HOOFDPUNTEN
ers zien het buitenland
ORGAAN VAN DE LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND
uit de vergadering van de Provinciale raad
VAN ZATERDAG 3 NOVEMBER 1951
CURSUSSEN VOLKSHOGESCHOOL.
DE BOERENJEUGD
Redactie: Ad. Doeleman, N. Filius, M. Kosten, Z. Poppe, M. Poissonnier en J. J. de Putter.
Redactie-adres: Secretariaat L. J. G., Landbouwhuis, Goes.
AGENDA:
Vrijdag 16 November 7 uur Vergadering Z.P.M.-
Zaamslag bij R. J. van de Veke.
Hebt U het spelenboek der L. J. G. al in Uw
'bezit?
Zo niet, stort clan nog vandaag 1,50 op postgiro
172503 t.nv. de Z. L. M. te Goes.
De vergadering wordt bijgewoond door 22 stem
gerechtigde leden en enige belangstellenden.
Landelijke Landdag. Als ingekomen stuk wordt
behandeld een voorstel van de P. J. G. N. om in de
toekomst een landelijke landdag der P. J. G. N. te
houden.
Het Hoofdbestuur heeft hierop geantwoord, dat
de L. J. G. volledig met dit voorstel accoord kan
gaan, indien in de loop der jaren een regelmatige
wisseling van de landdag over alle provincies zou
plaats hebben. Als overgang, om dit idee meer
kans van slagen te geven, acht men 't echter wel
gewenst, dat in de eerste jaren deze landdag ge
houden zou worden in de centraal gelegen provin
cies, temeer waar deze reeds een grotere ervaring
op dit punt hebben opgedaan. Ook in dit geval zal
d-e L. J. G. haar volle medewerking verlenen.
De vergadering gaat met deze zienswijze accoord.
Contributie 1952. Het financieel overzicht over
1951 vertoont een waarschijnlijk tekort van 400.
In verband met de uitbreiding der werkzaamheden
blijkt het dan ook noodzakelijk te zijn, dat de uiterst
laag gestelde contributie van 3,50 wordt ver
hoogd tot 5 - - per lid. In deze contributie is dan
een gratis abonnement op „De Boerenjeugd" in
begrepen. Terwijl errkele leden deze verhoging be
zwaarlijk achten en hierbij speciaal wijzen op de
hoge lasten voor gezinnen met meerdere leden,
menen echter weer andere leden, dat de contribu
tie niet hoog is in vergelijking met andere jeugd
organisaties en zusterorganisaties. De totale kos
ten voor lidmaatschap en abonnement blijven, on
danks de prijsstijgingen der laatste jaren, nog een
paar gulden onder de kosten, die een lid eertijds
als lezer van „De Boerenjeugd" en als lid moest
betalen.
Met enkele stemmen tegen, wordt de begroting
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Het bezwaar, door één der afgevaardigden naar
voren gebracht, waarin deze er op aandringt dat
de beslissing tot een volgende vergadering wordt
uitgesteld, wordt door de vergadering niet van
overwegende aard geacht, waar de afdelingen reeds
ruim 3 weken van te voren de begroting ter be
spreking ontvangen hebben.
In aansluiting op deze begroting wordt die der
P. J. G. N. behandeld. De vergadering gaat accoord
met het voorstel deze contributie te stellen op 30
cent per lid per jaar, en zal het op prijs stellen dat
't orgaan der P. J. G.N. 6 maal per jaar gaat ver
schijnen. Het blijkt dat in verschillende afdelin
gen de leden het blad nog niet ontvangen. Dit
zal echter te wijten zijn aan het niet terugzenden
van de ledenlijsten der afdelingen aan deze organi
satie.
Vereenvoudiging administratie. Bij de huidige
regeling bestaan grote moeilijkheden om een juiste
opgave van het aantal leden van de afdelingen te
krijgen en de contributie tijdig te innen. De secre
taris-penningmeester stelt daarom voor omstreeks
de jaarwisseling vanaf het secretariaat de getypte
ledenlijsten te verzenden aan de afdelingen. Bij
deze lijsten zijn dan tevens een aantal lidmaat
schapskaarten voor 't nieuwe jaar gevoegd, die de
penningmeester als kwitantie kan gebruiken.
Op de lijsten bestaat de mogelijkheid om aan te
geven of men al dan niet „De Boerenjeugd" wenst
te ontvangen. Deze lijsten dienen zo spoedig mo
gelijk teruggezonden te worden. Op provinciale
bijeenkomsten en vormingscursussen zal het ver
tonen van deze lidmaatschapskaart vereist worden.
De vergadering gaat met deze regeling accoord.
Wmterprogramma. Het aangeboden programma
wordt door de vergadering goedgekeurd, nadat
besloten is, dat het vraagpunt van de L. J .G. zal
worden veranderd.
Voor verschillende streken waar weinig tracto
ren zijn aangeschaft, zal de beantwoording moei
lijkheden geven, zodat ook de kosten van een paar-
denuur ertbij betrokken zullen worden.
Verkiezing Hoofdbestuursleden. De verkiezing
van de voorzitter levert geen resultaten op. Nadat
diverse candidaten voor deze functie bedankt heb
ben, wordt besloten de huidige voorzitter Js.
Cevaal te vragen nog enige tijd deze functie te
willen blijven waarnemen.
Deze neemt tot grote voldoening van de verga
dering deze tijdelijke herbenoeming aan en zal dus
tijdens het gehele winterseizoen als voorzitter op
treden.
De nieuwe samenstelling van het Hoofdbestuur
ziet er als volgt uit:
Vice-voorzitter: M. Risseeuw, IJzendijke.
Algemeen adjunct: Ad. Doeleman, Dreischor.
Leden: Mej. T. v. d. Zande, Oud-Vosseimeer;
mej. C. Klompe, Wissenkerke; mej. E. Dekker,
Axel; Joh. Mol, Wolfaartsdijk.
De secretaris-penningmeester wordt tenslotte
herkozen met grote meerderheid van stemmen.
Statutenwijziging en aanvrage Koninklijke goed
keuring.
Hoewel enkele leden het nut van de goedkeuring
in twijfel trekken, blijkt toch wel dat deze indien
enigszins mogelijk doorgang moet vinden, daar
deze verband houdt met de Rijkssubsidie die aan
de P. J. G. N. verstrekt wordt. Besloten wordt
het Hoofdbestuur op te dragen een voor alle par
tijen aanvaardibaar compromis te vinden.
Redactie Boerenjeugd. In de redactie wordt be
noemd tot lid mej. L. de Jager, uit Wolfaartsdijk,
terwijl de Hoofdredacteur voor een nieuwe periode
herbenoemd wordt.
Rede voorzitter. De voorzitter had reeds er op
gerekend, dat hij deze vergadering zijn afscheids
rede uit zou moeten spreken. Hierdoor kon hij
slechts een gedeelte ervan uitspreken, dat U in het
volgend nummer zult vinden afgedrukt.
Rondvraag en sluiting. Nadat in de rondvraag
nog een kwestie van cle redactie is behandeld, en
nog even de vergoeding voor de Hoofdbestuurs
leden ter sprake is gekomen, biedt de aftredende
vice-voorzitter de heer J. Dhont de herbenoemde
voorzitter Js. Cevaal als attentie voor diens bereid
willigheid een boekwerk aan, wat door hem op
hoge prijs werd gesteld.
Daarna werd de vergadering gesloten door de
voorzitter met het aanhalen van de woorden uit de
notulen van 26 Maart 1949: „We zitten nu weer
in vastere banen". De voorzitter hoopte dat dit
gezegde steeds meer op onze tijd van toepassing
zal zijn.
Dezer dagen vernamen wij dat de cursus over
Verenigingstechniek op de Volkshogeschool te
Roekan je reeds voor een groot gedeelte vol-
tekend is.
Belangstellenden worden dus verzocht hun op
gave met spoed in te zenden.
Ook voor vele andere cursussen hebben we nog
circulaires beschikbaar. Men vrage een overzicht
aan het Secretariaat der L. J. G-, Landbouwhuis,
Goes.
ZES WEKEN OP EEN FRANS KASTEEL.
Een tijd in een Frans gezin op een kasteel éven
buiten Parijs, is wel de beste manier om het volk
te leren kennen, denk ik. Zes weken is echter te
kort om een bordeel te vellen over „de Fransen",
hun zeden en gewoonten.
Al gauw is me gebleken, dat Nederland niet zo
erg meetelt ^n Frankrijk. De jonge Nederlanders
beschouwen ze zo'n beetje als klaplopers, wat dan
vooral het geweldig aantal lifters betreft, en meest
al mensen die werk zoeken. Het is al menige keer
voorgekomen dat jongelui ergens één of twee
weken zo'n beetje wilden werken voor de kost, de
omgeving enpassant verkennen en dan weer verder
trekken. De prestaties, die daar geleverd zijn,
waren meestal van dien aard, dat men op zo'n
manier haast niet meer terecht kan. Wel jammer
natuurlijk voor degenen, die het goed menen. Ook
is het wel gebeurd dat er een paar Nederlandse
jongens een lift hadden, de chauffeur uit de auto
zetten, en er alleen mee vandoor gingen. Al derge
lijke gevallen werken niet mee om onze naam hoog
te houden.
De mensen, die ik meegemaakt heb, waren ge
weldige chauvinisten. Allen waren zeer behulp
zaam wanneer het taalmoeilijkheden betrof. In
Parijs wilde men soms te behulpzaam zijn. Men
stippelde soms de weg voor je uit, zonder het zelf
goed te weten. Het was dan ook safer om altijd iets
tweemaal te vragen als het ver af was.
De mensen zijn er impulsief, zodat men als Hol
lander wel eens perplex staat over hun heftige
reacties. Een poosje later is men alles weer ver
geten.
De verhouding tot personeel en dorpsmensen
vond ik nogal bar. Dit werkt volgens mij het com
munisme in de hand. Natuurlijk was het eten er
anders dan hier. 's Morgens b.v. kreeg men een
kop zwarte koffie met een snee brood of met boter
of met jam. Het personeel daarentegen enkel jam,
boter was te duur, hoewel verder alles er erg
luxueus was. 's Middags en 's avonds warm eten,
alles apart wat vlees, groenten en aardappelen be
treft. Altijd brood erbij en niet te vergeten de eidre,
de witte en de rode wijn. Voor het diner een ape-
ritiefje. Bij dat diner, 's avonds van acht tot tien,
zaten ook de kinderen aan (zes en vier jaar) en
kregen ook van de cidre en de wijn.
Het dorp zag er tamelijk armoedig uit. De men
sen verdienden daar op 't land 60 k 70, terwijl
de kindertoeslag er groter was dan hier. 't Leven
is er duurder, Voor eten en drinken worden geld
en tijd genomen. De mannen drinken zes a zeven
liter cidre per dag. Overdag leek het dorp als uit
gestorven. Mannen en vrouwen werkten op 't land
van 's morgens zeven tot 's avonds zeven, ook
's Zaterdags. Huiselijke gezelligheid kent men er
haast niet, de mensen gaan veel naar de café's,
die er dan ook talrijk zijn.
Men was er niet precies vuil, maar toch wel erg
gemakkelijk. Ik heb b.v. zes weken onder dezelfde
lakens geslapen.
Over 't algemeen kreeg ik de indruk, dat de men
sen materialisten waren.
Men was er erg hoffelijk. Kwamen er gasten op
't kasteel, dan kusten de heren de handen der
dames en waren altijd zeer attentvol.
Er komen veel echtscheidingen voor, verschillen
de tweede en derde huwelijken treft men aan.
En niet te vergeten de stad Parijs „de lichtstad".
Een echte gezellige stad, men valt er niet op; men
sen van allerlei nationaliteit treft men er in de
zomer aan. De Parijzenaars zelf zijn dan voor een
deel de stad uit.
Wat er niet al te zien is, te veel om op te noemen!
Tal van musea en kerken, Eifeltoren, Are de
Triomph, Versailles, grote boulevards, zoals de
Champs Elysées, grote warenhuizen, zoals La
Fayette, waar men met de metro in kan komen en
waar men de ondergrondse ook weer in kan.
In Parijs kan men niet verdwalen. Als men niet
meer weet waar men is, loopt men tot één van de
vele metrohaltes, daalt af en kijkt waar men is en
men gaat weer daarheen waar men wil.
Men is niet naar Parijs geweest als men niet één
van de shows gezien heeft zoals de Folies Bergères,
het oude Mont Martre 's nachts, de prachtige ver
lichting b.v. op Place de la Concorde of de Hallen
's morgens heel vroeg, waar het dan een drukte
van je welste is of wanneer men niet één van de
clochards, de vodderapers van Parijs, die aan de
oever van de Seine slapen, gesproken heeft.
Men komt ook tot de ontdekking, dat niet alle
Parisiennes even smaakvol gekleed en opgemaakt
zijn.
Om een goed idee van Parijs te krijgen moet men
echter in de winter gaan. In de zomer is alles te
veel op de vreemdelingen ingesteld.
Al met al was het een leerzame tijd.
JAANTJE RISSEEUW,
Cadzand.