RONDOM HET
MOND- EN KLAUWZEER
OnJcrivijs
Lonen en
sociale voorzieningen
ONDERZOEK NAAR HET
ARBEIDSAANBOD.
GOED EN GOEDKOOP.
DECADESOMMEN
II.
België. Hoewel er nog vele, en ook nog nieuwe
ziektegevallen voorkomen, is de epidemie nu wei
over het hoogtepunt heen.
Uit de gegevens van lo December j.l. blijkt, dat
speciaal in het Noorden en het Oosten van het
'land, waar de plaag het eerst is opgetreden, het
aantal nieuwe gevallen reeds veel minder is ge
worden.
In de periode van 1 Sept.31 December 1951
werden pl.m. 660.000 runderen, voorkomend op
ongeveer 50.000 bedrijven, ziek gemeld. D.w.z.
dat bijna 30 van de runderen en ongeveer 20
van de bedrijven door de ziekte aangetast is.
Het zal nog wel een jaar duren voordat België
voldoende vaccin kan produceren.
De bedrijven die sedert 1 Sept. door sterfte of
noodslachting tenminste de helft van het aantal
dieren hebb2n verloren, zullen een vergoeding van
B. Frs. 8000 uitgekeerd krijgen per dier, indien de
betreffende landbouwer ten minste 1 melkkoe per
5 ha bezit.
Bovendien kan aan bedrijven die t.b.c.-vrij zijn
of zijn aangesloten bij een fokkerijsyndicaat een
toeslag van 10 worden uitge keerd.
Hierbij worden de gelden, reeds ontvangen bij
de verkoop van het vlees, in mindering gebracht.
Waarschijnlijk zullen alleen de kleine bedrijven
van deze steun kunnen profiteren.
Zweden. Nadat in midden September het eer
ste geval geconstateerd was, kwam een sterke
uitbreiding eer epidemie in de maand December.
Het merkwaardige hiervan was dat soms vol
komen geïsoleerd liggende boerderijen onver
wachts, en zonder aanwijsbare oorzaak door het
KINDLES CURSUS LANDBOUWWERKTUIGEN
TE AAGTEKERKE.
Dinsdag 14 Januari werd in Aagtekerke de eind-
les gehouden van de cursus in Landbouwwerktui
gen. De leider der cursus, de heer Van Liere, uit
Goes, richtte voor hij aan deze laatste les begon
enkele woorden van welkom tot de genodigden
voor deze avond, de heer J. Bosselaar, Burgemees
ter van Aagtekerke; de heer Gastman, uit Goes,
plaatsvervanger van Ir. Versteeg, die was ver
hinderd, en tot de bestuursleden der Z. L. M., afd.
Aagtekerke, welke tevens de commissie van toe
zicht vormden.
Spreker behandelde op deze laatste les de ploeg,
en gaf hierbij een overzicht van de eerstbekende
houten ploeg tot de moderne ploegen van tegen
woordig. Hij vertoonde daarna met lantaarnplaat
jes verschillende landbouwwerktuigen.
Tot groot genoegen van leraar en leerlingen kon
na deze laatste les aan alle leerlingen een diploma
worden uitgereikt, en wel aan: Jos. Maljaars, Jac.
de Visser Jaczn, Jan de Visser Johzn, L. de Visser
Johzn, Jan Verhage te Aagtekerke, Jan Brouwer,
P. Brouwer, Adri Jobse, Anth. Jobse, Jac. Mincler-
houd Jzn, Andr. Minderhoud Jzn, Adri van der
Meule, W. de Visser Johzn, P. Wisse Johzn te Dom
burg, V/. Dekker, Jan Franke te Meliskerke, Jac.
de Korte te Biggekerke, Corn, de Visser Jzn te
Oostkapelle en P. de Visser Johzn te Westkapelle.
Door Burgemeester Bosselaar werden de diplo
ma's uitgereikt, welke de leerlingen hiermee harte
lijk feliciteerde en hoopte dat ze deze verkregen
kennis later in eigen bedrijf zullen kunnen toe
passen.
Ook de heer Gastman uit Goes en de heer S. de
VisserMaljaars, voorzitter der Z. L. M., afdeling
Aagtekerke, wensten leraar en leerlingen geluk
met dit behaalde succes.
Namens de cursisten werd door de heer Jan
Brouwer in dichtvorm dank gebracht aan de heer
Van Liere voor de gegeven lessen en aan het Ge
meentebestuur en de commissie van toezicht voor
hun medewerking, waarna aan de heer Van Liere
nog een mooi cadeau werd aangeboden.
De Secretaris der Z. L. M.. afd. Aagtekerke.
P. DE VISSER V/zn.
EINDLES ALGEMENE LANDBOUWCÏliSUS
TE KORTGENE.
Zaterdag 19 Januari vond de eindles plaats van
de Alg. Land'oouwcursus te Kortgene. In verband
met het vertrek naar Abcoude van het hoofd der
cursus, de heer A. M. Brands, waar deze benoemd
is tot leerkracht aan de Lagere Landbouwschool,
werd deze cursus, in overleg met Ir. J. Versteeg,
vervroegd beëindigd.
Aanwezig waren: Ir. J. Versteeg en de heer G.
M. F. Bom, die de Z. L. M. vertegenwoordigde.
Aan de volgende leerlingen werd het diploma
uitgereikt: J. Bouwense, M. Huibregtse, W. Huige,
M. de Smit, A. M. v. d. Weele, H. Groenleer te
Colijnsplaat, D. Dingemanse, P. J. Geldof, M. Hey-
stek, P. v. d. Maas, A. J. Marinissen te Wissen-
kerke, C. Douw en J. C. Douw te Kamperland,
J. Eikenhout en A. J. J. Munter te Kats. Eén leer
ling werd afgewezen.
mond- en klauwzeer werden aangetast. Daardoor
heeft de theorie dat het virus ook door de wind
verspreid kan worden weer steun gekregen.
Temeer waar de sterke uitbreiding samen bleek
te vallen met een periode van een aanhoudende
krachtige Z. W.-wind.
In totaal werden sinds het uitbreken der epide
mie tot en met 4 Januari 1952 504 bedrijven aan
getast waardoor 10426 stuks rundvee en 11107
varkens, vertegenwoordigende een waarde van
ƒ9.000.000, moesten woeden afgeslacht.
Van dit bedrag, dat de regering aan de betrok
ken eigenaars uitkeert, zal door de opbrengst van
het vlees weer 30 in de staatskas terugvloeien.
Naast de gedwongen afslachting wordt ook wel
de vaccinatie toegepast, doch deze kon aanvanke
lijk slechts in beperkte mate werden uitgevoerd,
omdat het vaccin uit Denemarken ingevoerd moest
worden. Daarom bestaan er in Zweden nu plannen
om te komen tot een eigen inrichting waar vaccin
voldoende voor 120.000 dieren geproduceerd kan
worden.
Denemarken. De top van de epidemie werd
hier bereikt in -de week van 511 December. In
totaal waren op 8 Januari 1952 22.725 bedrijven
aangetast of aangetast geweest. Dit is ongeveer
11 van het totale aantal bedrijven.
De vaccinatie heeft normaal plaats gevonden
wat betreft de typen A en varianten en de O.
Hoewel in de eerste tijd niet voldoende vaccin
aanwezig was, zodat alleen de meest bedreigde
districten voorzien konden worden, was deze pro
ductie in de laatste week ruimschoots voldoende.
Van het type C werden slechts 90 gevallen gecon
stateerd, en dit vaccin kon nog niet voldoende ge
produceerd worden om dit ter vrije beschikking te
stellen.
Denemarken volgt dus het systeem van vacci
neren en niet van afslachten. De isolatiemaat
regelen schijnen ingrijpender dan in Nederland te
worden toegepast. Zo mag het vee in de besmette
districten alleen van de bedrijven naar de slachte
rijen vervoerd worden, waarbij men gebonden is
aan gezondheidscertificaten en vervoersbewijzen.
Bovendien zijn de zuivelbedrijven aan bijzondere
maatregelen gebonden, zodat de lagere melk
productie hier ook gedeeltelijk aan geweten zal
moeten worden.
Noorwegen. In dit land werd op 31 December
1951 slechts één nieuw geval geconstateerd waar
bij de gehele veestapel werd afgemaakt.
Het Noorse district is min of meer geïsoleerd en
het zuivelbedrijf werd ter desinfectie gesloten, ter
wijl het publiek verzocht werd zo min mogelijk in
dit district te reizen.
B.
(Naar gegevens ontleend aan „Landbouw-wereld-
nieuws".)
Er zijn in de laatste weken mededelingen ver
spreid, die de indruk zouden kunnen wekken, dat
de zaken van het Fonds niet in orde zijn en de ver
zekerden dus reden hebben tot ongerustheid.
Nu een lid van de Tweede Kamer daarin aanlei
ding heeft gevonden, aan een tweetal ministens
daarover vragen te stellen en dus binnenkort een
antwoord daarop tegemoet kan worden gezien,
acht het Fondsbestuur het juister, op de aangele
genheid zelf nu niet in te gaan, gesteld al, dat daar
voor overigens op dit moment aanleiding zou zijn
geweest.
Wel houdt het rekening met de mogelijkheid,
dat de geruchten over het Fonds ook bij sommige
bedrijfsgenoten ongerustheid kunnen verwekken.
In verband daarmede acht liet Fondsbestuur het
gewenst, met nadruk te vevklaren, dat voor een
dergelijke ongerustheid geen reden bestaat. In
financieel opzicht is van geen enkele onregelmatig
heid sprake; ten overvloede zij dus nog gezegd,
dat de uitbetaling van pensioenen volledig gewaar
borgd is.
Dat op administratief gebied een dergelijk Fonds
vooral in de aanloopperiode, met moeilijkheden
zou" hebben te kampen, was tevoren te voorzien.
Aan deze moeilijkheden, die met een chaotische
toestand echter niets te maken hebben, wordt
langs normale wegen het hoofd gebo;en. Zij wor
den trouwens voor een groot deel veroorzaakt door
het feit, dat ook de bedrijfsgenoten een aanloop
periode nodig hebben gehad.
Daarom maakt het Fondsbestuur van deze ge
legenheid gebruik, de werkgevers en werknemers
in de landbouw nogmaals erop te wijzen, dat on
juiste of onvolledige invulling van formulieren en
in het algemeen het niet tijdig of niet juist voldoen
aan de bepalingen, vanzelfsprekend een ongunstige
invloed uitoefent op de administratie van het
Fonds, die de gemaakte fouten moet corrigeren.
Het zo goed en goe-koop mogelijk laten func-
tionneren van deze administratie, hebben de be
drijfsgenoten dan ook zelf voor een groot deel in de
hand.
BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR
DE LANDBOUW.
Het onderzoek naar het arbeidsaanbod in de
landbouw, thans en in de toekomst, is nu een paar
weken aan de gang. En men kan zeggen: het
loopt goed. Het Landbouw Economisch Instituut
krijgt de medewerking, die het vraagt, zowel van
de gemeentelijke autoriteiten als van de boeren
en landarbeiders.
Zoals bekend worden in deze weken een aantal
gemeenten van de beide Hollanden en Utrecht
onderzocht. Een interessante ervaring is daarbij,
dat het L.E.I. in de gemeenten, waar de akker
bouw overhee-st meer begrip ontmoet voor het
onderzoek, dan in de gemeenten, waar de veehou
derij de voornaamste bedrijfstak is. Begrijpelijk,
want de arbeidsbehoefte in de akkerbouw wiss alt
in de loop van het jaar veel sterker dan in de
veehoude-ij.
Aan ce arbeiders komt een woord van lof toe.
Op de eerste oproep is tot nu toe in alle gemeen
ten 70 tot 80 opgekomen. Hier moet men niet
licht over denken. Velen hebben er niet tegenop
gezien in de avonduren op de fiets nog een paar
kilometer te rijden naar het gemeentehuis, vaak
door het meest gemene hondeweer van storm en
regen, waarop deze winter ons vergast. Zij geven
er blijk van, dat zij het onderzoek op de juiste
waarde schatten en dat zij het belang ervan zeer
schero inzien.
Met het tweede gedeelte van het onderzoek
dat zal plaats hebben op de Zuid-Hollandse Eilan
den, in Zeeland en het kleigebied van Noord-
Brabant, zal het L.E.I. naar alle waarschijnlijkheid
een aanvang maken in de tweede week van Febr.
Indien U een vergelijking tussen een fabriek en
een land- of tuinbouwbedrijf wilt maken, zult U
getroffen worden door de vele punten van over
eenstemming, wel'ke tussen deze zo verschillende
ondernemingen bestaan.
Aan het hoofd van een fabriek staat een direc
teur, aan het hoofd van een land- of tuinbouw
bedrijf staat de boer of tuinder. Beide hebben het
in hun hand van het geheel een geslaagde onder
neming te maken. Slechts indien de bedrijfsvoe
ring zo rationeel mogelijk is, belooft de onder
neming flinke baten af te werpen.
Hoe staat het hie-mee op een landbouwbedrijf?
Ook hier worden verouderde machines door
nieuwe vervangen. Een moeilijkheid is echter de
controle van de grond. Een boer of tuinder kan
er onmogelijk een eigen laboratorium op na hou
den, waar hij controleert, of de grond gebreken
vertoont. Samen met anderen kan hij echter veel
bereiken en het bewijs van de mogelijkheden van
samenwerking is aanwezig in de vorm van het
Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasondcr-
'zoek. Het voordeel van zo'n gezamenlijk labora
torium is, dat het onderzoek goedkoop kan ge
schieden. Wanneer U de kosten van het grond
onderzoek vergelijkt met de resultaten die ermee
behaald worden, zult U ook zeggen: „Grondonder
zoek op het Bedrijf slaboratorium voor Grond- rn
Gewasonderzoek is zeker niet kostbaar en maakt
zich vele malen betaald".
Geen bedrijf kan volledig rendabel zijn zonder
goede controle, dus maakt gebruik van Uw eigen
laboratorium, de controle is er in goede handen.
van de neerslag in mm van de regenstations
in Zeeland over de maand December 1951.
Ie 2e 3e
Decade Decade Decade Tot.
Haamstede
(West. Vuurt.)
20.4
2.7
25.9
49.0
(De Blink.)
14.2
3.1
17.6
34.9
Kerkwerve
11.1
3.7
25 3
40.1
Brouwershaven
14.6
4.4
27.0
46.0
Noordgouwe
-
Anna Jacobapolder
7.7
2.2
31.8
41.7
Kortgene
St. Annaland
9.4
44
34.1
47.9
Stavenisse
8.0
3.1
31.3
42.4
Tholr n
10.4
2.6
33.7
46.7
Oranjezon
14.8
1.5
31.6
47.9
Nw- en St. Joosland
10.2
1.4
35.0
46.6
Westkapelle
14.2
3.5
33.6
51.3
Vlissin~en
10.1
1.3
33.7
45.1
Middelburg
8.5
0.7
32 3
41.5
Kraaiertpolder
11.4
1.4
33.5
46.3
Ovezande
11.4
l.S
31.6
44.6
Wolf aartsdijk
12.1
30.2
42.3
Wilhelminadorp
7.2
1.7
36.9
45.8
Kapelle
9.6
2.2
34.3
46.1
K-ebbendijke
9.8
2.0
35 6
47.4
Rilland
9.4
2.0
32.1
43.5
Ca'z^nd
10.0
1.7
31.1
42.8
Cadzand (Haven)
8.3
3.0
39.2
50.5
Grocde
9.9
44
42.2
56.5
Biervliet
11.1
0.9
36.3
48.3
St. Kruis
Philippine
12.2
1.1
30.0
43.3
Terneuzen
Axel
11.9
0.0
35.5
48.0
St. Jansteen
10.2
4.5
43.0
57.7