Als de dagen korter worden ORGAAN VAN DE LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND BREDERE KENNIS IS EEN VEREISTE VAN ONZE TIJD. Indien men de mening beluistert van hen die „ORANJE HOTEL- Cel 601 Verder zal het aanbeveling verdienen om in het AGENDA. DE BOERENJEUGD Redactie: Ad. Doeleman, N. Filius, M. Kosten, Z. Poppe, M. Poissonnier en J. J. de Putter. Redactie-adres: Secretariaat L. J. G., Landbouwhuis, Goes. en het werk op het bedrijf over het hoogtepunt heen is gekomen, dan wordt het tijd om te gaan denken aan het komende winterseizoen en de lange avonden, die door w het verenigingsleven weer op een verantwoorde wijze gevuld zullen moeten worden. Er IN deze geest heeft de voorzitter van de Over ijsselse Landbouw Maatschappij onlangs ge sproken op de zomervergadering van zijn maat. schappij, toen hij er op wees, dat in de landbouw over het algemeen een ontstellend gebrek heerst aan brede kennis, en dat het denken over dingen die niet direct het bedrijf raken zo licht wordt over gelaten aan betaalde krachten. Daarom is het noodzakelijk dat speciaal de jon geren zich de kennis verschaffen, om in staat te zijn de huidige en toekomstige vraagstukken in de landbouw te kunnen overzien. Inzicht in econo mische en politieke vraagstukken is evenzeer van belang als dat van de techniek van de practische landbouwwerkzaamheden. De basis van deze kennis wordt gelegd op de scholen, en van deze mogelijkheden wordt in toe nemende mate gebruik gemaakt. Op de tegen woordige landbouwscholen wordt nog te zeer de nadruk gelegd op de techniek van de landbouw. Daarnaast bepleitte de voor zitter van de O. L. M. het aandacht schen ken aan economische vraagstukken en de geestelijke en culturele ontwikkeling van onze jongeren. Hij noemde het dan ook geenszins een luxe, doch eerder een wenselijkheid, dat onze boeren een ruimere algemene oplei ding ontvangen, door het volgen van U. L. O., H. B. S. of gymnasium. In de kringen der middenstand is dit besef reeds eerder levendig geworden. We kunnen het roerend eens zijn met de denkbeelden van de voorzitter van de O. L. M. We hebben dezer dagen het 75- jarig bestaan van het landbouwonderwijs herdacht en mogen hierbij terugzien op een geleidelijke groei van dit onderwijs en zoals het 50 jaar geleden een bijzonder heid was als je naar een landbouwschool ging, zo is het nu een vanzelfsprekendheid geworden. De verbreding van dit landbouwonder wijs, en we denken hierbij speciaal even aan de landbouwwinterscholen, wordt sterk bemoeilijkt door de korte cursus en de steeds toenemende hoeveelheid leer stof, zodat voorbereidende- en vervolg cursussen in zekere zin als een ontlasting van de normale schooljaren gezien°moe- ten worden. Bovendien moeten v^ê niet vergeten dat veel van deze bredere l^nnis, en we 'hebben hier speciaal de geestelijke en culturele ontwikkeling op het oog, niet bij uitstek op een school en zeker niet op een landbouwschool thuis hoort, en dat de taak van de organisaties der jongeren hier zeker niet te gering gezien mag wor den, vooral t.o.v. hen, die niet in staat zijn geweest om na de lagere schodl nog enigerlei vorm van algemeen vgjfêhend onderwijs te genieten. De tijd waarin de dichter Poot de boer in zijn gedichten kon tekenen als iemand' die rustig in zijn eigen wereldje van be drijf en gezin kon leven en met de buiten, wereld weinig te maken had, is nu wel voorgoed voorbij, al ligt deze niet eens zo erg ver achter ons. We moeten laten zien dat we onze tijd verstaan en het winterprogramma van onze vereniging zal dit straks duidelijk moeten tonen. Het zal ook moeten laten zien de wil om samen te werken in grotere verban den, met behoud van de zelfstandigheid van de afdelingen en bescherming van het persoonlijk initiatief. Wanneer er dan ook provinciale commissies op diverse terreinen worden opgericht dan ligt hieraan ten grondslag het denkbeeld dat het langs elkaar heen werken vermeden moet worden, en dat het vormen van deskundigen, die straks als adviseur op kunnen treden het werk van afdelings- en streek besturen kan verlichten. Enkele suggesties voor het provinciale werkprogramma. De kaderdagen van het afgelopen jaar vragen om een herhaling. Maar in welke vorm? beide vormen kennen, dan menen wij te mogen concluderen dat de nieuwe vorm het zal winnen. Speciaal het conferentiekarakter in een enigszins afgesloten milieu dient gehandhaafd te worden, om de deelnemers er geheel in te brengen, en de dagen niet te maken tot een aantal los aaneen- gerijde lezingen die allen op zichzelf blijven staan, zonder dat in de gedachten die hieraan ten grond slag liggen de nodige samenhang wordt gelegd. Verder is het nog het open vraag in hoeverre we de Volkshogeschool hier in moeten schakelen. Om een lijn te krijgen in het karakter van de opeenvolgende jaren menen we dat de organisatie van deze dagen door een commissie uit de Provin ciale Raad terdege overwogen dient te worden. Ook het experiment van het Toneelconcours verdient ten volle onze aandacht. Deze naam dekt als vlag beter de lading, dan de zeer algemeen gestelde en ook veel gebruikte naam: Ontwikke lingsmiddag. Onze redacteur N. Filius heeft deze zaak reeds Op 15 September zullen weer duizenden mensen in stilte gaan langs cel 601 van het Oranje Hotel te Scheveningen, zoals dit de laatste jaren eén traditie geworden is. Wij nemen dan ook gaarne dit gedicht van Marie Kruijf, die voor ons sedert de Opstelwed strijd geen onbekende meer is., op als een oproep tot dankbaarheid. RED. Elk jaar herdenken wij de doden, die voor ons gevallen zijn, met smart en levenspijn. En ons daardoor de vrijheid boden. Langs cel 601 trekken we voort, Stil, zelfs zonder fluisteren. Wij doen niet anders dan luisteren naar het ongesproken woord. Het woord, dat zij, die hier leden, achterlieten, gegrift op de steen der muren. Toen gingen ze heen.... Voorgoed gingen ze weg uit dit leven. Een boodschap van vrede en liefde schreven zij in hoogsten nood. Oog in oog met de verschrikkingsdood. die zij allen moedig stierven. O, land en volk op heel de aard' Wil die boodschap nooit vergeten. De helden, zij hebben het niet meer geweten. Maar wij zijn hun offer niet waard. Someren, 15 September 1951. MARIE KRUIJF. ter sprake gebracht en we menen dan ook met zijn conclusie, dat voortzetting, ondanks de teleurstel ling geboden is, de juiste is. We mogen dit terrein niet loslaten omdat het zo'n belangrijk bestanddeel vormt van de Ontspanningsavonden in de afdelin gen en de streken, en deze avonden juist uitge kozen worden om donateurs en andere belangstel lenden iets van ons werk te laten zien. Ook in de provincie zelve beschikken we gelukkig over uitstekende krachten op dit gebied en het steeds verder baanbrekende besef, dat een regisseur of lid van een plaatselijke toneel, vereniging ook de regie van een stuk der L. J. G. op zich kan nemen, zal het peil ongetwijfeld om hoog voeren. nieuwe winterprogramma een lijst op te nemen van afdelingen die bereid zijn in een nader te beperken gebied hun stuk te komen spelen op avonden van andere afdelingen die geen tijd of gelegenheid gehad hebben om een stuk in te studeren. Eenzelfde gang van zaken zouden we willen toe passen met de schaarse orkesten die we bezitten. Ook zij moeten veel oefenen om wat goeds te leve ren en zullen dit er graag voor over hebben indien ze voor een groter gehoor op kunnen treden. Ook op deze wijze kunnen we komen tot een succes volle uitwisseling, die niet na zal laten contacten te leggen. Wat doen we om nieuwe leden te winnen? Nog teveel krijgt men de indruk, dat de gemiddelde leeftijd der leden te hoog is geworden in de laatste jaren en dat verschillende afdelingen gedurende deze tijd de toevloed van jonge leden hebben moeten missen. Dit. kan aan verschillen de oorzaken te wijten zijn. Als iemand voor het eerst in een vriendenkring komt zal hij zich vaak als 'n vreemde eend in de bijt gevoelen, terwijl ook het programma van de bijeenkomsten of vergaderingen te veel op de oudere leden ingesteld kan zijn. Als we één vergissing kunnen maken dan is 't wel de veronderstelling dat we geen nieu we leden meer kunnen winnen in Zeeland. Een blik op de kaart leert ons dat vele af delingen nog 'n te groot werkterrein heb ben, dat ze niet geheel kunnen bestrijken. Het programma van de afdelingen. Hoe maken we dit aantrekkelijk voor alle leeftijdsgroepen? In de eerste plaats menen we dat teveel een splitsing wordt gemaakt tussen het serieuze gedeelte in de vorm. van inleidingen en andere besprekin gen op de normale vergaderingen .en het ontspannende gedeelte d,at volledig gecon. centreerd is op de ontspanningsavonden. Enerzijds zullen we moeten proberen de buitenstaander op deze laatstgenoemde avonden een meer zuiver beeld te geven van de werkzaamheden der vereniging, door het inschakelen van het leerzame element in de vorm van een kleine lezing of filmvertoning. Anderzijds dient het gezelligheids karakter niet uitsluitend gelegd te worden op de ontspanningsavonden, doch ook wel degelijk dit onderdeel een plaats gegund te worden op de gewone bijeenkomsten. Een belangrijke bijdrage hiertoe kan het „Spelenboek" leveren dat binnenkort aan de afdelingen zal worden aangeboden. En wat gaan de afdelingen en streken straks doen op het gebied van korte cur sussen? Wat betreft de zuiver technische cur sussen hebben we slechts een aanvullende taak, daar we dit terrein wel doorgaans aan de landbouworganisaties over kunnen laten. Doch ook daarnaast zijn nog vele onder, werpen voor ons van belang. Denk eens aan een cursus in bedrijfsleer, spreken in het openbaar, coöperatiewezen, vereni gingsleven, voordragen. Speciaal ook voor de Z. P. M.-sters zijn er toch nog wel vol doende onderwerpen op het gebied van in richting van huis en tuin, die niet direct op de landhuishoudscholen worden onder wezen. Een combinatie van vele onderwerpen vindt U in een kadercursus, welke ook in dit win terseizoen in één of meer streken gehouden zal worden, en welke zich met allerlei facetten van het verenigingsleven bezig houden. Zo is er ook dit seizoen weer veel werk aan de winkel voor landbouwjongeren die zich bewust zijn van hun toekomstige taak. Dit nieuwe seizoen van de L. J. G. Zeeland zal daarom ook moeten staan in het teken van het woekeren met onze talenten, tot heil van onze naaste en vorming van ons zelf. BOS. POORTVLIET: Zaterdag 22 September, 2.30 uur, Ringrijden. Afd. Tholeri en Oud-Vossemeer.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1951 | | pagina 5