Redactioneel Gedeelte
VEREENIGINGSWEZEN.
AKKERBOUW.
Een Technisch Kwartiertje.
HEEFT DE SOJA VOOR ONS LAND
BETEEKENIS.
2e,fe X 15 30 •e duuS
SSt°ring m WOrdt d*
zoo juist op initiatief van het Nederlandsch Land-
bouwcomité opgerichte Landbouw-Economisch-
Instituut. Doch behalve dit zal het Instituut krach
tens zijn doelstelling moeten bevorderen de kennis
van bedrijfseconomische en sociaal-economische
verschijnselen en vraagstukken, die betrekking
hebben of van beteekenis zijn voor den Nederland
schen Landbouw. Zij zal dit doel trachten te berei
ken door het verzamelen, bewerken en publiceeren
van statistische en andere gegevens
Als directeur van het Instituut dat is gevestigd
te s-Gravenhage, Koninginnegracht 26, zal optre
den Drs. J. Horring, terwijl een bestuur bestaande
uit drie personen zich met het toezicht heeft belast.
Naast dit bestuur zal een curatorium aan de
wetenschappelijke werkzaamheden van het Insti-
objecttviteit6111^1 °even van onvoorwaardelijke
Er is voor den Nederlandschen Landbouw reden
zich te verheugen in dit Instituut dat aan haar
bestaan, een grondslag zal geven, die niet kan aan
gevochten worden. Op het werk, dat dit Instituut
zal verrichten, op de resultaten, welke zij zal kun-
ne$ publiceeren en op de adviezen, die zij zal ver
strekken, zal de Nederlandsche boer zijn gerecht
vaardigd en redelijk bestaan kunnen bouwen.
In het begin van elke maand zult U dus op deze
plaats een of meer artikelen, korte berichten e.d.
aantreffen, die met onze Nederlandsche brouw-
gerstteelt verband houden. Wy spreken de hoop
uit, dat wij U zullen kunnen boeien met onze penne-
vruchten en dat een groot aantal van U trouwe
lezers zult worden van onze artikelen-serie, die we
doopten met den naam: „NaCoBrouw Mededee-
lingen".
Het Nationaal Comité voor Brouwgerst.
VEREENIGING OUD-LEERLINGEN R.L.W.S
TE GOES.
(Behoudens goedkeuring.)
Praatmiddag op Dinsdag 25 Februari, des
namiddags van 2 tot 4 uur, in de Aula der Rijks-
landbouw winterschool
Onderwerp: „Zaaiplan 1941".
Inleider: de heer C. Burger te Wilhelminadorp.
Allen welkom, dus ook niet-leden.
NACbBROUW MEDEDEELINGEN.
Ter inleiding.
Zooals men weet, worden er den laatsten tijd
groote hoeveelheden inlandsche gerst door de
Nederlandsche brouwerijen verwerkt en met succes
Het arbeidsterrein van het Nationaal Comité
voor Brouwgerst is o.m. de bevordering van deze
verwerking. Waar de Nederlandsche grondstof een
steeds grootere rol gaat spelen in onze brouwerij-
industrie, is het duidelijk dat het NaCoBrouw zich
anders moet oriënteeren.
Een, van de problemen is het volgende. Vroeger
leverden enkele vooruitstrevende boeren hun aller
beste gerst aan de pioniers uit de brouwerij-Wereld.
Tegenwoordig leveren duizenden gersttelers hun
gerst aan alle brouwerijen. Kon het NaCoBrouw
er vroeger mee volstaan met enkele verbouwers
contact te houden, nu is het noodig geworden te
spreken tot duizenden, teneinde ons doel: afleve
ring van gerst, die minstens evengoed is als de
buitenlandsche, steeds meer te benaderen.
Met behulp van de landbouwpers richten wij ons
tot U. telers van brouwgerst. Reeds verschenen er
enkele publicaties van ons Comité, o.a. over „Goede
brouwgerst" en „Rassenkeuze zomergerst". Wij zijn
er van overtuigd, dat deze UW belangstelling had
den maar toch is het onze meening, dat wij deze
artikelen in een vasteren vorm en wel periodiek
moeten publiceeren. De redactie van dit blad von
den wij bereid om maandelijks een gedeelte van
haar kolommen af te staan voor ons doel. Wij stel
len het op prg's ook hier onzen dank daarvoor te
betuigen, want het is onze overtuiging, dat we
hierin een middel bezitten, dat voor de toekomst
van het NaCoBrouw van de allergrootste waarde
zal zijn.
„Om de put te dempen
Vóór het kalf er in verdrinkt."
In ons vorig artikel hebben we gezien:
1. Als er een stroom door een leiding vloeit
wordt deze leiding warm;
2 De warmte-ontwikkelkig mag om verschil
lende redenen niet te groot zijn. Hiervoor is in de
eerste plaats noodig, dat de weerstand van de dra
den niet groot is en in de tweede plaats, dat de
stroom niet te sterk is. Daarom zijn veiligheids
voorschriften opgesteld, waaraan iedere electrische
installatie moet voldoen, waarin staat vermeld,
welke stroom er hoogstens mag vloeien door een
draad van bepaalde dikte.
Koperdoorsnede Toe te laten Nominale waarde
in stroom in van de smeltveiligheid
vierk. mm ampères in ampères
1.5 14 !0
2.5 20 is
4 25 20
6 31 25
10 43 35
16 75 60
25 100 80
In de eerste kolom van bovenstaande tabel staat
vermeld de dikte van den draad in vierkante mm;
in de tweede kolom de maximale stroom die door
dien draad mag stroomen. Om te bereiken, dat de
NACOBROUW MEDEDEELING No. 1.
Het zesde Jaarboekje van het Nationaal
Coanité voor Brouwgerst.
De eerste NaCoBrouw mededeeling komt Uw aan
dacht vragen voor een belangrijk feit in ons ver
enigingsleven, het verschijnen van een nieuw Jaar
boekje. U zult ons een zeker gevoel van trots en
voldaanheid wel willen vergeven als wij, als mede
werkers, het nieuwe Jaarboekje voor ons zien. Het
is reeds het zesde en wat ziet het er weer smake
lijk uit, in zijn ditmaal blauwen omslag, versierd
met een fraaie microfoto van biergist.
Ook de inhoud mag er wezen, zooals U uit een
korte bespreking duidelijk zal worden. Later hopen
wtf op verschillende artikelen nog eens wat diepe;
in te gaan.
Op de eerste pagina van het Jaarboekje staat*
„In memoriam Prof. Ir. C. Broekema, de geniale
schepper en leider van het NaCoBrouw. Overleden
10 Juni 1940".
Hierna volgt een foto van onzen onvergetelijken
voorzitter en daarna een inleiding, waar de persoon
en de arbeid van Professor Broekema worden ge
schetst door Ir. J. K. Groenewolt.
De heer G. A. van der Waal schreef een interes
sant artikel over de zaaizaadvoorziening by zomer
gerst. Het blijkt wel, dat deze voorziening bil
zomergerst bevredigend, doch niet ideaal function-
neert.
Uit het artikel van Dr. H. van Veldhuizen over
de brouwgerstinname en de tentoonstelling volgt
dat de medewerking van het NaCoBrouw van groot
belang is voor een goed verloop van deze inname.
Voor het artikel over Brouwgerstrassen van de
hand van steller dezes, zy verwezen naar de publi
catie „Rassenkeuze zomergerst", in de landbouw
bladen. Gememoreerd zij, dat Abed Kenia zoowel
het belangrijkste brouwgerstras als 't belangrijkste
zomergerstras is geworden. De verbouw' nam in het
afgeloopen jaar ook weer toe.
De heer Schoevers gaf een uiteenzetting over
graankalanders, die door allen, die met dit lastige
gedierte te maken hebben, met bijzondere aandacht
gelezen zal worden.
Van de hand van Ir. J. A. Emmens verscheen een
overzicht van de gerstproductie etc. over de ge-
heele wereld. In een tijd als deze, waarin West-
Europa zich economisch opnieuw oriënteert is dit
onderwerp zeer actueel. Ieder, die wel eens' verder
kijkt dan de grenzen van ons kleine landje, zal et
.dan ook met belangstelling kennis van nemen.
Dezelfde auteur schreef een artikel over gist
Menige ontwikkelde leek kent niet of onvoldoende
het verschil tusschen bakkers- en brouwgerst-Tist
of tusschen boven- en ondergisting. Deze interes
sante kwesties, die direct met het brouwerij-bedriif
verband houden, worden hier eens duidelijk uiteen
gezet.
Een publicatie van Dr. Wagenaar verschaft ons
belangwekkende gegevens over de voedingswaarde
van het bier. 4
Zooals men ziet: Elck wat wils.
Er is echter meer in het Jaarboekje te vinden
Besloten wordt met een aantal practisohe raad
gevingen. Eerst komen de eischen, die aan ge
schoonde partijen brouwgerst worden gesteld. Daar
na volgen adviezen aan de verbouwers, de opslag
houders en de mouters en brouwers. Hierin vindt
men samengevat onze kennis van de meest ge
schikte methoden om brouwgerst te telen, af te
stroomsterkte nooit grooter zal zijn dan de toelaat
bare waarde (hetgeen ook „de beste" onder ons
kan overkomen, b.v. bij gelijktijdig gebruik van
meerdere electrische apparaten), wordt bovendien
geeischt, dat in het begin van elke installatie (en
ook daar, waar de doorsnede der draden kleiner
wordt) smeltveiligheden worden geplaatst, welke
met de leidingen „in één lijn" staan, d.w.z. welke
docr denzelfden stroom als in de leidingen vloeit
worden doorloopen.
Over deze smeltveiligheden willen wij nu iets uit
voeriger spreken. Men kent ze allen uit onze huis
installatie waar ze zich vlak boven den meter be
vinden. We kunnen nu nog niet verklaren, waarom
er twee of soms meerdere smeltveiligheden aan
gebracht zijn; dat zullen we later doen. Het gaat
er thans om, hoe zoo'n veiligheid is samengesteld.
Het voornaamste onderdeel is de smeltdraad; dit
is een zilveren draadje (soms meerdere), hetwelk
midden in de porseleinen patroon zit en waardoor
de stroom vloeit. Door dit draadje vloeit de stroom*
is de stroom té sterk, dan smelt het door en de
stroom wordt daardoor verbroken. Voor een goed
inzicht is noodig. dat we hierbij even stilstaan; op
elke smeltveiligheid staat óók een stroomsterkte
vermeld en men noemt deze „de nominale stroom
sterkte van de veiligheid. In de bovengenoemde
tabel is deze nominale stroomsterkte van de te ge
bruiken veiligheid in de derde kolom vermeld. Men
denke nu evenwel niet, dat een veiligheid, met
nominale stroomsterkte van b.v; 15 ampère, reeds
by een stroom van 15 ampère zal doorsmelten. Hij
kan dezen stroom blyvend, dag en nacht achter
elkaar, verdragen. Eerst als de stroom grooter
leveren en te verwerken. Het lezen en bestudeeren
van dit gedeelte kan niet genöeg worden aanbevo-'
len aan allen, die met brouwgerst te maken hebben
onverschillig in welke functie.
Deze adviezen worden gevolgd door opgaven
betreffende het bestuur en de commissie-leden
daarop volgen de ledenlysten.
Zooals U bekend zal zijn, ontvangen de leden van
h<$ NaCoBrouw de Jaarboekjes gratis en franco.
Het lidmaatschap kost U slechts ƒ2,50 per jaar*
als lid ontvangt U alle NaCoBrouw-publieaties en
bovendien steunt U een arbeid, die van groot finan
cieel nut is voor onzen Nederlandschen landbouw.
Gersttelers wordt lid van het NaCoBrouw!
Ir. J. A. HUYSKES.
De soja is een gewas dat reeds tientallen van
jaren de aandacht der onderzoekers in Europa
gevraagd heeft, in de eerste plaats door zijn buiten
gewoon hoog eiwitgehalte (35—40 en tevens
door zijn hooge vetgehalte (15—17 In geen
enkel ander gewas zyn de verhoudingen zoo gunstig.
Dit komt in onze dagen nog extra duidelijk naar
voren nu niet alleen de eiwitvoorziening, maar ook
de vetvoorziening een rol gaan spelen.
Evenals in Naaldwijk zijn ook in Zeeland kleine
proefjes genomen om de waarde van soja voor ons
land te beproeven. We willen beginnen met hiervan
de uitkomsten te vermelden om daarna na te gaan
of nog verbeteringen aan te brengen zyn.
In een geval werd, omgerekend per ha een op
brengst van 950 kg per ha aan korrels geoogst, in
een tweede geval 1125 kg en op een derde perceel
ongeveer evenveel. Het is niet steeds gemakkelijK
uit de opbrengsten van kleine perceeltjes, de op
brengst in het groot te schatten. We geven deze
waarden dan ook onder eenig voorbehoud.
Gaan we nu na of deze opbrengst van gemiddeld
1000 k 1100 kg bevredigend is, dan kunnen we niet
anders jioen dan deze vraag ontkennend te beant
woorden. Dit moet minstens 1500 kg, liever no°
2000 kg worden, wil de teelt de moeite loonen. De
opbrengst zou dus zeker met 50 moeten stijgen.
Dan zou soja de vergelijking met bruine boonen
kunnen doorstaan, bij geringer opbrengst zeker niet.
De concurrentie met erwten wordt weer zwaarder
door de hoogere opbrengst aan erwten per ha. Bij
een eiwitgehalte van de boon van 24 en een op
brengst van 2500 kg per iha, is de eiwitproductie per
ha 600 kg. Voor de erwt is dit in ons geval 40 X 16
640 kg. Voor de soja bij een gehalte van 36
en 1500 kg per ha 540 kg. Hierbij komt voor de soja
dan nog een productie van 15 X 16 240 kg vet,
wat een niet te verwaarloozen factor is.
Op welke wijze kan nu geprobeerd worden deze
opbrengst van 1500 kg te bereiken.
1. In de eerste plaats zal gedacht moeten worden
aan vroeg zaaien. Een der veldjes waarvan de op
brengst boven vermeld is, was gezaaid op 4 Mei 1940.
Het is de vraag of deze zaaidatum nog vervroegd
kan worden. Becker geeft in zijn „Handbuch des Hül-
senfruchterbaues" aan, dat de soja bij 8° C gaat
kiemen. Dit is een temperatuur, welke in de boven
ste grondlaag spoedig bereikt wordt. Zoo vonden
we op 10 April 1939 's ochtends te 9 uur reeds een
temperatuur van 8.7° C op 3 cm in den grond. Op
20 April was dit 9.4, terwijl het op 26 April 's och-
tens gedaald was tot 7.7 (enkele dagen regen hagel
en kou). Op i Mei was het weer 8.8° C.
Om die tijd is de avondtemperatuur te 6 uur iets
hooger dan de ochtendtemperatuur te 9 uur 's Mid
dags om 1 uur worden echter op dezelfde dagen
temperaturen bereikt van 12—20" C, alles op 3 cm
diepte.
De grondtemperatuur behoeft daarom geen be
zwaar te zijn om eind April b.v. 20 k 25 April te
zaaien. y
De nachtvorsten in Mei zouden echter wel een
bezwaar kunnen worden. Wel geeft Becker aan, dat
temperaturen tot 6° C verdragen worden, naar
wordt dan 15 ampère, vertoont ze neiging om door
te smelten. Is de stroom niet véél grooter dan 15
ampère dan zal het een heele tijd duren voor ze
doors-melt; immers het zilveren draadje moet eerst
tot op het smeltpunt verhit worden, waarvoor een
noodlS Indien de stroom slechts ge-
durende een korten tijd de 15 ampère overschrijdt,
te groot bedrag, en daarna weer
minder wordt, zal er niets gebeuren. Deze tyds-
boven8" dp*0??*" naarmate de stroom hcoger
6 v i* - ai amFère uitkomt* Is de stroom b.v.
voor'a"?Ptrt (b? kortsIuiting komt dit wel
oor.), dan zal het zilverdraadje oogenblikk^liik
d zeer k°rt, of het smeltpunt van het
2?^ 1S ber€ikt- Deze smeltveiligheden
,r€ke.n dus een groote overbelasting vrijwel
n?eTal fp1Ji maaI een Serin&e overbelasting van
l 56n uur laten zij to€-' dit is «en °un-
het doorsmelten brengt" al-
tflfa:S?\W^rmt6-ontwlkkelin& in «en doorgesmol-
ten veiligheid niet gering ia, kan men zelf conTS-
ir^de^hand"; PaS, doorSesm°"en veiligheid eens
laten Demen! M€" Za' haar w«> vlug
mi?1 J* °°k d€ reden» waarom het zilverdraadie
Wa i^Pen Gn bloot in de lucbt zit waarbii het
bovendien gemakkelijk zou breken) maar in 1
porseleinen houder, de patroon. Bimienin i^ deze
om iipn £€™ld met asbestpoeder of zand, ook al
om de warmte tegen te houden en de lichtboog die
bij het doorsmelten ontstaat, te dooven Z?beS