U/ij. lazu* yj|]|j verfieersproSlemen iepen loonregeling CONCURRENT VOOR AGRARISCHE ARBEIDSMARKT. DE AFLEVERING VAN MENGVOEDERS IN DE MAANDEN MAART E NAPRIL. het Maartnummer van „De Suikerbiet", dat geheel gewijd is aan de vergelingsziekte der bieten, die ieder jaar in meerdere of mindere mate de groei van de bieten ontijdig belemmert. In zijn lezing over de suikerbietenteelt, gehouden op een bijeenkomst van de Z.A.R. in October 1950, heeft Ir. H. Rietberg, de directeur van het Instituut voor Rationele Suikerproductie te Bergen op Zoom, reeds de in dat jaar gehouden proef op het eiland Tien Gemeten, genoemd. En in dit nummer vinden we een volledig verslag van deze proef. Op dit eiland werden de voederbletenkuilen die de belangrijkste infectiebron vormen, doordat zij de luizen leveren die het vergelingsziekte-virus overbrengen, tijdig, dus vóór 1 April opgeruimd. Toen de infectiebronnen op het eiland zelf waren uitgeschakeld, moest nog worden nagegaan in hoe verre de luizen door de wind konden worden over gebracht van de naburige, slechts enige kilometers verwijderde eilanden Zuid-Beijerland en Flakkee. Hiertoe werden een viertal „luizenvallen" op de Noord- en Zuidzijde van Tien Gemeten opgesteld, waarin op regelmatige tijden de gevangen luizen werden geteld. In alle gevallen werden de meeste luizea gevangen wanneer de wind varieerde tussen Zuid en West, wat waarschijnlijk verklaard kan worden, doordat deze winden in de regel warm en vochtig zijn en de omstandigheden dan gunstig zijn voor het ondernemen van vluchten. Een wind uit Noordelijke- of Noord westelijke richting is daarentegen in vele gevallen koud en droogt zodat de luizen zich dan niet aan de opper vlakte van de kuilen vertonen. Men kan verder in de kuil het aantal luizen be perken door er zorg voor te dragen, dat de tempe ratuur hierin niet te veel stijgt tengevolge van broei of rotting. De dan ontstane spruiten zijn namelijk bijzonder geschikt voor de ontwikkeling van een groot aan tal luizen. Als het weer dus gunstig is, zullen vele luizen opstijgen en door de wind worden meegeno men, om voor het grootste gedeelte daar te worden afgezet daar waar de windsnelheid weer afneemt, dus op beschutte plaatsen. Dit geeft dus een ver klaring voor het verschijnsel, dat percelen die om zoomd worden door een dijk of bomen in vele ge vallen een sterkere aantasting te zien geven dan omringende percelen. Ondanks het vóór 1 April opruimen van voeder bletenkuilen op Tien Gemeten, kon dus infectie door van andere eilanden overgewaaide luizen niet worden voorkomen. Wel kon de ziekte op deze wijze sterk worden teruggedrongen wat kan blijken uit de volgende tellingen. Het percentage verge- lingszieke planten bedroeg gemiddeld op Tien Gemeten 8,71 tegenover 15,60 op Zuid-Beijer land en 18,57 op Flakkee. Gemiddeld kon het aantal aangetaste planten dus tot de helft worden teruggebracht wat op zichzelf al een succes is. Het (blijkt echter weer zeer duidelijk dat de be strijding van de vergelingsziekte in een zo groot mogelijk verband moet worden aangepakt om van het grootst mogelijk succes verzekerd te zijn. In het tweede artikel van dit nummer vinden we L Reeds verschillende keren gaven wij een uiteen zetting over de moeilijkheden die zich op dit gebied voordoen. Het doet ons daarom genoegen dat we nu een gunstig bericht kunnen publiceren, doordat de Rijksdienst voor het wegverkeer ons het onder staande schrijven deed toekomen. 1. Zolang art. 46 van de Wegenverkeerswet de houders van een motorrijtuig vrijstelling verleent van de verplichting tot het bezitten van een (nieuw) kentekenbewijs, zolang het voertuig is voorzien van een (oud) provinciaal letter en num mer, overeenkomende met een geldig, ten name van de eigenaar afgegeven nummerbewijs, kan het aanvragen van een kentekenbewijs voorshands achterwege blijven; het aanvragen van een ken tekenbewijs behoeft eerst plaats te vinden, nadat het betrokken nummerbewijs ongeldig zal zijn ver klaard, waaromtrent t.z.t. in de pers nadere mede- deb'n" ■ml worden gedaan. 2. Een landbouwtractor mag derhalve ook zonder dat daarvoor een (nieuw) kentekenbewijs is afgegeven twee aanhangwagens op de open bare weg (niet zijnde een speciale autoweg, ken baar aan een rond, blauw bord met witte auto) voortbewegen, mits deze ten behoeve van of in ver band met het landbouwbedrijf worden gebezigd en ook de overige voorschriften in acht worden ge nomen. 3. Voor het besturen van een landbouwtractor wordt ook zonder dat daarvoor een kenteken bewijs i'3 afgegeven geen rijbewijs vereist; de bestuurder moet echter de leeftijd van 16 jaar heb ben bereikt. dan verder nog een verhandeling over de bestrij ding van de ziekte door de juiste keuze van zaai- datum en aantal planten per ha. De zaaidata werden gesplitst en verdeeld over de maanden Maart, April en Mei, terwijl het aantal planten in de klassen 4050.000, 5060.000, 60— 70.000, 7080.000 en boven de 80.000 planten per ha werd ingedeeld. Door de latere zaaitijd liep het aantal vergelings- zieke planten op van 12,1 in Maart en 13,6 in April, tot 17,0 in Mei. Door het verhogen van 't aantal planten per ha liep het percentage daarentegen terug en wel tot de volgende gemiddelde percentages; aantal planten per. vergelingsziek 40-50.000 17,88 50—60.000 14,33 60—70.000 13,23 70—80.000 12,40 80.000 10,40 Uit de gehouden tellingen blijkt dus wel zeer duidelijk, dat er een verband bestaat tussen deze ziekte enerzijds en de zaaitijd en het aantal plan ten per ha anderzijds. Doordat het gewas zich door een groot aantal planten en het vroeg zaaien reeds vrij spoedig kan sluiten, wordt het milieu ongunstig voor de blad luizen, zodat de ziekte zich niet zo goed kan ver spreiden. Daarnaast kan men deze gunstige situatie ook wel bereiken door het kiezen van het juiste ras en over het algemeen door het bevorderen van de groei (goed zaaibed, juiste (bemesting en tijdig opéén zetten). Zolang de chemische bestrijding van de luizen nog tot de onmogelijkheden behoort, en daar het uitroeien van de luizen door het tijdig opruimen van de voederbietenkuilen slechts in groter verband tot een volledig succes zal kunnen leiden, zullen we dus ook nog de nodige aandacht moeten blijven besteden aan een bestrijding door het nemen van de juiste cultuurmaatregelen. Uit de door het Instituut voor Rationele Suiker productie gehouden enquête blijkt dan ook wel, dat hier nog het één en ander aan verbeterd kan wor den. Wel worden de meeste bieten gezaaid in April en ligt het aantal planten per ha in de regel boven de 60.000 per ha, doch een vrij groot gedeelte blijft hier nogi altijd onder, zodat hierin nog steeds ver betering gebracht kan worden. B. BEZWAREN (Overgenomen uit de Nieuwe Rotterdamse Cou rant van 16 Maart 1951.) De Dienst Uitvoering Werken is niet alleen een toevluchtsoord voor de werkloze arbèiders, doch heeft zich ongemerkt ontwikkeld tot een geduchte concurrent op de agrarische arbeidsmarkt. In min dere mate heeft ook de bouwnijverheid in sommige streken van deze mededinging te lijden. De oor zaak ligt in de uurinkomens, die merkwaardiger wijze voor een D.U.W.-arbeider aanmerkelijk hoger liggen dan voor een geschoolde landarbeider of tuindersknecht en zelfs hoger dan voor de onge- oefenden en geoefenden volgens het water-, spoor- en wegenbouwcontract in vele streken. Volgens de W.S.W.-regeling kunnen ongeoefende arbeiders komen tot een maximaal uurloon van 92 cent, geoefenden tot 99 cent. In de landbouw draait het uurloon om de 76% cent. Ondanks het lage basisloon van de D.U.W.-arbeiders (60 cent) kun nen zij door de 20 voor aceoordwerk (waaraan vrijwel allen kunnen voldoen), 17 duurte-toesla- gen, woonplaatstoeslagen, diverse reisvergoedingen en dergelijke komen tot uurlonen van een gulden en hoger. Het gevolg hiervan is, dat 80 van deze arbeiders geen andere baas wensen dan de D.U.W., d.w.z. dat deze vorm van gecamoufleerde werkloos heid hun een beter materieel bestaan biedt dan ar beid in het vrije bedrijf. Zelfs D.U.W.-kampen, waar de kostwinners-werk lozen het uitstekende eten gratis krijgen, hebben vele aanhangers, die in het vrije werk met een veel mindere beloning voor hun arbeidskracht genoegen zouden moeten nemen. Het ongerief van geruime tijd van huis te zijn nemen deze vrijwilligers op de koop toe. In sommige gewesten is er in het vrije bedrijf gebrek aan krachten voor grond- en aanverwante werken. Vrijwel overal in Nederland kampen de agrarische werkgevers met personeelsmoeilijk- heden, doordat het verschil tussen de voor land arbeid toegestane lonen en de D.U.W.-voorwaarden zo groot is. Daarbij komt nog dat de ingewikkelde sociale regelingen bij de in de zomer toch al met werk overbelaste boeren en tuinders onmogelijk even vlot kunnen worden afgewerkt als bij de D.U.W. In dit verband mag ook met worden ver geten, dat zeer vele D.U.W.-arbeiders 's morgens en 's avonds per auto naar en van hun werk wor den gebracht. Zij hoeven niet door weer en wind naar diverse werkgevers te fietsen. De verschillen in beloning tussen vrij werk en D.U.W.-werk dwingen de ondernemers in sommige bouwbedrijven tot het uitbetalen van zwarte lonen en het te hoog klasseren van arbeiders, omdat zij anders niet voldoende personeel kunnen krijgen. Zij moeten ten minste de werkloosheidsregeling overbieden. De vele rechtszaken over dergelijke gevallen zijn wat dit betreft welsprekend. Wanneer een boer een losse arbeider nodig heeft is hij, wil hij tenminste iemand krijgen, meeste! /arnbVbt om 10"15 „zwarte" eenteu aar, bet vast gestelde loon toe te voegen. Zelfs dan zal nog va ak het argument om uitgesloten te worden van de D.U.W.-werken de doorslag moeten geven. De landbouwer krijgt in zo'n geval een arbeider die met tegenzin werkt of zich zo gedraagt, dat hij wordt ontslagen. Het tekort aan arbeiders op het platteland wordt nog verergerd door het feit, dat de meeste van het platteland afkomstige gedemo- biliseerden met beide handen de gelegenheid tot omscholing op de rijkswerkplaatsen aangrijpen. Dat er in vele streken van ons land een tekort bestaat aan landarbeiders en tuindersknechten, ter wijl een groot aantal voor dit werk geschikte ar beidskrachten de D.U.W. als een levenspositie be schouwen, is een vreemde situatie. Deze kan alleen maar verbeteren, wanneer de volgens de werkloosheidsvoorziening betaalde weekinkomens het vrije werk. Bij de thans geldende regeling is de prikkel om te gaan werken in het vrije bedrijf voor velen weggenomen. Het is onbegrijpelijk, dat de regering hiervoor de ogen sluit. Hierdoor im mers komen de gesubsidieerde, niet urgente wer ken eerder aan bod dan de zo nodige verhoging van ons productiepeil, terwijl straks waarschijnlijk ver scheidene agrarische verplegings- en oogstwerk- zaamheden nogmaals met subsidie van het rijk worden uitgevoerd Door verschillende publicaties is er enige ver warring ontstaan over de aflevering van meng voeders. Daarom volgt hier nogmaals een uiteen zetting inzake de genomen maatregel. Eind Februari hebben de veehouders hun vee voedertoewijzing voor de maanden Maart en April ontvangen. Dit zijn de bonnen van de serie M (voor rundvee-, varkens- en kippenvoer) en de bon nen van de serie NI en N2 (kuikenvoeders). Deze bonnen moeten door de veehouders vóór 15 Maart bij hun leverancier zijn ingeleverd. In verband met een spoedig te verwachten ver laging van de overheidssubsidie op geïmporteerde veevoedergrondstoffen, welke voor de mengvoeder industrie en -handel gevolgen t.a.v. de bevoor rading meebrengt, dreigde er stagnatie te komen bij de aflevering van mengvoeders door de hande laren en fabrikanten. Deze stagnatie werd echter door het Bedrijfschap zeer ongewenst geacht, zodat door het Bestuur na lang overleg een regeling werd getroffen om de aflevering aan de boer door te laten gaan. Daardoor kan elke boer in ieder ge val op de helft van zijn bonnen (voor de maanden Maart en April) thans reeds mengvoeder bij zijn leverancier betrekken tegen de tot heden gebruike lijke prijzen. De veehouder doet er verstandig aan spoedig deze hoeveelheid te betrekken, maar in ieder geval vóór 1 April a.s., wil hij tenminste ervan verzekerd zijn, dat hij dit mengvoer ook tegen de oude prijzen geleverd krijgt. Wat de andere helft van ziin toewiizing betreft bestaat de kans, dat hij dit gedeelte iets later (waarschijnlijk pas in de maand April) van zijn leverancier zal kunnen krijgen en dan niet meer tegen de oude prijzen maar tegen hogere prijzen. Zodra de nieuwe Regering gevormd is, kan deze verlaging der veevoedersubsidies verwacht worden. Met het oog op de sterke prijsstijging op de wereldmarkt en de daardoor snel toenemende te korten voor het Landbouwegalisatiefonds. zal de Overheid n.l. deze subsidieverlaging nog midden in de thans lopende toewiizm'zsneriode door voeren. De veehouders zullen dus de volledige hoe veelheid voer, voor de maanden Maart en April toe gewezen, ontvangen; alléén zullen zij waarschijn lijk niet alles ineens kunnpn krijgen, maar in twee of meer gedeelten. Het laatste gedeelte dan waar schijnlijk tegen de nieuwe, hogere prijs. De veehouders, die nog van vorige bonnen (welke destijds wel vóór de gestelde vervaldatum zijn ingeleverd) een tegoed bij hun leverancier heb ben uitstaan, wordt dringend aangeraden deze ge hele hoeveelheid zo snel mogelijk van hun leveran ciers af te nemen, (in ieder geval nog deze maand!). Deze hoeveelheden zullen zij in hun ge heel tegen de oude prijzen moeten kunnen krijgen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1951 | | pagina 4