eens, dat men met een auto gemakke lijk vast zit in een sneeuwbank. Dan hoeft er eigenlijk nog niet zoveel sneeuw gevallen te zijn, als soms op die courantenfoto's lijkt. Het gevolg is dat ook iedere dag de sneeuwploeg over de we gen komt en dat gaat hier niet met een driehoek en een paar paarden er voor en dan een man of vijf op de ploeg, maar met een grote stalen ploeg aan het front van een met grint geladen auto ge monteerd. Het gaat dan met een vaartje van 35 40 km per uur over de weg en stuwt de-sneeuw als het nodig is wel 7 8 voet omhoog aan oe kant van de weg. Een 110 mijl Noordelijker valt veel meer sneeuw als hier en daar gebruiken ze ook wel sneeuwblazers. Die zuigen de sneeuw op én blazen hem dan verder van de weg af. Zo scharre len wij hier de winter door en brengen dé meeste tijd in de schuur door. Naar de Canadezen zeggen hebben ze hier sinds de winter van 19441945 geen strenge winter met veel sneeuw meer gehad. Toen was de sneeuw aan de kant van de weg zo hoog opgeploegd, dat het wel muren leken en door de sterke wind was de weg iedere dag weer volge- waaid. Maar daar kan ik nog niet van mee praten, zolang zijn wij hier nog niet. Soms gebeurt het hier dat men in April al op het bouwland aan het werk kan, maar een Canadees rekent op 1 Mei om het vee in te scharen en als dat in de wei loopt, is meestal het land geschikt om in te gaan zaaien. April lijkt hier meer op de maand Maart in Hol land, soms mooie dagen dan weer eens een dag sneeuw of regen en toch over het geheel behoor lijk koud. Dan opeens zit je plotseling in de zo mer, want de haver staat er in 4 k 5 dagen boven en groeit snel, niet net als in Holland, dat ze soms rood wordt van het aanhoudende koude weer. We hebben hier 's zomers voldoende regenval, het gebeurt nog al eens yan een onweersbui en toch niet dat wij hier zoveel broeierig warm weer hebben. Het kan soms wel eens flink warm zijn, maar ik vind steeds dat ik in Holland soms war mere dagen heb meegemaakt. Er is hier altijd nog al een koel windje bij en dat scheelt veel. Dat zal wel komen omdat wij in het Westen 35 miles van ons af het Huronmeer hebben en in het Zuiden een 60 miles van ons af het Eriemeer. De wind is hier meestal West of Zuid. Uit het Westen komen meestal de sneeuwbuien, uit 't Oosten een sneeuw storm zoals ze dat noemen en de vrieshoek is het Noord-Westen. Als de wind 's winters naar het Zuid-Oosten gaat krijgen we zachter weer en 's zomers regen. Dat is het een en ander over het weer in Zuid-West Ontario. Nu zal ik nog iets vertellen over hetgeen wij hier in Qct. 1950 op een Zondag eens mee gemaakt hebben. Het was ongeveer 12 uur op de middag toen de lucht in het Westen donker op kwam zet ten. Ik dacht dat wordt een zware onweersbui. Het groeide steeds aan en een lucht om angstig van te worden. De voorste wolken kwamen al tot boven ons en wij hoorden of zagen maar niets van onweer. Even later moesten wij de lamp aanknip pen, zo donker werd het in huis. Ons radiotoestel konden wij nog niet aanzetten omdat hier de elec- triciteit in begin 1951 over heel Ontario van cycle overal eender gemaakt zou worden. Zodoende hoorden wij ook niet over de radio wat er eigenlijk gaande was. Maar omstreeks 1 uur n.m. was het buiten ook donker en alle auto's die op de weg waren reden met licht op. Geen regen en geen onweer. Dat duurde zo een paar uur en toen werd het weer wat beter, maar daar zat iets in de lucht. 'sAvonds hoorden wij het, het was rook, er was een grote prairie-brand in Alberta en die rook trok over Zuid-West Ontario Amerika in. De rook hing 1000 1300 meter hoog en de volgende dag was het nog goed te zien. Zoals ik de vorige keer schreef, is Ontario ook weer verdeeld in z.g.n. onder-provincies (coun try's). Zo behoren wij hier tot de Middlesex-coun try en elke country is weer verdeeld in Town ships. Wij wonen in de East-William township. Een township is niet gebonden aan een dorp of stad. Want wij wonen op grond van de gemeente Strathroy, maar Strathroy zelf valt weer onder een ander township. Een township heeft een be stuur van 5 personen die elk jaar weer opnieuw gekozen worden. Dit bestuur heeft te kijken en te beslissen over de binnenwegen, schooltjes, duikers onder andere, de wegen enz. Er staan in deze township verschillende schooltjes en in elke school een onderwijzer (es). Nu is er verleden zomer een stemming geweest om een grote school te bouwen en deze dan in het centrum te plaatsen, dan kan iedere klas apart een onderwijzer hebben. Dit is er met vele moeite door gekomen, want er waren nogal tegenstanders, vooral in verband met de kosten. Er moet een school komen en onderwij zerswoningen en er komen veel ijieer kosten om de kinderen op te halen. Het gehele geval wordt geraamd op 100.000. Nu beschikt het townshipbestuur ook over de z.g. polderbelasting met schoolbelasting en nu is deze belasting ongeveer verdubbeld. De binnenwegen hier zijn allemaal grindwegen en liggen in verkavelde vorm. Elke mile heb

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1952 | | pagina 9