Tuinbouw
STEMMEN UIT DE PRACTIJK
NABESCHOUWINGEN.
Land- en Tuinbouwcnderlinge
RASZUIVERHEID
VAN BROUWGERST GEWENST
MELKCONTROLEVERENIGING
OP ST. PHILIPSLAND.
KORTE BERICHTEN
Oaaèl
ei*«i)sgs
Het zou ondankbaar zijn om niet eens even terug
te blikken op onze zo goed geslaagde Tuinbouw-
middag op Maandag 10 Dec. j.l.
Of heb ik het mis, is zij niet goed geslaagd?
Laten we het even nuchter bekijken.
Zij, die verwacht hebben dat het drietal sprekers
al de problemen nu eens glashelder uitéén zouden
zetten en ons de richtlijnen eens zouden meegeven
waarlangs we maar te „wandelen" hebben, die is
wel zeer teleurgesteld huiswaarts gekeerd.
Want hoe men de problemen benadert hetzij pro
of contra, de moeilijkheden zijn er op beide fron
ten. De harde strijd om het bestaan in zijn nuch
tere werkelijkheid. Allen hebben het gehoord: te
weinig cultuurgrond en daartegenover te veel
mensen; een onbeschermde tuinbouw met hoge be
lastingen. Want men heeft het kunnen beluiste
ren, hetzij pro of contra, hetzij teeltregeling of
vrijheid, het gaat in de grond der zaak om zelf
bescherming. Ook hij die voor vrijheid is hoopt het
uitziekproces te overleven om aldus uitgeselecteerd,
zijn bestaan verzekerd te zien. Ik gevoel me niet
bevoegd deze materie te kunnen verwerken; nog
minder te omlijnen. Ik heb dit ook niet gehoord
op de Tuinbouwmiddag. Hoe groot ook onze ken
nis moge zijn van al deze problemen die v/e be
studeren, wij blijven mensen met een klein ge
zichtsveld. We kunnen niet in de toekomst zien.
Teveel factoren zijn er in deze wereld die onze
prachtig in elkaar gezette theorieën als een kaar
tenhuisje uit elkaar doen vallen.
Zijn we dan 10 Dec. niets wijzer geworden?
Zijn we dan allen teleurgesteld?
M. i. z. is er al veel bereikt omdat we eens met
elkaar hebben „gepraat". Ik bedoel niet kletsen
maar „spreken" over eikaars moeilijkheden. En
als dit dan kan gebeuren onder auspiciën van onze
Moeder Stands-organisatie in samenwerking met
de Voorlichtingsdienst en de Vak-technische orga
nisaties, dan is er m.i. al heel wat bereikt.
Er is op deze middag in een goede sfeer gespro
ken en de drie sprekers hebben hun overtuigende
mening op een rustige, waardige wijze naar voren
gebracht. Dit is gelukkig nog mogelijk in een land
zonder IJzeren Gordijnen en in een stands-organi
satie, die de belangen van zijn leden behartigt.
De tijd is gelukkig voorbij dat we ons in de
Z. L. M. niet „thuis" voelden en onze belangen ver
waarloosd werden. Het was dan ook goed gezien
van de Tuinbouwcommissie om zulk een middag te
houden. Op zulke bijeenkomsten wordt het „stands
gevoel" in de standsorganisatie overbrugt en het
gevoel van de noodzakelijke eenheidsgedachte voor
allen die het van de „trouwe aarde" moeten heb
ben, verstevigd. We hopen niet, dat het de laatste
bijeenkomst van dit soort mag zijn.
Op de inleidingen zelf komen we misschien op
zeer bescheiden wijze nog eens terug. Laten we
het gesprokene eerst eens bezinken en eens rustig
bestuderen. Maar ik meende er toch goed aan te
doen een korte nabeschouwing te geven.
Thans zou ik nog een enkel woord willen zeg
gen als vervolg op mijn artikeltje van 17 Nov. j.l.,
waar ik het „rooien" even aantipte. Want als men
gerooid heeft gaat men ook meestal planten. Het
komt niet dikwijls voor dat het uitgeroeide perceel
blijvend bouwland wordt en alzo van bestemming
verandert. Kan men het „uitzingen" dan zou ik
zeggen wanneer men een heel perceel heeft ge
rooid maak de grond weer vers en in goede con
ditie door ze een paar jaar met akkerbouwproduc
ten te betelen. Kan men dit niet of heel moeilijk,
besteedt dan veel zorg aan de grondbewerking.
Goed de wortels er uithalen, diep bewerken, op
nieuw draineren, grondmonsters nemen, kortom
een zo goed mogelijk „zaaibed" voor de bomen
klaarmaken. Als ze er instaan krijgt men de kans
niet meer.
Probeer dit zelfs ook wanneer men maar één rij
gerooid heeft al zal dit dan ook uiteraard op be
scheidener schaal moeten gebeuren.
Een pas geplant boompje is net als een baby.
Ze hebben veel zorg nodig, later kunnen ze wel
een stootje verdragen.
Als dan het plangat klaar is, wat plant men dan
Dit is niet zo eenvoudig te zeggen. Heeft men een
geheel vrij perceel, kan men keuze maken, plant-
schema's aanpassende op het eigen bedrijf maken
en hiernaar een besluit nemen.
Moeilijker is het wanneer men maar één rij uit-
rooit en men toch planten moet.
Men zal b.v. geen succes hebben met hier en
daar een Coxs op een Dèlicious te planten al is het
ras nog zo goed. Zoals het met rooien is zo is het
ook met weer inplanten. Doe het met verstand en
practisch inzicht. Maak studie van je bedrijf en
probeer systeem in je bedrijf te brengen.
Kijk 10 of 20 jaar vooruit hoe men zijn bedrijf
er dan graag uit zou willen zien en handel hiernaar.
Want men plant nu eenmaal geen koolplanten, die
men het zelfde jaar weer onderspit of ploegt.
De meeste mensen kunnen maar één bedrijf
stichten. Daarom is, ook zelfs bij vernieuwing van
onze boomgaarden, van groot belang hoe ons be-
drijf er in de toekomst zal uitzien.
Even zo goed als bij het rooien moet men zijn
bedrijf goed kennen en practisch blijven. Voor i
ieder ligt dit weer anders en is een vaste richtlijn
moeilijk te geven. Doe de vernieuwing of verjon
ging van uw bedrijf zo goed mogelijk. Laat geen
kostbare grond onbenut liggen. Ook kleine tuin-
bouwmachines kunnen U helpen bij klein fruit als
onder- of tussenteelt. Veel meer zouden we hier
over kunnen schrijven, maar het Landbouwblad is
niet alleen bestemd voor „Stemmen uit de Prac-
tijk".
Tot de volgende keer.
JAAP UIT 't BOGERDJE.
Werkgevers in Zeeland, in 1951 aangesloten bij
de Land- of Tuinbouw Onderlinge worden be
leefd verzocht hun ingevulde en getekende loon-
staten over 1951 vóór 10 Januari 1952 in te le
veren bij de Districtsagent in hun rayon of op te
zenden aan het kantoor Grote Markt 21, Goes.
Eén van de eisen, welke steeds gesteld wordt aan
brouwgerst, is: raszuiverheid van de betrokken
partij. In voorgaande jaren werd aan deze eis als
het ware automatisch voldaan. Ruim 70 van het
met zomergerst bezaaide areaal was Kenia en ver
menging met andere rassen als Balder en Saxonia
kwam tot voor enkele jaren niet noemenswaardig
voor.
Het ras Balder heeft echter in de landbouwprak-
tijk zo goed voldaan, dat steeds meer boeren tot
de uitzaai daarvan overgingen, met het gevolg,
dat thans volgens de rassenstatistiek 1951 50
van het zomergerstoppervlak bestaat uit Kenia en
50 uit Balder.
Dit brengt de zeer onaangename consequentie
mede van het toenemen van rasvermenging. Wor
den deze gemengde partijen vermouten, dan treedt
een zeer ongelijkmatige kieming op als gevolg van
het verschil in ontkiemingssnelheid van de beide
rassen. Balder ontkiemt nl. sneller dan Kenia.
Hierdoor wordt een ongelijkmatig mout verkregen,
dat bij de verwerking tot bier een lager rendement
geeft. Daar een brouwerij evenals een boerderij
een. bedrijf is, dat zo economisch mogelijk moet
werken, moet aan zulk mout een lagere waarde
worden toegekend. Men heeft dan ook besloten
een lagere prijs te betalen aan de handelaar, indien
een partij vermengd blijkt te zijn. Als gevolg van
deze maatregel zal de handelaar alle moeite doen
de partijen Kenia en Balder gescheiden te houden.
Voorts zal hij zich bij aankoop van partijen zomer
gerst van de 'boer van de raszuiverheid van de
boerenpartij moeten overtuigen.
Ofschoon wij allerminst de overtuiging zijn toe
gedaan, dat de voornaamste oorzaak van het voor
komen van rasvermenging in brouwgerstpartijen
bij de boer ligt, leek het ons dienstig ook de gerst
teler thans reeds te wijzen op maatregelen, welke
kunnen worden genomen om rasvermenging te
voorkomen.
1. Zaai uitsluitend zaaizaad door de N. A. K. goed
gekeurd.
2. Zaai slechts één ras op Uw bedrijf. Balder
heeft gemiddeld over 5 jaar op onze proefvel
den 7 meer opgebracht dan Kenia. De keuze
zal dus niet moeilijk zijn.
3. Indien het U beslist niet mogelijk is zich slechts
tot één ras te beperken, wees dan zeer zorg
vuldig bij de oogst.
Combine ieder ras afzonderlijk. Houdt de zak
ken streng gescheiden.
Bij gebruik van de zelfbinder moeten de scho
ven afzonderlijk worden gehouden. Bij optas
sen in de schuur moeten de rassen afgeschei
den worden door een dekzeil of door enkele
ruiters.
4. Ook het dorsen van de rassen moet afzonder
lijk plaats hebben. Gaat U over tot het dorsen
van een ander ras, dan moet de dorskast eerst
schoon gemaakt worden.
In het kort gezegd: zaai door de N.A.K. goedge
keurd Balderzaad en verzeker U daardoor van do
brouwgerstpremie
Dezer dagen werd op St. Philipsland een oprich
tingsvergadering voor een melkcontrólevereniging,
gehouden.
De heer J. Stroo, hoofdcontroleur te Middelburg,
gaf een uiteenzetting over het doel der controle en
beantwoordde verschillende vragen. De kosten zu!-
len ongeveer 7,per koe per jaar bedragen. Tot
monsternemer werd benoemd de heer Dieselaar,
die deze benoeming aannam. Zijn honorarium be
draagt 3,per contróledag.
Een viertal personen gaven zich op de matig be
zochte vergadering als lid op. De heer W. v. d. Sluis
werd gekozen tot voorzitter en de heer P. Voge
laar—Hanse' tót secretaris-penningmeester.
Op 27 Dec. werd het werk begonnen. We hopen
dat deze tot nog toe kleine vereniging uit zal
groeien en tot de verbetering van de veestapel bi)
zal mogen dragen.
„Het Adviesbureau voor Oorlogsschade van de
Stichting voor de Landbouw maakt hiermede be
kend, dat de eerstvolgende zittingen in de provin
cie Zeeland als volgt zijn vastgesteld:
Op Woensdag 9 Januari 1952 van 13.3017.00
uur te Oostburg in Café „De Vuijst" (Marktplein).
Op Donderdag 10 Januari 1952 van 1116 uur
te Zierikzee in het „Huis van Nassau" en van
13.3017.00 uur te Middelburg, Dam 43 (Bouw
bureau van de Landbouw in Zeeland).
Er wordt nogmaals op gewezen, dat het nood
zakelijk is, dat degenen, die van de diensten van
de adviseur gebruik willen maken, alle bescheiden
die op de te bespreken onderwerpen betrekking
hebben, naar de zitting medenemen".
De Minister van Landbouw, Visserij en Voedsel
voorziening heeft de garantieprijs voor olievlas-
zaad van de oogst 1952 van 65 per 100 kg ver
hoogd tot 176 per 100 kg. De nieuwe prijs geldt
eveneens voor olievlaszaad met een oliegehalte van
38 een zuiverheid van tenminste 95 en een
vochtgehalte van 12 bij levering franco pakhuis
handelaar.
Op 12 Dec. j.l. namen een aantal candidaten deel
aan het examen tractoren en tractorwerktuigen te
Lewedorp. De volgende in Zeeland woonachtige
personen behaalden het diploma. We wensen hun
hiermede van harte geluk.
Joh. de Braai, Nieuwerkerk; P. Butler, Kapelle
bij Goes; M. C. Geluk, Noordwelle; A. Scheele, Hoe-
dekenskerke; C. H. Kesteloo, Kerkwerve; C. de
Jonge, Heinkenszand; D. J. Kestelo, Gapinge.
Nieuwe uitgaven
Enige opmerkingen betreffende de vorming van
pachtprijzen, in het bijzonder in Nederland. Open
bare les door Ir. R. van Hees. Uitgave J. B. Wol-
ters, Groningen, ƒ1,25.
Deze uitgave is de tekst van de op 29 November
1951 door de voormalige Rijksconsulent vóór
Grond- en Pachtzaken in de provincie Zeeland ge
houden openbare les, bij diens aanvaarding van het
ambt van lector in de economische vraagstukken
van de landbouw aan de Rijks Universiteit te Gro
ningen.
In deze openbare les werd een uiteenzetting ge
geven van de theorieën die aan de vorming van de
pachtprijs ten grondslag liggen, terwijl ook de
recente geschiedenis van de pachtprijsvorming aan
leiding heeft gegeven tot het maken van een aantal
opmerkingen.
Moderne weide-exploitatie in Zeeuws-Vlaanderen,
Uitgave Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst.
Door de matige financiële uitkomsten van het
grasland in Zeeland wordt dit bedrijfsonderdeel
veelal als bijzaak beschouwd. In dit boekje wordt
terecht ten strijde getrokken tegen deze sterk ver
breide mening, en worden de wegen aangegeven
om tot een rationele graslandproductie te geraken.
Het omweidingssysteem en de dagrantsoenbewel-
ding worden uitvoerig en duidelijk behandeld,
waarbij aan het specifieke Zeeuwse drinkwater
probleem in de weide de nodige aandacht is ge
schonken o.a. door het maken van enige eenvoudige
schetsjes, ook voor percelen van een afwijkende
vorm.
Ook de mogelijkheid om het vee in verschillende
koppels onder te brengen is hierbij onder het oog
gezien. Het advies om over het gehele jaar ver
deeld 120 kg zuivere stikstof te strooien zal wel
een aanpassing van het grasbestand vergen. Overi
gens vragen we ons af, of ondanks de enigszins
andere bedrijfsstructuur in overig Zeeland, het niet
wenselijk geweest zou zijn het bedoelde geschrift
over een groter gebied te verspreiden, daar immers
ook buiten Zeeuws-'Vlaanderen deze exploitatie nog
veel te wensen overlaat.
Ir. A. C. Bruggeman» NIenw Land. Overzicht
van onze landaanwinning.
Berichten van de Nederlandse Vereniging voor
landaanwinning no. 2. Uitgave Daamen's Uitg. Mij.,
Den Haag, 1,60.
Wie behoefte heeft aan een beknopte en duide
lijke uiteenzetting over de landaanwinning in ver
leden, heden en toekomst kunnen we aanraden dit
boekje ter hand te nemen.
Het nationale belang van deze aanwinning en de
technische en landbouwkundige aspecten worden
er systematisch in behandeld. De mogelijkheden
op korte-en. die op lange termijn worden er in ge
noemd, terwijl de eerste met schetskaartjes wor
den verduidelijkt.. Uiteraard komen hierbij ook de
mogelijkheden in Zeeland ter sprake (Noordersloe
(600 ha), 2e gedeelte Zuidersloe (750 ha), Verdron
ken lard van Saaftinge (2300 ha), schorren bij Os-
sendrecht (750 ha), slikken van de Heene (250 ha).
Plet 86 pagina's tellende boekje is verlucht met
16 mooie, hoofdzakelijk vanuit de lucht genomen,
foto's.
Tc.»-