Harkt- enlVeilinoberichten Uit een geheim weekboek van Bram uit de Slikhoekj de waarde van de grond zeer belangrijk, voor onv gemengde bedrijven met zijn veelzijdige mogelijk heden, is hij toch geen hoofdzaak. Wij zijn te gauw geneigd, om ons te verschuiléh achter die dood doener slechte grond Wanneer ik U zeg, dat bij vergelijking van 100 L.E.I. bedrijven in mijn ambtsgebied geen enkel verband bestaat tussen de waarde van de grond en de financiële resul taten der bedrijven, dan spreekt dit toch wel heel erg duidelijk. Het is echter van groot belang, dat we onze cultuurgrond in goede conditie houden, of eventueel nog verbeteren. Het is U allemaal be kend, dat onze zandgronden zeer structuur-gevoe lig zijn. Het probleem van de stuivende gronden neemt hand over hand toe. Laten we in dit ver band onze volle aandacht geven aan de organische bemesting. Goed gewonnen, bewaarde, en op de juiste tijd gegeven stalmest, wisselbouw, groenbe- mestingsgewassen, en in de naaste toekomst com post, wanneer het Brabantse compostbedrijf een feit zal zijn, zijn onmisbare voorwaarden voor het in stand houden van de productiviteit onzer gronden. 2. De ligging en de grootte der percelen. Er wordt tegenwoordig veel gesproken en geschreven over arbeidsproductiviteit, dat wil zeggen, ieder uur van de dag dat we niet thuis zitten, moet ook werkelijk beloond worden. Nu kennen we ook in Brabant het euvel van de versnippering en ver spreide ligging der percelen. Welke grotere mo gelijkheden zouden er niet zijn op het bedrijf, indien de loopuren" om de vele kleine percelen te kunnen bewerken, in productieve werkuren zouden worden omgezet. Indien menigeen eens wist hoe hij door ruilverkaveling zijn bedrijf zou kunnen intensiveren, dan zou het verzet hiertegen als sneeuw voor de zon wegsmelten. Daar komt nog bij, dat de verst afgelegen percelen wel wat erg stiefmoederlijk worden behandeld, zowel wat be treft bemesting, verzorging als exploitatie. 3. Het aantal arbeidskrachten. Dit aantal is op onze bedrijven van gelijke grootte zeer verschil lend. We kunnen echter niet zeggen, dat het bouw plan steeds is aangepast aan dit aantal. Men zou toch mogen verwachten, dat op een bedrijf met veel arbeidskrachten intensiever wordt gewerkt. Dit is echter lang niet altijd het geval. Ik moet dan ook zeggen dat het op bedrijven met (te) veel arbeidskrachten vaak te gemoedelijk toegaat, zodat de technische en economische vooruitgang erdoor geremd wordt. Veel arbeidskrachten, zonder de mogelijkheid van intensivering ter dege te onder zoeken is dus uit den boze. Behalve de economi sche nadelen wordt ook de vlijt en de arbeidslust er nadelig door beïnvloed. Gelukkig zijn er heel wat uitzonderingen op het voorgaande en speciaal veel boeren met jonge gezinnen verdienen mijn grootste bewondering en achting voor datgene wat zij van hun bedrijf weten te maken. 4. De kwaliteit en de kwantiteit van de vee stapel. De veestapel is verreweg de grootste pro ducent van het binnenkomende geld op het ge mengd bedrijf. Zowel kwaliteit als kwantiteit bepalen het bouwplan, dat ieder jaar opgemaakt moet worden. Het is noodzakelijk dat deze voor een zo groot mogelijk deel gevoerd wordt met pro ducten die we zelf hebben gewonnen. De vorige keer heb ik reeds opgemerkt, dat men hieraan onvoldoende aandacht besteed. In mijn volgend artikel zal ik hier nader op terug komen. 5. Uw eigen initiatief. De 4 punten die hiervoor werden genoemd zijn belangrijker, maar zij han gen nauw samen met punt 5. n.l. Uw eigen initia tief. Dit laatste punt is dan ook ongetwijfeld verreweg het belangrijkste. Ik ken persoonlijk veel boeren met matige grond, die toch een prima bedrijf hebben. Het komt er slechts op aan, dat we er onder de gegeven omstandigheden van maken, wat we er van maken kunnen, en hier staan conservatisme en vooruitgang lijnrecht tegenover elkaar. Initiatief betekent, dat we telken jare opnieuw zoeken naar de mogelijkheden, om de bedrijfsuitkomsten te verbeteren. Waar ik dus voor pleit is initiatief, ondernemingsgeest, durf om iets aan te pakken, maar dan na rijp beraad. Dus vooruitstrevendheid, gepaard gaande met voor zichtigheid. De feiten hebben bewezen dat onze zandboeren inderdaad vooruit willen. Hoofdzaak is, dat deze geest vaardig blijft onder onze boeren stand en om hiervan verzekerd te zijn wil ik U een aantal punten noemen, die U hierbij van dienst kunnen zijn. 1. liet landbouwonderwijs. Hier worden de fundamenten gelegd waarop later de practische ervaringen moeten rusten. Geeft dus Uw jongens volop gelegenheid om landbouwonderwijs te vol gen. 2. De Landbouwvoorlichting. Deze komt spe ciaal tot de practische boeren. De technische en economische problemen zijn tegenwoordig zeer veel omvattend. Maakt U er dus zo veelvuldig moge lijk gebruik van. 3. Leest vooral ook Uw vakblad. Hierdoor blijft U op de hoogte van de ontwikkeling van de landbouwwetenschap. 4. Geeft Uw jongens op het bedrijf een kans om zich te ontplooien. De liefde voor het vak wordt er groter door en het scherpt hun verant woordelijkheidsgevoel!. 5. Schaft U telkenjare een rassenlyst aan. De kennis van de juiste rassenkeuze laat op de zand gronden nog veel te wensen over. 6. Probeert te leren van iedereen en draag Uw kennis ook aan anderen uit. Zorg ook voor een goede onderlinge samenwerking. (Wordt vervolgd). Ir. A. H. CRIJNS. PROVINCIALE COMMISSIE VOOR DE RUNDVEEFOKKERIJ IN NOORD-BRABANT. Met ingang van 1 Januari 1951 is de heer M. van den Broek te Boxtel afgetreden als secretaris der Provinciale Commissie en als secretaris van het bestuur der Provinciale Melkcontröle Dienst. De nieuwe secretaris der Provinciale Commissie is: Ir. A. Th. Ariens. Adres: Rijks veeteeltconsu lent, Ginneken. Als secretaris van het bestuur der Provinciale Melkcontröle Dienst zal optreden: Ir. F. W. van de Vring. Adres: Rijkszuivelconsulent, Ceres- straat 51, Breda. CENTRALE MELKMACHINE COMMISSIE. Waarom is het beter om zolang mogelijk met de machine te blijven melken ook al is de productie van de koeien zeer laag geworden. Op de bedrijven waar machinaal wordt gemol ken zijn de koeien gewend aan de machine. Hierop kan niet genoeg met nadruk worden gewezen. Door met de hand te gaan melken moet het vee zich instellen op een nieuwe methode van melken. Dergelijke veranderingen zullen zeker geen gun stige invloed hebben op de melkproductie. Er dient verder met nadruk te worden vastgesteld, dat bij een melkproductie per koe per melktijd van 6 kg of minder, 1 persoon niet meer kan bedienen dan 1 apparaat. KUILVOER. Nu vele kuilen zijn aangebroken, willen we nog eens wijzen op de kwaliteit van het kuil voer. De voederwaarde valt in vergelijking met 1949 niet direct mee, het regenachtige weer zal hierbij zeker van invloed zijn geweest. Is de voederwaarde van het kuilvoer niet erg hoog, de meeste Hardelandkuilen steken ook dit jaar weer zeer gunstig af tegen de rest, zodat de meerdere kosten zeker vergoed zullen worden. Wanneer U zelf nog geen Hardeland-kuil bezit en in Uw omgeving komt een goede moderne kuil voor, dan raden wij U aan daar eens een kijkje te gaan nemen, terwijl U dan vooral niet moet ver geten het kuilvoer te ruiken. Het grote verschil met Uw warme kuil móet U opvallen. De warme kuil heeft qua conservering zijn tijd gehad, hij past niet meer in deze tijd van duur en moeilijk te krijgen krachtvoer. Kunt U zich niet aansluiten bij een bestaande combinatie of er aan meewerken dat een Hardelandcombinatie in Uw omgeving wordt opgericht? Het is nü de tijd daarover te denken enbesluiten te nemen. VEEMARKT 's-HERTOGENBOSCH. Op de markt van Woensdag werden aangevoerd 5609 stuks vee, zijnde: 2241 runderen, 197 vette kalveren, 723 nuchtere kalveren, 109 zeugen, 298 lopers, 1925 biggen, 69 schapen en lammeren, 47 geiten. De prijzen waren als volgt: Melk- en kalf koeien van ƒ700975; kwaliteiten liepen tot ƒ1025; Guiste koeien 500700; Kalf vaarzen 650 950; met papieren boven notering; Klamvaarzen 575ƒ650; Guiste vaarzen 550ƒ625; Pinken 375ƒ525; Graskalveren 170ƒ300; Nuchtere fokkalveren ƒ95ƒ135; Nuchtere slachtkalveren ƒ4565; Zware nuchtere slachtkalveren ƒ90; Lopers ƒ55ƒ70; Biggen ƒ25ƒ40; Drachtige zeugen ƒ215ƒ290; Schapen ƒ80ƒ115; Lamme ren ƒ70—ƒ95; Geiten ƒ20—ƒ55. BIGGENPRIJZEN W. ZEEUWS-VLAANDEREN. In dit gebied werden de volgende biggenprijzen betaald in de week van 8 t/m 13 Jan. '51. Biggen van 68 weken ƒ17,50ƒ20; biggen van 8—10 weken 20—22,50. C. Z. A. V., WEMELDINGE. 8 Januari 1951. Groothandelsnoteringen Granen, Zaden, Peul vruchten en Ruwvoeders. Tarwe. Schreven wij in ons laatste marktover- zicht, dat het percentage inlandse tarwe in de bloemsamenstellingen zou worden verlaagd, thans kunnen wij mededelen, dat in de A-bloem dit per centage van 52% werd teruggebracht tot 15 en in de W-bloem van 25 tot 7% Deze ver anderingen hebben hun invloed wel doen gelden en bij ruime aanvoeren daalde de prijs beneden de garantieprijs. Notering f 23,90 tot 24,15 franco fabrieken op basis 17 vocht. Flauwe stemming. Gerst. Met de rogge voorop ligt de gerst vast in de markt. Naar brouwgerst is vraag voor export. Vandaag liep de gerstprijs op tot 32,55 boordvrij. Spoorvrij 32,75. Beide voor doorsneekwaliteit. Haver. Onder invloed van de gerst- en rogge- prijs wist ook de haverprijs zich te verbeteren. Van daag veel belangstelling met klein aanbod. Note ring 30,25. Maïs. Van de voergranen was de prijsverhoging voor maïs wel het geringst; toch was er iets be langstelling. Notering ƒ37, Schokkers .Hier is weinig veranderd. Het aan bod is niet groot. Notering 43 tot 47,50. Groene Erwten. Vandaag was er veel vraag voor export, waardoor de markt zeer willig was. Note ring 40 tot 44. Bruine bonen. De vorstperiode is zeer zeker van invloed geweest, maar van te korte duur om voor de grote aanvoer van vandaag kopers te vinden. De stemming is zeer kalm. Ruim de helft der aan geboden partijen bleven onverkocht. Notering 50 tot 59. Capucijners. Prima kwaliteit wordt gezocht. Af wijkende zijn niet te plaatsen. Notering 65 tot 72. Rozynerwten. Stille markt. Notering 60 tot 65. Blauwmaanzaad. Na de zeer rustige afgelopen weken, was er vandaag een vlotte handel met hogere prijzen. Notering 140 tot 159. Karwijzaad. Bij klein aanbod onveranderde prij zen, n.l. 150. Ruwvoeders. De prijzen van stro bewegen zich in stijgende lijn. Zowel de industrie als de veehou derij leggen veel belangstelling aan de dag. Het aanbod in stro wordt iets ruimer. Dit betreft voor namelijk scheepspartijen. Tarwestro 52. Gerste stro 52. Haverstro 48. In Lucernehooi en Weidehooi was geen aanbod. Voederbieten, Rode neen en Voeraardappelen worden in verband met mogelijke vorstrisico's niet verhandeld. STROVLAS. De strovlasmarkt blijft voortdurend vast ge stemd. Gerepeld vlas: beste kwaliteit 4045 ct per kg; goede kwaliteit 3540 ct per kg; 2de soort 3035 ct per kg. Óngerepeld vlas: beste kwaliteit 3336 ct per kg; goede kwaliteit 3033 ct per kg; 2de soort 25 30 ct per kg. 8 Jan. De sneeuw is weer verdwenen De vorst is uit de grond, De ploegen snijden voor na voor De schijf draait rustig rond. Het gezicht op de akkers is weer helemaal ver anderd. De sneeuw is verdwenen en het was wel een mooi gezicht, doch we zijn weer blij dat ze verdwenen is en het vriezen voorbij is. We zijn van morgen met het ploegen begonnen en het viel mee, de grond werkt goed en is niet nat. Het onge- ploegde land was een doorn in ons oog en telkens wanneer we er voorbij kwamen dachten we: wan neer zouden we het om hebben zou het geploegd kunnen worden voor Februari, zou het moeten blijven liggen enz., en daarom stemt het ons zo tevree, dat we trekker weer zijn voren zien trek ken en op een andere kavel de trouwe viervoeters bezig zien, die een zware eerste dag hebben om alle stijve spieren weer eens los te maken en ze zweten er van, ze stappen nu weer al lenig en vlug door het land. Ploegen is zo'n mooi werk, het geeft altijd zo'n klaar gevoel, wanneer men de laatste kantsnede ploegt en wat een mooi gezicht is het niet, een kavel mooi geploegd te zien liggen met de sneden als lijnen op een papier getrokken. De vorst bracht ons ook veel ganzen uit het Noorden. Ze vallen bij honderden op onze tarwe velden, de kleine tarwesprietjes zagen ze een eindje af met hun zaag bek en je kunt precies zien waar ze opgehouden zijn aan de kleur der tarwe. Ze be ginnen meest van achter op de akker en komen dan naar voren, doch blijven altijd goed uit schot, daar ze zeer schuw zijn. De schade is niet zo erg, doch wanneer het na dooiweer is, kunnen ze de kleine plantjes geheel onder de grond kroelen en dat is niet best. Een goed ding doen ze nog>, ze bemesten de tarwe ook, dus 't is niet alles schade. Zij trekken nog niet weg, zouden ze nog een andere koude periode afwach ten? Buurvrouw Antje is met de Kerstdagen naar haar familie in Eindhoven geweest. Dat bezoek heeft heel wat voeten in de aarde gehad, ze is niet gewoon om op reis te gaan, het was dan ook al 18 jaar geleden, dus druk loopt ze niet. Zij heeft daar in Philipstad veel gezien en geno ten, maar 't meeste zei ze, heb ik genoten van de televisie, die ik gezien heb. Mijn familie heeft zo'n televisietoestel en daar heb ik een avond wat ge zien, dat zal ik ze eens even vertellen zei ze. Er was een getrouwde man en vrouw, die met de Kerstdagen een lekker diner zouden klaar ma ken. Ze hadden een kalkoen gekocht en allerlei lekkernijen. Je zag alles gebeuren. Moeder zette de kalkoen op om te braden en je kon het haast ruiken, zo duidelijk was alles. Afijn, eindelijk was alles klaar en ze zouden gaan eten. Mijnheer snijdt in de kalkoen om een stukje er af te doen, toen bleek die zo taai als een fietsband te zijn. Afijn, om kort te gaan, mijnheer zei tegen mevrouw, dat de kalkoen niet gaar was en mevrouw zei, dat hij wel gaar was- 't Werd hooglopende ruzie, zo erg, dat haar pas nieuwe „pin-up"; 't was gewoon zonde, mijnheer de sauspanne omdraaide boven mevrouw 't liep over der mooie japon en bedierf alles, doch mevrouw was ook niet van gisteren, die kiepte een schotel met appelmoes over mijnheer z'n halve maan, 't liep over zijn haar tussen zijn boord enz. Nou, dat vond ik goed hoor, want hij was zelf be gonnen. Heel de kamer zag er uit, dat kunt je wel begrij pen. Toen ging de telefoon, dat kon ik zelf in huis horen en mevrouw stond met de bedorven perma nent voor de telefoon en toen vroeg de baas van mijnheer, of ze geen kalkoen konden gebruiken daar ze er twee gekregen hadden en ze hun een plezier wilden doen. En weet je wat die mevrouw toen zei: Ach mijnheer, we danken U heel vriende lijk, maar we zitten juist zo heerlijk te smullen aan een kalkoen, dat mijn man niets zeggen kan, zo smult hij. Het is toch wat, hé, zei Antje, die televisises, bin gevaêrlike diengen, want je bint toch goed of, as ze jén uishouwen zo op straete briengen, vint je 't ok nie.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1951 | | pagina 11