RASSENKEUZE
OnJ
crt»i|§
Nieuwe Uitgaven.
Mededelingen van de Rijkslandbouwvoorlicbtingsdienst
PLATTELANDSVROUW
„DE WONING EN HAAR
INRICHTING".
X, worden waar o.m. getoond wordt: goed aarde-
X Houdt U dus 6 Februari vrij om naar Goes
X
VOORLICHTINGSBIJEENKOMSTEN
van het Landbouw Coöperatie Centrum.
ZOMERGERST.
Kenia wordt door meerdere rassen in opbrengst
overtroffen. In de eerste plaats is het Balder die
naast een zeer goede brouwkwaliteit Kenia met
5 meeropbrengst slaat. Het is opvallend dat in
1951 volgens de statistiek Kenia 49 en Balder
47 van het gerstareaal in het ambtsgebied in
neemt.
Rassen Gemiddeld 19471951
kg/are
Abed Kenia
44.1
(23)
96
(23)
Balder
46.4
(23)
101
(23)
Saxonia
43.5
(17)
95
(17)
Herta
47.9
(10)
104
(10)
Carlsberg
47.6
(10)
104
(10)
Agio
45.9
(17)
100
(17)
Haisa MR I
45.9
(6)
100
(6)
Haisa MR II
45.4
(5)
99
(5)
Haisa MR III
43.7
(1)
95
(1)
Heines St 505
49.7
(5)
108
(5)
Heines St 506
48.5
(2)
106
(2)
Heines St 502
47.8
(1)
105
(1)
Earl
45.3
(3)
99
(3)
Breustedt 1038/45
48.3
(1)
105
(1)
Wisa
46.1
(1)
100
(1)
Pirol
40.7
(1)
89
(1)
100 45.9 kg/are.
Het cijfer tussen haakjes geeft het aantal proef-
heeft.
Saxonia is met 3 een onbelangrijk ras. Het
slappe stro, de te geringe productiviteit en de min
dere brouwkwaliteit zijn hiervan de oorzaak. Sinds
1949 zijn een tweetal rassen van Fa Weibull te
Landskrona in beproeving. Het waren twee lijnen
uit dezelfde kruising, n.l. Kenia X Isaria, die onder
de naam Weibull 4994 (later Rika) en Herta vrij
wel niet van elkaar te onderscheiden waren. Ze
muntten uit in zeer goede strostevigheid en op
brengst. In overleg met de kweker zal nu Herta in
de Rassenlijst 1952 worden opgenomen, terwijl
geen verdere beproeving van Rika zal plaats vin
den. Naast de vele aantrekkelijke eigenschappen
heeft Herta het nadeel dat het voor de brouwerij
belangrijk minder geschikt is dan Balder. In de
rassenlijst zal dit ras met cijfer 5 voor deze eigen
schap uitkomen. Herta heeft vooral ook op zand
gronden zeer goede resultaten gegeven, zodat er
waarschijnlijk voor Zeeland mogelijkheden in zit
ten voor zaaizaadteelt.
Carlsberg heeft het grote bezwaar van het slappe
stro, geeft overigens een zeer goede opbrengst.
Mogelijk is het een goede vervanger voor Saxonia
op gronden waar dit ras wordt verbouwd.
Agio blijkt minder productief dan Herta. Heeft
overigens vrij stevig stro en een mooie grove kor
rel. Ongeschikt voor de brouwerij. Van de nieuwe
rassen valt Heines St 505 op door een zeer goede
opbrengst. Een ras waarvan de resultaten met be
langstelling gevolgd kunnen worden. Het stro is
niet zo stevig als dat van Herta.
De andere nieuwe rassen zullen nog enige tijd
beproefd moeten worden, voor er een oordeel over
uitgesproken kan worden.
Nadere inlichtingen hierover kunnen bij de assis
tenten verkregen worden.
ERWTEN.
Rassen Gemiddeld 19471951
kg/are
Ronde groene:
Rondo C.B.
43.8
(11)
119 (11)
Parel C.B.
42.0
(11)
114 (11)
Stijfstro C.B.
39.5
(11)
107 (11)
Servo
36.6
(10)
99 (10)
Mansh. g.e.k.
33.1
(7)
90 (7)
Unica
34.0
(10)
92 (10)
Mansh. pluk
34.0
(5)
92 (5)
v. Belzen 72
37.6
(5)
102 (5)
Schokkers:
Zelka
36.9
(11)
100 (11)
Emigrant
37.6
(11)
102 (11)
Markant
36.7
(4)
100 (4)
C.B. 31/91
34.6
(2)
94 (2)
Grauwe en vale:
Hala cap.
32.7
(11)
89 (11)
Aureool cap. (Helios)
39.6
(9)
107 (9)
Mansholt cap. (889/45)
37.2
(5)
101 (5)
Gruno roz.
32.4
(10)
88 (10)
Vinco roz.
39.9
(11)
108 (11)
Ivora roz. (Mansh. 789/44
35.3
(8)
96 (8)
100
36.9 kg/are
Door gezamenlijke standaardisatie van alle erw
tenproefvelden werd het mogelijk de groepen ronde
groene schokkers- en grauwe- en vale erwten in
één kolom onder te brengen. Hierdoor kan de pro
ductiviteit van een ras niet alleen vergeleken wor
den met die van een ras binnen dezelfde groep,
doch ook met de gegevens van rassen uit andere
groepen.
Bij vergelijking van opbrengsten van de meest
verbouwde rassen vindt men, dat Rondo, Parel en
Stijfstro met een gemiddelde van 41.8 kg/are, Zelka
met 36.9 kg/are en Vinco 39.9 kg/are, elkaar niet
zo heel veel ontlopen. Opvallend is dat Zelka als
vertegenwoordiger van de schokkers, over 5 jaar
minder productief blijkt dan de Vinco rozijnerwt.
De proefvelden in 1951 bevestigden wederom de
meeropbrengst van de voor voetziekte, resistente
erwtenrassen, ook al treedt deze ziekte vrijwel
niet op.
KARWIJ.
1949
1950
1951
Gem.
1949-1951
Rassen:
kg-
kg-
kg-
kg-
are
are
are
are
Mansholts
22.8
23.8
20.7
22.0
105
(3)
Volhouden
25.8
26.9
17.6
23.0
110
(3)
N.-Holl. (landr.)
24.0
19.9
22.6
108
(2)
Zijlstra's Zaadh.
23.4
21.1
22.5
107
(2)
Zijlstra's Sel. I
19.5
16.6
18.3
87
(2)
Zijlstra's Sel. II
24.8
15.6
20.5
98
(2)
Kistemaker
21.3
18.9
90
(1)
Cresendo
17.4
20.3
97
(1)
100
21
kg/are
Jaarlijks werd een karwij-rassenproefveld aange
legd; dekvrucht erwten.
Van de drie in de Rassenlijst voorkomende ras
sen Mansholts, Volhouden en Noord-Hollandse,
blijkt Volhouden de meest productieve.
In 1951 is de opbrengst van Volhouden beduidend
lager dan in andere jaren. Met het Nrd-Holl. land-
ras en de Zijlstra's vertoonde dit ras de snelste
voorjaarsontwikkeling. Volhouden was echter het
vlugst uitgebloeid.
Waarschijnlijk hebben de weersomstandigheden
in de eerste periode van het bloeien een ongunstige
invloed uitgeoefend op de zaadvorming, waardoor
Volhouden meer getroffen werd dan andere rassen.
Een drietal Zijlstra's zijn in 1950 en 1951 be
proefd. Hierbij valt de Zijlstra's Zaadhoudende op
door goede opbrengsten. Opvallend is voor deze
rassen het zeer vast zitten van zaad aan de bloem-
schermen, zo zelfs dat met de proefveld-dors
machine twee keer moest worden gedorst. Deze
rassen geven echter weinig zaadverlies.
Het eveneens nieuwe ras Kistemaker en de se
lectie uit het Nrd-Hollandse landras Cresendo, zijn
slechts één jaar beproefd. De productiviteit hier
van lijkt onvoldoende.
Nadat de proefvelden voor het eerste jaar zijn
geoogst blijven deze de winter over liggen om het
tweede oogstjaar, de rassen nogmaals op produc
tiviteit te beoordelen. Een proefveld is op deze
wijze in 1951 voor de tweede maal geoogst. Na het
oogsten in Juli 1950 kwamen weer vlug nieuwe
planten. (De oude sterven n.l. af.) Het aantal
planten per m2 voor en na de winter was voor de
rassen Volhouden 19 en 17; Mansholts 22 en 22;
Zijlstra's Zaadhoudende 33 en 33; Zijlstra's Sel. I
6 en 6; Zijlstra's Sel. II 6 en 6 en Kistemaker 15
en 15. In het najaar 1950 kwamen op vrijwel alle
veldjes en bij alle rassen enkele planten in bloei.
Het gewas ging met een normale grootte de win
ter in. Eind November werd gedekt met de karwij-
ploeg.
De voorjaarsontwikkeling was aanvankelijk
goed, doch in April en Mei stagneerde de groei; er
vielen enkele planten weg.
Door de ongelijke stand vertakte het gewas zich
sterk en ontstond een ongelijkmatige bloei en bij
gevolg een onregelmatige rijping.
Opbrengst 2e Oogstjaar.
1951
Rassen
kg/are
Mansholts
11.7
120
(1)
Volhouden
9.5
98
(1)
Zijlstra's Zaadhoudende
13.8
142
(1)
Zijlstra's Sel. I
8.1
83
(1)
Zijlstra's Sel. n
5.0
51
(1)
Kistemaker
10.2
105
(1)
100
9.7 kg/are
Hoewel de gegevens slechts op één proefveld be
trekking hebben en hierdoor met voorzichtigheid
dienen gebruikt te worden, biedt deze teeltwijze
gezien de lage opbrengsten per are voorlopig wei
nig aantrekkelijks.
Het proefgemiddelde is 9.7 kg/are tegen 21 kg op
een andere proef in hetzelfde jaar. (Zie eerste
tabel). De opbrengst blijkt sterk afhankelijk van
het aantal planten.
De Hoofdassistent voor het Onderzoek,
G. J. BOM.
Kruiningen, 14 Januari 1952.
VOORBEREIDENDE CURSUS
RIJKSLANDBOUWWINTERSCHOOL GOES.
Het ligt in mijn voornemen om bij voldoende
deelname ook dit jaar weer een voorbereidende
cursus te organiseren voor degenen, die voor
nemens zijn in September 1952 toelatingsexamen
voor de landbouwwinterschool te doen.
Teneinde zo volledig mogelijke inlichtingen te
kunnen geven over de te volgen studie aan de land
bouwwinterschool verdient het aanbeveling, dat
degenen, die dit najaar naar de school willen ko
men, zich thans reeds bij mij aanmelden, opdat ik
hen alle gewenste inlichtingen tijdig kan geven.
De Directeur van de
Rijkslandbouwwinterschool,
Ir. J. VERSTEEG.
Op 6 Februari a.s., in liet Schuttershof"
te Goes.
10 uur v.m. Lezing door Ir. P. 't Hooft uit
Goes over: „Het Wonen".
12 uur. Pauze.
v
2 uur n.m. Aan de hand van lantaarnplaatjes
een causerie over: „De inrichting van
onze woning" door mevrouw J. van
DoorninckJapenga uit Havelte.
Tevens zal een tentoonstelling ingericht
werk, behang, nuttige gebruiksvoorwerpen,
vloerbedekking, lampen, meubel- en gordijn-
stoffen en verschillende eenvoudige en prac-
tische meubelen.
V te komen? We rekenen op Uw aller belang-
stelling.
Prov. Bestuur van de Bond van
Plattelandsvrouwen.
In één van de vorige nummers namen wij reeds
een artikel op van het L. C. C. over de door haar
te houden voorlichtingsbijeenkomsten. Gaarne wil
len wij onze lezers hierop nog even attent maken.
Het programma voor de bijeenkomsten is als volgt:
1. De coöperatieve suikerproductie.
Inleider: de heer J. M. van Bommel van Vloten,
voorzitter van de V. C. S.
2. De coöperatieve aan- en verkoop.
Inleider: de heer J. H. Blank, inspecteur bij
het Centraal Bureau.
3. Het coöperatief landbouwcrediet.
Inleider: de heer J. H. Vroom, verbonden aan
de Raiffeisenbank.
4. De coöperatieve aan- en verkoop van vee.
Inleider: de heer P. J. Bom, voorzitter van de
Zecova.
5. De coöperatieve zuivelproductie.
Inleider: de heer G. M. G. Kwaak, verbonden
aan de C. M. C.
Zo mogelijk wordt bij elk van deze onderwerpen
een passende film vertoond. De lezingen zullen in
de volgende plaatsen worden gehouden, waarbij de
data, die zijn genoemd, de volgorde der lezingen
als hierboven vermeld aangeven.
AXEL in „Het Centrum" op de Maandagen 28
Januari, 18, 4, 11 en 25 Februari. Aanvang
17 uur 45.
OOSTBURG in Café „De Vuijst" op de Dinsdagen
29 Januari, 19, 5, 12 en 26 Februari. Aanvang
18 uur.
ZEVENBERGEN in Hotel „Tholenaar", op de
Woensdagen 30 Januari, 20, 6, 13 en 27 Febr.
Aanvang 14 uur 30.
ZIERIKZEE in Huize Nassau" op de Zaterdagen
2, 16, 23 en 9 Februari en op 1 Maart. Aan
vang 14 uur.
De deelname aan de bijeenkomsten is gratis en
ook zij, die zich niet hebben opgegeven zijn van
harte welkom.
Bij het Staatsdrukkerij- en Uitgeversbedrijf is de
Landbouwgids 1952 verschenen, die zijn voorgan
ger van 1951 in alle opzichten overtreft. Het
kloeke, frisse boekwerk met zijn suggestieve om
slag bevat meer dan 500 bladzijden, die elk voor
zich een schat van gegevens brengen, onmisbaar
voor iedereen, die bij enige tak van landbouw, het
zij akkerbouw, veeteelt dan wel pluimveehouderij,
is betrokken.
Voor de boer bewijst de nieuwe Landbouwgids
zijn grote waarde door een veelheid van gegevens
omtrent bodemverzorging, bewerking, waterhuis
houding, productie, veevoeding en ziekten van vee
en landbouwgewassen.
Al deze gegevens zijn overzichtelijk gegroepeerd
en, waar nodig, met behulp van sprekende tabellen
in vereenvoudigde vorm samengevat, hetgeen de
waarde van de gids als naslagwerk aanzienlijk
verhoogt.
Een belangrijke aanwinst in vergelijking met de
vorige uitgave is de toevoeging van de werkkalen-
der voor de landbouw. Zowel de akkerbouwer als
de veehouder zullen hierin tal van nuttige aanwij
zingen voor de bedrijfsvoering vinden.
Naast het uitvoerige landbouwtechnische gedeel
te geeft de Landbouwgids 1952 een complete op
somming van het organisatie- en verenigingsleven
in de landbouw en van de vele instituten en stich
tingen, die zich op agrarisch terrein bewegen, voor
zien van adressen met vermelding van taak en doel
stellingen. Ook als zodanig kan de nieuwe gids
worden beschouwd als een onmisbare vraagbaak
voor allen, die bij de landbouw zijn betrokken.
De prijs van de nieuwe landbouwgids maakt het
mogelijk, dat deze uitgave binnen ieders bereik ligt.
Men krijgt volop waar voor zijn geld, voorwaar een
verdienste, die uitgever zowel als redactieraad
waaraan alle standsorganisaties deelnemen een
extra pluimpje op de hoed steekt.