UleiM, ft&UtHUl.
VOOR DE PLATTELANDSVROUW.
Markt- en Veilinoberichten
VAN HET
Uit een geheim weekboek van
Bram uit de Slikhoek
INGEZONDEN STUKKEN.
FRUIT OF RAUWE GROENTE?
Zo langzamerhand weet een ieder wel hoe goed
fruit is voor de gezondheid fruit, een bron van
vitamines en voedingszouten, dus van beschermen-
de stoffen voor het lichaam! De vruchten zijn ech-
ter lang niet altijd goedkoop en wanneer men zui
nig moet zijn, is het dikwijls moeilijk voor de post
„fruit" een plaats op de gezinsbegroting in te rui
men. De vraag is nu, of men zijn gezin tekort doet,
wanneer men niet geregeld fruit op tafel zet.
Dat behoeft niet het geval te zijn. Wij hebben n.l.
een goedkoper levensmiddel, dat fruit evenaart wat
waardevolle bestanddelen betreft. Dit is de groente.
Ook groente bevat veel vitamines en voedingszou
ten, mits zij goed wordt toebereid, zo, dat de waar
devolle stoffen niet worden weggespoeld of door
inwerking van warmte en licht vernietigd worden.
Dat wil zeggen, dat groente zo kort mogelijk ge
kookt moet worden met zo weinig mogelijk water,
nadat ze.kort vóór het koken gewassen en gesneden
is.
Rauw opgediende groente heeft nog de meeste
voedingswaarde behouden. Daarbij is het zeer voor
delig om de groente rauw te eten, daar men dan
slechts 100 a 125 g nodig heeft, dus aanzienlijk
minder dan de hoeveelheid, die men voor koken
gebruikt.
Men kan rauwe groente geven in de vorm van
stamppot met rauwe groente, in de vorm van een
slaatje of als broodbelegging. En heeft niet menig
kind, als moeder in de keuken worteltjes of knol
raap of ook wel kool stond schoon te maken, om
een stukje gebedeld? Geef dit de kinderen gerust
Mogelijkheden voor de te kleine bedrijven.
Als er één probleem is, dat in deze tijd de aan
dacht vraagt, dan is het wel de moeilijkheid van het
ontstellend grote aantal bedrijven in de landbouw
die 'n te geringe oppervlakte cultuurgrond hebben.
Het euvel van een te klein bedrijf is op zichzelf
niet zo erg, wanneer zoals dat vroeger veelal het
geval was er voor de beheerders van dergelijke
„dwergbedrijfjes" voldoende gelegenheid zou zijn
om door middel van een nevenfunctie hun inkomen
voldoende aan te vullen. Er zijn ook thans nog
wel een groot aantal kleine landbouwbedrijven, die
op zichzelf eigenlijk te klein zijn, maar waar men
geen zorg behoeft te hebben voor de sociale positie
van de betrokken kleine boer, omdat zij naast
een intensieve en doelmatige exploitatie van hun
bedrijf op andere wijze kans hebben gezien hun
inkomen behoorlijk aan te vullen.
Intussen heeft het nijpend tekort aan vestigings
mogelijkheden in de landbouw er toe geleid, dat er
een zéér vergaande splitsing van bedrijven en lan
derijen heeft plaats gehad, waardoor het aantal
te kleine bedrijven zéér groot is geworden. Daar
tegenover heeft vooral de voortschrijdende mecha
nisatie en rationalisatie van het boerenbedrijf een
zodanige wijziging gebracht in de arbeidsver
deling in de landbouw, dat de mogelijkheid om een
te klein bedrijf met een aanvullende nevenfunctie
te combineren veel geringer wordt en dit maakt
het probleem steeds meer urgent.
Nu dit vraagstuk steeds dringerder wordt, zodat
het steeds meer getrokken wordt binnen de kring
van het overleg in de kringen van sociologen en
vooral economisten, nu krijgen we steeds meer de
indruk, dat dit niet met de nodige warmte vooi
het volk in al zijn geledingen wordt behandeld. Met
name komt men in de betrokken kringen zo ge
makkelijk. tot de uitspraak: „Er zijn te veel te
kleine bedrijven. Men moet er naar streven, deze
te kleine bedrijven te doen verdwijnen".
Op de vraag, wat men dan wil met de betrokken
mensen, dan komt men meestal met de middelen:
emigratie en industrialisatie.
Hoe belangrijk deze middelen ook mogen zijn,
menen wij toch met enige grond te mogen betwij
felen of deze middelen werkelijk de zo gewenste
oplossing zullen kunnen brengen. Wij zijn zelfs
overtuigd dat zulks niet het geval zal kunnen zijn.
Zonder hierop in dit bestek uitvoerig te willen
ingaan, zouden wij er alleen dit van willen zeggen:
le. Door de zéér grote bezwaren, die aan de emi
gratie voor velen vastzitten, zal die emigratie
voorlopig wel binnen beperkte grenzen blijven, zo
dat men er in ons land slechts weinig van zal
merken, dat hierdoor enige verruiming van de
beschikbare cultuurgrond tot uitdrukking komt.
2e. Uitbreiding van de industrie in zo ruime
mate, dat daardoor de overtollige mensen in de
landbouwsector in andere bedrijfstakken zouden
kunnen worden opgenomen, is o.i. vooral om twee
redenen niet mogelijk. In de eerste plaats, omdat
een zo grote uitbreiding van de industrie een zéér
belangrijke brok cultuurgrond zou eisen voor
fabrieks-, woning- en wegenbouw en voor recreatie
gebieden, dat hier bij wijze van spreken „het kwaad
met het kwaad wordt bestreden". In de tweede
plaats, omdat er een onverbrekelijke band bestaat
tussen industrie en grondstoffen en levensmidde
lenvoorziening, of m.a.w. tussen de industrie en de
aanwezige grond-
Deze band houdt in, dat de industrialisatie ge
bonden is aan zekere grenzen, waar binnen het
vraagstuk der overbevolking o.i. niet kan worden
opgelost; om van de noodzaak van een voldoende
afzetmogelijkheid voor de industriële producten nu
maar niet te spreken.
om rauw op te knabbelen, het is goed voor hen,
ook voor hun gebit.
Inplaats van een appel of ander fruit kunt U ze
ook een wortel mee naar school geven.
Hier volgen enige recepten voor het verwerken
van rauwe groenten in de maaltijden.
Sla van Brusselslof en biet.
250 g Brusselslof, 1 grote of 2 kleine gekookte
bieten, slaolie en azijn, 1 hard gekookt ei of een
slasaus, iets suiker, zout (peper).
Het lof schoonmaken (de bittere pit verwijderen),
wassen en zo kort mogelijk vóór de maaltijd zeer
fijn snijden. De bieten stropen en in kleine blokjes
of reepjes snijden. De bieten en het lof aanmaken
met slaolie en azijn en 't fijn gemaakte ei of sla
saus en zo nodig zout, suiker (en peper).
Sla van rauwe selderijknol en wortel.
200 g selderijknol, 250 g wortelen, een stukje ui,
slasaus of azijn en slaolie, (peper), zout, gehakte
bladselderij.
De selderijknol en de wortelen schoonmaken,
wassen en grof raspen. Het stukje ui schoon
maken, wassen, zeer fijn snipperen en met slaolie
en azijn of slasaus, (zo nodig peper en zout) en ae
groente vermengen (vooral de selderij slechts kort
onvermengd laten staan, daar ze anders spoedig
bruin wordt). Over het slaatje wat gehakt selderij
blad strooien.
Sla van alleen selderijknol of alleen wortel met
een slasaus is ook heerlijk. Bij wortelsla moet iets
suiker gedaan worden.
Wanneer wij nu op grond van het bovenstaande
vaststellen, dat door genoemde middelen het euvel
niet afdoende kan worden opgelost, dan dient er
bij de bevoegde instanties en bij de landbouw- en
landarbeidersorganisaties zoveel sociaal gevoel tot
uiting te komen, dat men onverpoosd naar andere
wegen en middelen zoekt en deze zozeer uitbuit, dat
dit vraagstuk tot een bevredigende oplossing wordt
gebracht voor de betrokkenen, die door dit pro
bleem in de knel zitten.
Er wordt naar andere middelen gezocht en er
worden zelfs middelen aan de hand gedaan en zelf
in practijk gebracht, die naar onze mening werke
lijk in de goede richting kunnen werken, wanneer
ze consequent worden toegepast. Maar we zijn van
mening, dat de omstandigheden er toe dwingen om
in dit opzicht nog veel verder te gaan. Er moet
gestreefd worden in de richting van een verbre
ding van de bestaansbasis van de te kleine bedrij
ven, waar momenteel in theorie wel wordt ge
werkt, maar naar onze mening niet met de nodige
animo en niet met de nodige kracht.
We denken daarbij aan verhoging van de pro
ductiviteit van de grond en aan het uitbreiden van
de voor het kleinbedrijf geëigende teelten, zoals o-a.
pluimvee- en varkenshouderij etc.
We zouden hiermee deze keer willen eindigen en
in een volgend artikel aantonen, in welk opzicht in
deze de Overheid, de organisaties en ook de kleine
boeren te kort schieten. H. D-
Het is een rare winter,
Het werk gaat altijd door.
We werkten en we ploegden
Alleen niet als het vroor
Het is een eigenaardige winter dit jaar. We
waren toen het ging vriezen op geen stukken na
klaar en toen de vorst over was hadden we nog
volop werk op het land. De paarden werkten alle
dagen en hebben weinig rust gehad. Toen het
vroor was er nog te dorsen, dus altijd was er werk.
Nu zijn we klaar gekomen met ploegen. Het ging
niet altijd naar wens, doch we konden het niet on-
geploegd zien liggen. Zeker, je kunt het ongeploegd
laten liggen en dan van 't voorjaar bewerken, doch
zware grond leent zich daarvoor niet best. Mocht
er nog eens wat nachtvorst komen, dan zijn we er
heel wat verder mee dan wanneer het ongeploegd
lag.
Het land, dat 14 dagen geleden geploegd is, is
ook veel meer gedroogd en valt niet tegen.
We zijn, toen het ook nog maar net kon, met
het kunstmestzaaien begonnen. Van 't najaar waren
we met de kali nog niet klaar gekomen en het is
daar hard tijd voor. Voor kaliminnende planten, als
vlas en suikerbieten, komt het niet zo nauw, doch
voor aardappels is het knap laat geworden en past
patentkali daar beter voor, die nog bij 't poten ge
zaaid kan worden. Alleen heeft ze dit tegen, dat ze
heel duur is per kali. De structuur van de grond
is niet fraai en wat nachtvorsten kunnen we goed
gebruiken om een prima vroeg za3ibed te krijgen.
De vele regen en natte sneeuw hebben het vorst-
voordeel te niet gedaan.
We zullen maar denken „hoop op beter."
Er schijnt in Den Haag nog weinig schot in te
zitten. De animo van de oude garde schijnt er nog
wel te zijn, maar vervangers lopen niet hard. Het
is natuurlijk ook zo: wanneer men brokken ge
maakt heeft, moet men het zelf lijmen.
Laten we hopen, dat het spoedig voor elkaar
komt, want het begint op een comedie te lijken en
daar is ons land op 't ogenblik niet mee gediend;
er Is meer en belangrijker werk aan de winkel.
Dinsdag wordt er een praatmiddag gehouden
door de B. V. G. en Vereniging van Oud-leerlingen
der R, L. W. S. De Voorzitter der Z. L. M. zal daar
spreken over „Actuële landbouwproblemen." Ieder
een is welkom, ook niet-leden, en men verzuime
niet a.s. Dinsdag een paar uur te komen luisteren
en ook deel te nemen aan de nabesprekingen (er
zijn problemen genoeg) en ieder lid brenge een lid
mee; de zaal is groot genoeg
VEEMARKT 's-HERTQGENBOSCH.
Op de markt van Woensdag werden aangevoerd
6081 stuks vee, zijnde: 2213 runderen, 162 vette kal
veren, 975 nuchtere kalveren, 130 zeugen, 391
lopers, 2096 biggen, 77 schapen en lammeren, 37
geiten.
De prijzen waren als volgt:
Melk- en kalf koeien van ƒ700ƒ950; Guiste
koeien ƒ475ƒ700; Kalf vaarzen ƒ650ƒ925;
Klamvaarzen 575ƒ650; Guiste vaarzen 550
ƒ625; Pinken 375525; Graskalveren 175
ƒ300; Nuchtere fokkalveren 95ƒ130; Nuchtere
slachtkalveren 35ƒ50; Zware nuchtere slacht-
kalveren 75; Lopers 6070; Biggen 2540;
Drachtige zeugen f 225325; Schapen 80
110; Lammeren 70—105; Geiten 25—50.
C. Z. A. V. WEMELDINGE.
5 Februari 1951.
Groothandelsnoteringen Granen, Zaden,
Peulvruchten en Ruwvoeders.
Tarwe. Onveranderd bij vorige week. Voor dooi -
sneekwaliteit werd ƒ24,25 franco fabriek betaald;
met vochtclausule.
Gerst. Kopers waren zeer terughoudend en tegen
slot-beurs werd zomergerst gelaten voor 35,50.
Haver. De prijs van haver liep terug tot 34,50.
Maïs. Weinig belangstelling. Notering ca. ƒ38.
Schokkers daarentegen werden goed gevraagd
tegen iets oplopende prijzen, n.l. van 45ƒ49,50.
Groene Erwten. Weinig belangstelling en moes
ten dan ook lager worden afgegeven. Notering
ƒ42—ƒ45.
Bruine Bonen. Ook bruine bonen deelden in de
flaüwe stemming en het is moeilijk geworden om
voor afwijkende kwaliteiten kopers te vinden. No
tering 4554.
Rozijnerwten en Capucijners. Onveranderd.
Blauwmaanzaad. Bij klein aanbod goed gevraagd.
Notering 185205.
Ruwvoeders. Tarvvestro ƒ52; Gerstestro ƒ50;
Haverstro 4546; Groen Erwtenstro ƒ70f 75;
Lucernehooi ƒ125—ƒ130; Wcidehooi ƒ115ƒ116;
Groenkraag Voederbieten ƒ2223; Wijnpeen ƒ22
22,50, alles per 1000 kg.
Voeraardappelen 5,90 per 100 kg.
Alles boorcJ/spoorvrij Zuid-Beveland.
STROVLAS.
De vraag op de strovlas markt blijft groot voor
namelijk van de zijde van de Nederlandse vlas
industrie.
Goed gerepeld vlas 45—50 ct per kg; mindere
kwaliteit 3545 ct per kg.
Ongerepeld: goede kwaliteit 3542 ct; tweede
kwaliteit 3035 ct per kg.
AARDAPPELBEURS ROTTERDAM.
Klei, 35 mm opwaarts: Eigenheimers ƒ12—ƒ13;
Bintjes ƒ11,50—ƒ12; Alphas ƒ10,50—ƒ11; Meer-
landers 11,50—12; Bevelanders 12; Furore 12
-ƒ 13.
Zand, 35 mm opwaarts: Noordeling ƒ9—ƒ9,50;
Voran 7,90; Record ƒ8,10; Eigenheimers ƒ8,50;
Voeraardappelen 5,75—6,25. Alles per 100 kg.
Deze prijzen zijn berekend op de handelsvoor-
waarden, vastgesteld voor de verkoop van con
sumptieaardappelen, berkend op wagon, schip of
auto.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
TELERSPRIJZEN VOOR CONS-AARDAPPELEN.
Op 31 Januari vernamen wij uit de dagbladen,
dat de Minister van Landbouw het nodig oordeelde
om ook telers-prijzen voor consumptie-aardappelen
in te stellen, met ingang van 29 Januari.
De reeds eerder opgelegde maximumprijzen voor
de consument schenen hier en daar moeilijkheden
te geven in de tussenhandel, omdat de vraag naar
klei-aardappelen iets groter is dan het aanbod.
Het V. B. N. A.-bestuur gaat van het idee uit, dat
door het vaststellen van maximumprijzen bij de
consument het gehele bedrijfsleven de daaruit
voortvloeiende moeilijkheden moet dragen, dus niet
alleen de handel, maar óók de teler.
Voor deze zienswijze zou iets te zeggen zijn als
door de genomen maatregelen de fouten werden
weggenomen. Maar dit gebeurt beslist niet Het
V. B. N. A. bestuur kon dit weten, vandaar dat het
ons bevreemdt, dat zij bij de Minister aandrang
heeft uitgeoefend voor vaste telersprijzen.
De praktijk zal nu wel zijn, dat door teler en
handelaar de voorschriften worden ontdoken en
wat blijft er dan over v^n een Ministerieel besluit?
Geen van beide partijen wenst de C.C D. con-
tróle terug, en toch moet het er weer van komen!
Het Ministerieel besluit moet de landbouworga
nisaties hebben overrompeld, want van die zijde
horen wij nog niets over de houding die wij moeten
aannemen.
EEN TELER.