NOORD BRABANTSE MAATSCHAPPIJ VAN LANDBOUW
ZITDAG BOEKHOUDBUREAU.
ZITDAG VOORZITTER N. B. M. L.
VERZEKERINGEN DER N. B. M. L.
RONDOM DE BOERDERIJ.
BRABANTSE BOERENBRIEFKES.
VIJFTIENDE CENTR. FOKVEEDAG
FIJNAART: Vrijdag 26 October 1951, 10%—12%
uur in Hotel „De Graanbeurs."
De gebruikelijke zitdag van de voorzitter der
N. B. M. L„ de heer De Waard, zal op Zaterdag
middag 20 October a.s. geen doorgang kunnen
vinden.
Voor de acquisitie van brand- en varia verzekering
en de onderlinge auto- en tractorverzekering zijn in
enkele kringen agenten aangesteld, die dus
voortaan aan de leden in hun omgeving alle ge
wenste inlichtingen kunnen verstrekken betreffen
de deze verzekeringen. Hiervoor zijn aangewezen
de heren:
M. J. T. Sneep, Appelaarscheweg te Fijnaart,
voor de Afdelingen Fijnaart, Heiningen, Klundert
en Willemstad.
H. Du-ine, Stoofdijk B 112 te Dinteloord, voor de
Afdeling Dinteloord.
G. v. d. Brand, Chaamscheweg A 148 te Baarle-
Nassau, voor de Afdeling Steenbergen.
A. Barel, Stationsstraat te Zevenbergen, voor de
Afdelingen Zevenbergen en Lage-Zwaluwe.
D. Oerlemans, Loonschedijk B 98, Vrijhoeve
Capelle, voor de Afdeling SprangCapelle e.o.
J. Huisman, „De Hoge Haghorst" te Diessen,
voor de Afdeling Hilvarenbeek en omstreken.
P. Buijs, hoeve Vogelenzang te Gemonde, voor
de Afdeling St. Michielsgestel, Dinther e.o.
DE BRABANTSE BIESBOSCH.
De bietencampagne vertoont tot op heden wel
een gunstige tegenstelling in vergelijking met
vorig jaar. Het is nu oppassen om de gerooide
bieten zo 'min mogelijk uit te laten drogen, daar
anders aanzienlijk gewichtsverlies op kan treden.
Jammer, dat al die kostbare zonnestralen hun heil
zame werking niet wat eerder uitgeoefend hebben,
want wel is waar groeien de bieten nog en worden
enigszins rijper, maar de eigenlijke groeitijd is toch
voorbij. De kg-opbrengsten zowel als de gehaltes
vallen tegen, hoewel dit laatste, het suikergehalte,
een stijgende lijn gaat vertonen, wat door het hui
dige weer ook heel goed verklaarbaar is.
In 't algemeen kan toch wel opgemerkt worden
dat de meeste telers zich met ongeveer 10.000 kg
mindere opbrengsten per ha in vergelijking met
vorig jaar, tevreden moeten stellen. Wat dit finan
cieel betekent behoeft geen nader betoog. Het
grootste voordeel van droog weer in de bietentijd
is wel kostenbesparing op transport. We weten
maar al te goed hoeveel motor, of paarden-energie
er vorig jaar nodig was om een wagentje bieten
uit het land te trekken om' nog maar niet te spre
ken van de schade aan materiaal, die het gevolg
hievan was. We hebben wat de afvoer van 't Ibie-
tenblad betreft wel een paar recordweken achter
de rug. Auto's rijden af en aan en het gaat van
een leien dakje. De prijzen voor het blad zijn rede
lijk en het ligt voor de hand dat ook de foietenver-
bouwers, die voorheen het blad veelal onderploeg-
den, nu ook van deze gunstige omstandigheden
profiteren.
De Biesbosch heeft een goed afzetgebied aan de
veeteeltstreken, Alblasserwaard en omliggende
gebieden. Jammer dat de rivier de Merwede met
zijn overzet-veren niet alleen veel tijd vraagt, maar
ook de kosten van vervoer doet stijgen.
Het is maar zelden dat het weer voor alles en
iedereen goed is. Het zaaien der wintertarwe kan
in de meeste gevallen niet plaats vinden omdat het
land te hard en te droog is. Voor rassen die laat
zaaien verdragen kunnen kan het nog terecht
komen, maar voor de meer wintervaste rassen is
het wenselijk vroeg te zaaien, kwestie van koude-
behoefte van het ras, dat hiervoor een zeker sta
dium van ontwikkeling bereikt moet hebben voor
de winter.
Voor de telers van de Heine's VII wintertarwe
is de start dus niet gunstig.
LAND VAN ALTENA.
Door het zeldzaam mooie herfstweer vorderen
de diverse werkzaamheden naar wens. De aard
appelen zijn gerooid en over 't algemeen is de uit
komst niet slecht te noemen; ja bij sommige zelfs
hoger dan vorig jaar.
't Is wel op diverse plaatsen gebleken dat (bij op
tijd spuiten tegen Phytophtora, mits vaak genoeg
herhaald bij de vatbare en enigszins vatbare soor
ten, de kosten daaraan besteed dubbel en dwars
vergoed worden in de vorm van een hogere op
brengst.
Dit is in de praktijk b.v. gebleken waar enkele
rijen ..Meerlanders" (dus een enigszins vatbaar
soort) die op een perceel naast Eigenheimers wer
den geteeld, tegelijkertijd op tijd werden bespoten.
Op een ander perceel, waar alleen Meerlanders
stonden is een keer minder gespoten en was de
opbrengst aanmerkelijk lager. Bij weersomstan
digheden zoals we dit jaar hebben meegemaakt,
kan men daar voor een volgend jaar zijn voordeel
meedoen.
De bietenoogst is inmiddels in volle gang.
Ook hier zijn de opbrengsten nogal uiteenlopend,
al moet over het algemeen van een lage opbrengst
worden gesproken.
Bij velen komt daar wel de structuurkwestie aan
te pas. De meeste percelen zijn vorige herfst of
dit voorjaar onder zeer slechte omstandigheden
geploegd.
Dat vooral op zwaardere gronden dit ongunstige
gevolgen zou hebben was wel te verwachten, al
hoewel het ene gewas daar gevoeliger voor is dan
het andere. De weersomstandigheden, o.a. op tijd
regen gedurende de groeiperiode, zijn tevens be
hoorlijk gunstig geweest. Wat betreft het onder
goede omstandigheden, dus droog ploegen is mij
het volgende geval bekend. Een collega had vorige
herfst een gedeelte van een perceel onder behoor
lijk goede omstandigheden geploegd. Door diverse
oorzaken (bieten rijden en tarwe zaaien) is een
gedeelte van dat perceel onder ongunstiger om
standigheden in Februari geploegd.
De bemesting enz. was verder gelijk; de uit
komst bij het bieten rooien bleek nu zeer sterk ten
voordele van het drooggeploegde gedeelte te zijn,
n.l. zeker 12 a 15.000 kg per ha meer dan op het
nat geploegde gedeelte. Dat verschillende land
bouwers al overtuigd zijn van een goede grond
bewerking, blijkt wel uit het feit, dat na de
demonstratie van ploegen met ondergronders te
Klundert, hier in de streek ook reeds verschil
lende ploegen worden uitgerust met ondergron
ders. Men ziet gelukkig steeds meer de noodzake
lijkheid om de vaste ondergrond te breken, waarbij
men volstaan kan met iets minder diep te ploegen.
De staltijd kan door het mooie weer en volop gras
gelukkig wat langer uitgesteld worden dan vorig
jaar, toen reeds op diverse plaatsen het melkvee
was opgesteld.
Ook het inkuilen van bietenblad kan thans, al of
niet gemengd met stoppelklaver of soms nog een
perceeltje gras, onder gunstige omstandigheden
plaats vinden.
Zandheuvel, Oct. 1951.
Vriend Willem,
De grootste drukte bij ons is nu zo ongeVeer
voorbij en daarom neem ik de gelegenheid maar
eens te baat om je brief te beantwoorden. We
zakken zo zoetjes aan de herfst weer in. Nog
enkele weken en de koeien gaan weer naar de stal.
Het begint 's avonds en 's morgens al aardig fris
te worden, hoewel het de laatste weken prachtig
weer is geweest.
Wat een tegenstelling deze herfst en die van 1950,
vooral wat betreft de werkzaamheden. Mooi weer
komt toch altijd van pas in welk jaargetijde men
het ook heeft. Vooral bij jullie in de klei, zal dit
wel van pas komen en de werkzaamheden sneller
doen verlopen. Nu de dagen korter worden en de
avonden langer, begint de tijd van vergaderen ook
weer aan te komen. De landbouw- en tuinbouw-
wintercursdssen zijn weer begonnen of staan te
beginnen en naar ik de vorige week in ons land
bouwblad las heeft 't Hoofdbestuur van onze Maat
schappij voor deze winter als onderwerp voor de
afdelingen de Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisa
tie voor de Landbouw aan de orde gesteld. Nu
eerlijk gezegd Willem, of dit onderwerp nu zoveel
aantrekkelijks zal hebben dat het de thuisblijvers
naar de vergaderingen brengt meen ik te moeten
betwijfelen. Misschien ligt dit wel aan mij, maar
al wat ik over dit onderwerp heb gelezen gaat
boven mijn pet en ik denk wel van heel velen met
mij. Is het niet mogelijk Willem, dat doel en
strekking van het Landbouwschap eens op meer
eenvoudige en voor de boer duidelijke wijze werd
beschreven. Juist doordat de mensen het niet be
grijpen kunnen, staat men er zeer onverschillig
en sceptisch tegenover. Men kan het eenvoudig
niet begrijpen en daarom interesseert men er zich
ook niet voor. En dit is fout Willem, dat geef ik
direct toe. Want t' zal straks zo zijn dat, als, zoals
de voorzitter van onze Maatschappij zeide, vermoe.
delijk het Landbouwschap in 1952 tot stand zal
komen de grote massa onzer boeren als het ware
overrompeld zal worden met bepalingen en be
sluiten, waaraan zij waarschijnlijk nooit gedacht
zullen hebben. Men krijgt zo de indruk dat deze
zaak niet van onderaf maar van bovenaf wordt
aangepakt. Er heerst nu eenmaal bij de boeren
een geprikkelde stemming, die spoedig tot onver
schilligheid kan overslaan. Neem b.v. de kwestie
der loonadministratie, het bestrijdingsplan van de
t.b.c. onder het rundvee en dan de P.B.O. en je
begrijpt wel Willem dat het de eenvoudige zand
boeren gaat duizelen, vooral als deze dingen zo in
gewikkeld worden gebracht, dat men er niet uit
kan.
Wil men onze afdelingsvergaderingen aantrek
kelijk maken, geef dan eenvoudige stof, laat ook
de Stichting voor de Landbouw er rekening mede
houden dat zij geen universiteit is maar een uit
voerend orgaan van de Nederlandse boeren. Wil
zij het vertrouwen, de medewerking en het mede
leven van de boeren hebben, dan zal zij haar arbeid
voor die boeren in zo'n vorm moeten gieten, dat
inderdaad de boer het verstaat, het begrijpt waar
om, waarover het gaat. Hierdoor wordt voor
komen, dat haar werk over de hoofden van be-
drijfsgenoten heen gaat. Laat ons hopen Willem,
dat dit begrepen wordt voor het te laat is.
Je Vriend KEES VAN KEMPEN.
vanwege de Bond van Fokverenigingen In
Noord-Brabant te Breda.
Begunstigd door het mooie najaarsweer, gehou
den op het daar voor zeer geschikte veemarkt
terrein in de Belcrumpolder met goed materiaal,
mag deze dag wel tot de beste, misschien wel de
allerbeste van de voorgaande jaren gerekend wor
den. Moesten we vorig jaar nog erkennen, dat
er nog verschillende iets minder typische koeien in
de rubrieken voorkwamen, hierin was dit jaar zeer
duidelijk vooruitgang te bespeuren. Ook het
toiletteren der dieren en het voorbrengen, begint
men steeds beter te verzorgen en ook dit geeft het
geheel een mooier aanzien. Waren de eerste prij
zen voorgaande jaren meestal bestemd voor het
fokgebied Roosendaal e.o., dit jaar deed vooral de
omgeving van Breda ook van zich horen. Het
stierenmateriaal dat aanwezig was, was niet het
meest aantrekkelijke van de dag, uitgezonderd de
enige driejarige stier Prins van K. I. Vereniging
Dongen.
De overige klasse (jongere stieren) was wel iets
minder van kwaliteit. De oudere melkkoeien
vormden een goede klasse en ook de rubrieken
jongvee mochten gezien worden. Hierin vooral
waren het de dochters van Martha's Adema J3—
27912 S., van de K. I. Ver. Gilze-Rijen die de toon
aangaven.
Het zou te veel ruimte vragen, alle geprimeerde
dieren te vermelden, zodat we ons zullen beperken
tot de eerste prijzen.
Driejaars en oudere stieren, 1ste prijs tevens
kampioen van de fokdag Prins 27908 S., R. P. van
K. I. Vereniging Dongen. Een Sikkema 101-zoon
en gefokt bij J. Leenheer te Rhoon. Een vast-
gebouwde diepe stier met goed achterstel, doch
iets minder fraaie uitdrukking in kop en horens.
Bij de stieren van 18 maanden, waren er maar
enkelen aanwezig. Hier kwam voorop Greta's
Adema A 32870, van Wed. R. van Ekelen te Klun
dert; iets gerekt, met goed achterstel, doch iets
slap op de benen.
Klasse 3. Jaarling stieren, vrij gewone klasse,
zonder uitblinkers.
De stierkalveren geb. in 1951 vormden een vrij
goede klasse met een goed kopnummer in Gerard,
van Ant. Korteweg te Zevenbergen en gefokt door
W. de Groot Rz. te Kampen.
De melkgevende K. S.-koeien was een collectie
met beste diepte en dito uiers.
la prijs voor Frida 8, 154594 K. S., van Fr. v. d.
Avoirt, een Greta's Adema-dochter, is evenredig
fraai en diep, met beste uiers; lb. Bella 149506
K. S., Pref. St.-moeder van A. M. Peters te Ruc-
phen, iets minder solied, doch ruim en diep van
goed type; lc. Jo 4, 172870 S., van A. Wouters te
Gilze, mooi gelijnde koe, met goed achterstel en
goede ribwelving.
Bij de jonge K. S.-koeien kwam voorop Wikje 35.
199788 K. S., door Greta Adema, van Gebr. Huij-
bregts te Bavel. Is van goed soort, ruim en diep,
doch kon in benen en lendenen even sterker zijn.
lb. Frida 13-189732 K. S., van F. L. v. d. Avoirt,
te Bavel; lc. Pel Rooske 21-212295 K. S., van Gebr.
Huijbregts te Bavel, is vastgebouwd en sterk,
doch kon over het geheel iets ruimer zijn; ld.
Leuwtje 29-199789 K. S., van J. C. Jansen te Bavel.
Kalfdragende K.S.-koeien. Een klein goede klas
se, met beste kopnummers in Fara 172390 K. S.,
van A. M. Peters te Rucphen. Weer een dochter
van Leendert 47, een edele fraaie koe met beste
uiers, stond er prima voor; lb. Cato's Lotje 3-
200315 K. S., is ruim en sterk, doch iets aan de
maat.
Melkgevende koeien, geboren in 1942'46 (hoge
productie). Zeer goede klasse met vier fraai ty
pische dieren aan de kop, met beste melktekens;
la. Gerda 181581 S., van A. M. Peters te Rucphen;
lb. Cato's Lotje 2-199013 S., van J. Peeters te Roo
sendaal; lc. Selma 19-212294 S., van Gebr. Huij
bregts te Bavel; ld. Gonda 5-227758 S., van J.
Jansen te Bavel; le. Koos 189333 S., van erven M.
de Regt te Nispen.
Melkgevende koeien geb. 19411944 (gewone
prod.). Een vrij goede klasse met fraai kopnum
mer in Frida 16-158195 S., van F. v. d. Avoirt te
Bavel, goede diepte en mooi gelijnd, met beste
uier; lb. Gretha 189334 S., van erven M. de Regt
te Nispen, is diep en ruim, doch iets minder adel
dan la.
Melkgevende koeien geb. in 1945—1946 (gew.
prod.).
la. JJantje 11-228315 S., van J. Oostvogels te
Zundert, een goed gesloten edele koe met goede